bureaux een kapitein zal moeten wezen, en dat een der kapiteins van het 2de bureau meer speciaal belast zal zijn met het toezioht over de militaire ■verkenningen. In de heden gehouden zitting der Provin ciale Staten van Zuid-Holland werd tot buiten gewoon lid herkozen de heer C. Maas Geesteranus met 59 van 62 uitgebrachte stemmen. Guustig werd beschikt op de subsidie-aanvrage ter verbe tering van wegen van de gemeentebesturen van Nootdorp en Stompwijk, tot een maximum van 7500, onder zekere voorwaarden. Met 57 tegen 8 stemmen werd aan de heereu Van Hall en Montijn een subsidie van 100,000 verleend in de kosten tot droogmaking van plassen ander de gemeente Reeuwijk, mits vóór 20 Februari 1880 het werk is aangevangen en financieel ver zekerd. Aangenomen werd van kosten van het lager onderwijs eene subsidie voor 425 's jaars te verleenen aan de gemeente Benthuizeu, aan Molenaarsgraaf een van 11.500. Omtrent de subsidie aan Woubrugge werd besloten het voorstel aan de Gedeputeerde Staten te renvoyeeren. De verschillende posten van uitgaaf op de enkel provinciale en huishoudelijke begrooting van 1879 werden zonder discussie goedgekeurd. Eveneens werd de geheele begrooting voor 1880, voor zooveel het rijksbestuur is, aangenomen. De provinciale rekening over 1877 tot een bedrag voor ƒ314,962.49 in ontvang en 274,422.28 in uitgaaf, alzoo met een batig saldo van ƒ40,540.21, is vastgesteld. De minister van financiën maakt bekend dat bij hem ontvangen is een bankbiljet groot 40, door tusschenkomst van een Roomsch-Katho- liek priester, onder het postmerk Breda van 7 dezer, tot voldoening van te weinig betaalde suc cessierechten ingezonden. De audiënties van de ministers van marine en van binnenlandsche zaken zullen Vrijdag en Zaterdag niet plaats hebben. -Het stoomschip „Koningin Emma", vau Amsterdam naar Batavia, is gisterochtend van Southampton vertrokken; de „Voorwaarts", van Amsterdam naar Batavia, arriveerde gisteren te Port Said en zou hedenmorgen van daar vertrekken de „Hampton", van Rotterdam naar Batavia, is Dinsdag van Southampton vertrokken. ti. M. heeft aan den tijdelijk gepensioneerden lsten luit. A. J. C. De Roo bij vernieuwing een tijdelijk pensioen ten bedrage van ƒ300, voor den tqd van vijf jaren, toegekendaan den gepen sioneerden opperstuurman in het vaste corps dek en onderofficieren J. T. Meyer vergunning ver leend tot het blijven dragen der uniform van zijn qualiteit; den luit.-kol. R. A. W. Sluiter, van den staf der artillerie, directeur van 's rijks gieterij van bronzen geschut, vergunning verleend tot het aannemen en dragen van het kruis der 2de kl. van de orde voor militaire verdiensten, hem door den koning van Spanje geschonken. Gemengd Nieuws. Op de Amsterdamsche markt besom- den de. aardappelen heden als volgtKatwijker Zand- 5 a 7.50, Noordwijker dito 4.50 a 5.50, Westlandsche dito 6.80 a ƒ7, Kat wijker klei- 4.50 a 5.20, Westlandsche dito (in manden) 4.70 a 5.40; dito dito (losse) 4.25 a 5.10; Rijnsburgers 3.25 a 4.30. Aanvoer 2800 HL. De handel was iets flauwer. In zake Hubrecht de Jong kwam de ambtenaar van het openbaar ministerie tot de slotsom dat voldoende was bewezen, dat besch. den moord met voorbedachten rade en geleider lage had gepleegd. Met hoeveel afschuw de mis daad ook gepleegd moge zijn, oordeelde de adv.- gen. mr. Van der Hoeven toch, dat het vroeger goed gedrag van besch. en diens opgewekte jaloezie als verzachtende omstandigheden konden gelden. Zijn requisitoir strekte mitsdien tot veroordeeling van besch. onder aanneming van verzachtende omstandigheden tot een tuchthuisstraf van 15 jaren. De verdediger mr. L. G. E. Gertsen betoogde dat de beschuldigde in deze niet als toerekening svatbaar te beschouwen was. Wel hadden de des kundigen hem zoodanig bevonden tijdens hun onderzoek in de gevangenis, maar omtrent zijn toestand gedurende het plegen der daad bleek Diets. Z. i. moest zijn cliënt beschouwd worden als te lijden aan monomanie, daar hij, indertijd als krankzinnig verpleegd, niet als hersteld ont slagen maar aan zijn bewakers ontsnapt was en sedert in vrijheid was gelaten. Vervolgens achtte pleiter het met voorbedachten rade niet bewezen, daar er hier ontbrak een tijdstip van kalm over leg tusschen de eerste ontmoeting en het plegen der daad. Op deze gronden strekte zijn conclusie tot vrijspraak en subsidiair tot verwerping der qualificatie van moord en in geval van veroordee ling tot een ruime toepassing van verzachtende omstandigheden. Na repliek van het O. M. ver zocht besch. van zijne rechters een genadige straf en werd de uitspraak bepaald op a. s. Maandag des middags te balfdrie. Tusschen heden en morgen is nog storm en onweder uit Amerika ons toegedacht. Bijna zon men zeggen dat het was tot straf van Nederlands ongeloof aan Amerika's voorspellingen, dat wij thans geen zomer krijgen. Wij naderen de hondsdagen en Sinte-Margeriet, en nog laat de eerste zomerdag zich wachten. Zoo dit op planten en vruchten noodlottig werkt, ook de Arnhemsche tentoonstelling ondervindt er de gevolgen van. Het bezoek, op mooie dagen zeer druk, laat bij regenachtig en koud weer veel te wenschen over en vreemdelingen komen nog slechts in schaar- schen getale. Vooral de pachters der buffetten lijden er onder. Te Leiden heeft zich reeds een familie niet van twee keuken- maar van twee huis houdkamer-kachels voorzien, welke inderdaad reeds dienst doen. Gistermorgen te acht uren is bij het achteruitgaan van een trein de heer H., onder wijzer te Heerenveen, aldaar ouder den trein ge raakt; hij was onmiddellijk dood; volgens zeggen van anderen zou hij door het grijpen van zijn hoed, die hem van het hoofd woei, ouder den trein ge komen zijn. Niettegenstaande den voortdurend ongunstigen weerstoestand kwamen gistermorgen te Arnhem met een extratrein uit Amsterdam en een uit Groningen ongeveer 2200 plezierreizi- gers aan. Dinsdag-middag te twaalf uren is van de stoomboot „Lekkerkerk", varende tusschen Rotterdam en Lekkerkerk, even voorbij eerstge noemde stad over boord gesprongen en vermoedelijk verdronken een bij de equipage en de passagiers van de stoomboot onbekend passagier. Door het onstuimige wed-er is Dins dag te Maassluis een logger binnengekomen met verlies van veertig netten. De Niagara-watervallen zullen ten gerieve der talrijke bezoekers des zomers met elec- trisch licht verlicht worden. Aau beide oevers zullen zestien lichten met reflecteurs worden aangebracht. Het schouwspel zal tooverachtig schoon zijn en men verwacht, dat er ook een kunstmatige regen boog zal worden verkregen. In den nacht van 7 dezer ontstond er te Aalst brand in den toren van het oude stadhuis. Het bovendeel van den toren is geheel afgebrand en het klokkenspel ten gevolge der hevigheid van het vuur gesmolten. Den vorigen avond was, ter ge legenheid der kermis, op den toren een vuurwerk afgestoken. De brand zou, denkt men, ondanks de genomen voorzorgen, veroorzaakt zijn door een vonk van dit vuurwerk voorkomende. De ramp is zooveel te meer te betreuren, daar het stadhuis een merkwaardig monument is dat van de vijftiende eeuw dagteekent. Emile Franck, de directeur van de Tramweg-maatschappij, die de concessie heeft voor het traject ParijsVersailles, is gevlucht. In de kas werd een tekort van 5 millioen franken ont dekt. Franck is reeds te Brussel op bevel der Belgische justitie aangehouden. Uit Irkutsk verneemt men, dat niet minder dan veertien wijken der stad in brand zijn gestoken. De „Golos" zegt, dat de brand den 4den Juli tegelijkertijd uitbrak in het midden en aan de uiteinden der stad. Tal van inwoners zijn daardoor zonder dak. Verschillende ambtenaren van Tula hebben brieven ontvangen, waarin die stad met vernieling door de vlammen wordt bedreigd. Volgens een Zwitsersch blad had prins Louis Napoleon vóór zijn vertrek naar Afrika met een Engelsche maatschappij een levensverze kering gesloten van 30,000 pd. st. Generaal Rafaël Aizpuru, oud-presi dent van den staat Panama, thans senaatslid te Bogota, kwam den 7den Juni 11. van Panama te Aspinwall aan met een vijftigtal politieke vrienden, meest jongelieden, naar het heette om zich naar Bogota in te schepen. Ternauwernood aangeko men, snelden zij naar het „Cuartel", vermees terden den eenigen soldaat, die er de wacht hield, en proclameerden Aizpuru tot voorloopig presi dent van den staat Panama. Dienzelfden dag, toen de werkelijke president, Casorla, in zijne residentie te Panama van een uitstapje of wat dan ook terugkeerde, werd hij door een half dozijn jongelieden gegrepen en in eeue boot gedragen, zoo ten eenen male verrast, dat hij zelfs niet om hulp riep. De boot voer de Rio-Grande tot het spoorwegstation vaB dien naam op, waar de schakers zich van eene locomotief meester maakten en naar Aspinwall stoomden. Den volgenden dag, Zondag, raakte men echter in botsing met een gewoneu trein, zonder dat iemand letsel kreeg. Den machi nist van den trein, die geen enkel conducteur rijk was, met scheldwoorden overladende, toog het zestal met hun gevangene te voet verder naar het station Buenavista, wist daar weder eene locomotief te be machtigen en kwam des namiddags te 3 uren te As pinwall aan. Zij voerden Gasorla voor Aizpuru, en deze zeide hem aan, dat hij zijn gevangene was. Eerst Zon dag-avond berichtte een telegram den verbaasden ingezetenen van Panama, dat hun president door zes kwajongens opgelicht en naar Aspinwall ge sleept was. Op deze droeve tijding nam de heer Ortega, tweede „desiguado", het bewind in handen en eischte van de spoorwegmaatschappij een trein om den opstand te Aspinwall te gaau fnuiken. Ter zelfder tijd verlangde in deze stad Aizpuru een trein om de revolutie te Panama te gaan vol tooien. Noch den een, noch den ander gaf men dien dag gehoor. Den lOden echter vertrok van Panama een trein met 230 man troepen en twee veldstukken, doch deze macht ging niet verder dan Lion Hill. Aizpuru zijnerzijds namelijk had zijne jongelui met Reminington-geweren gewapend, ge stolen van den havenmeester, bij wien zij door hun eigenaar, een Engelsch koopman, in bewaring waren gegeven. Hiermede trok de strijdlustige senator, zijn gevangene medevoerende, naar Gatun en versterkte zich voorts in het station van Lion Hill. Van hier uit overrompelde hij de regeerings- troepen op den 12den, doch knoopte na een langdurig gevecht, waarbij geene of weinig dooden en gewonden schijnen gevallen te zijn, onderhan delingen aan en gaf zich den 15den met wapenen en leeftocht over, nadat de regeering zich verbonden had „om de kosten der revolutie te betalen". Ten slotte zijn overwinnaars en verwonnelingen, ten aan zien van een groote menigte volks, eendrachtelijk te Panama teruggekomen. BUITENLAND. Frankrijk. Bij de behandeling van het ten slotte met groote meerderheid verworpen amendement van Madier de Montjau op art. 7 betoogde de minister Ferry dat het onaannemelijk was. Indien alle godsdien stige inrichtingen werden gesloten zouden meer dan 1,200,000 meisjes van lager onderwijs verstoken zijn; men zou niet dadelijk genoeg leekenonder- wijzers kunnen vinden; bovendien zou het onstaat kundig zijn den schijn van vervolging tegen de geestelijkheid en de kerk aan te nemen; het ge vaar kwam, zeide hij, alleen van de niet erkende congregaties, voor het overige kon men met het concordaat volstaan en de regeering zou zorgen, dat dit nauwgezet werd gehandhaafd. In de laatste vergadering van het aardrijks kundig genootschap te Parijs heeft de heer De Lesseps weder mededeelingen gedaan, betreffende het plan van een kanaal door de landengte van Panama. Evenals ten aanzien van het Suez-kanaal zou hij alleen, zeide hij, tegenover het publiek de verantwoordelijke persoon zijn. Hij zou vooreerst 400 millioen fr. trachten samen te brengen. De waarborgsom van 2 millioen, door de regeering van Venezuela geëischt, was reeds betaald. Het totaal der kosten voor het graven van het kanaal zou, naar hij meende, 750 millioen fr. niet te boven gaan en het zou binnen acht jaar gereed kunnen zijn. Voorts trachtte hij aan te tooaen, dat de te overwinnen moeielijkheden niet zoo groot waren

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1879 | | pagina 2