BUITENLAND. Frankrijk. Italië. die over de legerstede van het kind hingen, en ook het bedje waarop de kleine lag, aangestoken. Het kind heeft daardoor vrij ernstige brandwon den aan aangezicht en handjes bekomen, terwijl ook de moeder, bij hare pogingen om het vuur te dooven, zich de handen heeft verwond. Met de hulp van een paar op het geroep van „brand toegeschoten buren gelukte het, het vuur in zijn voortgang te stuiten. „Wanneer men 's avonds laat gaat door de Kalverstraat" enz. Deze melancholieke straatdeun zal weldra slechts eene historische her innering zijn aan hetgeen voorheen bestond. De neringdoenden in de Kalverstraat zijn voornemens hunne winkels te acht uren te sluiten. Dat ook dan nog „keer op keer een dame met een heer" het koffiehuis zullen passeeren, is niet waarschijnlijk. De zedelijkheid zal hieronder niet lijden, al schijnt het ook oppervlakkig dat een helder verlichte straat deze meer zou bevorderen dan eene die in duisternis is gehuld. Misschien echter zouden dan de Nieuwen- dijk en andere straten de wandelplaats worden. Maar ook andere wandelaars zullen zich verplaatsen, en zoo die helverlichte winkels in de Kalverstraat thans wel kijkers maar geen koopers lokkeu, de eigenaren schijnen te vergeten, dat de kijkers van heden de koopers van morgen zijn, en de schitte rende gasvlammen en de uitstallingen des avonds tegen de beste reclames opwegen. Als men de kijkers niet lokt, zullen ook de koopers langza merhand gaan wegblijven en dit is voor een win kelier, meenen wij, van meer belang, dan dat hij 's avonds te acht uren bij zijn gezin, in de ko medie of in het koffiehuis kan gaan zitten. Maar de heeren moeten het weten; voor ons, die geen driemaal in het jaar de hoofdstad bezoeken, behoeven zij de winkels 's avonds niet te verlichten. (A. C.) Zekere vrouw K., huisvrouw van De C. te Amsterdam, „die uit begeerte welke zij niet kon bedwingen" achtereenvolgens zich aan onge veer 20 diefstallen had schuldig gemaakt, voor namelijk ten nadeele van eenige bewoners der nieuwe wijken, Quellijnstraat, Daniël Stalpertstraat, Jacob van Campenstraat, Weteringschans, Frans Hals straat enz., waar zij hare misdrijven pleegde door uit gangen, portalen en van stoepen allerlei voor werpen mede te nemen, is door het gerechtshof aldaar tot eene cellulaire gevangenisstraf van acht maanden veroordeeld. Te Amsterdam heeft een man, door van de trappen te vallen, beide beenen gebroken. De rechtbank te Maastricht heeft den kapelaan Corten, die terechtstond wegens het ge leiden van eene bedevaart, die volgens het O. M. ongeoorloofd was, vrijgesproken, maar den pastoor Syben schuldig verklaard aan het geleiden eener ongeoorloofde processie, en dus verklaard, dat hij in strijd met de wet heeft gehandeld en hem ver oordeeld in de kosten. Naar men verneemt heeft hij zich in hooger beroep begeven. Vrijdag 11. kregen twee militairen, in garnizoen te Middelburg, die in de keuken van de kazerne geëmployeerd waren, over eene onbe duidende zaak onaangenaamhedenna het wisselen van enkele minder vleiende woorden kwam het tot eene vechtpartij, waardoor een pot met kokend water, op een fornuis staande, omviel en beiden ernstige brandwonden veroorzaakte. Beiden werden naar de garnizoens-infirmerie vervoerd, en Dinsdag avond is een hunner, I. geheeten, een oppassend vrijwilliger, omstreeks 27 jaar oud, ten gevolge der bekomen brandwonden overleden. Na Maandag en Dinsdag zich met het getuigenverhoor te hebben onledig gehouden, heeft het hof van assises der Seine te Parijs Woensdag uit spraak gedaan in de zaak betreffende den moord op de melkverkoopster Gillet, wier armen en beenen, in een doek gewonden, in een kast werden gevonden. De beide moordenaars Barre en Lebiez zijn ter dood veroordeeld en vrouw Lepiu als heelster van het gestolene tot drie jaren gevangenisstraf. Het aantal bankroeten in Engeland, gedurende de eerste zes maanden van dit jaar, bedroeg 6812, d. i. 1127 meer dan in hetzelfde tijdsverloop van 1877. De advocaat-generaal bij het hof van appèl te Montpellier, Jouvin, heeft zich door een revolverschot van het leven beroofd, nadat hij eerst een poging had gedaan door stikken een einde aan zijn leven te maken. Een vijftiental jongelieden uit de omstreken van Grenoble waren naar Parijs ver trokken, toen eenige dagen later veertien telegram men door de respectieve ouders van veertien der reizigers, werden ontvangen, die, zooals daarin werd gemeld, allerlei buitenkansjes hadden gehad: van den een was zijne portemonnaie gestolen, de ander was het slachtoffer van een ongeluk geworden, de koffer van een derde was op den loop, een vierde was ziek geworden enz. enz. Alle dépêches ein digden met een dringend verzoek om toezending van geld. Eenige ouders haastten zich per telegra- phischen postwissel de gevraagde sommen te zenden, maar waren toch zeer verwonderd dat de reizigers te Parijs aan zoo talrijke gevaren waren blootge steld. De maire der gemeente wien de zaak niet onbekend was gebleven, vermoedde dat ze niet richtig was, te meer daar de toezendingen van geld alle aan een zelfde hotel moesten worden geadres seerd. Hij seinde naar den directeur van politie te Parijs, die weldra bevestigde dat de veertien dépêches door een zelfden persoon, Célestin geheeten (de vijftiende reisgenoot), waren afgezonden. Deze had zich kort na zijne aankomst te Parijs van zijne vrienden afgescheiden, zijn intrek genomen in het genoemde hotel en aan den hotelhouder een lijst ge geven met de namen van veertien vrienden, die, naar hij zeide, binnen eenige dagen zouden aankomen en er afstappen. Hij had tevens verzocht alle aan hen gerichte brieven of dépêches aan hem af te geven. Célestin had daarop de veertien bestemde dépêches voor de ouders zijner vrienden aan het naaste telegraafbureel gebracht en ontving weldra antwoord. Hij was reeds in het bezit van een duizendtal fr. toen hij in zijne industrie gestoord werd door twee agenten, die hem arresteerden op het oogenblik dat hij in gezelschap van een jonge dame het hotel weer binnentrad. De directeur van politie was wreed genoeg het paartje te scheiden, zoodat Célestin weinig kans heeft de tentoonstelling te gaan bezichtigen. Te Berlijn leefde nog vóór eenige weken een grijs echtpaar, en genoot ondanks zeer hoogen ouderdom zij hadden den gouden bruiloft reeds lang achter den rug een goede gezond heid. Acht dagen geleden werd de vrouw ziek en Donderdag stierf zij. De droefheid van den bijna negentigjarigen grijsaard ging alle beschrijving te boven, en daar hij door allen, die hem kenden, zeer geacht werd, was de deelneming groot. Den dag na het overlijden zijner vrouw kwam het dienst meisje hem wekken, doch zij kreeg geen antwoord en opende daarom de deur zijner slaapkamer, waar zij het lijk vond van den ouden man. Hij had zich door ophanging van het leven beroofd. Een achttienjarig meisje, de dochter van een rentenier te Berlijn, zou vóór eenige dagen met een fabrikant in het huwelijk treden. Bij hun terugkeer uit de kerk werd zij plotseling ongesteld. In allerijl haalde men een geneesheer, doch toen deze aankwam, kon hij slechts constateeren dat zij was gestorven. Om het namaken der bankbiljetten te voorkomen, heeft de Pransche Bank besloten nieuwe uit te geven, die bijna onmogelijk nagemaakt kunnen worden. De maatregel was noodzakelijk, aangezien in den laatsten tijd herhaaldelijk valsche bankbiljetten in omloop waren gebracht. Te Rij se 1 hebben 400 werklieden in de lintfabrieken het werk gestaakt, wegens een kleine vermindering der loonen. Zij willen hetzelfde loon houden en minder werk doen. Dezer dagen zijn op last van onze re geering zekere Detourbes en zijne echtgenoote, beiden Pransche onderdanen, beschuldigd van valsch- heid in geschriften van koophandel, op aanvrage van den rechter van instructie te Brussel aan de Belgische autoriteiten te Esschen uitgeleverd. Te Parijs is in den nacht van Zondag op Maandag jl. eene waskaarsenfabriek afgebrand. De schade wordt op bijna een millioeu fr. geschat. Honderden werklieden zijn dientengevolge broo deloos. Het Duitsche stoomschip „Luise" is, op zijn tocht naar de Jenissei, ten noorden van Drontheim gestrand. De bemanning is gered. Er is naar Bergen om hulp getelegrapheerd. Betreffende den moord, op den Japa- neeschen minister van binuenlandsche zaken Okubo gepleegd, worden eenige nadere bijzonderheden be kend. Den 14den Mei 's ochtends begaf Okubo zich in een gesloten rijtuig naar het paleis van den Mikado, toen het rijtuig in een slecht gepla veide straat eensklaps door zes gewapende mannen werd aangehouden. De voorrijder wist te ontsnap pen, maar de koetsier werd van den bok gerukt en gedood. De minister werd uit het rijtuig ge worpen en geslagen, totdat hij ontzield nederlag. De moordenaars wischten hunne wapenen af aan de kleederen van den verslagene en begaven zich toen naar het paleis van den Mikado, uitroepende„Wij hebben den minister van binnenlandsche zaken, dien verrader, doodgeslagenneem ons gevangen Het bleek bij het ingestelde onderzoek, dat de moordenaars afkomstig waren uit de provinciën Raga en Schimane en dat zij in betrekking stonden met generaal Saigo en anderen, die aan den opstand in de provincie Satsuma hadden deelgenomen. De moord is ongetwijfeld om politieke redenen verricht. In de elf laatste jaren zijn vijf der krachtigste voorstanders van de tegenwoordige orde van zaken door een gelijk lot getroffen, terwijl twee der voor naamste Japaneesche staatslieden Iwakura en Ito ternauwernood ontsnapten, de eerste in 1874, de ander twee jaren later. De naam van Okubo is nauw verbonden met de tegenwoordige orde van zaken. Het is vooral zijn werk, dat de opstand in Saga, de expeditie naar Pormosa en de zending naar China zoo goed afliep. Deze moord maakte een diepen indruk op den Mikado. Van de twin tig mannen, die hem bij den aanvang der hervorming ter zijde stonden, zijn nog slechts vier overgeble ven Iwakura, die door ouderdom is verzwakt, Ito, een schrander en krachtig man, die Okubo opvolgt, Kuroda en Yamagata. Ook in de mijnen van Thiers, Bonnepart en Bleuzeborne is de werkstaking geëindigd. Het Portugeesche gouvernement heeft aan de Société financière te Parijs concessie verleend voor den aanleg van een spoorweg van Beira naar Alta, die Lissabon met noordelijk Spanje en Frank rijk zal verbinden en het traject tot op de helft verkorten. Duitschland. De pauselijke nuntius te Munchen, Masella, is Dinsdag 11. te Kissingen aangekomen, waar, gelijk men weet, prins Von Bismarck, de baden gebruikt. Hij had met dezen een onderhoud, dat drie kwar tier duurde, en ontving den volgenden dag een tegenbezoek van den prins, waarna in de woning van laatstgenoemde wederom een onderhoud van een vol uur plaats had. Des namiddags heeft de nuntius bij den prins den maaltijd gebruikt. Bij besluit van den minister van financiën is het verbod om paarden uit te voeren opgeheven. Tot den „Verein Deutscher Eisenbahn-Yer- waltungen" behooren thans 110 spoorwegdirecties, die het bestuur voeren over in 't geheel 53,385 kilometer spoorweg. Daaronder zijn 60 uit Duitsch land met een baanlengte van 31,086 kilometer, 33 uit Oostenrijk-Hongarije met een baanlengte van 18,365 kilometer, 1 uit Luxemburg met een baanlengte van 103 kilometer en 10 uit Neder land, België en Polen met een baanlengte van 3831 kilometer. België. De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft gisteren haar bureel gekozen. De heer Rogier werd tot president, de heeren Guillery en De Wael tot ondervoorzitters benoemd, overeenkomstig het be sluit den 24sten Juli genomen op eene bijeenkomst der linkerzijde. Koning Humbert kwam Dinsdag-avond te Milaan aan, vergezeld van zijne echtgenoote, den prins van Napels, den hertog van Aosta, de ministers Cairoli en Corti. Een ontzaglijke menigte was op de been. De huizen waren gevlagd van het station af tot aan het paleis. In het rijtuig des konings viel een regen van bloemen uit de vensters, en in het pa leis gekomen, moesten de koning en de koningin op het balkou verschijnen voor het juichende volk. Cairoli zal naar Zwitserland gaan en daar een maand vertoeven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1878 | | pagina 2