[aandag 29 November. W. 6376. A". 1880. van Zon- en F^estdagen, uitgegeven. Tweede Blad. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZEB C0UBA5T: Voor Leiden per 8 suisden.1.10. Franco per post........1.40. Afzonderlijke Nommera..<rr..n'. 0-05. PRIJS DER ADTEBTEHDEÏ; Ven 1—6 ~r** ü«Hueuw.« ^.08. ferooiece3fttui»-tim jjluurmmtt.. LEIDEN, 37 November. Naar aanleiding van het voorstel van prof. Van der Lith, betrekkelijk de bebouwing of de beschik baarstelling der Ruïne, stellen B. en Ws. voor tot het indienen van een adres in dien geest aan de Tweede Kamer te besluiten en tevens eene com missie te benoemen tot het ontwerpen van het adres. Ter vervulling der vacature in de plaatselijke schoolcommissie, ontstaan ten gevolge van het door mr. J. E. Goudsmit genomen ontslag, wordt door die commissie het volgend dubbeltal ingediend: mr. J. S. D. Van Doorn en dr. G. Pekelharing. B. en Ws. leggen aan den Raad over de adres sen van sollicitanten naar de betrekking van stads- genees- en heelkundige, zijnde de heerendr. H. Boursse Wils, dr. W. Rutgers Van der Loeff, dr. M. P. Hus en J. Kimmel en naar de betrekking van adjunct-genees- en heelkundige, zijnde de heeren J. Kimmel voornoemd en D. J. Braaken-. burg. Zij stellen voor thans in de eerste plaats tot de benoeming van een stads-genees- en heel kundige over te gaan. Zij raden gunstig op de verzoeken van T. Stren- gers, om eene stoep te leggen, een ijzeren hek te plaatsen en een keldergat te maken voor zijn huis aan den Stationsweg n'. 13/15, en van J. A. Bernard, om eene brug te leggen over de sloot langs den Heerensingel. - Tevens stellen zij voor om aan den hulponderwijzer A. Zwanenburg, tot herstel van gezondheid, èenige maanden verlof te verleenen met behoud van traktement en inmid dels in de waarneming dier betrekking te voor zien door de tijdelijke aanstelling van eene hulp onderwijzeres op eene bezoldiging van f 550 per jaar. De commissie van financiën heeft daar tegen geen bezwaar. Ook stellen zij een kleine wijziging voor in de onlangs vastgestelde verordening tot heffing der bruggelden, naar aanleiding van daarop bij de Ged. Staten gevallen bedenkingen, - alsmede om aan G. Brandsen in eigendom af te staan een gedeelte van de gedempte sloot langs het Delft- sche jaagpad. De commissie van fabricage heeft uit een 60- tal sollicitanten naar de betrekking van opziener 1ste kl. bij de gemeentewerken, het volgende alpha- betisch gestelde drietal aanbevolen, alsL. Arnolt, gemeente-architect te Weesp, H. M. D. Van Gelder, architect te Leiden en G. Looman, bouw kundige te Hengeloo. B. en Ws. raden gunstig op een verzoek van den raad van administratie der Hollandsche IJzeren- Spoorweg-maatschappij, om een uitweg te mogen hebben op den Rijnsburger straatweg en te dien einde «ene brug te leggen over de sloot langs dien weg. - Zij stellen voor eene som van f 4500 beschikbaar te stellen ten einde uitvoering te geven aan het besluit tot de oprichting van brug wachtershuisjes. De commissie van financiën heeft daartegen geene bedenkingen. Ten slotte bieden zij een suppletoiren staat van begrooting ter vaststelling aan tot regeling der ontvangsten en uitgaven ten behoeve van het lager onderwijs en een staat van af- en over schrijving wegens uitkeering aan het rijk van het aandeel der gemeente in de kwade posten. De onderofficieren Van Boekom, Maas, Jo hannes, Pilger, Van de Pol, Keeser en Bunningh hebben voldaan aan het examen voor 2den luit. der infanterie. De lste luit. der inf. H. W. Van Wijk, die voor 5 jaren bij het Indische leger is gede tacheerd geweest en onlangs van daar terugkeerde, is weder bij het wapen waartoe hij behoort inge deeld, en wel bij het éde regiment. Door het Provinciaal Kerkbestuur van Noord- Holland is op hun verzoek emeritaat verleend aan de heeren C. S. Adama Van Scheltema, wegens meer dan veertigjarigen evangeliedienst, met ingang van 1 Maart 1881, en aan G. J. Vinke, theol. dr., ter zake van ongesteldheid, in te gaan met 1 Januari a. s., beiden predikanten te Amsterdam. Het schijnt mejuffrouw Mina Kruseman goed te gaan in Indië; uit het verslag van het Soerabaiasche Schoolfonds over 1879/80 blijkt ten minste dat het bestuur het voorrecht had eene buitengewone gift, groot f 625, met de meeste erkentelijkheid van haar ontvangen te hebben bij de sluiting van het boekjaar. Gemengd Nieuws. Eene koe is te Delfshaven in de spoè- ÜDg gekookt. We weten niet of zij gaar geworden is. Het dier was zijn geleider ontsnapt, snelde een branderij in en kwam terecht in een bak met kokende spoeling. Daar vond men het dier dood. Door het gerechtshof te Arnhem is J. H. Hoogeveen, kleermaker te Ommerschans, schuldig verklaard aan schriftelijke voorwaardelijke bedreiging met brandstichting, na vroegere ver oordeeling, en veroordeeld tot een jaar celstraf. De „Oncle Joseph," die, gelijk reeds werd gemeld, door de stoomboot „Ortiglia" in den grond is gevaren, was van Napels gekomen en be stemd naar Genua. De ramp had plaats nabij Por- tofino. De passagiers, ten getale van een 300, waren meerendeels Calabrische landverhuizers. T wee honderd personen zijn omgekomen in de golven, onder deze de gezagvoerder; vijftig zijn gered. Wat er van de overige vijftig geworden was, wist men bij het afzenden van het bericht nog niet. De bemanning van de „Ortiglia" heeft al het mogelijke aangewend tot redding. Maar de hulp middelen waren onvoldoende. De kapitein der „Ortiglia" heeft zich onmiddellijk ter beschikking der overheid gesteld. Het huwelijk van Roland Bonaparte (den zoon van Pierre) met mej. Blanc, de dochter van den vroegeren pachter van de bank van Monaco, wordt in de Eransche bladen nog druk besproken. Ze verwijten elkander dat ze zich door de familie Blanc hebben laten omkoopen om mooie berichtjes te schrijven of het stilzwijgen te bewaren, waar voor mevr. Blanc 40,000 fr. zou hebben uitge geven. Men zegt dat mej. Blanc haar gemaal 1 millioen fr. rente ten huwelijk bracht plus een tiende van de inkomsten van Monaco en dat de jonge Bonaparte bovendien nog over 9 millioen beschikken kon. Het huwelijk, dat zeer de aan dacht trekt, zou aanleiding geven, zegt men, tot stappen der Europeesche regeeringen, ten einde de bank te Monaco te doen opheffen. Bij gelegenheid van de huwelijksfees ten van den Oostenrijkschen kroonprins Rudolf zal de stad Weenen een bal in het operagebouw geven, waarbij 300 jonge meisjes, „gekozen uit de schoonste en bevalligste dochters der burgerij", den kroonprins en zijne bruid eene ovatie zullen brengen, gekleed in het Weener kostuum der 17de eeuw. Men kan zich voorstellen hoe groot de spanning is in de gezinnen, waar jonge meisjes zijn, die in aanmerking komen om deel van „de 300" uit te maken. Te Biglen, een dorp in het Zwitser- sche kanton Bern, is eene gruwelijke misdaad ge pleegd. Twee oude lieden bewoonden daar, buiten de kom van het dorp, met eene dienstbode een huisje. Zij zijn alle drie vermoord en evenzoo eene bejaarde huisvrouw, die hun te hulp kwam, door een man, die daarop 1000 franken uit de woning heeft medegenomen. De dader is weldra opgespoord en in hechtenis genomen. BUITENLAND. Frankrijk. De behandeling van het door generaal Dc Cissey ingesteld rechtsgeding is gisteren wegens een onstuimig toon eel moeten geschorst worden. Toen namelijk de advocaat des generaals zijne roemrijke daden in den laatsten oorlog en bijwijze van tegenstelling de 'oorsprong der commune in herinnering bracht, werd hij door toejuichingen en geschreeuw gestoord, waarop de president der rechtbank zich genoodzaakt zag de zitting te schorsen en de zaal te doen ontruimen. De Senaat heeft gisteren over de begrooting van uitgaven gehandeld. Toen de heer Bocher er op aandrong dat over den algemeenen toestand der financiën zou mogen beraadslaagd worden, verklaarde de minister Magnin dat de regeering daartoe bereid was. De heer Gavardie wilde spreken over het staatsbeleid der regeering in het alge meen, aan wie hij allerlei misbruiken en buiten sporigheden verweet. Groot-Britannië. De Basutos onder Jonathan Molappo vielen Leribe aan, waar de Engelschen waren geposteerd Leribe werd ontzet door de Kaapsche troepen onder kolonel Wavell, die een groote hoeveelheid vee buitmaakte. Uit Konstantinopel wordt bericht dat benden Grieksche roovers op Turksch gebied zijn gekomen. Te Bristol is eene groote liberale meeting gehouden, op welke onderscheidene Parlements leden gesproken hebben. Er werd eene motie aan genomen, waarbij de wensch werd geuit dat de regeering in het volgende zittingjaar o. a. ontwerpen zal indienen, waarin geregeld wordt de quaestie van het grondbezit in geheel Groot-Britannië waarin het stemrecht ten platten lande op dezelfde leest geschoeid wordt als dat in de steden, en waarin de tijd, gedurende welken de kiezers stem men mogen, verlengd wordt. Het Parlementslid Samuel Morley voerde o. a. het woord over de Iersche quaestie, schreef den toestand van Ierland toe aan het bestaan van zoovele kleine pachters en achtte een van de beste middelen ter verbe tering van den toestand hierin gelegen, dat de Staat de braak liggende landen aankoopt en ze voor de bevolking op billijke voorwaarden beschik baar stelt. BtislaixL De regeering heeft uit St.-Petersburg bevel gezonden om aan de Perzisch-Turksche grenzen onverwijld een klein legercorps bijeen te trekken, ten einde het oog op den loop van den opstand der Kurden te houden. Wel worden uit Teheran voortdurend berichten ontvangen van overwinnin gen, door de Perzische troepen op de opstande lingen behaald, maar onvoorwaardelijk geloof vinden die berichten niet; te minder omdat de opstand reeds lang bedwongen had moeten zijn, indien die overwinningen werkelijk van zoo beslissenden aard waren geweest als de Perzen het doen voorkomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1880 | | pagina 1