N°. 6152.
Maandag 8 Maart.
A0. 1880.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
Derde Blad.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden..™77T..V;;T7.'7 1.10.
PRIJS DER ADYERTENTIEN:
Afzonderlijke Nommers.7?7Trr."."."77.'7V. 0.05.
Iedere regel meer.77777777777777,T'7lSl7f7'.7 0.17J.
Grootere letters naar plaatsruimte.
Gemengd Nieuws.
Door de politie alhier is proces-ver
baal opgemaakt tegen eene in de Sliksteeg wo
nende weduwe, die tegen betaling voor lichtge-
loovigen de kaart legt. Eenige dagen geleden
geschiedde zulks ook tegen een aan de Kaiserstraat
woonachtigen logementhouder.
Hedenmiddag te ongeveer twaalf uren
is op den Ouden Singel het wiel van een met
een paard bespannen en met steenkolen geladen wagen
in het zand gezakt, doch, zonder ongelukken te
veroorzaken, weder daaruit gehaald.
Op den Vijverberg te 's-Hage ge
raakte gistermiddag een hooiwagen in de rails
van den tramway beklemd, met het gevolg dat
de wagen omsloeg en het paard verschillende
kwetsuren bekwam.
De raad der gemeente Oeffeit heeft
den gemeente-secretaris wegens nalatigheid in het
verrichten der hem door den raad opgedragen
werkzaamheden voor den tijd van drie maanden
in zijne bediening geschorst.
Men meldt uit 's-Hertogenbosch van
gistermiddag twaalf urenDe Maas is sedert heden
morgen gevallen tot 4.62 M. boven A. P. Het
regent en er waait een sterke zuidwestenwind.
In de bovenstreken is veel was, hetgeen nieuwe
overstrooming doet verwachten.
Uit Enkhuizen meldt men dat 's nachts
een der vaartuigen, die in het Krabbersgat anker
den, door den storm is losgeslagen. Het schip is
totaal weg en de opvarenden zijn verdronken.
Te Pieterzijl, onder Grijpskerk, is
dezer dagen 's nachts de woning van S. v. d. W.
eene prooi der vlammen geworden. De 19-jarige
zoon verloor daarbij het leven.
Er zal een proef worden genomen om
door een gespannen touw langs of over de spoor
treinen, de reizigers op eenvoudige wijze in de
gelegenheid te stellen tot signaal, als zij onraad
ontdekken.
Twee Groningsche arbeiders hadden
zich de vrijheid veroorloofd een steenen pomp, die
echter geen dienst meer deed, af te breken en
zich de afbraak toe te eigenen. Zij erkenden dit
feit, waarvoor zij gisteren terechtstonden, en de
gehoorde getuigen bevestigden die bekentenis. Be
klaagden meenden hoegenaamd geen kwaad te
hebben gedaanhet was meer vinden dan stelen
de steenen hadden niet meer waarde dan f 5
de weg was door het wegbreken van de pomp
eer beter dan minder geworden, en het was, vol
gens hen, niet zeker wie eigenaar was van de pomp.
Het openbaar ministerie ging met dit stelsel van
verdediging niet mee, en requireerde de veroor
deeling van beklaagden wegens eenvoudigen dief
stal tot ééne maand celstraf. „Hebt gij nog
iets te zeggen?" vroeg de voorzitter. „O," zeide
de eerste beklaagde, met opgeheven wijsvinger
dreigende, „als ik geld had om een verdediger te
betalen, dan zou je eens zien." De volgende week
uitspraak.
Het gerechtshof te 's-Hertogenbosch
heeft J. v. d. Brugge, oud 35 jaren, stoker, wonende
te Breda, beschuldigd van poging tot moord ge
pleegd op den persoon van jhr. Backer aldaar, ver
oordeeld tot 7 jaren gevangenisstraf.
Te Weenen is op verzoek vandeEus-
sische regeering een persoon in hechtenis ge
nomen, die zich daar onder den naam van Omyros
Tafa ophield en van aanzienlijke geboorte schijnt
te zijn. De Russische regeering beweert dat hij
in betrekking staat met de nihilisten in Rusiand.
Hij zelf weigert inlichtingen omtrent zijn persoon
te geven of aangaande de belangrijke geldsommen,
waarover hij beschikt. Er worden onderhandelingen
over zijne uitlevering gevoerd.
Alweer een slachtoffer van het spel.
Te Nizza viel een Pool, Edouard De Kocrorowski,
op straat neer. Men snelde te hulp; de man leed
vreeselijk en hij bezweek onderweg naar zijne
woning. Het bleek dat hij ongelukkig had gespeeld
en zich met sulfaat van strychnine had vergiftigd.
Omtrent het wegvoeren van den En-
gelschen kolonel Synge uit zijne woning te Trico-
vista, niet ver van Salonica, wordt nader bericht
Des avonds omsingelde een bende van 25 a 30
man het huis en eischte dat Synge zich zou over
geven. Synge weigerde; de roovers dreigden het
huis in brand te steken, waarop Synge hen bin
nenliet. De roovers gingen het geheele huis door,
maar namen niets weg. Synge moest meegaan, maar
mocht zijn paard meenemen; de roovers namen
nog twee paarden mede. Vóór zijn vertrek gelastte
Synge een zijner bedienden naar Salonica te gaan
en den consul Blunt alles te berichten. Het schijnt
dat Synge door de roovers goed wordt behandeld.
Het hoofd der bende, Niko, is verdwenen en de
onderhandelingen over Synges losgeld zijn dus
afgebroken.
Op zekeren avond trad bij eene herber
gierster te Valenciennes een onbekend persoon
van herculische gestalte binnen; hij droeg een
koffer van ongewoon groote afmetingen op den
schouder, dien hij terstond neerzette. Nadat hem
op zijn verzoek een kamer voor den nacht was
aangewezen, verwijderde hij zich met de woorden
dat hij eerst laat terugkwam en dat de koffer,
die kostbare, breekbare voorwerpen bevatte, maar
zoolang beneden moest blijven staan. Intusschen
werd het elf uren, het tijdstip waarop te Valen
ciennes alle koffiehuizen en herbergen moeten slui
ten, en nog was de vreemdeling afwezig. De eigenares
begon dus de herberg te sluiten, doch niet gering
was hare ontsteltenis, toen zij gerucht en beweging
in den koffer opmerkte. Gelukkig trad op dat uur
een gendarme de herberg binnen en had op de
aanwijzing der vrouw spoedig met zijn sabel den
koffer doen openspringen, waaruit nu in levenden
lijve een volwassen persoon te voorschijn kwam
met een revolver in de hand. Na een korte wor
steling had de gendarme, die op zijn hoede was,
zich van hem meestergemaakt en spoedig kreeg
de politie ook den ongelooflijk sterken makker
in handen. Dat het zoo zonderling geïntrodu
ceerde tweetal voornemens was geweest des nachts
de herbergierster te bestelen, lijdt geen twijfel.
Het onderzoek naar het groote onge
luk op de Tay-brug is thans ten einde gebracht.
Bij de laatste ondervraging hebben eenige werk
lieden, die de kolommen, waarop de brug rustte,
hebben helpen maken, verklaard dat die slecht ge
maakt waren, en tevens verteld dat zij gewoon
waren gaten in de pilaren met gesmolten metaal
te vullen, en als zij daarmede bezig waren en een
der hoofdingenieurs ging voorbij, dan wierpen zij
er een doek overheen.
Twee jeugdige knapen hebben Don
derdag in Engeland eene herhaling van het spoor
wegonheil bij de Tay-brug door hunne tegenwoor
digheid van geest voorkomen. Toen de trein van
Malmesbury het Somerford-station gepasseerd was,
zag de machinist twee jongens langs den weg, die
hem op alle mogelijke wijzen trachtten te bewegen
den trein te stoppen. De machinist volgde dien
wenk toen op en het bleek dat de brug over de rivier
zoodanig door den storm geleden had, dat de trein
er ongetwijfeld mede in de diepte verdwenen
zou zijn.
Koning Alfonsus van Spanje is in de
vorige week ternauwernood aan een groot gevaar
ontkomen, waarvan een der hem vergezellende
personen het slachtoffer werd. Op jacht zijnde,
stortte plotseling de ruiter, die onmiddellijk naast
den koning reed, doodelijk getroffen neer. Een
kogel uit het geweer van een der jagers had hem
doorboord. Een oogenblik dacht men aan boos
opzet en zelfs waren er, die het vermoeden
uitten dat de koning het eigenlijke doel van
den kogel was. Men heeft een onderzoek ingesteld,
maar het schijnt dat hier slechts aan een noodlottig
toeval gedacht moet worden.
Uit de Oost. In de residentie Sama-
rang is onlangs, zoo meldt de „Locomotief", een
bijna onherkenbaar lijk gevonden, waaraan merk
bare teekenen waren, waaruit kon worden afgeleid
dat men met een misdaad te maken had. Kam
ponghoofd, districtshoofd en andere hoofden zaten
geducht in de verlegenheid. Er was een moord ge
schied en de dader niet te vinden Hoe zich
daaruit te werken Na schouwing en herschouwing
wist de loerah eindelijk eene Javaansche vrouw
aan te wijzen, die, dacht hij, het lijk wel zou
herkennen. En, jawel! Het was haar eigen man!
Dat teeken hier, en een ander daar er was
geen twijfel mogelijk. En daarbijhaar man was
reeds eenige dagen te voren weggegaan zonder
te zeggen waarheen of waarvoor. Hij was het. Als
die „hij" werd het lijk ter aarde besteld. Nu
de moordenaarZou de vrouw des vermoorden
ook daarover geen aanwijzing kunnen doen? In
elk geval laat Wedono en Djaksa haar eens goed
ondervragen, misschien kent zij een persoonlijken
vijand van haar man, misschien weet ze met wien
hij is vertrokken. Gelukkig herinnert zij zich dat
zeer goedzonder aarzelen noemt ze een naam en
herkent den drager van dien naam als dengenen met
wien ze haar man het laatst heeft gezien. Ver
scheidene getuigen bevestigen dat. Een rijststamper
(de moord was blijkbaar met zoo'n werktuig ge
pleegd) had hij gedragen en reeds vóór hun ver
trek waren er harde woorden gevallen. Jawel, hij
moest het zijn. De Landraad behandelde de zaak,
kwam tot dezelfde conclusie en verwees den moorde
naar, die hardnekkig alles bleef ontkennen, naar
den omgaanden rechter, die hem zeer waarschijn
lijk zou veroordeelen tot de straffe des doods door
ophanging aan een galg. Doch neen, zoover zal
het niet komen. Terwijl nl. de zaak in behande
ling is, komt de doodgewaande echtgenoot van
de eerste aanklaagster thuis. „Hé, ben je dan niet
vermoord?" vraagt hem de wedono of ass. we
dono. „Wel neen, dat ziet u„Maar we
hebben toch je lijk gevonden!" „Best moge
lijk. Maar zeker is dat ik hier in levenden lijve
voor u sta!" „En je vrouw heeft gezegd dat
je vijand K.je met een rijststamper heeft dood
geslagen." „K. is geen vijand van me, ik
ken hem niet en heb nooit met hem gereisd."
Helaas, men dacht soesah te vermijden, en nu
kreeg men nog veel erger. De aanklaagster wordt
opnieuw ondervraagd en bekent eindelijk.dat
ze door kamponghoofd of een ander hoofd was om
gekocht evenals de vele andere getuigen in deze zaak.