Dit Nommer bestaat iiit TWEE BLADEN. Eerste Blad. STADS-BEBICHTEN. Een Yredegeschrift. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DEZER COUR AST: Voor Leiden per 3 maanden1.10. Franco per postn 1-40. Afzonderlijke Nommers05- De BURGEMEESTER der gemeente Leiden, Gelet op art. 21 der wet van 4 December 1872 (Staatsblad N°. 134); Brengt ter kennis van de ingezetenen dat in de afgeloopen week zijn aangegeven als door roodvonk aangetast 6 personen en aan die ziekte overleden geene. En geschiedt biervan openbare afkondiging door plaatsing in de Leidsche Courant. Leiden, De Burgemeester voornoemd, 26 October 1878. V. d. BRANDELER. Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden, op Maandag, den 28sten October 1878, des namiddags te een uur. P tent en ter behandeling 1". Verzoek van J. E. Werner geb. Drechsler, om ontslag als onderwijzeres lste kl. aan de Meisjesschool der 2de kl. (208) 2°. Begrooting der gemeente voor 1879. Afbreken zonder opbouwen heeft wellicht menigeen gezegd, nadat hij ons artikel over Vredebond-theorieën had gelezen, en daarom, maar meer nog in het belang der zaak nemen wij de pen op om ons tegen die beschuldiging te ver dedigen, en dat zullen wij doen aan de hand van een man, wien zeker niemand het recht zal ontzeggen onze leidsman in deze te zijn. Wij bedoelen den Engelschen staatsman John Bright, die in een schrijven aan den Italiaanschen hoog leeraar in de rechtswetenschap Sbarbaro in ant woord op een uitnoodiging om het vredecongres te Savona bij te wonen, het volgens hem meest afdoende, om niet te zeggen eenige, middel aan de hand geeft, waardoor oorlogen kunnen verme den en staande legers kunnen afgeschaft worden, een levensquaestie, gelijk hij zoo terecht zegt, voor Europa en elke natie van Europa. Alvorens tot dat middel zelf te komen, wijst de schrijver op het bedroevende van den toestand van Europa op dit oogenblik, nu de volkeren zuchten onder den druk van groote legers en zware belastingen en tevens van elkander vervreemd worden door tarieven, die een onoverkomelijken scheidsmuur opwerpen tusschen de verschillende natiën en den onderlingen band verbreken, die het den staatslieden onmogelijk zou maken haar in een oorlog te wikkelen. Daarna gaat hij onge veer aldus voort: „Dat middel is de vrijhandel. Indien de tarie ven afgeschaft of laag gesteld werden, zouden de volken vrijelijk handel met elkander drijven. Zij zouden langzamerhand één groote natie vormen; hun gemeenschappelijke belangen zouden zich ver menigvuldigen en men zou elkander zoo van nabij leeren kennen, dat de eerzucht van vorsten en staatslieden onmachtig zou zijn om hen tot een oorlog te voeren. „Het handelstractaat tusschen Frankrijk en Engeland, waarover achttien jaar geleden door Cobden werd onderhandeld, heeft de gevoelens dier beide natiën ten opzichte van elkander geheel gewijzigd, en indien de tarieven van Frankrijk even vrij waren als die van Engeland, dan zouden de beide staten één worden door hun belangen. Werden de tarieven in Europa afgeschaft, dan behoefde men geen oorlog te vreezen en de legers zouden weldra vervallen. Monopolie in den handel, hooge tarieven, protectionisme ten koste van de maatschappij en de verbruikers, dit zijn de groote hinderpalen voor een algemeenen en duurzamen vrede in Europa. Laat ons trachten de openbare meening hiervan te doordringenslagen wij hierin, dan zal de dageraad aanbreken van den dag, waarop men legers niet langer voor onmisbaar zal houden en hooge tarieven als een misdrijf tegen de belan gen en de welvaart van het volk zal beschouwen.1' Ziedaar een geheel andere weg dan werd inge slagen door het Parijsche vredecongres met zijn verschillende stellingen van praerogatieven, die aan de vorsten niet behoorden toe te komen, van hetgeen de staten moesten doen of nalaten altemaal machtspreuken, die heel mooi klinken, maar bitter weinig beteekenen, zoolang niet tevens het middel wordt aan de hand gedaan om ze te verwezenlijken; een geheel andere weg, omdat het is de weg van het gezond verstand en juist daarom zoo doodeenvoudig. John Bright wil de volken louter tot elkander brengen door datgene, waardoor eigenlijk de geheele wereld wordt be- heerscht: door het eigenbelang. Wij mogen het willen erkennen of niet, het eigenbelang is een der grootste drijfveeren van onze handelingen. Of betrachten wij niet onzen plicht om vooruit te komen in de maatschappij? Staat niet menigeen met een ander op een goeden voet ter wille van de zaken, die hij met hem drijft? Heeft niet menigeen handelsvrienden, die hij overigens volstrekt niet tot zijn persoonlijke vrienden zou begeeren Het eigenbelang, het ver keer in zaken houdt dus de maatschappij in vrede bijeen. Welnu, zoo moet het Ook worden tusschen die groote samenvoegingen van individuen, die wij volken noemen. Indien alle natiën elkanders han delsvrienden zijn, zullen zij zich wel tweemaal bedenken, eer zij het zwaard tegen elkander trek ken. Immers haar welvaart, haar bestaan is er mede gemoeid. Geen hechte en duurzame handelsvriendschap echter tusschen verschillende natiën, zonder opheffing van ongelijke tarieven, m. a. w. zonder het in het leven roepen van gelijke belangen. En wat niet het minst schoone der zaak iswsderkeerig eigenbelang houdt op eigenbelang te zijn en wordt algemeen belang. Bovendien nauwere handelsbe trekkingen tusschen verschillende natiën geven ongetwijfeld aanleiding tot betere onderlinge waar deering, een tweeden waarborg voor een duurza men vrede. Moge men nu al niet zoover gaan als John Bright en aannemen, dat met de invoering van internationalen vrijhandel alle oorlog van de aarde zal verdwenen zijn, velen ongetwijfeld zullen hem toch toegeven dat daardoor een belangrijke schrede voorwaarts zal worden gedaan op den weg, welke voert tot de afschaffing der thans zoo ontzaglijk uitgebreide staande legers, dien kanker der tegen woordige maatschappij. LEIDEN, 26 October. Heden is aan de universiteit alhier bevorderd tot doctor in de rechtswetenschap de heer A. L. E. Gastmann, doctor in het Romeinsche en kano- nieke recht, geb. te Herwijnen (eiland Java), met academisch proefschrift„Iets over het misdrijf van zeeroof. Volgens de artt. 443447 van het ontwerp-Wetboek van strafrecht (1875)." Bij de gisteren plaats gehad hebbende aan besteding van levensmiddelen voor het Werkhuis alhier zijn aangenomen: door A. Slok het rund- vleesch voor 75 en het rund vet voor 58 cents per kilogr.de aardappelen door J. W. Florijn Jr., voor f 5 de 100 kilo; de stroop door T. J. Bots, voor 12,96 ets. per kilogram; de groenten TRIJS DER ADYERTENTIEN: Van 1—6 regels1-05. Iedere regel meer0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. door D. Laman, voor 4,25 ets. per kilogramdoor J. Van Kampen de zoetemelk voor 6,40 ets. en de karnemelk voor 1,80 ets. de literdoor W. A. Af- fourtit, de gort voor 12,89 ets., de peper voor 44 cents, de cichorei voor 15,75 ets., de groene erwten voor 13,40 ets. en de koffie voor 1,17 ets. per kilogr. en door A. Somerwil de rijst voor 15,24 ets. per kilogram. Gedurende deze week zijn dagelijks in het Werkhuis alhier opgenomen van 4970 volwas sen personen en van 811 kinderen. De heer B. Van Berkel, ontvanger van het buitengewoon zegel te VGravenhage, tevens belast met de directie van het algemeen zegelkantoor, geniet heden het voorrecht zijne 60-jarige ambts bediening te vieren. Hij is bij die gelegenheid benoemd tot ridder der orde van den Ned. Leeuw. De „impresario" Ullmann kondigt weder twee artistische tournées door Nederland aan, de eerste in de volgende maand, de tweede in Maart. Thans komt hij niet, zegt het Handelsblad, met oude, goede bekenden, maar hij stelt het publiek voor weinig geld in de gelegenheid nieuwe „sterren" te hooren. Zijn „great attraction" is mej. Zoré Thalberg, de dochter van den beroemden pianist, die, na in 1875 op 17-jarigen leeftijd te Londen in Covent-Garde als Zerline stormenderhand de gunst van het kieskeurige Londensche „playgoing" pu bliek te hebben veroverd, in Engeland en Spanje ware triomfen heeft behaald. Men schetst haar als een zangeres met buitengewone bekwaamheden en met een haast ongeëvenaarde „charme." Haar portret, dat in vele boekwinkels is tentoongesteld, geeft daarvan reeds getuigenis. Bovendien treedt in deze concerten op mej. Thekla Friedlander, een liederenzangeres, genre Anna Regan, en een Fransche tooneelspeelster mej. Marie Dumas, die geheel alleen kleine stukjes speelt, eene eigen aardigheid waarin zij het tot een groote hoogte moet hebben gebracht. Van het heerenpersoneel zijn Ketten als pianist en Hollman, onze landge noot, een violoncellist, bekenden en goede bekenden ook. Paul Viardot, de laatste van het zestal artisten, is een violist van naam, die zich hier nog niet heeft doen hooren. Reden genoeg dus om de Thalberg-concerten overal in den lande een talrijk publiek te doen trekken. Dat te Leiden zal den 29sten November plaats hebben. In de Staatscourant is opgenomen een uit treksel uit het aan den minister van binnenland- sche zaken uitgebracht verslag van de commissie, van 1 Augustus 1878 tot 1 Augustus 1879 belast met het afnemen van het tweede natuurkundig examen. Voor het examen hadden zich aangemeld 29 candidaten; van deze trokken zich gedurende de zitting 5 terugéén verzocht, daar hij ongesteld was op den dag voor zijn mondeling examen be paald, alsnog later tot het examen te worden toe gelaten; er werden dus tot 19 October 1878 ge ëxamineerd 23 candidaten. Van deze werden er toe gelaten 19 en afgewezen 4. De namen der toegela- tenen zijn: J. J. Van Driel, L. A. F. Schakers, P. Beyers, B. Bakker, J. Bijker, C. J. Kleyn, E. II. L. Lemmens, R. Van Beuningen van Hels- dingen, N. IJpes, C. F. A. Koch, G. J. Resler, J. Van Pienbroek, A. J. Ilelwig van der Vegt, H. K. J. Dominicus van den Bussc'ne, J. H. F. Bozon, J. A. De Graad', H. J. Scheidelaar, J. Keyzer en Joh. C. Stoltz. Van deze zijn 15 mili taire, 4 civiele studentende 4 afgewezenen zijn allen militaire studenten. De algemeene opmerkin gen over het afgeloopen examen wenscht de com missie na afloop van hare tweede zitting aan de aandacht van den minister te onderwerpen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1878 | | pagina 1