Nadat alls risico zal zijn gedekt, zal een commissie van geldelijk toezicht worden benoemd. Onder bevel van den kapitein der infanterie van het Oost-Indische leger G. C. A. De Wit zal Zaterdag van Harderwijk naar Amsterdam ver trekken een detachement suppletie-troepen, sterk 80 man, benevens 10 onderofficieren, bestemd om aan boord van de „Voorwaarts" de reis naar Indië voort te zetten. Medegeleiders van dit transport zullen zijn: de 1ste luits. der infanterie van bet Oost-Indisch leger B. C. Lamie, P. H. Mi- randolle, benevens de 2de luits. der infanterie J. Boot en G. C. De Groot. De gewone audiëntie van den minister van koloniën zal morgen niet plaats hebben. Behalve dr. J. J. Van Renesse, leeraar aan de rijkslandbouwschool te Wageningen, is dr. J. Haver Droeze, 1ste luit. der inf. op non-act., leer aar aan het kon. instituut voor de marine te Willemsoord, gesteld ter beschikking van den gouv.- gen. van Ned.-Indië, om te worden benoemd: de eerste tot leeraar in de scheikunde en de natuur lijke historie aan de hoogere burgerschool met vijf jarigen cursus te Soerabaia, en de laatste tot leeraar in de natuurlijke historie en in een gedeelte der wiskunde of natuurkunde aan dezelfde inrichting te Samarang. Door den minister van oorlog is bepaald dat met ultimo April 1880 bij het regiment gre nadiers en jagers en bij het 3de regiment infan terie elk 575 en bij het 6de regiment infanterie 550 miliciens van de lichting 1879 voor het blijvend gedeelte onder de wapenen zullen worden gehouden. Bedoelde miliciens zullen tegen 30 Sep tember 1880 in het genot van groot verlof worden gesteld. De betrokken chefs zijn gemachtigd om het ouderling ruilen van nummers aan de miliciens alsnog toe te staan, voor zooveel dit met de be langen van den dienst is overeen te brengen. Het stoomschip „Schiedam", van Nieuw-York naar Rotterdam, passeerde gistermiddag Lezard. Z. M. heeft J. C. E. Sala, ontvanger der directe belastingen en accijnzen te IJselstein, benoemd tot ontvanger derzelfde middelen en van den waarborg op de gouden en zilveren werken te Schoonhoven met 16 Nov. bevorderd tot luitenant ter zee 2de tl., de adelb. 1ste kl. C. Van Rijn, P. J. L. De Gijselaar, G. E. G. De Bruyn, P. E. Van der Velden Erdbrink, G. E. G. Gobius, L. Roosen burg, J. M. W. Kuyl, G. Borel, G. O. Van Kuyk, J. D. Van Strijen, P. Scholten, W. D. II. baron Van Asbeck, E. E. T. Bik, J. Vos, H. G. J.A. Eundler, J. H. Van den Berg, G. A. De Cocq, F. E. baron Mulert, L. N. De Bruyne, J. Kuyp, R. A. Eekhout, G. Jonckheer en E. Van Voort- huysen; voorts bepaald, dat de adelborst 1ste kl. W. Noorduyn bij eventueele bevordering in zijn tegenwoordige auciënneteit zal hersteld worden, indien door hem het examen voor den rang van luit. ter zee 2de kl. binnen den termijn, vastge steld in art. 2 der wet van 6 April 1871, met goed gevolg zal zijn afgelegd; met 1 Jan. 1880, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend aan S. Susan, als leeraar aan de rijks hoogere burgerschool te Groningen, en aan rar. J. J. Willinge, als leer aar aan de rijks hoogere burgerschool fe Assen pensioen verleend aan dr. W. G. Pluygers, hoog leeraar aan de hoogeschool te Leiden, van 2501, en mr. H. H. baron Röell, commissaris des konings in Noord-Holland, van 4000; drs. B. C. Stort, practiseerend geneesheer te Berlijn, en J. L. A. Hess, id. te Bonn, voor den tijd van vijf jaren ben. tot off. van gez. 2de kl. bij het leger in Ned.-Indië. Gemengd Nieuws. Het gerechtshof te 's-Bosch heeft R. W. S., oud 57 jaren, geboren te Lopik, laatst wonende te Leiden, schuldig verklaard aan bedelarij bij herhaling en hem veroordeeld tot 6 weken celstraf, met opzending naar een bedelaars- gesticht na het einde van die gevangenisstraf. Naar men verneemt, heeft de heer Chatwood uit Londen een brandkast vervaardigd overeenkomstig de voorwaarden van het programma vastgesteld voor den te Arnhem gehouden wed strijd. De heer Chatwood heeft zich bereid ver klaard op een nader (e bepalen dag die brandkast te onderwerpen aan dezelfde proeven, waaraan de andere brandkasten onderworpen zijn geweest, om Zoodoende aan le toonen dat het zeer goed moge lijk is brandkasten te maken, welke tegen de val-, vuur- en inbraakproeven bestand zijn. Voor eenige dagen heeft te Parijs zich een jongmensch van twintig jaren vrijwillig aangegeven als het opperhoofd eener dievenbende van zeven personen. Bij onderzoek bleek, dat hij de waarheid gesproken had en op zijne aanwij zing werden zijne genooten, van wie de jongste twaalf jaar was, gevat. Dit gezelschap had pas eene maand bestaan en reeds vijftig diefstallen gepleegd. In het huis van arrest te Toulon is de oppercipier Giraud, terwijl hij de nachtronde deed, onverhoeds in een der slaapvertrekken der gevangenis door zeven veroordeelden aangevallen. In een ommezien had men hem gebonden, den mond dichtgestopt en op een bed geworpen, waar hij geworgd zou zijn met beddelakens, indien een der oppassers, wakker geworden door het tumult, niet de deur van het slaapvertrek van buiten had dichtgegrendeld. De in opstand gekomen gevan genen nu ziende dat hun de weg naar buiten was afgesneden, lieten hierop hun prooi los. Spoe dig daarna kwamen de onder-prefect en Je officier van justitie, vergezeld van twintig gendarmes, den geladen revolver in de hand. Het kostte nu wei nig moeite de gevangenen in het straf-cachot te brengen, waar zij dadelijk ondervraagd werden. De oppercipier Giraud heeft eenige zware wonden gekregen. koloniën. BATAVIA, 4 October. Blijkens van den resident van Bantam ontvangen bericht, heerscht de runderpest ook in het onder- district Tjigohong in het district Tjirocas, afdee- ling Serang. De Javabode zegt, dat de veepest in het Tangerangsche groote verwoestingen aanricht; in vijf dagan tijds werden niet minder dan 740 stuks vee afgemaakt. Ook in de afdeeling Meester - Corneiis komen vele gevallen voor. Van April af is nu reeds, ter bestrijding van de veepest, f 1,150,000 uitgegeven en men vreest dat de volksramp naar Middel-Java zal overslaan. Men deelt aan het Soer. Hb. mede, dat mej. Mina Kruseman zich op Banda zal gaan ves tigen, ten einde zich aldaar te wijden aan de op leiding der vrouwelijke jeugd. Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië lijn de vol gende beschikkingen genomen Civiel Departement. Verleend: Een tweejarig verlof naar Europa, w. ziekte, aan den contr. 1ste kl. bij het binoenl. best. op de beritt. huiten Java en Madura, W. G. Leembruggen. Ontslagen: Uit 's lands dienst, de vijfde ond. aan de kweek school voor inl. ond. te Magelang, A. B. Van Cappelle. Be noemd: Tot opziener, tevens corrector (er landsdrukkerij te Batavia, de letterzetter 1ste kl. A. Donlehen; tot hoofdiug., ebef der afd. stoomwezen van het dep. der hurgerl. openb. werken, S. L. Hnizer; tot onderw. 1ste kl. Th. J. C. Klaar, tot ond. Sde kl. W. E. Endert; tot griffier hij de landraden te Padang en Priaman, E. V. De Scheemaker. Ontzet: Uit zijo ambt van griff. bij de landraden te Padang en Priaman F. F. Crctier. BUITENLAND. Frankrijk. Iu de „Economiste Eraü(;ais" bepleit de bekende staathuishoudkundige Paul Leroy Beaulieu met aandrang de invoering van een Tolverbond tus- schen Frankrijk, Nederland, België, Zwitserland, Italië en Spanje, welke laatste mogendheid hij echter wegens haren minderen graad van beschaving voor- loopig er buiten wil laten. Na de uitvoerhjkheid van de zaak op zich zelve te hebben aangetoond, betoogt hij, dat er tegen zijn denkbeeld ook geene bezwaren van politieken aard behoeven te bestaan. Hij ziet niet in, zegt hij, waarom Eugeland en Duitschland in zulk een verbond eene inbreuk zouden moeten zien op de onzijdigheid der klei nere Staten. Noch tegen de Latijnsche munt-unie, noch tegen de suiker-conventie hebben zij zich verzet en evenmin heeft iemand ooit iets in te brengen gehad tegen het internationaal karakter van den Gothard-tunnel. Als het welsprekendst precedent in dezen beroept zich de schrijver echter op het Duitsche tolverbond, waarin niemand eene schennis der tractaten van 1815 of een verzwelgen van kleinere Staten door Pruisen heeft gezien. Betweters, merkt hieromtrent de correspondent van de „Times" aan, zullen wellicht zeggen, dat dit voorbeeid juist niet gelukkig gekozen is en dat het Duitsche tolverbond eene uitkomst gehad heeft, welke sommige zijner naburen misschien ander zonden gewenscht hebben. Een telegram uit Algiers meldt, dat een bende stroopers uit Tunis dicht bij de grenzet een detachement spahis heeft aangevallen, waarbi één gedood en één gekwetst werd. Groot-Britauiilë. De officieus-Russische „Nord" wijdt een hoofd artikel aan het bericht uit Weenen betreffend! het ultimatum, dat de Engelsche regeering aan de Porte zou hebben gericht. Dat blad acht zulkj hoogst onwaarschijnlijk. Aan hoeveel tegenstrij digheden en verrassingen men van lord Salisbur en zijne agenten ook moge gewoon geraakt zijn, de thans hem toegeschreven stap zou zulk eenr geduchte inconsequentie wezen, meent de „Nord' dat men er zonder nadere bevestiging geen gi loof aan mag slaan. Voor het overige zou, indien Engeland werkelijk plannen had opgevat als die, welke men het nu toeschrijft, de uitvoering daar van nog zoo zeker niet zyn. De „Nord" acht het twijfelachtig, of de mogendheden er wel be lang bij hebben, de ontbinding van Turkije te verhaasten, hetgeen toch van eene verandering van souverein het gevolg zou wezen. Dit is ooi de hoofdreden, waarom zij aan de zaak niet ge- looven kan, „zelfs al was lord Beaconsfield er met het oog op de naderende verkiezingen op be dacht een nieuwen coup de théatre in zijn trant voor te bereiden." V< Telegrammen. BERLIJN, 5 November. Grootvorst Wladi- mir vergezelt den keizer morgen op de jachtook de Russische gezaut Oubril neemt daaraan deel. WEENEN, 5 November. Een telegram uit Riva, in Tyrol, meldt dat door eenige personen een moordaanslag is beproefd op den majoor van het Oostenrijksche 8ste regiment infanterie, onder het uiten van wraakkreten tegen Oostenrijk, doch dat de officier het gelukkig ontkwam. KONSTANTINOPEL, 5 November. Uit Sofia wordt gemeld, dat het ministerie zijn ontslag bij vorst Alexander ingediend, maar laatstgenoemde dienaangaande nog geen besluit genomen heeft. LONDEN, 5 November. Ten gevolge van diplo matieke bemoeiingen is eene voorloopige verstand houding tusschen Engeland en de Porte bereikt, Het is nu onwaarschijnlijk, dat de Britsche vloot in de Turksche wateren zai post vatten. BUCHAREST, 6 November. Naar men met zekerheid verneemt, zal Bratiano niet bij zijn ver zoek om ontslag als minister-president volharden. LONDEN, 6 November. Heden wordt weder kabinetsraad gehouden. De „Daily News" verneemt, dat de terugroe ping van graaf Schuwaloff nog niet heeft plaats gehad, maar tegen het einde der maand verwacht wordt. Zijn opvolger is nog niet benoemd. Uit Konstantinopel wordt gemeldDaar Musurus-pacha, de Turksche ambassadeur te Lon den, aan lord Salisbury de uitvoering beloofd heeft van de hervormingen, door Engeland gevraagd, is het zenden van het Britsche eskader naarVourla weder afgezegd. De Porte, zonder met overhaasting te handelen, onderzoekt de aanstaande tenuitvoer legging der hervormingen. De beide vereenigde sectiën van de vereeniging „Het metalen Kruis" alhier zullen Maandag a. s. in het lokaal „Eigenzorg" aan den Stationsweg hare gewone jaarlijksche feestvergadering houden. Heden zijn in Den Haag voor het Eugelsch 1. o. geslaagd de damesCremer, Van Gorkom, Gunning, Homan en Knyl; voor hulponderwij zeres mej. Romburghvoor hulponderwijzer de heer Bollinger, allen vau Leiden. Van de 36 onderofficieren van den hoofd cursus te Kampen zijn nog geslaagd voor 2de luit. der inf. de sergeants Van Geuns, Groustra, Grevinck, Houbolt, Kouwenberg en De Vos. In het geheel werden van genoemden cursus 31 toege laten en 5 afgewezen. Naar men verneemt is de abt L. N. Lorain, secretaris van de pauselijke intemunciatuur bij het Nederlandsche hof, uit die betrekking terug geroepen om te Rome te worden werkzaam gesteld. Z. M. heeft den heer Lorain benoemd tot ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1879 | | pagina 2