Dinsdag 30 Maart. N°. 6169. A0. 1880. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Derde Blad LEIDSCH DAGBLAD. PEIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER ADVERTENTIES i Van 1—6 regel*.7777.. 1.05. Iedere regel meer70.17}. Grootere letters naar plaatsruimte. LEIDEN, 37 Maart. Thans is in druk verschenen het verslag van het bestuur der Leidsche Vleeschmaatschappij over 1879, welke op 1 Januari van dat jaar 178 leden telde. 16 ingezetenen gaven hun verlangen te kennen als lid te worden aangenomenterwijl er 13 door vertrek als anderszins bedankt hebben op 1 Januari 11. telde de Maatschappij dus 181 leden. Er werden 10 aandeelen a pari uitgeloot. Het bedrijfskapitaal bedroeg 3700, waarmede de volgende cijfers werden verkregen. De kas ont ving alléén aan contanten f 89,693.12, aan inkoop van runderen en kalveren is besteed f 70,247.13, alléén aan accijnzen is betaald f 6017.30. Geslacht' zijn 248 koeien te zamen wegende aan vleesch en vet 84,591 kilo, 157 kalveren te zamen wegende aan vleesch 12,081 kilo, en 1 varken, voor de worst, wegende 117 kilo: alzoo te zamen 406 stuks vee of 96,789 kilo. Daarvan was verkocht en op 31 Dec. 1879 voorhanden 94,988 kilo, zoodat er een verlies aan gewicht was van 1801 kilo, of bijna 2°/0. In den loop van het jaar is benaderd 1 koe en zijn 3 koeien door den rijks veearts afgekeurd wegens parelziekte (pokken) ze werden onmiddellijk uit het slachthuis verwij derd; een er van is onder toezicht der politie be graven. Een en ander gaf der Maatschappij ongeveer 50 gulden verlies. De prijzen van het vee bleven stationairenkele zomermaanden daarentegen waren de prijzen 10 cents per kilogr. miuder; terwijl in het najaar de prijzen van de runderen en kal veren weder gestegen zijn. Na aftrek van alle on kosten en de vernieuwingen van het materieel, die op onkosten zijn afgeschreven, sluit het boekjaar met een nadeelig saldo van f 639.52>/2. Klachten kwamen minder dan vroegere jaren voor, terwijl het personeel weinig veranderingen onderging. Het nadeelig saldo spruit voornamelijk daaruit voort dat bij de eerste annonce der vermindering van vleeschprijzen door de particuliere slagers te dezer stede, tal van leden bij het bestuur kwamen vragen of deze prijsverlaging ook door de Maat schappij zou worden toegepast, terwijl bij iedere annonce van prijsverlaging der slagers deze aan drang herhaald werd, onder bedreiging van anders de Maatschappij te verlatenja zelfs hebben com missarissen vernomen, dat een zeker getal leden een verzoek aan het bestuur zou richten tot bijeen roeping eener algemeene vergadering, ten einde het bestuur te interpelleeren waarom de vleesch prijzen hooger waren dan die van andere slagers dezer stad. Met het oog op de weuschelijkheid om het getal leden niet te verminderen, zijn de prijzen van het vleesch toen lager gesteld dan met de gegevene omstandigheden was overeen te brengen. Commissarissen brengen tevens in herinnering dat het hoofddenkbeeld hnnner inrichting is goed en gezond vleesch te kunnen verkrijgen tegen den minstmogelijken prijs; alle mogelijke knoeierij te weren ep tevens paal en sterk te stellen aan mogelijke bovenmatige eischen van slagers. Aan het eerste wordt in den ruimsten zin voldaan, alléén 1ste qualiteit runderen en kalveren worden aan de Maatschappij geslacht, en de leden ver klaren allen dat het vleesch uitstekend is. Aan het tweede wordt zooveel mogelijk voldaan, maar zooals bij alle zaken het goed en goedkoop moeie- lijk te zamen gaat, zal dit bij de vleeschquaestie wel tot de onoplosbare vraagstukken blijven be- hooren. Tegen alle knoeierij wordt ten strengste gewaakt, en men moge overtuigd zijn dat, zoo de Leidsche Vleeschmaatschappij niet bestoud, de ingezetenen zeker heel wat duurder vleesch zouden eten dan nu het geval is. Een merkwaardig staaltje van de lichtzin nige wijze waarop door velen tot een examen wordt overgegaan, levert nog het uittreksel uit het verslag der commissie belast geweest met het af nemen van examen van hen, die akten van be kwaamheid voor middelbaar onderwijs verlangden. Daarin leest men o. a. het volgende: „Gebrek aan leeraren in de aardrijkskunde was zeker grootendeels de oorzaak, dat zich dit jaar een buitengewoon groot getal candidaten voor dat vak aanmeldde, maar tevens dat de uitslag niet gunstig was, daar van de 26, die zich had- J den aangemeld, slechts 11, waaronder ééne dame, konden worden toegelaten, terwijl niet minder dan 5 op het laatste oogenblik meenden het exa men liever nog een jaar te moeten uitstellen. Het zal dan ook wel aan eene al te haastige en daar door onvolledige voorbereiding toe te schrijven zijn, dat velen bij het examen eene uiterst ge ringe kennis aan den dag legden. Zoo verklaarde onder anderen een hunner „niet tot aan het bestu- deeren van den Indischen Archipel te zijn toe gekomen;" een ander wist geen enkel der Neder- laudsch West-Indische eilanden te noemen, en toen hem het eiland Curasao genoemd werd, was het hem niet mogelijk de ligging daarvan aan te wijzennog een ander was het niet uit het hoofd te brengen dat alle zeestroomingen den naam van golfstroom droegenvoor sommigen waren de namen Petcrmann, Nordenskjöld, Veth, Koo lemans Beynen klanken, die zij nooit gehoord hadden; anderen hoorden de uitdrukkingen „Noord oostelijke" en „Noordwestelijke doorvaart" voor de eerste maal. Sommigen der afgewezen candi daten waren niet in staat eene reis te water te maken van Dordrecht naar Middelburg, van 's-Her- togenbosch naar Groningen, of van Gorcum naar Amsterdam. Van grondige, wetenschappelijke studie was bij deze candidaten geen sprake; zij hadden blijkbaar hunne kennis geput uit een enkel handboek; van de eenvoudigste verschijn selen op het gebied der physische aardrijkskunde wisten zij geen rekenschap te geven, evenmin als eene verklaring van de physische verschijn selen en wetten, welke er den grondslag van uit maken. Het nauwe verband tusschen land en volk scheen voor hen niet te bestaaneene grondige kennis van Nederland scheen men vrij algemeen overbodig te achtendeze liet echter ook bij enkele toegelatenen te wenschen over." Verdere commentaar behoeft het bovenstaande zeker niet; het bevat eene ernstige waarschuwing voor hen die voornemens zijn naar eene akte voor het middelbaar onderwijs te dingen. Gr e m e n gr cl Nieuws. Te Rijnsburg had Woensdag 11. het volgende ongeluk plaats. Een oppassend jonkman uit Valkenburg was er werkzaam aan het herstel len van een hooiberg. Bij toeval beide handen op de punten van de dommekracht leggende, kwam een nedervallende paal met zóóveel kracht daarop neer, dat de handen letterlijk doorboord werden. De toestand van den lijder is voor het oogenblik bevredigend. Als iets zeldzaams wordt ons mede gedeeld dat bij een landbouwer te Lisse een kalf is geboren met een kop als van een hond, het lijf veel korter en dikker dan gewoonlijk en met korte pooten als van een varken. Tot het behoud van de koe had men het noodig geoordeeld het kalf vooraf te dooden, zoodat het levenloos ter wereld kwam. De machinisten der marine, met het Nederl. stoomschip „Prins Hendrik" van Batavia gerepatriëerd en op hooger last wegens insubor dinatie voorloopig te Amsterdam in arrest gesteld, zullen, naar men verneemt, naar het wachtschip te Nieuwediep worden overgebracht, om zich daar voor den zee-krijgsraad te verantwoorden. Uit Alphen meldt men: Sinds eenige dagen levert de Rijn een eigenaardig schouwspel op en eene ongewone levendigheid. Telkens doet zich het geval voor dat er een schip aan den grond raakt. Nu eens gelukt het, na groote krachtsinspanning, vlot te komen; maar ook ge beurt het wel dat twee sleepbooteo uren lang aan het werk zijn ze vlot te krijgen. Bij eene vaart, zoo druk als die tusschen Amsterdam en Rotterdam, geeft dit stoornisook de passagiersbooten onder vinden vaak groote vertraging; terwijl voor een paar dagen 's avonds zelfs de voetgangers meer dan een uur voor de brug moesten wachten, omdat een vaartuig met hooi in de brug geklemd zat. Verbreeding en uitdieping van het vaarwater wordt steeds noodzakelijker. Door den krijgsraad te Haarlem is de huzaar, die in den avond van 6 Maart 11. in de Koningstraat aldaar aan een burger eene porte- monnaie met geld heeft ontrold, veroordeeld tol eene gevangenisstraf van twee jaren, met ontzeg ging van het recht om bij de gewapende macht te dienen voor den tijd van vijf jaren. De te Oran verschijnende „Atlas" beschrijft een merkwaardig tweegevecht, voor eenigen tijd gehouden aan de Oued Belit, op eenigen afstand van Mequinez, in Marokko. Min nenijd was de drijfveer tot dezen kamp op leven en dood, welke te paard met karabijnen, revolvers en hartsvangers gevoerd werd. De kampioenen, zoo verhaalt het blad, verschenen met hunne ge tuigen. De paarden waren prachtig opgetuigd met fluweel en goud. De strijders vatten op 100 meters afstand van elkander post, een pistoolschot gaf het teeken en de rossen renden op elkander in. Een dikke stofwolk onttrok hen met hunne berijders aan het oog der toeschouwers, twee scho ten knalden, en daarop een derde, gevolgd door luid gehinnik. Toen het stof was weggewaaid, zag men een der ruiters, achter zijn dood paard ge doken, mikken op zijn tegenstander, die nog in den zadel zat. Deze deed zijn paard steigeren, het welk den kogel in de borst ving en ter aarde plofte. Eerstgenoemde schoot op zijn tegenstander toe, maar kreeg op zijne beurt een kogel in het been en een in den linker-schouder. Dit verhin derde hem niet om zelf het eene schot na het andere op zijn vijand te lossen, die nederviel met twee kogels in den buik. Niettemin trok hij zijn mes en kroop naar zijn tegenstander, door wien hij met een dolksteek in den strot ontvangen werd, om hem onmiddellijk daarop zelf de borst open te rijten. Nu vatten de twee elkander aan en be gonnen, hunne laatste krachten inspannende, elkan der te verbijten. De getuigen kwamen tusscben- beide, maar het was te laatzij hadden den adem uitgeblazen, de een met zijne tanden in de wang des anderen en deze met de hand wroetende in de gapende borstwonde van zijn vijand.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1880 | | pagina 1