De „gepensionneerde ingenieur uit Oost-Indië", die onlangs te Oosterbeek de familie F. door zijn snoeverijen zoo wist in te palmen, dat zij hem gaarne ruimschoots van reisgeld voor zag, heeft ook Kampen met een bezoek vereerd. Hier trad de heer „De Graaf' op onder den aaara van „Middelbeek", gepensionneerd fortificatie- opzichter. Evenals te O. deed hij zich in ver schillende koffiehuizen als een Indischen nabob voor, onthaalde er iedereen (waarschijnlijk van het overschot van het bewuste reisgeld) en ver eerde verscheiden stadgeuooten, die hij daardoor bijzonder gelukkig maakte, met bestellingen. Ook wist hij bij den koffiehuishouder T. voor zijn dochtertje, dat hij den volgenden dag met 13 groote koffers en een piano per spoor verwachtte, een geschikt kosthuis te vinden. Toen de heer T., dien hij verzocht had den volgenden dag met 2 sleeperswagens aan het spoor te zijn, om de koffers c. a. in ontvangst te nemen, op den be paalden tijd aan het station kwam, vernam hij tot zijn verbazing, dat de nabob met denvorigen trein vertrokken was. De koffers en de betaling van een groot deel der verteringskosten laten nog op zich wachten. Het is te hopen, dat de justitie den heer Graaf-Middelbeek spoedig een passende ver blijfplaats zal bezorgen. Een grondeigenaar te Houlme, een grijsaard van 72 jaar, is op den weg van Bapaume naar Monville vermoord gevonden door een geweer schot. Als vermoedelijke dader van den moord wordt vervolgd een neef van den verslagene, die land van hem in pacht had. Deze is op de vlucht gegaan, na aan ziju vrouw te hebben meegedeeld dat hij genoodzaakt was haar te verlaten. Uit Saint-Etienne wordt melding ge- maakt van het verdwijnen van zekeren Badel, in het nabijgelegen Petite-Vaure woonachtig, ten huize van een kruidenier. De vermiste zou eerstdaags in het huwelijk treden, en daar nu de winkelier hem een som van 700 fr. schuldig was, die hij hem bij zijn vertrek moest betalen, bestaat er gegrond vermoeden, dat men hier te doen heeft met een misdaad, door den in geldverlegenheid verkeerenden schuldenaar op zijn schuldeischer gepleegd. Sinds eenigen tijd werd er op de boerderijen in den omtrek vau het Pransche dorp Goderville aanhoudend ingebroken. Geen wonder dat een dienstmaagd bij een der pachters bevreesd was dat haar gouden horloge met dito ketting, een erfstuk van een overleden oom, den inbrekers eveneens in handen zou vallen. Dag en nacht droeg zij het dan ook bij zich. En toch, ondanks al die voorzorgen was het zakuurwerk op zekeren morgen verdwenen. Reeds had men de hoop op gegeven het ooit terug te vinden, toen tot aller verbazing het vermiste voorwerp uit een tarwe brood te voorschijn kwam, dat door de vrouw van den pachter werd opengesneden. Wat was het geval? In haar bezorgdheid over haar hor loge was de dienstmaagd in den slaap opge staan en had het geliefkoosde voorwerp in het gereedstaande deeg verborgen. Het idéé fixe waar door zij werd beheerscht, had haar tot slaapwan delaarster gemaakt. De erfgenamen van wijlen den groo- ten sterrenkundige pater Secchi hebben den Itali- aanschen minister van onderwijs een proces aan gedaan, omdat deze, na den dood van den pater, de sterrenwacht van het „Collegio Romano" bezet en tevens de vele instrumenten in beslag genomen heeft. De erfgenamen beweren dat deze instru menten hnn rechtmatig eigendom zijn, daar ze door Pius IX aan pater Secchi persoonlijk, en niet aan het observatorium geschonken waren. De zaak zal binnenkort voor de rechtbank te Rome behan deld worden. Te Marseille vond men in het hotel Vichy een Rus op den grond liggenhij had zich met een revolver door het hoofd geschoten. Op den schoorsteen vond men twee brieven, op de enveloppe waarvan geschreven was, dat zij alleen mochten worden geopend door den directeur der politie iu tegenwoordigheid van den Russischen consul. De man zelf, Manoutoff geheeten, is nog niet dood, maar men vreest voor zijn leven. Een 25-jarig bewoner van Montéli- mart, een boer, kwam door het overlijden van een ongehuwden oom, vroeger wisselagent te Lyon, in het bezit van 1,800,000 fr. De man was na deze tijding gedurende 48 uren sprakeloos. Dezer dagen is te Parijs een bloem schilder overleden, zekere Tremblay, die indertijd zich vermaard maakte en in groote weelde leefde, maar langzamerhand tot armoede verviel, tot hij eindelijk in een schamel kamertje dood op zijn bed gevonden is. Intusschen trof men te midden vau deze armoede een koffertje aan, tot aan den rand toe gevuld met goudstukken, meest uit den tijd van Napoleon I en Lodewijk XVIII. De hartstocht van den verzamelaar schijnt hem het uiterste gebrek te hebben doen trotseeren om maar niet aan zijn schat te raken. De heer Rusma, scheepsleverancier wiens kantoor gevestigd is iu de benedenstad van Batavia naast het tramway-stationsgebouw, is het slachtoffer gewerden van een hoogst brutalen diefstal met inbraak. Alvorens hij 's ochtends het kantoor verliet, sloot hij alle kantoorboeken (groot boek, journaal, memoriaal, groot- en klein kas boek enz.) in de brandkast, waarin zich een som van 3000 bevond. Den volgenden ochtend werd de voordeur van de lokalen open gevonden, ter wijl uit een der kamers de geheele brandkast voor het transport waarvan vier man noodig zijn, verdwenen was. De dieven waren binnengedron gen door een aantal jaloesieën van de bouten buiteudeur uit te breken, en daarna feen ruit van de glazen deur te verbrijzelen; door de aldus verkregen opening binnengekomen, werden de grendels afgenomen. De mandoer, die nog slechts twee maanden bij den heer Rusman in dienst is en wist dat de brandkast een vrij belang rijke som bevatte, is gearresteerdde vorige mandoer wordt opgespoord, en een tachtigtal dwangarbeiders, onder leiding van eenige politie oppassers doorzoeken de langs bet kantoor van den heer Rusman stroomende kali en het terrein in den omtrek, om de brandkast op te sporen. De adsistent-resident voor de politie heeft met den heer Van Ollefen, schout in de benedenstad, een onderzoek in loco ingesteld. Merkwaardig is dat een gardoe op 15 pas afstand staat van het huis waar ingebroken en een brandkast uitgesleept werd, eu dat, op 60 pas afstand, vlak vóór het huis, de wacht van den waterschout (13 man) vertoeft. Geen dezer politie-wachten schijnt van het gebeurde iets te hebben bemerkt. KOLONIExX BATAVIA, 18 December. Op den 29sten November jl. is ter hoofd plaats Pasoeroean een openbare lagere meisjesschool geopend. De lessen zijn op den lsten dezer aan gevangen met 27 leerlingen. Blijkens een van den resident van Krawang ontvangen telegram van den 4den dezer, is iu de dessa's Gempol en Wadas (Tegal Waroe landen) onder de karbouweu een ziekte uitgebroken die naar alle waarschijnlijkheid als miltvuur te beschou wen is en waaraan van de 56 aangetaste dieren reeds 27 bezweken. Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië zijn de volgen de beschikkingen genomen: Civiel Departement. Ontslagen: Eervol uit zijne betrekking, wegens ziekte, de ads.-res. van Montrado (Westcr-afdeeling van Borneo) mr. J. Van Kaathoven. Benoemd: Bij den post-en telegraafd., tot comm. 1ste kl. W. L. Leyder; tot comm. 3de kl. de tijd. comm. 3de kl. J. L. W. G. Koch; tot tijd. comm. 3de kl. D. J. M. Hildering; tot vendum. tevens kass. en boekb. bij het vendukant. te Pekalongan, S. N. ïlarx; tot Istencomm. bij het dep. van justitie, mr. D. A. Pekelharing; tot 2den machi nist bij de gouv.-marine G. Hogenziekertot eersten commies ter algem. secretarie, J. B. De Scheemaker en jhr. O. Van der Wijck; tot voorz. vau den landraad te Sidoardjho (Soerabaia) mr. J. W. Zuurdeeg te Loemadjang (Probolingo); van den landraad te Loemadjang mr. J. W. Van Goens te Sidoardjho. Departement van Oorlog. Van Atjeh worden afgelost de off. van gez. 2de kl. P. Durdik, 1ste luit.-kwartierm. J. L. Kroeze, de kapts. der inf. A. A. A. E. Gewin, L. C. Van Vleuten; A. J. Kulff, H. L. De Haas, de lste luits. A. Van den Briel, J. P. P. G. E. Delpij, G. G. P. Van Lindheim, de 2de luits. \V. N. AVintershoven, G. W. H. Stom, H. J. Bierstedt, A. W. Gijsberti Hodenpijl, benevens de btj het wapen der art. gedetacheerde lste luit. H. J. Dijckmeester. Geplaatst: De off. van gez. 2de kl. W. J. V. Haeften, ter Sumatra's Westkust; lste luit. der genie G. J. Cassa te Willem Ilste luit der art. C. Feuilletam de Bruyn, te Batavia; kapt. der genie C. H. W. Van Haeften, naar Atjeh. Overgeplaatst: De lste luits. der inf. J. Vos en R. I. Van Zwol naar de Wester-afd. van Borneo en de Mo- lukko's; magazijnmeester der genie P. V. Rhemrev naar Soerabaia; officier van gezondheid lste kl. J. M. W. Van de Hoeven naar Salatiga, allen van Atjeh geëvacueerd; do kapt. der inf. P. Van Rijk, van Atjeh geëvacueerd, naar Amboina. Verleend: Een tweejarig verlof naar Europa, wegens twaalf jaren onafgebroken dienst in Ned.-Indië, aan den lsten luit. der inf. J. W. Hendrix. BUITENLAND. Frankrijk. De benoeming van den heer Desprez lot gezant bij het Vaticaan wordt bevestigd. Het gerucht, als zou de heer Magnin als minister van financiën aftreden, wordt voor onjuist verklaard. Bij de begrafenis van den heer Jules Eavre zijn vele aanzienlijke politieke man nen en parlementsleden tegenwoordig geweest. Over eenkomstig het verlangen des overledenen is er niet bij het graf gesproken. Men herinnert zich hoe onlangs onrust barende berichten uit Cannes betreffende de keizerin van Rusland het ergste deden vreezen. Naar het schijnt is H. M. sedert beterende geweest en men verzekert nu dat zij in de eerste dagen van Februari vertrekken zal. Intusschen is haar toe stand nog van dien aard, dat er sprake van is rails te leggen tot aan de door haar bewoonde villa, zoodat zij onmiddellijk in haar salonwagen stappen kan. In tegenstelling met het onderwijs-ontwerp van den heer Paul Bert, zijn in het ontwerp- Ferry bepalingen opgenomen betreffende hulp in kleederen, voedsel en schoolbeuoodigdheden, wan neer de huisgezinnen daaraan behoefte hebben. In het ontwerp nopens het kosteloos onderwijs wordt voorgesteld dat de vier opcenten, welke onder de tegenwoordige wetgeving door de gemeen ten kunnen opgelegd worden, voortaan verplicht zullen zijn. Zoo noodig zal een vijfde opcent op de gemeente-inkomsten geheven worden. De Staat zal, evenals vroeger, zijn deel in de toelage dragen. Beide ontwerpen zouden op 1 Januari 1881 van kracht worden verklaard. Het ontwerp van den heer Paul Bert zou den Staal 140 millioen kosten, doch de ontwerpen van den heer Ferry slechts 113 millioen. Luxem burg. In de "Woensdag gehouden zitting der Kamer heeft de heer De la Fontaine uit naam der Cen trale Afdeeling verslag uitgebracht over het voorstel om een standbeeld op te richten ter eere van koning Willem II. De slotsom van het verslag was, dat de betamelijkheid medebracht, eindelijk tot deze oprichting over te gaan. Met algemeene stemmen heeft de Kamer een wetsontwerp aange nomen tot het stichten van een instituut voor doofstommen. Duitschlaud. Bij de Bondsraad is een ontwerp ingekomen, volgens hetwelk van 1 April 1881 af elf nieuwe regimenten infanterie, één nieuw Pruisisch regi ment veld-artillerie, één regiment artillerie te voet en één Pruisisch bataljon pioniers zullen worden opgericht en 32 veldbatterijen. De daaruit voort vloeiende blijvende uitgaven zullen 17,160,242 m. en de uitgave voor ééns 26,713,166 m. be dragen. Het ontwerp bepaalt verder, dat de sterkte van het leger in vredestijd van 1 April 1881 tot 1 April 1888 één percent van de bevolking zal bedragen en dus van 401,000 tot 427,250 zal verhoogd worden. In de memorie van toelichting wordt gewezen op de groote legerhervormingen van naburige Staten, bij welke Duitschland, ook zelfs als dit ontwerp wet wordt, wat artillerie en infanterie betreft, nog achterblijft. Groot-Britannië. Uit Lahore wordt gemeld dat er reden bestaat om te gelooven dat spoedig eene nieuwe grens provincie zal georganiseerd worden. Zij zal ge deelten van de Khyber- en Koeramvalleiën bevat ten, waarvan in het verdrag van Gandamak mel ding wordt gemaakt, met een deel van Seinde en den Indus, als oostelijke grens. Waarschijnlijk zal Griffin in plaats van Roberts tot hoofdcommissaris van de regeeriug in het moederland benoemd worden. Telegrammen. BERLIJN, 22 Januari. Dertien sociaal-demo cratische werklieden zijn hier in hechtenis genomen. NAPELS, 22 Januari. Gisteren heeft hier eene manifestatie plaats gehad naar aanleiding van den verjaardag van den dood van George Imbriani, in 1870 op het slagveld van Dijon gevallen. De menigte is door de politie uiteengejaagd. Eenige personen ziju in hechtenis genomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1880 | | pagina 2