Woensdag 2 October. 2f, Voordracht tot den aanleg van trottoirs. (223 en 228) 3Ö. Idem tot wijziging van het kohier der plaatselijke directe Lg belasting. (234) 4°. Verzoek van J. F. De Kenning om eene uitloozing te f maken. (233) ven te 'ge N°. 6037. A". 1879. EIDSCÏÏ DAGBLAD. PRIJS DEZES COURANT: Voor Leiden per 8 maanden.1.10. Franco per post.1.40. AlroDderigke Nommen0.05. Deze Conrant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIES: Van 16 regels1.05. Iedere regel meer0.17^. Grootere letten naar plaatsruimte. STADS-BERICHTEN. ergadering yan den Gemeenteraad van Leiden, op Donderdag 23 October 1879, des namiddags te twee uren. 1 Timl en ter behandeling 10. Verzoek van het Bestuur der Kweekschool voor Zeevaart, tot wijziging van het raadsbesluit van 24 April jl. (222 L en 231) 5°. Idem van G. Cloos, om ontslag als ambtenaar belast met het toezicht op de honden. (-35) De Burgemeester, hoofd van het Gemeentebestuur van Leiden, fepgt bij deze ter algeraeene kennis dat door hem aan den ont- jroger der directe belastingen alhier zijn ter hand gesteld de op den 17dea en 18den October jl. invorderbaar verklaarde kohieren M. 8 voor de belasting op bet personeel en n°. 9 van het patent recht, beide over het dienstjaar 1879/80; zijnde een ieder ver plicht zijn aanslag op den bij de Wet bepaalden voet te voldoen, jl Leiden, De Burgemeester voornoemd, 21 October 1879. V. d. BRANDELER. 'SDe Bargemeester der Gemeente Leiden, Overwegende dat het bem uit de verklaring van den heer Kimmel, geneesheer te Leiden, gebleken is dat de navolgende goederen, als: leen veeren bed, twee dito kossens, drie dito peluws, een wol len deken, een katoenen deken, twee beddelakens en een stroornatras, toebehoorenJe aan Lehman Levi Fonteyn, wonende te Leiden, dour typhus abdominalis zyn besmet, en uit dien hoofde ter voorkoming van verdore besmetting bchooren te worden in beslag genomen, onteigend en vernietigd; I Gelet op art. 5 der Wet van 4 December 1S72 (Staatsblad n°. 134); bi besluit en beveelt tevens j de bovenomschreven goederen onmiddellijk in beslag tenemeü, te onteigenen en te doen vernietigen. j Zullende dit besluit ingevolge gemeld art. 5 der Wet op gebrui- Eelijke wijze ter openbare kennis worden gebracht. Leiden, De Burgemeester voornoemd, 00 October 1879. V. d. BRANDELER. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, J Gezien het besluit van den Commissaris des Konings in deze (rovincie van den 19den September jl. (Prov. blad N°. 55), herinneren bij deze deu ingezetenen dezer gemeente aan de bepa lingen van de artt. 27 en 42 der Wet van den 29sten Maart 1833 -.(Staatsblad N°. 4), zooals die zijn gewijzigd en aangevuld bij de artt. 7 en 14 der Wet van den 9den April 1869 (Staatsblad N°. 59), behelzende bepalingen omtrent de op hen rustende ver plichting tot het inleveren van sappletoire aangiften wegens het in gebruik nemen van perceelen of perceelsgedeelten of aanschaffing van belastingvoorwerpen naar de 5de en 6de grondslagen, terwijl zij tevens worden gewezen op de strafbepalingen van art. 35 der I Wet van 29 Maart 1833 (Staatsblad N°. 4), voor zooverre die zijn gewijzigd bij art. 13 der Wet van 9 April 1869 (Staatsblad N°. 59), en van art. 39 der Wet van 29 Maart 1833 (Staatsblad ïï0. 4) waaraan zij zich bij nalatigheid in het doen der aangiften zouden blootstellen. Burgemeester en Wethoadcrs voornoemd, Leiden, V. d. BRANDELER, Burgemeester. "20 October 1879. E. KIST, Secretaris. P4TENTBLADEN. De Wethouder, Voorzitter van het College van Zetters, doet te weten dat de ingevulde patentbladen over het dienstjaar 1879/80, zijnde aanvullingsrechten van den 6den tot den 3den rang, bij het College van Zetters, in een der vertrekken van het Raad huis dezer gemeente, op vertoon van het aanslagbiljet, verkrijg baar zijn, dagelijks, uitgezonderd den Zondag, des namiddags van één tot drie uren, en wel van 22 tot en met 29 October e. k.j terwijl na het verstrijken van dien termijn de onafgehaalde patentbladen ter uitreiking moeten worden afgegeven aan de deurwaarders der directe belastingen alhier, die voor hunne moeite mogen eischen Hen cent8, zonder meer. Leiden, De Wethouder voornoemd, 21 October 1879. Mr. P. C. LIBIIECHT LEZWIJN. LEIDEN, 21 October. Omtrent de benoeming van den heer Kerdijk tot hoogleeraar deelt de Stichtsche Courant mede, dat prof. N. G. Pierson, de voordracht vernemende, terstond zijne ingenomenheid daarmede betuigde aan prof. Buys en later vergunning heeft gegeven, dien brief openbaar te maken. Het bezwaar tegen Kerdijks benoeming wordt gezegd uitgegaan te zijn van den curator Kist, lid van den hoogen _;iaad. De minister bad de benoeming niet gewei gerd, maar verklaard den heer Kerdijk liever niet te benoemen. De terugzending van de voordracht had slechts een officieus karakter. Ds. F. Van Spall te Leimuiden heeft een beroep ontvangen naar de Ned. Hervormde ge meente te Hoogeveen, en ds. Hagen te Mijdrecht naar de Remonstrantsche gemeente te Oude We tering. Ds. Coeverden Adriani, van Harderwijk, heeft het beroep naar Rijnsaterwoude aangenomen. Ds. J. D. Sigal te Lisse heeft voor het beroep naar 's-Heer-Aoskerke bedankt. Zondag-avond bracht het Warmondsche muziekgezelschap „de Harmonie" eene serenade aan den heer J. De Crane bij gelegenheid van het 25-jarig herdenken zijner ambtsbetrekking als notaris aldaar. Op den namiddag van dien dag was hem een zilveren bokaal met inscriptie ver eerd, waarvoor de geldeu door de voornaamste ingezetenen waren bijeengebracht. De commissie die zich daarvoor had geconstitueerd bestond uit de heereu: W. A. W. graaf Van Limburg Stirum, C. H. C. Machen, Th. De Haas en A. J. Schoneveld. De vorstin van Rumenië en de prinses van Wied en gevolg zijn gisteren, na drie weken onder behandeling van dr. Joh. C. Mezger in het Amstel- hotel vertoefd te hebben, met het Rijnspoor van Amsterdam vertrokken. Bargemeester en wethouders van Amsterdam hebben aan den gemeenteraad voorgesteld om 25 woonkelders in verschillende deelen der stad onbe woonbaar te verklaren, als nadeelig voor de volks gezondheid, nadat de eigenaren niet voldaan hadden aan de hun gezonden aanschrijving om die kelders als woning te doen ontruimen. Aan eene nieuw aangelegde straat iu de nabijheid van het Vondel park zal de naam worden gegeven van „Vossius- straal", naar den hoogleeraar G. J. Vossius, een tijdgenoot van Vondel, en aan eene andere nieuwe straat nabij den Haarlemmerweg, de naam van „de Wittenstraat", naar Cornells en Johau De Witt, terwijl eene nieuwe kade aldaar deu naam van Nassaukade ontvangt. Op de hegrooting voor het departement van marine komt onder de posten van art. 15 „aan schaffing van geschut" eene som van 34,000 voor kanon van 28 cM. In het voorloopig Kamerverslag leest men aangaande dien post„Men begreep dat voor den aanbouw van een schip een gedeelte der kosten het eene en een gedeelte het andere jaar wordt uitgetrokken. Maar welke reden er kan bestaan om geld aan te vragen voor een half kanon, had men niet kunnen ontdekken." Ook wordt in het verslag nog een nadere inlichting gevraagd omtrent een post, waarop voor een officier-machinist een som van f S40 wordt uitgetrokken, terwijl uit de Indische begrooting een restitutie wordt ontvangen van f 924, omdat die officier voor den dienst in Indië noodig is. Aangaande die voordeelige operatie vraagt de Kamer eenige opheldering. Sedert eenigen tijd werden er pogingen aan gewend om in het noorden van ons land een „her stellingsoord" iu het leven te roepen. Het bosch- rijke, hoog gelegen Assen was daarvoor de aan gewezen plaats. De commissie, aan welke is opge dragen deze zaak te bevorderen zij bestaat uit de heeren dr. D. Lubach en J. D. Van Hasselt te Kampen, dr. L. Ali Cohen te Groningen, jhr. W. A. Vau der Feltz te Assen en dr. J. Baart de la Faille te Leeuwarden heeft een ontwerp- prospectus rondgezonden, waarin zij zegt, dat zij thans den tijd gekomen acht om aan de haar ge dane opdracht gevolg te geven. De kosten van de oprichting van het herstellingsoord worden globaal berekend op f 100,000. Het maatschappelijk kapi taal is verdeeld in 400 aandeelen, elk van f 250. Deze zijn aan toonder, doch kunnen ook op naam worden ingeschreven. Aangaande de werken tot verbinding van het eiland Ameland met den vasten wal, wordt medegedeeld, dat de dam, die ten vorigen jare over 300 M. de hoogte van volzee had, thans tot 850 M. op die hoogte is gebracht. De aanslibbing vordert goed en is zelfs zoo belangrijk, dat reeds een groot gedeelte der Wadden voor inpoldering geschikt is. Naar men verneemt, zijn de plannen daarvoor in bewerking, en zou wellicht binnen een niet te ver verwijderd tijdstip de indijking kunnen worden tegemoet gezien. Ten oosten van den dam zijn een aantal greppels gegraven. De uitkomende grond is aan den oostkant daarvan opgewerkt. Onderscheidene dier greppels slibben weder spoedig vol; wel een bewijs van den belangrijken aanwas. Uit de memorie van antwoord van den mi- nisier van koloniën op het voorloopig verslag blijkt, dat het tekort der Indische begrooting in plaats van 6 slechts 2>/2 millioeii zal bedragen. Tot dit gunstig verschil draagt vooral bij het dezer dagen van den gouv.-gen. ontvangen bericht, dat voor den post „kosten der bezetting van Atjeh" l'/2 millioen minder kan worden uitgetrokken dan aanvankelijk was geraamd. Voor de Fransche taal werden gisteren in Deu Haag geëxamineerd 10 cand., 7 werden afge wezen en 3 toegelaten C. G. Kaakebeen en A. J. Slegtenhorst, beiden uit Leiden, H. J. Renaud, uit 's-Hage. De gewone audiëntie van den minister van marine zal Vrijdag niet plaats hebben. A. J. V. Giesberger, werkzaam in de fabriek van Christie Nolet en De Kuyper te Delftshaven, is gesteld ter beschikking van den gouv.-gen. van Ned.-Indié, om te worden geplaatst als ingenieur 2de kl. van het stoomwezen bij de fabriek voor de marine en het stoomwezen te Soerabaia. Het stoomschip „P. Caland" is Zondag-mid dag te vier uren behouden in zee gekomen. Z. M. heeft aan den gepens. kapitein hosp.- direct. B. Van Rijswijk, bij gunstige uitzondering en zonder eenige gevolgtrekking voor anderen, den rang verleend van majoor; benoemd tot Hd. or- donnance-officier den lsten luit. bij het reg. gre nadiers en jagers R. baron Van Heeckeren van Molecaten, thans gedetacheerd bij het militaire huis des konings, en hem in verband hiermede overgeplaatst hij deu grooten staf. Moseuthals „Deborah" is niet van vaudaag of gisteren. Reeds verscheidene jaren is het door de voornaamste Duitsche treurspelspeelsters met voor liefde gezocht, terwijl het ruim tien jaren geleden door een thans ontslapen Nederlandschen letter kundige voor ons tooueel bewerkt werd. Ter. vorigen jare werd het door de vereeuiging „het Nederlandsch Tooneel" in de hoofd- en hofstad eenige malen opgevoerd, waarbij mej. Jos. De Groot met de vertolking van de titelrol veel naam maakte. Thans was het mej. Beersmans, die deze zware taak op zich genomen had en door de wijze waar op zij die gisteravond vervulde opnieuw toonde welk eene uitstekende tragédienne het Rolter- damscke tooueelgezelscliap bezit. Zij gaf ons een Deborah even meesterlijk van opvatting als schoon van uitvoering. De liefde en het lijden, de wraak-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1879 | | pagina 1