Blommesteyn, in wiens weide G. v. d. B. ophee- terdaad betrapt werd, terwijl hij bezig was met het melken van koeien, te Bodegraven woonachtig is. Een bruidegom te 's-Hage heeft Zon dag gebruik gemaakt van den tijd, dien zijne bruid inde kerk doorbracht, om uit de reeds gehuurde woning op het Groenewegje de gouden en zilveren sieraden van de bruid weg- en mede te nemen, be- aevens het gereedschap van een persoon, die in hetzelfde huis woonde. De man, een Duitscher van geboorte, schijnt naar zijn moederland teruggekeerd te zijn. Wegens het inhouden of korten van het weekloon hebben Zaterdag-avond te Kampen ongeregeldheden plaats gehad onder de sigaren makers. Tal vap glazen zijn in de fabriek van de firma v. H. ingeworpen. Voor het huis van een der firmanten schoolden honderden werklieden bij een, zonder dat zij echter tot dadelijkheden over gingen. Later in den avond werden echter een paar spiegelruiten ingeworpen. Nadat het ingehou den loon was uitbetaald, gingen de ontevredenen uiteen. Echter zijn uit Zwolle naar Kampen ver trokken een brigadier-majoor, twee brigadiers en drie rijksveldwachters om de orde te helpen bewaren. In de nabijheid van het kasteel „Nij- en beek" werd gisteren in de rivier den IJsel, door den visscher G. Sonnenberg, een steur ge- Tangen, welke een gewicht had van ruim 100 KG. In sommige plaatsen van Friesland doen zich ziektegevallen voor, die aan cholerine doen denken. Vooral bij kinderen schijnt het Tan ernstigen aard te zijn. Te St.-Nicolaasga was dezer dagen een geval met doodelijken afloop. Een winkelier te Balk, in Friesland, heeft eene nieuwe maat bedacht voor den ver koop van sterken drank. Hij heeft ze verkrijgbaar gesteld per lepelvol tegen betaling van 1 cent. Uit Dewsbury wordt gemeld dat ver schillende katoenfabrikanten aldaar, overtuigd van de onmogelijkheid om bij het in werking treden van het nieuwe toltarief den handel op Duitsch- land voort te zetten, machines en Engelsche werk lieden naar Duitschland hebben gezonden om daar met Engelsch kapitaal fabrieken te vestigen. Meer dere industriëelen zullen dit voorbeeld volgen. De Berlijnsche hoogleeraar in de ge schiedenis Nitzsch heeft een beroerte gehad met halfzijdige verlamming; hij wordt echter beter. Een der tot nog toe vermiste booten van de „American" is teruggevonden; de passa giers werden door den Duitschen schoener „Moltke" opgenomen en zijn te Madera aangekomen. Eén boot wordt nu nog vermist. De Mooren van Riff, in Marocco, plun derden en doodden een Israëliet, die van Fez terug keerde; daarna verbrandden zij het lijk. Verleden Dinsdag verwij derden zich uit de gemeenschappelijke woning in de „rue du Temple" te Brussel twee jonge meisjes, Aimée C. 18 en Anna V. pas 15 jaren oud. Tevergeefs stelden de ouders, aan den vreeselijksten angst ten prooi, alle pogingen in het werk om hunne kinderen terug te vinden. Spoedig genoeg bleek hunne vrees voor een treurig uiteinde maar al te gegrond te zijnDonderdag werden de lijken hun ner kinderen uit het kanaal van Charleroi opge- vischt. Uit de gerechtelijke schouwing bleek dat zij reeds twee dagen in het water hadden doorge bracht, en dat zij, na zich met het voorschoot van de oudste aan elkander vastgebonden te heb ben, in het water waren gesprongen. Wat de oor zaak van die wanhopige daad der nog zoo jeug dige schepseltjes geweest mag zijn, is onbekend. De Turksche rechtbank heeft thans vonnis geveld over de drie boosdoeners, die kor telings vruchteloos hebben getracht, mr. Burness, behoorende tot het Britsche gezantschap te Kon- stantinopel, te vermoorden en te berooven: Twee van hen zijn tot 15 jaren en de derde tot 7 jaren dwangarbeid veroordeeld. Verleden week heeft op eene militaire wandeling in den omtrek van Romans, in het Fransche departement Drome, een Corsicaansch sol daat, Peraldi, wien door den luitenant Ponsard een arrest was opgelegd, omdat hij sommige zaken niet in zijn ransel had, dezen bijna h bout por- tant met zijn geweer doodgeschoten. Hij begaf zich onmiddellijk daarna op de vlucht en is nog niet opgespoord. Omtrent de kruit ontploffing te Wet- teren wordt nog gemeld dat de fabriek bestond uit 29 verschillende gebouwen van minstens 30 hectaren oppervlakte. Gewoonlijk zijn 150 a 200 werklieden in de fabriek werkzaam van 's morgens halfzes af. De directeur Liebrecht en een der be ambten Van de Velde hadden de gewone ronde ge daan, toen zij twee hevige ontploffingen hoorden. Het bleek dat 9 der 29 gebouwen geheel ver nield waren en men haalde achtereenvolgens de tien lijken uit de puinhoopen te voorschijn, alle onherkenbaar door rook en brandwonden. Hetge- heele terrein is bezaaid met allerlei voorwerpen, blokken steen, stukken van werktuigen enz. Hon derden boomen werden ontworteld; de rails van den spoorweg werden uit den grond gelicht en gekromd alsof ze in het vuur waren gewrongen. Van de woning van den directeur, 100 meter van de plaats gelegen, werden alle deuren en vensters verbrijzeld. Het aantal gekwetsten is zeer aanzienlijk. Naar men verzekert, zijn de eigenaars verplicht, volgens een contract met den Staat ge sloten, al de schade, door particulieren geleden, te betalen en moeten zij ook de weduwen en weezen schadeloos stellen voor het verlies, dat zij dezen hebben gedaan. Volgens het „Journal de Gaud," dat als oorzaak van het onheil het springen van eene stoommachine vermeldt, wordt de schade in de fabriek alleen, vooral aan de machinerieën veroorzaakt, op twee millioen franken geraamd. De dieven te Par ij s worden onbe- schaamder dan ooit, zooals het volgende staaltje, door de „Figaro" medegedeeld, bewijst. De graaf De U., attaché aan een gezantschap, begaf zich op een laat uur van den nacht alleen te voet naar zijne woning, toen hij in de „rue Boissy d'Anglas" eensklaps aangesproken werd door een kerel in een blauwe kiel, die hem om wat vuur voor zijn pijp vroeg. Op beleefde wijze antwoordde de graaf dat hij geen vuur bij zich had, waarop de ander te kennen gaf dat eenig geld hem dan niet onwel kom zou zijn en te gelijk een lang mes voor den dag haalde. Op hetzelfde oogenblik kwamen nog drie forsche kerels te voorschijn springen en herhaalden het verlangen van den eersten. Hoewel voor den jongen graaf, van alle kanten door de vier stevige gasten ingesloten, aan geen tegenweer te denken viel, trachtte hij zijne aanranders toch zoolang mogelijk aan den praat te houden, in de hoop dat er misschien een agent van de nacht- politie in de straat zou komen. Niettegenstaande alle diplomatieke bekwaamheden, die hij daarbij ten toon spreidde, gelukte hem dit niet héél lang, en spoedig was een beurs met 50 louis d'or in handen van de schelmen overgegaan. „Daar heb je alles wat ik bij mij heb," zeide de graaf, terwijl hij dien met een zucht overgaf. „U vergist zich zeker," zeide een der dieven, „groote heeren dragen gewoonlijk een portefeuille bij zich." Het einde was dat ook een portefeuille met 4000 franken aan bankpapier uit den zak van den armen attaché te voorschijn kwam. Met een beleefde buiging werden hem de papieren en documenten, die voor de dieven geen waarde hadden, daaruit teruggegeven, waarop zij zich in allerijl uit de voeten maakten, na hem eerst nog den raad ge geven te hebben het gebeurde niet bij de politie aan te geven, daar dit wel eens onaangename ge volgen voor hem zou kunnen hebben. De hitte langs de Atlantische kust duurde volgens berichten uit Amerika van den 28sten Mei nog steeds voort. Te Nieuw-York waren verleden Donderdag 32 gevallen van zonnesteek voorgekomen en zes personen overleden. Te Phila delphia bezweken vijf en elders nog vier personen. Volgens ontvangen telegram uitNieuw- York kan er tusschen 31 Mei en 2 Juni sto ring in den dampkring verwacht worden op de Noordsche en Engelsche kusten, en tusschen 2 en 4 Juni eene andere storing over geheel Enge land, vergezeld van storm en weerlicht. KOLONIËN. BATAVIA., 27 April. De „Celebes Courant" vestigt, in een artikel over instellingen die verouderd zijn en afgeschaft behooren te worden, de aandacht op de verre gaande langzaamheid van werken bij de Wees- en Boedelkamers. Zekere Weeskamer op Java hield in Juli 1875 vendutie van een hoedel, waar van thans, in 1880, de crediteuren nog geen penning ontvangen hebben. In Passoeroean is een gewezen vendumeester, naar men zegt wegens tekort in de kas, gevangen genomen. In het Bangilsche is een inlander door den bliksem gedood, terwijl twee makkers van hem eveneens getroffen werden. De laatsten herstelden. Er schijnt plan te bestaan om een spoorweg te leggen van Probolingo naar Passoeroean. Uit Soerabaia klaagt men in de „Locomotief' over het groot aantal werk zoekende Europeanen, die alle kantoren, fabrieken en bureelen platloopen, Over de wijze waarop het klein-ambtenaars- examen te Bandong is afgenomen, wordt sterk geklaagd. Vrijdag 11. 23 April, is de beroemde Javaansche schilder Raden Saleh te Buitenzorg overleden naar het gerucht zegt is hij vergiftigdanderen noemen inwendige verbloeding door aderbreuk de oorzaak. Omtrent de veepest kan men niets nieuws mededeelen. Voortdurend breidt zij het terrein harer verwoesting uit. Bij de regeering schijnt echter meer gezindheid tot doortasten te bespeuren te zijn. De laatste maatregelen warenmeer karbol- zuur, meer gecommitteerden en zes controleurs voor de uitbetaling der onteigeningssommen. De stand der gewassen is volgens de van hier en daar ontvangen berichten, op Java niet on gunstig. De rijstprijzen blijven echter hoog. Op den 5den dezer is een veerpont op de Ma- dioen-rivier omgeslagen, waardoor vier personen verdronken. De weerstoestand te Batavia was in de afgeloopen dagen ongunstig en kenmerkte zich door hevige regens en onweersbuien. De algemeene gezondheid liet te wenschen over. Koortsen en buikziekten komen veelvuldig voor. Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië rijn de vol gende beschikkingen genomen: Civiel Departement. Benoemd: Tot res. van Amboina, J. G. F. Riedel; tot griffier bij den landraad te Berbek (Kediri), R. A. Scipio; bjj den landraad te Pekalongan, J. W. Weyzig; bij het binn. best, op Java en Madura: tot contr. 1ste kl. J. A. B. Wiselius; tot contr. 2de kl. K. W. Mac Donald; op de bezittingen buiten Java en Madura: tot adsp. contr. K. G. A. Feist; bij den waterstaat: tot opz. 1ste kl. W. A. Sliedregt; tot opz. 2de kl. R. A. De Boer; tot opz. 3de kl. J. D. A. Poth; tot 2den comm. bij het dep. van ond., eered. en nijv. K. L. Fisher; tot 2den comm. op het bureau van den gouv. van Sumatra's Westk. F. De Xizer; tot tijdel. tolk voor de Chinee- sche taal: te Makassar, gouv. Celebes, J. Van der Spekte Che- ribon (residentie van dien naam) A. E. Mollte Rembang A. A. De Jongh. Ingetrokken: het aan den secretaris der res. Menado P. F. L. Kist, wegens ziekte, verleend tweej. verlof naar Europa. Tijdelijk gesteld: ter beschikking van den dir. van binnenl. best., speciaal om werkzaam te worden gesteld tot het tegengaan van de uitbreiding der in de residentiën Bantam, Batavia en Preauger Regentschappen heerschende veeziekte, de contr. 1ste klasse bij het binnenlandsch bestunr op Java en Madura C. P. H. Bachiene, met behoud van zijn genoemden rang en titel en met bepaling dat hij bij zijn kader zal worden gevoerd it la suite. Verleend: een tweej. verlof naar Europa, wegens ziekte, aan den opz. der 1ste kl. bij den wat. en 's lands burg. op. werken L. Van der Tas. Benoemd: tot landm. 2de kl. bij het kad. de ambten, op non-activ. L. A. Berkhout, laatstel. die betrekking hekleed hebbende, onlangs van verlof uit Nederland teruggekeerd. Departement van Oorlog. Verleend: Een tweejverlof naar Europa, wegens twaalf jaren onafgebr. dienst in Ned.-Indië, aan den lsten lnit. der inf. J. G. A. Bischoff. Benoemd: tot off. van gez. 2de kl. bij den mil. gen. dienst, de gew. off. van gez. lste kl. bij de kon. Ned. marine G. P. J. Theunissen. Ont slagen: Op verzoek, eervol, wegens volbr. diensttijd, met behoud van recht op pensioen, de kapts. der inf. L. C. Kuhr, A. J E. Van Dugteren en C. J. Brnsse, de twee laatsten onder toe kenning van den tit. rang van majoor. Bevorderd: tot off. van gez. lste kl. bij den mil. gen. dienst B. Van Delden, J. B. Heesen en M. L. Ritsema. Departement van Marine. Benoemd: tot 2den machinist bij de marine de machinist-leerling lste kl. J. W. F. Rudolph; tot baas-bankwerker bij de fabriek voor de mar. en het stoom wezen te Soerabaya, de ambten, op non-act. F. Van Sprang, laatstel. die betrekking bekleed hebbende. BUITENLAND. Frankrijk. Rochefort schreef uit Genève in de- „Mot d'Ordre" een hrief aan Andrieux, dat zijn oudste zoon den 23sten Mei op het Bastille-plein, waar hij woont, twee sabelhouwen, een aan het hoofd en een aan den buik, kreeg, van een politie-agent die het nummer 307 droeg van de 4de brigade, (deze is juist belast met het in bet oog houden van zonen van veroordeelden.) Hij stelt Andrieux aansprakelijk voor het gebeurde en belooft hem de wonden in klappen terug te geven, zoodra hij te Parijs zal zijn teruggekeerd. „De amnestie kan niet lang meer uitblijven en dan zal ik u de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1880 | | pagina 2