iV. 5942. Woensdag 12 Juli. A9. 1879. Den Courant wordt dagelijks, met uitronderiag ran Zon- en Feestdagen, uitgegeven. LEIDSCI DAGBLAD. FBIJS DEZER COURAÜTl Voor Leid» per 8 mioadoo..l.ltk Fnnoo per posuI4IV AüoflderUJke Nomnnre045. PRIJS DER ADVERTENTIES i Vu 16 regete.1.0». Iedere regel meer.017t Grootere leUert eau plaatsruimte. LEIDEN, 1 Jail. Voor het toelatings-examen aan de hoogere burgerschool alhier hebben zich 46 adspiranten aan gemeld. In de Maandag-avond gehouden vergadering van het Leidsch departement der Maatschappij tot Nut van 't algemeen werden tot commissa- rissea voor de leesbibliotheek verkozen de heeren W. F. Modderman en L. G. Le Poole en tot bibliothecaris de heer P. De Stoppelaar. In de vacature, bij de commissie voor de volksbijeenkom sten bestaaude door het vertrek van mr. M. d'Aume- rie, werd voorzien door de benoeming van mr. W. D. Bosch. Tot afgevaardigden ter algemeene ver gadering werden door het departement benoemd uit het bestuur de heer P. Van der Velden Erd- briuk, plaatsvervanger dr. D. J. Steyn Parvé en uit de leden de heer A. Van Eek, plaatsvervan ger dr. W. Palmer van den Broek. Daarna kwa men de punten van beschrijving in behandeling. Vóór het sluilen der vergadering richtte de voor zitter een woord van dank tot de heeren mr. M. H. A. Lisman en H. W. F. Bakker, die met 1 Juli als leden vau het bestuur moeten aftreden, en herdacht hij het vijfentwintigjarig bestaan van de commissie voor de volkbijeenkomsten Den 9den October i854 werd door den heer J. J. De Gelder in de Armenkerk, daartoe door het gemeentebestuur afgestaan, de eerste volksvoorlezing gehouden, zoodat het dit jaar eea kwart eeuw is dat deze zoo nuttige instelling der Maatschappij tot Nut van 't algemeeu be staat. Naar aauleidiug van dit feit heeft ds. A. M. L. Rümke namens de commissie een verslag doen drukken, schetsende de geboorte der instel ling, gevolgd door in den meest beknopten vorm een overzicht van den loop, dien de volksvoor lezingen gedurende het 25-jarig tijdvak te Leiden genomen hebben. De commissie onthield zich daarbij in het algemeen van het noemen der namen van hen, die in verschillende betrekkin gen óf als leden óf door het honden van voor drachten hunnen tijd en hunne talenten aan de schoone zaak der volksontwikkeling hebben gewijd. Wilde men ieder hunner recht laten wedervaren, men zou allicht in eene te groote uitvoerigheid vervallen; koos men slechts enkelen uit, men zou gevaar loopen jegens anderen onbillijk te zijn. Toch mag zij niet nalaten één naam te vermel den. Het is die van een der meest werkzame leden van de commissie, den heer W. T. Werst, die van 1858 tot 1878 herhaaldelijk heeft zitting gehad en meermalen als voorzitter is opgetreden. Een algemeene terugblik geeft le zien dat in menig opzicht de laatste 25 jaren het beeld zijn van hetgeen wij overal in het menschenleven op merken kunneneene gestadige afwisseling van licht en donker, van voor- en tegenspoed. Eén ding mag gerust gezegd wordennoeit heeft het de commissie aan moed ontbroken, om te streven naar de bereiking van het haar voorgestelde doel. Ook in de meest voorspoedige jaren is zij pal blijven staan en uit elke, ook de treurigste erva ring heeft zij winst gedaan ter verbetering van haar werk. Haar vijfentwintigjarig bestaan is dan ook niet zonder vrucht gebleven. Ongetwij feld heeft hetgeen door de commissie op zoo menig gebied, vooral ook in den laatsten tijd, verricht is, aan het Leidsche volk werkelijk nut gebracht. Ongetwijfeld is het peil der algemeene beschaving daardoor verhoogd geworden en zon der dwaze zelfverheffing mag zij van zich zelve getuigen niet tevergeefs te hebben geleefd en gearbeid. Zonder den zedelijken en vooral finan- ciëelen steun der burgerij zou de commissie ech ter nooit haar doel hebben bereikt. Met moed gaat zij dan ook voort op den ingeslagen weg en stellig zal het haar streven blijven in een volgend tijdvak van weer vijf en twintig jaren niet min der nuttig werkzaam te zijn. Draagt de commissie thans met eere een zilveren kroon, die zilveren kroon zal bij getrouw besef van hare schoone roeping eenmaal in een gouden veranderd worden. Het bericht der N. R. Ct. aangaande het niet vervullen der predikanls-vacature alhier is, naar men ons meldt, minder juist. De tractements- legger is wel in orde, maar de gemeente-commissie heeft geweigerd eene verklaring te geven dat zij bereid is de verhuiskosten van den te beroepen predikant te betalen zooals het thans vigeerende reglement dit voorschrijft. Nu het classicaal bestuur van Leiden geweigerd heeft handopening aan te vragen, bestaat er alle hoop, dat de gemeente commissie evenals in 1875 niet langer weigeren zal zich aan de kerkelijke verordeningen te onder werpen. De Waalsche réunie heeft zich in hare zitting van gisteren bezig gehouden met uitsluitend huishoudelijke zaken, o. a. met het hooren van vreemde afgevaardigden, stemmingen enz. De réunie werd te halfvier gesloten en den heer J. A. Yan Hamel Sr., als frère modératenr, werd door ds. Chavaunes nit Leiden daik betuigd voor de wel willende wijze, waarop hij de vergaderingen geleid had, terwijl door ds. E. Picard, uit Dordrecht, uit naam van de Dorische Compagnie Wallonne een woord van dank en aanbeveling werd gericht aan de réunie. Als de plaats, waar de volgende réunie het aanstaande jaar gehouden zal worden, werd Arnhem, en bij plaatsvervanging Delft aan gewezen. Prof. A. Kuenen, door de classicale ver gadering van Brielle benoemd tot secundus van het lid van 't provinciaal kerkbestuur prof. J. J. PriDs, heeft, naar de N. R. Crt. meldt, aan het classicaal bestuur van Brielle bericht, dal hij ge noodzaakt is de benoeming af te wijzen, daar hij nooit zitting gehad heeft in een classicaal bestuur, wat in art. 5 van het algemeen reglement voor de Hervormde kerk wordt vereischt. Gedurende de afgeloopen maand zijn in de volkskeuken alhier afgeleverd 2359 portiën, als: 2045 warme spijs, 267 vlcesch en 47 spek. Gisteren is te Utrecht de jaarlijksche alge meene vergadering van aandeelhouders der Ned. Rijnspoorwegmaatschappij gehouden, waarin in de eerste plaats door de directie verslag is uitgebracht over het op ult°. April 11. geëindigde boekjaar. Vervolgens is de balans over het boekjaar 1878/79 goedgekeurd, het bedrag der 17'/i pet. van de over winsten boven de 5 pet. 'sjaars over het gestorte kapitaal vastgesteld op 166,242.53'/j en de directie gemachtigd daarmede te handelen overeen komstig art. 50, nrs 1, 2, 3 en 4 der statuten. Aan de deelhebbers zal worden uitgekeerd f 9 per aandeel van f 240, f 3,60 per aandeel van ƒ96 en f 1,35 per aandeel van 36 gestort kapitaal (met de voorleoptge uitdeeling over het 1ste half jaar respectievelijk f 18,10, 7,24 en f 2,71'/j, of ruim 7,54 pet.). De aftredende commissarissen, mr. J. J. Rochussen, J. A. baron Van Hardenbroek, mr. H. Royaards van Scherpenzeel en Ebenezer Pike, zijn herkozen, en ter veavulliBg der vacatures, ontstaan door het bedanken van mr. N. P. J. Kien en het overlijden van jhr. mr. W. T. Gevers Deyaoot, zijn tot commissaris benoemd ds heeren mr. G. Van Tienhoven, te Amsterdam, en mr. J. Van Gennep, te Rotterdam. De aftredeude directeur, de heer J. Staats Porbes, is herkozen. Tot president en vice-president der directie zijn benoemd de heeren mr. H. Ameshoff en J. Staats Porbes. De directie is gemachtigd om ten laste der maat schappij eene geldleening te sluiten van ƒ2,400,000, verdeeld in 2 seriën, ieder van 1000 obligation, elk groot ƒ1200, rentende 4 pet. 'sjaars, te voldoeD bij halfjaarlijksche termijnen op daarvoor nit te geven coupons, welke leening zal worden gesloten op zoodanigen tijd en onder zoodanige verdere voor waarden, als nader door de directie, onder goed keuring der vergadering van commissarissen, zal worden bepaald. Omtrent de lijn LeidenWoerden wordt in het verslag gezegd, dat, nadat zij op 15 October 1878 in exploitatie was gebracht voor het personen verkeer en voor het goederenvervoer op 1 December d. a. v., zij daarom nog niet kon geacht worden voor overname gereed te zijn. Tot 30 April 11. werden over dien weg vervoerd in het geheel 64,344 reizigers, meteen opbrengst van 35,502.90s en 41,658 ton goederen en vee in tonnenmaat herleid, welke aan vracht opleverden 21,245.71. De exploitatiekosten dier lijn beliepen 36,939.36s. Kort nadat deze weg was geopend, werd in eene buitengewone algemeene vergadering van aandeel houders dier Maatschappij, den 18den December 1878 te Leiden gehouden, door haar bestuur mededeeling gedaan van den geldelijken toestand waarin deze onderneming zich bevond. Na plaatsing van de nog onuitgegevene aandeelen, waartoe aan stonds werd besloten, rekende men, dat nader ware te voorzien in een bedrag van ƒ600,000 boven het maatschappelijk kapitaal van /3,000,u00, ten einde in staat te zijn om dan alles in behoorlijke orde op te leveren. De kosten van onteigening hadden de raming verre overtroffen en er waren omtrent kunstwerken eischen gesteld, welke men redelijkerwijze niet had kunnen verwachten. Aan vankelijk werd toen het beste geoordeeld, om in deze behoefte te voorzien door middel van een 5 pet. geldleening a pari, uit te geven tot het benoodigde bedrag, en tevens goedgevonden om inmiddels de zaak in statu quo te houden tot ultimo April 1879. Toen daarop de gelegenheid tot deelneming in het nog onuitgegeven maatschappelijk kapitaal werd opengesteld, bleek spoedig, dat niemand hiertoe genegen was en er dus voor de Maat schappij geen andere keus overbleef dan om het geheele bedrag van f 2,388,000 verdeeld in 9950 aandeelen van 240 voor hare rekening te nemen. Deze uitkomst gaf aanleiding tot een nader be raad omtrent de wijze van voorziening in het verder benoodigde bedrag der 600,000, en er werd toen in een tweede buitengewone algemeene ver gadering van deelhebbers, den 29sten April 1879 te Leiden gehouden, definitief besloten, om geen geldleening aan te gaan, maar in stede van dien het maatschappelijk kapitaal van 3,000,000 door de uitgifte van nog 2500 aandeelen te ver- grooten met 600,000 en alzoo te brengen op 3,600,000. In het vooruitzicht dat ook voor dit bedrag de Maatschappij wel weder de eenige zijn zal, die zich tot deelneming bereid verklaart, werd overigens bepaald, dat ter vereenvoudiging van huishouding het bestuur zou overgaan in handen van haar president-directeur en secretaris, die zich beiden bereid verklaarden deze betrek king honoris causa te aanvaarden, en de zetel naar Utrecht worden overgebracht. Daarmede zal nu

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1879 | | pagina 1