N°. 6131. Donderdag 1 Februari. A". 1880. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Dit Kommer bestaat uit TWEE BLADEN. Eerste Blad. Loling voor de Nationale Militie. DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 mienden......1.10. Franco per poet1.40. Afeooderiyke Nommer»....—j-.-.-vk 0.05. PRIJS DER ABYERTENTIEN: 1 Vtt 1—rtfda .-Dr.YiMtv.MVm'. .at'.tV. f 1.05; leden regel meer......v.-..*.s 0.17$. Grooiers letten naar pteatmhnte. STADS-BERICHTEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Doen te weten: dat de Loting der in het vorig jaar binnen deze gemeente voor de Nationale Militie ingeschre venen, en alzoo voor hen die geboren zijn in het jaar 1860, zal geschieden in een der vertrekken van het Raadhuis, op Dinsdag, Woensdag en Donderdag den lOden, llden en 12den Februari a. s., telkens des morgens te halftien dat deze Loting in eene alphabetische volgorde der namen van de ingeschrevenen zal plaats hebben, en wel: op Donderdag den 12den Februari 1880 voor de ingeschrevenen wier familienaam begint met de letter P tot en met de letter Z. Der verdienste haar kroon. Met onverdeeld genoegen heeft ongetwijfeld de natie de hoogst eervolle onderscheiding begroet, waarmede Z. M. de Koning H. D. tevredenheid betuigde over het krijgsmansbeleid en den hel denmoed van den opperbevelhebber in Atjeh. Dat bij diezelfde gelegenheid de hoogst verdienstelijke chef van den generalen staf niet werd vergeten, is mede niet onopgemerkt gebleven en vond even eens warme toejuiching. Weken achtereen hebben we ons echter afge vraagd: Zal het nu hierbij blijven? Zullen onze dappere officieren en minderen geen enkel blijk ontvangen, dat huDne kloeke houding waardeering vindt Men denke daarover niet gering. Ieder die de berichten betreflende de laatste expeditie met eenige opmerkzaamheid heeft gadegeslagen, kan zich eenig denkbeeld vormen van hetgeen ons Indisch leger heeft gepresteerd. Vermoeiende marschen op slechts gedeeltelijk bekend, hier en daar nagenoeg onbe gaanbaar terrein, scherpe gevechten tegen de hard nekkige bevolking van Samalangan, van XXII en XXVI Moekims en onderscheidene andere distric ten en dit gevoegd bij vele ziekten onder dat klimaat en die omstandigheden onvermijdelijk inderdaad, officieren en soldaten, Europeanen en inlanders, zij verdienen ten volle de hulde, hun bij dagorder door den legercommandant toege zwaaid. Het Vaderland is hun veel verschuldigd. 't Is wel waar, van militairen wordt niet anders verwacht dan dat zij zich dapper gedragen. Wanneer het plichtgevoel spreekt, houden alle andere over wegingen op. Men heeft zijn leven veil voor de zaak die men dient, zoo niet, dan is men niet waard in de gelederen te staan. Maar tegenover die buitengewone opofferingen staan in den regel buitengewone eereblijkenzij hangen zoo nauw samen met de militaire traditiën, dat er niet dan om zeer gewichtige redenen van mag worden af geweken. Het was dan ook eene nieuwe voldoening voor ons nationaal gevoel, toen eenige dagen geleden de Staatscourant een zeker aantal benoemingen in de Militaire Willemsorde, mitsgaders een nog grooter getal eervolle vermeldingen mededeelde. Wij zijn er der regeering dankbaar voor dat zij eindelijk het expeditie-leger recht deed wedervaren. Dankbaar zijn we, maar niet voldaan. Als we eene vergelijking maken tusschen de be kroningen van 1880 en die van 1874, na de in neming van den Kraton, dan valt ons terstond in het oog dat het gouvernement thans bijzonder de zuinigheid betrachtte. Toen daalde een regen van belooningen neder op onze gelauwerde krijgslie den, thans zijn slechts weinigen uitverkoren. 't Is waar, men dacht toen het eind van de geschie denis te hebben en daarom mild te kunnea zijn. Het vervolg heeft geleerd dat dit eene vergissing was; maar moeten de deelnemers aan de vierde expeditie dat ontgelden? Er is vrij wat meer krachtsinspanning gevorderd bij den gevaarvollen veldtocht onder generaal Van der Heyden dan bij de betrekkelijk gemakkelijke expeditiën die ons in het bezit van Kotta-Radja stelden. In de tweede plaats merken we op dat er ditmaal veel geschermd is met „eervolle vermel dingen." Ongetwijfeld is dat voor de staatskas voordeeliger dan Willemsordenwe vragen echter of dat geene misplaatste zuinigheid is? Vroeger bestond die eervolle vermelding eenvoudig in een brevet: thans wordt er ook een zichtbaar teeken voor gedragen, namelijk een kroontje boven de overige decoratiën. Als de laatste ontbreken, draagt men dan dat kroontje zonder meer? Na de tweede expeditie onder luitenant-gene raal Van Swieten werd den dapperen strijders eene Atjeh-medaille uitgereikt, vervaardigd van ver overd geschut. Bestaan er nu geene termen om desgelijks te handelen? We meenen ons te her inneren dat er in de XXII en XXVI Moekims, en inzonderheid te Samalangan, opnieuw vijande lijk geschut is buitgemaakt. Eindelijk nog bestaat er een algemeen eere- teeken voor belangrijke krijgsverrichtingen. Bij ko ninklijk besluit wordt telkens vastgesteld voor welke expeditiën het wordt verleend. Misschien is de regeering voornemens eerlaDg eene dergelijke be slissing omtrent de Atjeh-tochten van af het be gin van 1877 te nemen; zulks komt ons zeer wenschelijk voor in het belang van den goeden geest, waardoor ons leger in Indië de vergelijking met elke andere Europeesche strijdmacht kan doorstaan. Of zou misschien ons Indisch leger eene verrassing bereid zijn Wie weet 's Konings veij aardag is nabij LEIDEN, 11 Februari. B. en Ws. stellen den Raad voor, te besluiten dat zal worden overgegaan tot de benoeming van een adjunct-stadsgenees- en heelkundige, bevoegd tot de uitoefening van de genees- en heelkundige praktijk, en zulks op eene jaarwedde van f 200, welk bedrag hun voldoende toeschijnt, en dien ambtenaar op te dragen om, bij vacature, ziekte of ontstentenis van een der stadsgenees- of heel kundigen, den dienst waar te nemen, onder be paling dat de titularis voor den tijd van drie jaren wordt benoemd. Zij raden gunstig op het verzoek van B. M. Wepster, om een eervol ontslag als hulponder wijzer aan de school N°. 3 voor minvermogenden, met ingang van 1 April e. k. Tevens stellen zij voor aan eenige personen ge- heele of gedeeltelijke afschrijving van hun aanslag in de plaatselijke directe belasting dienst 1879 te verleenen, tot een gezamenlijk bedrag van f 3927.26, en afwijzend te beschikken op een adres van de wed. G. Koolhaas, om afschrijving voor een ge deelte van haren aanslag in die belasting. De com missie van financiën vereenigt zich met die voordracht. De commissie van financiën vereenigt zich mede met de voordracht van B. en Ws. betrekkelijk de verzoeken van L. G. Le Poole ter bekoming van gemeentegrond, den onderwijzer J. Korswagen om verhooging van jaarwedde, en het college van stadsgenees- en heelkundigen tot de aanstelling van een vasten adsistent. Betreffende de voordracht tot den afstand van den grond van het hofje van den Heiligen Geest aan jhr. mr. J. W. P. Diert van Melissant, geeft zij in overweging dien grond onvoorwaardelijk in eigendom af te staan tegen een koopprijs van f 2.50 per centiare, benevens de kosten van overdracht. Omtrent het verzoek van de commissie van administratie der Roomsch-Kath. begraafplaats, tot het in eigendom bekomen van grond aan den Yestwal nabij die begraafplaats, stelt de commissie voor, dien grond niet in eigendom maar in erf pacht uit te geven voor den tijd van 99 jaar, tegen betaling van een erfpachts-canon, gelijkstaande met het bedrag der thans betaald wordende recognitie; Men schrijft ons: Ieder, die het wel meent met den bloei en den vooruitgang van Leiden en de Rijnstreek, moet zich ongetwijfeld verheugen in het tot stand komen van het nieuw sterk wer kend stoomgemaal te Katwijk aan Zee. Yeeliser behalve dat in den laatsten tijd reeds verrichten toch is er nog ééne zaak van zoo ingrijpend be lang, dat wij de hoop niet kunnen onderdrukken dat ook daaraan eenmaal de hand zal geslagen worden: wij bedoelen het aanleggen van een zee haven aldaar. Men denke slechts aan den uitge- breiden uitvoer van Rijnlands producten naar Enge land, die bij meer direct verkeer, nu reeds ge steund door den spoorweg LeidenWoerden, onge twijfeld nog belangrijk zou toenemen. Bovendien zon voor Leiden het vooruitzicht geopend zijn, eene stapelplaats voor handel in het algemeen te worden, zooals het nu reeds een der grootste mark ten voor vee en zuivel bezit. Technische bezwaren, waarop men anders zoo dikwijls stuit, zouden er voor het aanleggen van een zeehaven te Katwijk aan Zee zeer weinig bestaande sterke strooming der zee te dier plaatse maakt dat er weinig ge vaar voor verzanding is en bij sterken mist voor belemmering in de vaart. Tot leeraren aan de rijksnormaalschool te Lisse zijn benoemd de hoofdonderwijzers P. W. De Jong te Oegstgeest en J. Yan Dobbelen te Yoorhout; aan die te Yoorschoten, de hoofd onderwijzer L. Den Ouden te Oegstgeest. Door den majoor, directeur van het centraal magazijn van militaire kleeding, uitrusting enz., te Delft, is aanbesteed de levering van 11,000 ramen van bandijzer, voor eenmans ijzeren bed kribben, in 11 perceelen van 1000 stuks. De minste inschrijvers waren: voor 1 perc. D. H. Wens te Delft, a 2.15 per stuk; 1 perc. R. Langezaal te Leiden, a f 2.30 per stuk; 1 perc. J. P. Helbers te Zeist, a f 2.32 per stuk1 perc. R. Langezaal te Leiden, a f 2.33 per stuk; 1 perc. id. id. a f 2.36 per stuk; 1 perc. W. El- berson te Amersfoort, a f 2.36 per stuk1 perc. R. Langezaal te Leiden, a f 2.39 per stuk; 1 perc. id. id. a 2.44 per stuk1 perc. H. Dal huizen te Kampen, a f 2.45 per stuk; 11 perc. G. Lemm te Kialingen, a f 2.461/, per stuk. Het verslag over den toestand en de ver richtingen van de 's-Gravenhaagsche Zeebad-inrich ting voor minvermogenden te Scheveningen, over het badseizoen 1879, toont aan dat van de 49 kinderen er 32 zijn genezen en 12 zeer verbeterd vertrokken, terwijl 5 patiënten de inriehting verlieten voor wie het verblijf geen herstel mocht aanbrengen. In de vier jaren, waarin de barak dienst deed, werden 117 kinderen behandeld; het nut der inrichting bleek daarbij duidelijk. De barak is nu voorgoed verlaten en de Yereeniging is bestemd om in de in aanbouw zijnde „Sophia-stichting" de badinrich ting voor minvermogende kinderen voort te zetten. Het hoofdcomité tot stichting van een monument,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1880 | | pagina 1