N°. 6277. Donderdag 5 Aogastus< A". 1880. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Teor i^iden per 8 maasden.. rVTTTVV.TTïrr 1.10. Franco per post.an 1.40. Afzonderlijke Nommer».•*-rrr^7TTr'.HTÏ?r.a OM. PRIJS DER ADVERTENTIES I Van 1—0 rageti. 1.05. Iedtr* ragel maar .V...ïïr. .ïVTï'è a 0.171. Grootera letten naar pUatarnimU. LEIDES, dl Augustus. De Staatscourant van heden bevat het jaar- lijksch verslag omtrent 's Rijks Ethnographisch Museum te Leiden. Omtrent den toestand van het gebouw wordt gezegd dat dit zich over het algemeen iu een voldoenden staat bevindtin het dagelijksch onderhoud wordt geregeld voorzien. Yoor den uiterlijken welstand, en hier en daar ook in het inwendige, zou eenige meerdere zorg niet als weelde beschouwd kunneu worden. Vooral is die opmerking van toepassing op den achter gevel, uitkomende op het Utrechtsche Veer. Voor ziening door afsluiting van de stoep of langs anderen weg tegen de voortdurende ontreiniging is eene dringende behoefte geworden. Stoep en muur, zelfs de ingang, bevinden zich vaak in walgelijken toestand. De onmiddellijke belending van een hoogst bouwvallig en slecht onderhouden pakhuis van allerlei brandstoffen heeft ten gevolge dat alle pogingen om aldaar de straat vóór het Museumgebouw in eenigszins gereinigden toestand te houden, te leur worden gesteld. De toestem ming van het gemeentebestuur, aau den vroegeren eigenaar van het pakhuis en handelaar in huiden, maar die thans, .naar elders verhuisd is, gegeven, om nog steeds voor zijne vachtenplooterij den wal en een groot gedeelte van de straat vóór het pak huis tot het wassohen en reinigen van schapen huiden te blijven innemen, werkt ook nadeelig op de zindelijkheid. Buitendien verkeert vooral de muur, die de beide erven scheidt, in een ge- brekkigen staat, die wel eenige zorg schijnt te moeten wekken. Daar het Museumgebouw, ook na de uitbreiding door vereeniging met eene belendende woning aan de Hoogewoerd, geene, ook slechts maar eenigszins voldoende ruimte aanbood, werd een benedenhuis, aan den Stillen Rijn gelegen, ge huurd, waar nieuw aankomende bezendingen voor- loopig geborgen en ontpakt kunnen worden. In het Museum moest, zoodra in de nieuwe lokalen de noodige kasten enz. langs de wanden en in het midden aangebracht waren, de gelegenheid ontbreken, om de onontbeerlijke werkruimte be schikbaar te vinden, en bestond er geen ander middel om al de voorbereidende en voorloopige werkzaamheden van schifting en beschrijving der inkomende bezendingen te verrichten. De behoefte Wis dringend; eene bruikbare woning in de nabij- he'd van het Museum was toen niet te vinden, en soo moest wel het bezwaar van den vrij grooten afstaid van het hulplokaal niet al te zeer in reke ning worden gebracht. Het behoeft intusschen geen bitoog, dat die afgelegenheid een groot ver lies van tijd, om ander ongerief niet te noemen, ten gevdge heeft, en ook voor geregeld toezicht, bewaking, beveiliging tegen gevaar van brand en andere be-chadiging, juist niet bijzonder bevor derlijk, is. Er beslat gelegenheid tot verzending der cor respondentie naar Ned. Oost-Indië, door middel van het stoonschip „Wyberton", waarvan de laatste buslichtiig aan het postkantoor te Rotterdam is bepaald op Z.terdag den 7den Augustus a. s., des morgens te ten uren. Ten postkantore alhier moeten de brieveL enz. dns uiterlijk des morgens om halfzes zijn beorgd. Gisteren haate Roelofarendsveen het ver gelijkend examen paats, ter vervulling va* de vacature aan de open-ar# school, ten gevolge van het door den heer H. itumpel aangevraagd ontslag. Het examen werd afgeomen door den inspecteur van het lager onderwijsin Z.-H., dr. Van Aken, tijdelijk belast met de waarneming van het 4de district, bijgestaan door de heeren Gediking en Schippers van 's-Gravenhage. Van de 36 sollici tanten waren er 15 opgekomen, uit welke heeren de navolgende voordracht is opgemaakt: J. J. Van de Vijver te 's-Gravenhage, Velsing te Lekker- kerk, Schnitzler te Wassenaar, Hendrix te Raams- donksveer en Kelder te Rotterdam. De terugkomst van den Koning en de Koningin van het Loo in de residentie geleek gisteravond om negen uren, zoo schrijft men ons, eene blijde inkomst. Of men nog onder den indruk verkeerde van de gebeurtenis den vorigen dag her dacht, dan wel een welkomsgroet wenschte te doen hooren bij de behouden aankomst van 's Konings gemalin in haren tegenwoordigen toestand het stationsplein aan het Rijnspoorstation was reeds ge- ruimen tijd voor de aankomst van den koninklijken trein gevuld met een talrijke menigte, die steeds dichter aangroeide naarmate de trein in het ge zicht kwam. Het perron was eenigen tijd voor de komst van HH. MM. niet toegankelijk voor het publiek. Er bevonden zich eenige autoriteiten, te weten: de grootmeester van HH. MM. graaf SchimmelpenninckZr. Ms. commissaris in deze provincie, de heer Eock, de waarnemende burge meester baron Van der Duyn, benevens de generaal- majoor Queyseu, militair gouverneur der residentie. Te tien minuten over negenen stoomde de met vlaggen getooide locomotief het station binnen. De Koning verliet het eerst den salonwagen, on middellijk gevolgd door zijne gemalin, die Z. M. aan zijn arm naar het wachtsalon geleidde. De groeten van de aan weerszijden van de hofwacht- zaal geschaarde personen beantwoordden HH. MM. met vriendelijke buigingen. Het koninklijk ge volg bestond uit baron Taets Van Amerongen, kamerheer; baron Bentinck, adjudant; jhr. Van de Poll, ordonnance-officier, en jhr. Vegelin Van Claerbergen, referendaris bij 's Konings kabinet. Na een kort oponthoud in de wachtkamer stegen HH. MM. in het gereedstaande rijtuig aan de buitenzijde van het stationsgebouw. Nauwelijks hadden zij zich buiten vertoond of herhaalde hoezeekreten gingen onder de menigte op. In matigen draf bewoog zich het rijtuig langs de rijen van de in de Rijnstraat verzamelde menschenmassa, paleiswaarts. Ook tegenover 's Konings woning hadden zich velen verzameld, onder wier juichtonen de vorstelijke reizigers het gebouw binnentraden. Ingevolge de bevelen des Konings zal de geboorte van een prins of prinses, welke eerstdaags wordt verwacht, behalve door het bepaalde aantal saluutschoten, door het leger worden gevierd dooi het houden van een groote parade, of bij gebreke van een garnizoen door de schutterij. De prins van Oranje heeft een langdurig bezoek gebracht aan den minister van staat, mr. J. A. Phüipse. Naar het Vad. verneemt, bestaat bij den minister van oorlog het plan om de corpsen van het leger van een nieuw hoofdtooisel te voorzien. Het zou bestaan in een soort van helm met twee kleppen, één voor het gezicht en één voor den nek, en vrij veel overeenkomst hebben met de helmhoeden, thans in gebruik bij de ryksveldwacht. De inspecteurs der verschillende wapenen en dien sten betuigden allen hunne ingenomenheid met het als proef vervaardigde model, en gaven er verre de voorkeur aan boven de thans in gebruik zijnde zoo ondoelmatige schako's. Omtrent de wetsontwerpen tot wijziging der zegel- en registratiebelastingen verneemt men dat o. a. de volgende veranderingen worden voor gesteld. Het recht van overbedeeling bij schei dingen vervalt en wordt vervangen door een vast recht; het recht op hypothecaire obligaties wordt gewijzigd en productiever gemaakt. Verder zal er een plakzegel worden ingevoerd voor quitanties voor sommen van meer dan tien golden. In de te Valkenburg gehouden vergadering der Broederschap van Notarissen zijn benoemd de heeren Elsevier Dom te Amsterdam tot voor zitter en Beyerman te Woerden tot secretaris. De volgende bijeenkomst zal te Assen worden gehouden. Naar men verneemt, is er een wetsontwerp betreffende het vervoer van pakketten per post, naar het Duitscbe model, bij den Raad van State ingekomen. Onder de. eervol ontslagen leden der Alge- meene Rekenkamer in Ned.-Indië is gisteren door de Staatscourant vermeld de heer A. A. Cluiven; dit moet zijn A. A. Cluwen. Door den gemeenteraad van Vlissingen is aan den heer J. L. Gruber te Utrecht opnieuw concessie verleend voor 49 jaren voor een stoom tramweg van Vlissingen naar Middelburg. Het stoomschip „KoniDg der Nederlanden", van Java naar Nederland, vertrok gister vanPadang. De audiëntie van den minister van water staat zal Donderdag en die van den minister van koloniën Vrijdag a. s. niet plaats hebben. Gemengd Nieuwa. Gisteravond omstreeks halfacht trad een persoon den winkel van den horlogemaker H. Van Leeuwen op de Hoogewoerd binnen en vroeg zilveren horloges te zien. De heer v. L. bood hem een 5-tal ter bezichtiging aan, waaruit de kooper echter geen keuze kon doen. Hij wenschte daarop tot de gouden over te gaan, maar de heer v. L., die de handelwijze van zijn nieuwen klant wel eenigszins vreemd vond en daardoor bijzonder op zijne hoede was, bemerkte alras dat een van de afgekeurde zilveren horloges was verdwenen. Toen daarom de kooper, of liever kijker, na een vluch- tigen blik op de gouden uurwerken, den winkel haastig wilde verlaten, vatte de heer v. L. hem stevig vast en riep de hulp der politie in. Het j horloge werd nu in een der zakken van den dief gevonden, en de delinquent zelf naar het politie- bureel overgevoerd. Een groote menschenmassa had zich intusschen in de buurt verzameld, zoodat die overbrenging onder een steeds aangroeienden toe loop van nieuwsgierigen plaats had. Het overbrengen van de tent en het materieel, behoorende tot het honden- en apen- theater van den heer Delafioure naar het Hol- landsche spoor, geschiedde gistermiddag door middel van kolossale, met 2, 4 en 6 paarden bespannen wagens. In het gedeelte van onze stad, dat een tramweg rijk is, bracht de verschijning van deze hooge en breede lichamen, welke zich bijzonder moeilijk vooruitbewogen, niet geringe verwarring en oponthoud in den geregelden tramdienst teweeg. Als een bewijs hoe zwaar die voertuigen beladen waren, kan vermeld worden dat in het pas bestrate gedeelte van de Nieuwsteeg de wielen tot een aanmerkelijke diepte in den grond zakten; naar men verzekert, waren op sommige er van dan ook meer dan 8000 kilo's hout en ijzer gestapeld. Des avonds om negen uren waren de stadswerkers nog ijverig bezig deze diepe sporen van het bezoek des heeren Delafioure uit de straten te doen ver dwijnen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1880 | | pagina 1