o. a. eenige voorwerpen van porselein bevonden. Niet alleen dat de koopman, nog een jongen, in een oogenblik zijn waar kort en klein op den grond verplaatst zag, maar hij bekwam daarenboven nog eenige kneuzingen. De koetsier is door de politie achterhaald. Omtrent den moord op den veld wachter Van der Lijken verneemt de Haarl. Crt. nog de volgende bijzonderheden. Van der Lijken was Maandag-avond met den nachtwacht Prehnen op surveillance uitgegaan en had dezen om kwart over tweeën in de nabijheid van Haarlem verla ten. Hij was daarop langs den Helderschen spoor weg verder gegaan, om op daaraan liggende tuinen het oog te houden en, gelijk zijne gewoonte was, zijn naam in het zand van die tuinen schrijvende, welke hij bezocht. Men heeft dit bewijs, dat hij daar geweest was, hier en daar gevonden en hier uit maakt men op, dat de moord niet vóór drie uren kan hebben plaats gehad. Den volgenden morgen heeft men op den spoorweg, van de Kle- perlaan komende, eerst een zak met wortelen ge vonden, gemerkt van buiten O. T. Dam en M. Snaauw Az., van binnen M. Snaauw Az. De wortels waren gestolen by zekeren Zwanenburg. Iets verder vond men in een sloot langs den spoorweg een zak met kuikens, die, naar gebleken is, ontvreemd waren bij Peschar, tuinman in den moestuin van jhr. mr. P. J. Teding van Berk hout. Deze zak was van binnen gemerkt B. W., van buiten T. J. Bots. Kort daarbij lag ook de pet van den verslagene. Het lijk van dezen werd des ochtends om kwart voor zessen door twee spoorwegwerkers op den spoorweg gevonden, met het hoofd tegen de rails aan. Hij had twee sne den door het hoofd, beide met een scherp werk tuig toegebrachtde één van het rechteroog naar den linker-mondhoek, den neus en de lip klie vende de ander eene wijd gapende wonde, gaande van de linkerzijde der wervelkolom tol onder de kin, lang 26 cM. en zoo diep, dat het verlengde ruggemerg tusschen den eersten en tweeden wer vel doorsneden was. Deze laatste wond was van dien aard, dat zij een plotseliugen dood moet ver oorzaakt hebben. Omtrent de daders en de toedracht der zaak is verder nog niets bekend. De verslagene, ofschoon in het bezit van een goed pistool en hartsvan ger, had de gewoonte om, vertrouwende op zijne kracht en vlugheid, alleen met een stok gewapend uit te gaan, en hij had ook in den voor hem zoo noodlottigeu nacht geen ander wapen bij zich. Hij stond bekend als een oppassend man en zeer ijverig veldwachter en laat eene weduwe met drie kinderen achter. In een der voornaamste hotels te Amsterdam is een schoonmaakster in hechtenis genomen, die sedert een half jaar op verschillende tijdstippen zeer veel huishoudinggoed heeft ont vreemd en daarna beleend. Zij bezat o. a. 31 bank- van-leening-briefjes. De werkman, die aan het Oost er- spoor door het overrijden van een locomotief werd verminkt, is te Amsterdam in het binnengasthuis overleden. Bij vonnissen van den krijgsraad te 's-Hertogenbosch zijn veroordeeldTh. Doud 17 jaren, hoornblazer bij het 5de reg. infanterie, tot zes maanden detentie, en P. G. J. W., óud 16 jaren, soldaat bij dat regiment, tot één jaar detentie, ieder wegens een feit, wat het misdadige betreft de meeste overeenkomst hebbende met diefstal ten nadeele van een kameraad in de eham- brée, geprfard aan verzachtende omstandigheden. In het huis van burgerlijke en militaire verzeke ring aldaar zijn gebracht, ten einde voor den krijgs raad terecht te staan, de maréchnusséae J. P. v. D. en J. H. G., als verdacht van in de uitoefe ning hunner bediening, zonder noodzaak, burgers moedwillig te hebben geslagen en verwond. Van de „Nette Menschen" van Jan Holland verscheen b(j W. Hulscher te Deventer een derde druk in een zeer kleurig omslag, dat behalve den titel ook het portret vertoont van Herman Soepelhet is genomen naar dat van den bekenden man, die zoo wonderbaarlijk naar Amerika wist te komen. Bij beslissing van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland is een vonnis van den schuttersraad te Gouda, gewezeu tegen den ser geant-majoor W. A B., vernietigd en de beklaagde van alle rechtsvervolging ontslagen, omdat slechts één getuige, de aanklager (een luitenant der schut terij) heeft verklaard, dat de beklaagde ongepaste uitdrukkingen tegen zijn meerdere zou hebben ge bezigd en mitsdien dit feit rechtens niet is be wezen en dat van het verdere gedrag van den beklaagde niet anders is bewezen, dan dat hij aan den hem door de» luitenant gegeven last niet onmiddellijk heeft voldaan, maar eerst na redenen te hebben gegeven, welke z. i. het achterblijven van hem, beklaagde, rechtvaardigen kouden. Eenige dagen geleden zette te Ede eene moeder haar kind van zes maanden op een stoeltje bij het vuur en verwijderde zich voor eenige oogenblikkeu. Het kind viel voorover in het vuur, en toen de moeder terugkwam was het aangezichtje reeds geheel verkoold. Maandag-avond is het kind aan de gevolgen overleden. Door eene dame De Yoisins, in de letterkundige wereld te Parijs bekend onder den naam van Pierre Coeur, is eene actie tot schade vergoeding ingesteld tegen de zangeres Emilie Ambre. Deze, beweert mevrouw Pierre Coeur, heeJt haar uit Parijs naar Meudon ontboden, waar Emilie Ambre eene fraaie buitenplaats bezit, en haar de samenstelling opgedragen eener min of meer ge trouwe levensbeschrijving, wier titel luiden zou: „Violette, mémoires d'une chanteuse". Als hono rarium werd bedongen, dat Pierre Coeur door Bmilie Ambre in het bezit gesteld zou worden van echte stukken betreffende Willem den Zwijger, grondlegger der republiek der vereenigde provin ciën, wiens geschiedenis Pierre Coeur in het licht wenschte te geven. Emilie Ambre deed zich door Pierre Coeur naar Nederland vergezellen, doch werd bij hare komst te 's-Graveuhage zoo kwalijk ontvan gen, dat aan het verstrekken der toegezegde docu menten niet gedacht kon worden. Niettegenstaande van Emilie Ambre's zijde geen onwil in het spel geweest kan zijn, houdt Pierre Coeur nochtans vol, dat er verbreking van eene aangegane over eenkomst heeft plaats gehad en Emilie Ambre haar eene aanzienlijke som schuldig is voor de teleurstelling, het leven van Willem den Zwijger niet te hebben kunnen schrijven. De rechter heeft nog geen uitspraak gedaan. Een vrouw, woonachtig in de avenue de Clichy te Parijs, had zich Dinsdag naar de keuken begeven om het middagmaal gereed te maken. Nadat zij het fornuis fiks had opgeladen, sloot zij de rameu en de deur. Die omstandig heid werd baar noodlottig. Toen haar echtgenoot een paar uur later te huis kwam, vond hij haar onbeweeglijk op een stoel gezeten. De vrouw was dood, volgens verklaring van den geneeskundige ten gevolge van verstikking door de sterke gas- ontwikkeling in de besloten ruimte. Onlangs zijn le Weenen tweemannen uit Galicië, Hersch Margulis en Simon Hirsch, gevangengenomen, behoorende tot eene internatio nale bedelaarsbende, die met allerlei valsche stukken en aanbevelingsbrieven sedert jaren in de groote steden van Middel-Europa met goed gevolg „ge opereerd" heeft. Te Berlijn is de „chef" van het vijftig personen sterke genootschap gevestigd en evenzoo de „kanselarij", waarvan eene filiale te Breslau of te Prankfort aan den Main zetelt. Den leden worden door den chef de steden aangewezen, waar zij hunne offers moeten zoeken, zij ontvangen lijsten van als weldadige menschen bekend staande personen en een aanbevelingsbrief aan een van de onderchefs der plaats; van deze hebb:*i in elke groote stad twee of drie hun verblijf. Do chef en de onderohef ontvangen ieder een derde van het gebedelde. Allerlei aristocratische personages, ja 'vorstelijke personen moeten door deze lieden voor aaamerkelijke sommen opgelicht zijn. De schippersknecht Eriedrich Geyer, te Köpeaick bij Berlijn, die in Maart zijn vader met een bijl de hersens heeft ingeslagen, om zich van zijn geld en voorwerpen van waarde meester te maken, is Dinsdag door het gerechtshof te Berlijn ter dood veroordeeld. Lord Beaconsfield weigerde onlangs van zekeren heer Turnerelli een gouden lauwer krans aan te nemen, die gekoeüt was voor de 50,000 bijdragen van werklieden, elk van een stuiver. Turnerelli heeft thans aan de 112 steden, die deze bijdragen hebben gezonden, aangeboden, ze terug te zenden. Alleen Leeds echter heeft zijne vijf pd. st. teruggevraagd. Turnerelli stelt zich nu voor, den lauwerkrans in groote steden ten toon te stellen en er voordrachten over te houden. Verleden Zaterdag zijn te Charleston (Ver. Staten) vijftien personen aan zonnesteek bezweken. Onlangs zouden twee brigadiers te St.-Julien, bij Lodère in het Eransche departe ment Hérault, zekere vrouw Caisso gevangennemen, die wegens mishandeling veroordeeld was. Om haar in handen te krijgen, moesten zij echter haar huis vier uren lang belegeren, waarin zij zich met steenen en eindelijk, toen men haar te lijf kwam, met een sikkel verdedigde. De philosophische faculteit bij de universiteit te Jena heeft bekend gemaakt, dat de candidaat J. T. Pasig, uit Pagau, den 30sten Mei 11. tot doctor gepromoveerd, van het doctoraat is vervallen verklaard, doordien gebleken is dat zijne dissertatie, waarop hij is gepromoveerd, bestond in een plagiaat «it een werk van den Leipziger hoog leeraar Luthardt. Te Pristina is een Engelsch onder daan, Klunt, agent van het Schotsch zendeling genootschap, in hechtenis genomen; op zijne boeken, traktaatjes enz. werd beslag gelegd. De Engelsshe consul te Salonika kwam tusschenbeide en zorgde, dat hij spoedig op vrije voeten werd gesteldde gouverneur van Macedonië noemde de arrestatie een vergissing van den pacha te Pristina. Het feit dat Klunt 4000 pd. st. onder arme Bulgaren had uitgedeeld, schijnt echter daaraan niet vreemd te zijn geweest. BUITENLAND. Duitscliland. De „Reichs-Anzeiger" bevat de rekening des rijks over het op 31 Maart afgeloopen bagrootings- jaar 1878/79. Op de gewone uitgaven is 6,995,471 mark bespaard. De gewone inkomsten beliepen 13,253,293 m. beneden de begrooting. De reke ning van gewone ontvangsten en uilgaven sluit met een deficit van 6,257,821 mark. De meeste besparingen, ongeveer 7,412,000 mark, waren een gevolg van goedkooper leverantiën ten behoeve van het leger. Onder de gewone ontvangsten zijn invoerrecht en verbruiksbelasting 14,792,228, wisselzegel 822,017, post- en telegraafdienst 1,568,509 en rijksspoorwegen 471,896 mark be neden de raming gebleven. Veel opzien wekt het bericht dat de bonds raad na het zomer-recès te beraadslagen zal heb ben over belangrijke wijzigingen der rijksgroudwet. Deze wijzigingen betreffenhet houden van twee jarige in plaats van jaarlijksche zittingen van den rijksdag, het opmaken van tweejarige in plaats van jaarlijksche begrootingen, en minder dikwijls voorkomende verkiezingen. In zeker opzicht zou den deze wijzigingen een natuurlijk gevolg zijn van de jongste maatregelen op wetgevend gebied. O root-I X-iCuimiiV. De „Figaro" zegt, dat de ex-keizerin Eugéuie aan p»ns Jérome en aan prinses Mathilde had doen weten, dat zij bereid was beiden te ontvan gen. Prinses Matbilde ging, maar prins Jérome liet zich verontschuldigen en de »x keizerin was hem daarvoor oprecht dankbaar. Men heeft opge merkt, dat de Engelsche prinsen zich zeer min zaam jegens prins Jérome. betoonden; koningin Victoria omhelsde de prinsen Victor en Louis. Onder de vele kranson, die op de lijkkist van den ex-keizerlijken prins werden neergelegd, was er ook een van den prins en de prinses van Wales, met het volgende opschrift„Een blijk van hartelijke ge negenheid en achting voor hem, wiens leven een taak was en die den dood van een soldaat stierf, terwijl hij in het Zoeloe-land voor onze zaak streed. Van Albert-Edward en Alexandra, 12J«lil879." Rusland. Het „Journal de St.-Pétersbourg", sprekende over de ontdekking van Engelsche buksen in het bezit der Tekko-Turkomanuen, na den aanval, door hen ondernomen op het detachement van generaal Lomakin, meldt, volgens eene verklaring vau officieren uit Turkestan, dat de bedoelde wapenen over Herat ontvangen en afkomstig zijn

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1879 | | pagina 2