dicht bij de kust voor Scheveningen van haar ankers geslagen. Gisternacht omstreeks vier uren is het de bemanning gelukt te landen, wat met levensgevaar gepaard ging. Ankers en kabels zij' weg. Te Arnhem is er ernstig sprake, dat de verschillende bureaux en wachtposten der politie do r middel van een net van telephoons met elkan der zullen worden verbonden. Van den wal der gemeente Bruinisse ou' vaarde men Woensdag middag een in nood ver kei rend vaartuig. Met behulp van kijkers en zooveel de regenbuien toelieten kon men zien dat het vol wai'-r was, en vermoedelijk zich personen in den ma t bevonden. Zoodra schipper Jan Van Beveren, bakenmeester en tonnelegger, dit vernam, stapte hij met zijn zoon en twee schippers op zijne boeier- scli ut om zoo noodig hulp en redding te bren- gei Hoewel de storm steeds in hevigheid toenam en Ie zee uiterst moeielijk stond, aarzelde hij geen oo: eublik van wal te steken. Met angst zag men hoi het ranke vaartuig een speelbal der golven wa Na ongeveer twee uren te hebben gevaren mn bt hij boven het gezonken vaartuig ankeren en, een boot aan een lijn vierende, met twee zijner manschappen op de riemen, den schipbreukeling in Jen mast naderen met het gelukkig gevolg hem da; ruit in de boot te nemen en aan boord van deii boeier te brengen. De geredde is de knecht van het vaartuig, die verklaarde dat de schipper met vrouw en kind door de hooge zee overboord waren geslagen en verdronken. Nadat bij dit ge zegd had, verviel hij in een bewusteloozen toe stand, die het inroepen van geneeskundige hulp noodig maakte. Gedurende den hevigen storm van Woensdag-avond barstte er brand uit iu den pa piermolen „De oude Blauw", van de firma de Erven Dirk Blauw, te Wormerveer. De brand was zoo hevig, dat er aan blusschen niet te denken viel. Molen, schuren en een aanzienlijke voorraad goederen zijn b(j onderscheidene maatschappijen op beurspolis verzekerd. In de officiëele „Mémorial admini- stratif' der provincie Luik is eene lijst verschenen van niet minder dan acht personen, vier mannen of jongens en vier vrouwen of meisjes, allen on naspeurlijk verdwenen. De leeftijden verschillen van negen tot negen en veertig jaren. De eerste verdween den 5den September, de laatste 24 Oc tober. Hetzelfde blad geeft het signalement van drie onbekende lijken, op verschillende plaatsen gevonden. De „Scientific American" verhaalt dat de Rotterdamsche stoomboot „Caland", die 9 September te Nieuw-York is aangekomen, den kapitein en de manschap van een Noorweegsche bark heeft medegebracht, die midden in den Oce aan was gezonken ten gevolge van den stoot van een „zeemonster." Den 4den September, 's mor gens, maakte de bark bij goeden wind 6 a 7 mijlen in het uur. De zee was vrij kalm en het schip had alle zeilen westwaarts. De kapitein was op het dek tegen 5 uren, toen een vreeselijke stoot werd gevoeld, die de geheele bark deed schud den. De manschappen sprongen uit de kooien, daar zij meenden dat de voormast was gevallen. Kapitein Larsen en drie matrozen liepen naar bakboordzijde en zagen de zee met bloed gekleurd, terwijl de staart en de vinnen van een groot dier de zee zweepten, die aan den kant van het schip sterk werd bewogen. Op dit oogenblik riep een matroos, dat er een lek in het schip was. De ka pitein en de timmerman onderzochten dadelijk het kielruim en bevonden, dat drie voet onder de water lijn vier planken van 4'/j duim dikte waren ge broken, aan bakboord van den boeg. In weerwil van alle pogingen zonk het schip, nadat de beman ning het had verlaten. Te Villecroze, in het Fransche depar tement Var, woonden de echtgeuooten Jean. Ver leden Zondag-avond drongen eenige booswichten in hun huis binnen, brachten hen met knuppel slagen om het leven, wikkelden de lijken, na al het geld en de kostbaarheden in het huis geroofd te hebben, in lakens en staken deze in brand. Men is hen tot dusver nog niet op het spoor gekomen. In eene gipsgroeve bij Saint-Jean-de Maurienne in Savooie had Zondag-ochtend eene verzakking plaats. Op een platform waren dertien man aan het werk, (oen een blok van 300 kubiek meter boven hen losraakte en nederstortende vier hunner verpletterde. Vijf werden min of meer ernstig gekwetst. Een der vallende brokken rolde voort tot tegen de opzichterawoning, welke door den schok in hare geheele lengte scheurde. Uit Nieuw-York meldt men van den lOuen dezer, dat te Kansas-City, in Missouri, eene fabriek van kandijsuiker is ingestort, 107 personen onder de puinhoopen begravende. Slechts 8 kwamen echter om het leven, 3 werden doodelijk gekwetst en velen hebben meer of minder ernstige wonden gekregen. BUITENLAND. Duitsetiland. Uit Tilsit wordt gemeld dat de „Tilsiter Zei- tung" een mededeeling van den opperpresident Hom aan de magistraat der stad bevat, dat het ministerie wegens voortdurende belemmeringen, van de zijde der Russische ambtenaren aan de geregelde vaart der Pruisische stoomboot „Falke" op den Niemen in den weg gelegd, de staking van de vaart der Russische booten op het Pruisische deel van den Niemen heeft bevolen. Spanje. De minister van buitenlandsche zaken heeft in antwoord op de interpellatie-Carvajal verklaard dat het koninklijk huwelijk volstrekt geene poli tieke beteekenis heeft. Verder deed hij uitkomen, dat Spaujes souvereiniteit over de Soeloe-eilanden onbeperkt is, en dat, wat Marokko betreft, Spanje den status quo zal handhaven. Oostenr.-Hong;. Monarchie. De czarewitch en zijn gemalin zijn gisteren met den koning en de koningin van Denemarken te Weenen aangekomen. De keizer en de Russi sche en Deensche gezanten waren aan het station. Turkije. De Porte heeft een deel der troepen op de Griek- sche grenzen teruggeroepen en die te Gallipoli met verlof uiteen doen gaan. Volgens de „Daily Telegraph" zou een Russisch officier van marine te Koustantinopel zijn aangekomen, om vier Turksche pantserschepen aan te koopen. INGEZONDEN. Ondanks het gure weder was de eerste der kunst beschouwingen te geven door de schilder- en tee kenacademie „Ars Aemula Naturae" druk bezocht. En geen wonder, de aangekondigde verplaatsing naar een ruimer lokaal met conversatiekamer, de betere plaatsing en verlichting der teekeningen en niet. het minst de naam der firma Goupil Co., die eene portefeuille beschikbaar had gesteld, lokten tot bezoeken uit. Een woord van lof mag aan commissarissen der academie niet worden onthou den dat zij ook thans de, niet altijd gemakke lijke, taak op zich hebben genomen weder iets goeds te doen genieten en geen kosten hebben ontzien het ruimer lokaal op wezenlijk doeltreffende wijze te doen inrichten. Wat de teekeningen betreft: van de firma Goupil was iets degelijks te verwachten en de bezoekers zijn dan ook over 't geheel niet teleurgesteld. Het landschap werd flink vertegenwoordigd door tee keningen van Roelofs en Van Borselen, toevallig in opvatting en uitdrukking met elkaar eenigszins overeenkomende, een fraaien avond van Stortenbe ker, „'t kasteel Brederode," twee teekeningen van Duchattel, wiens groote teekening vooral door lichteffect en geestige behandeling uitmuntte, een maanlicht van Neuhuys en bovenal door het hei gezicht van Apol, dat bij menigen bezoeker een diepen indruk zal hebben achtergelaten; met be trekkelijk geringe middelen weet Apol een krachtig effect te verkrijgen, waarvan ook zijn winter getuigde. Het landschap met vee van W. Maris, dat meer de schaduw- dan de lichtzijde van zijn talent deed uitkomen, brengtons tot de koeien bij avond, van Stortenbeker, in kleur en realiteit echter verre achterstaande bij de koe van Mauve. Martens, Zeggos (uit Italië), Witkamp en Linse gaven ons uitstekend geteekeude figuren te zien, eveneens Bakker Korft, wiens potloodteekeningen tusschen de aquarellen, jammer genoeg, niet tot hun recht kwamenook het jongensfiguarijj^Ë Blommers, in den scheiffertoon van een hin| huis, mag niet worden vergeten. A. Neubujsl het met zijn binnenhuizen verre van de hici^l exposeerde v. d. Velde's wiens lichteffect mj^B meer aan maanlicht deed denken en ook van Schil die op zijn beurt in kleur en dichterlijk weder boven v. d. Velde staat. Een aantrekkel^B teekening van Rochussen geestig als altijd eg^B gevoel, twee van Ten Kate en het fraaie stalletje" van Mesker boeiden de bezoekers el als het stilleven van mej. Vos. Van drie tl] ningen van Bosboom waren twee oude bekegflU die zeker met genoegen zijn weergezien. O0k| De Bock was eene teekeuing geëxposeerd, hier ten slotte wordt vermeld, omdat van ij| schilder weinig aquarellen voorkomen. De ictï| ning verried gebrek aan oefening en voorshij| staan zijne schilderijen in alle opzichten hoo8i.| Uit dit vluchtig overzicht blijkt dat de Goupil veel goeds te zien gaf en toch eindindrukdankbaar maar niet voldaan, jK portefeuille van Goupil en geen Israels, Me>;i| J. Maris, Klinkenberg! 't Buitenland slechtsij| vier teekeningen vertegenwoordigd, waarbij middelmatige van Hamman 1 Doch niets is r,| maakt en te Leiden is er op dit gebied derkrt| zoo weinig te genieten, dat bet beter is dank^| te zijn zonder bedillen. A, 1 Mijnheer de Redacteur, Uwe courant van heden bevat eene opgaaf k| treffende de sterfte in eenige groote gemeei^H van ons land gedurende de maand Septem'gH 1879, overgenomen uit het Nederlandsch Tril schrift voor Geneeskunde. In die mededeelingI eene vergissing ingeslopen; het is wenschelijkliB deze hersteld worde, opdat de gezondheidstoestailB alhier voor niet ongunstiger gehouden worde dril hij reeds is. Ik lees namelijk in bovengemelde opgaaf: „Pet 1000 zielen overleden in September te Leidal 56.3;" ware dat cijfer juist, dan zouden ia 1 deze stad in September niet minder dan 2308 1 personen gestorven zijn. Het cijfer 56.3 komt werkelijk in het Tijdschrift voor Geneeskunde voor, maar geeft aan de verhouding der over ledenen tot 1000 inwoners per* jaar. De werkelijke toestand is deze dat gedurende de maand September in Leiden zijn overleden 185 personen. Stelt men nu het getal inwoners op 41241, (het cijfer, dat aan de berekeningen iu het Tijdschr. voor Geneesk. ten grondslag ligt) dan zijn er in de genoemde maand alhier op 1000 zielen 4.5 gestorven. Met de plaatsing dezer regelen zult gij ver plichten Uwen dienstw. Dr. 14 November 1879. T. Zaaysk. Eeno welverdiende onderscheiding. (Particuliere correspondentie.) ui. De resident nam daarop het woord en sprak nagenoeg het volgende eerst in het Hollaudsch en toen in keurig Maleisch zooals men dat van hem gewend is: „Het doel vau onze samenkomst is allen bekend. Door de regeering is mij opgedragen, den regent van Demak op de gebruikelijke wijze de akte te overhandigen, waarbij hem vergund wordt den titel van adipati te voeren. Deze onder scheiding is ten volle verdiend, M. H. De regee ring is daarvan ten volle overtuigd en heeft er bij baar besluit op gewezen dat het voornamelijk aan den rusteloozen ijver van den regent te dan ken is, dat de bevolking van het regentschap Demak zich heeft weten op te beuren uit den staat van ellende, waardoor zij door de rijstschaarschte van 1873 gebracht was, en dat zij voor eene her haling van zulk eene ramp is bewaard gebleven dat door de ijverige bemoeiingen van den regent der politie in Demak niets te wenschen overlaat en dat in een woord de regent zich op eene uit stekende wijze van de hem opgelegde taak kwijt en daardoor deze onderscheiding verdient." Hierop werd de akte van benoeming door den controleur in het Nederlandsch voorgelezen en door den patih in het Javaansch. De resident richtte zich toen tot den nieuw benoemden adipati en sprak hem in het Maleisch aan„Toen ik het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1879 | | pagina 2