Gemengd Nieuws. Naar de gevangenis te's-Gravenhage zijn, naar wij nader vernemen, heden vier personen overgebracht, allen betrokken in den diefstal van bankbiljetten, waarvan gisteren in dit blad werd melding gemaakt. De huzaar D. is gisteravond op den Apothekersdijk alhier, in beschonken toestand met eenige burgers twist hebbende, te water gesprongen, door andere militairen er uit gehaald en ouder toezicht van een agent van politie naar de kazerne gebracht. Een droevig ongeluk had Zondag morgen plaats in het huis van P. in de Kemper straat te 's-IIage. Een kind van acht maanden had men een stak brood in de hand gegeven; de kleine stak bet in den mond en trachtte het in te slikken, met het noodlottig gevolg, dat eer de ouders nog helpen konden, het kind reeds was gestikt. Zondag-namiddag te een uur, toen de naar Amsterdam vertrekkende goederentrein het station te TJirecht had verlaten en aan den eersten overweg genaderd was, struikelde de aldaar geposteerde wisselwachter over een der wissels, waardoor zijn rechterarm onder den trein geraakte en verbrijzeld werd. Het lijk van een sedert eenigen tijd vermist wordenden conducteur van den Oosferspoor- weg is hedenmorgen uit het IJ opgehaald. Ten einde onder dak te komen, heeft te Arnhem 's nachts eene vrouw in eene slaapstede een laken gestolen en voor de opbrengst drank gekocht, waarop zij zich bij de politie als dievegge heeft aangegeven om in het tuchthuis te kunnen worden opgenomen. Als het waar is, dat de vrouw in den regel teergevoeliger is dan de man, mag men dat complimentje wel terughouden als er sprake is van zekere juffrouw te Sappemeer, die, om haar hondje het wegloopen te beletten, het arme dier met een spijker door het oor .aan een plank vast genageld heeft. Of dit zachtaardig vrouwtje getrouwd of nog a, prendre is wordt niet gemeld. De Engelsehman Adams, die het eerst van alle inzenders voor de tentoonstelling te Parijs gereed was met de installatie zijner inzending (pottenbakkerswaren), heeft van de Fransche werk lieden een ruiker ontvangen met het opschrift: „Heil den eersten inzender. Leve Engeland, leve Frankrijk Donderdag maakte het hof van assi ses der Seine een begin met het onderzoek der zaak van Etnerich ook Emerique geheeten den voortvluchtigen president der Brusselsche „Union du Crédit". Hij is Fransch onderdaan en om die reden diende zijne zaak aldaar. Het rechtsgeding liep over eene som van één millioen franken, welke Emerich, bijgestaan door twee geëmploy eerden, waarvan één zich sedert van het leven beroofde, uit de kas der „Uuion" zou genomen hebben, voor het doen van ongeoorloofde beurs- speculatiën. Het hof heeft Zaterdag uitspraak gedaan. Met aanneming van verzachtende omstan digheden door de gezworenen op alle punten schul dig verklaard, is hij tot tien jaren gevangenisstraf en 100 fr. boete veroordeeld. Emerich genoot als voorzitter van de „Union" een jaarwedde van 30,000 fr. Volgens berichten uit Dover van 30 Maart zijn de mailbooten, van die haven naar het vasteland vertrokken, door zwaar stormweder, ver gezeld van sneeuw, genoodzaakt geweest weder derwaarts terug te keeren. Men is bezig te Parijs een „ballon captif" te maken, die op het binnenplein der Tuilerieën zal opgaan tot een boogte van 600 meter. Hij zal bevestigd worden aan een kabel, die op een trommel opgewonden of afgerold vvordt. De trommel zal niet minder dan 11 meter middellijn hebben en rondgedraaid worden door een groote stoommachine. Het schuitje onder aan den ballon zal ongeveer veertig personen kun nen bevatten. Het „Journal des Débats" deelt we der een dier dolzinnige weddenschappen mede, welke inderdaad het begrip te boven gaan. Bij gelegen heid der kermis te Troves had iemand namelijk gewed dat hij een gouden 10-frankenstuk zou in slikken. Hij heeft het werkelijk gedaan, maar het stuk is hem in de maag blijven zitten, zoodat de roekelooze wedder thans in hoogst bedenkelijken toestand verkeert. Werd in Engeland onlangs een proces gevoerd, waardoor de waarde van het echtelijk geluk werd getaxeerd, te Parijs heeft dezer dagen de rechter de schoonheid eener vrouw moeten waardeereu. Eene zeventienjarige jonge dame werd, in een omnibus zittende, aan het gelaat gekwetst door het schichtig worden van een der paarden, die een lantaarn verbrijzelde, waarvan de scherven haar troffen. Een eisch tot schadevergoeding werd door haar vader ingesteld, omdat door het gedeel telijk verlies van schoonheid de toekomst van het meisje benadeeld werd. De rechter in eersten aan leg stelde die op 1000, de hoogere rechter, op 5000 franken. Een ongeschonden meisje is dus 5000 franken meer waard dau eeu waarvan de neus beschadigd is, althans in Frankrijk. De vader kan nu den bruidschat met 5000 franken ver- hoogen en alles is weer in orde. Het gerechtshof te Galway heeft de zeventienjarige Catharina Mullarkey, beschuldigd van haar echtgenoot met phosphorus te hebben vergiftigd, vrijgesproken. De besch. was nauwelijks zes maanden en tegen haar zin met een veel ouderen man gehuwd, met wien zij op een slechten voet leefde. Zij had den 23sten Januari rattenkruit met phosphorus gekocht; kort daarop werd haar man ziek en stierf. Men vond de leege flesschen, waarin het vergif was geweest, in een kast van de besch. de aan den zieke gegeven medicijnen phosphores- ceerden volgens een der getuigen en een ver zwarende omstandigheid was het dat Catharina een zeer verdacht briefje aan een neef van haar man had geschreven. Bij het „post mortem" onderzoek kon men neen sporen van vergift vinden, hoewel de ingewanden er verdacht uitzagen. De jury sprak de besch. vrij, die gedurende het geheele verhoor kalm gebleven was. JE?, e o li t z a 1c e n- De bekende zaak van de directeuren der Neder- landsche Suikerraffinaderij, de heeren Munzebrock en Cruys, werd gisteren in hooger beroep voor het gerechtshof te Amsterdam behandeld. De be klaagden bleven bij hunne vroegere verklaringen vol harden. De procureur-generaal, mr. EI. J. Kist, betoogde, dat de ten laste gelegde feiten waren be wezen en dat zij vielen in de termen der strafwet. Hij eischte tegen den eersten beschuldigde eene cellulaire gevangenisstraf van 9, tegen den anderen eene van 4 maanden. Als verdedigers traden wederom op de heeren mrs. Van der Breggen en Pijnappel. Zij concludeerden tot vrijspraak. Naar men verneemt is bij den krijgsraad in het eerste militaire arrondissement in de vorige week een misdrijf berecht, welks gelijke zeker niet dikwerf zal voorkomen. Zekere T. D., arbei der, wonende te Brielle, ontmoette op zekeren dag in het begin der afgeloopen maand op de open bare straat den korporaal V. d. B. der torpedo- compagnie, te dier stede in garnizoen, bij welke comp. D. als kanonuier gediend had, doch waarvan hij sedert Sept. des vorigen jaars zonder certificaat van goed gedrag was gepasporteerd. Eensklaps liep hij op genoemden korporaal toe en gaf hem eenige slagen in het aangezicht, in tegenwoordigheid van eenige zich in de nabijheid bevindende personen en onder bijvoeging, dat dit eene wraakoefening was wegens vroeger door toedoen van V. d. B. hem opgelegde straften. Deze feiten gepleegd zijnde binnen den bij art. 4 van bet crimineel wetboek gestelden termijn, is D., ofschoon geen militair, te dier zake voor den militairen rechter verschenen, en heeft deze, onder aanneming van eenige ver zachtende omstandigheden, den beklaagde schuldig verklaard aan insubordinatie, door, na expiratie van zijn diensttijd, binnen een jaar en zes weken, zijn meerdere in rang ter zake van zijn vorigen dienst, te hebben geslagen, in tijd van vrede, en hem veroordeeld tot eene gevangenisstraf (detentie) voor den tijd van een jaar. Zaterdag stond voor het gerechtshof te Leeu warden terecht M. B., huisvrouw van K. G. te Ruinen, beschuldigd dat zij in den vroegen morgen van 23 Dec. 1877 opzettelijk het woonhuis van A. C. Ofl'erein aldaar heeft in brand gestoken, ten gevolge waarvan dat huis is afgebrand, terwijl zij kon en moest voorzien, dat door dien brand het leven der in het woonhuis ter ruste zijnde bewoners in gevaar kon worden gebracht. Zij bekende volledig en gaf als reden op, dat zij aan Offerein een hoeveelheid hooi (twee zakken) ver kocht had, waarover haar man zoo verstoord was, dat zij het terug moest halenanders, dreigde hij, zou hij het huis van Offerein in brand steken. Zij kon echter één zak vol terugkrijgen, omdat de geiten het overige hadden gebruikt. Nu beweert zij, dat haar man haar dreigde de hersens in te slaan, als zij het hooi niet terugbracht; hij wilde haar niet op bed laten komen, en den geheelen nacht opzittende te praktizeeren bij den haard, nam ze eindelijk een kool vuur en stak het huis van Offerein in brand, om de ruzie over het hooi uit de wereld te krijgen. De vrouw van Offerein bemerkte het eerst den brand en riep haar man. In allerijl hebben ze nog hunne oude moeder en hunne beide kinderen, van welke het oudste twee jaren, kunnen reddenmaar toen stonden ze in den December-nacht in den regen op de heide zonder kleeren aan het lichaam; en al hun goed, inboedel, kleeren en twee geiten, werd eene prooi der vlammen. Zij waren nu totaal arm en zoo goed als naakt. Familie en goede menschen hebben toen in 't noodigste voorzien. De adv.-gen. mr. B. W. N. Servatius requireerde hare veroordee ling tot 8 jaren tuchthuisstraf. De verdediger, mr. A. Hilbing ten Oever, bepleitte niet-toere- kenbaarheid en beschouwde de beschuldigde als iemand, die niet ten volle over haren vrijen wil had te beschikken. In elk geval vertrouwde hij, dat het hof een veel geringer straf zou opleggen. Uitspraak 6 April a. s. Het gerechtshof te Amsterdam heeft gisteren bevestigd het vonnis der arrondissements-rechtbank aldaar, waarbij drie beklaagden tot correctioneele gevangenisstraffen zijn veroordeeld ter zake van de bekende onbevoegde opgraving van een lijk van het Roomsch-Katholieke kerkhof te Laren en overbrenging daarvan naar de gemeente-begraaf plaats, terwijl de zeven overigen zijn vrijgesproken. fA O T, O .X i E INT. BATAVlA, 22 Februari. Door den gouvernenr-geDeraal van Nfed.-lndië zijn de volgende beschikkingen genomen Civiel Departement. Verleend: Een tweej. verlof naar Ned., w. ziekte, aan den contr. 1ste kl. bij het binnenl. best. op Java en Madnra F. J. Potter. Benoemd: Tot ads.-res. van Lim- bangan, P. J. A Spaan; tot ads.-res. van Tasik-mJaja, J. Baart de la Faille; tot ads.-res. van Grobogan, J. B. Westenberg; tot ads.-res. van Galoeb, F. H. Boers; tot chef van het kad. stat. bureel te Pekalongan, J. A. B. Wiselius; tot landmeter 3de kl. bij het kad., J. C. Bertsch Bij deu post- en telegraaf dienst, tot chef der 2de post- en telegraafafd. (standpl. Saraarang), II. C. Th. Van de Wall; tot chef der 7de post-en telegraafafd. (standpl. Batavia), L. J. Santman. Geplaatst: Te Padang, voorloopig, de ing. 1ste kl. C. E. Verschueren; te Poerwodadi, de adsp.-ing, A. W. Hein; te Cheribon, de adsp.-ing. S. W. Becking; te Tagal, de adsp.-ing. J. F. De Gijselaar; te Malang, de adsp.-ing. G. Van Nes, te Samarang de hoofdkaotoorchef bij den post- en tel. dienst J. Kappers; te Soerabaia de hoofdk.- chef A. K. Van Deventer; bij het postk. te Weltevreden, de comm. 3de kl. C. P. Copper; bij het telegraafk. te Weltevreden, de comm. 3de kl. J. Th Warnars. Departement van Marine. Vergunning verleend: Om naar Nederland terug te keeren, wegens langdurig verblijf in O.-Indië, aan den luit. ter zee 1ste kl. H. G. Hildebrandt en aan de luits. ter zee 2de kl. 1). J. W. A. G. Coops, H. O. F'eith, D. A. Krayenhof van de Leur, J. Van Scheers, J. H. Wouters, J. H. Calineyer, P. F. M. Van Leeuwen, N. W_ Van Arnmers, M. F. Tijdeman, F. Van den Berg, K. J. Ba F. C. Graupré Molière, H. G. Krol, F. Böthlingk, J. C. Jeeke C. A. De Brauw en aan den off. van adm. 2de kl. D A. Va der Laan; w. ziekte, aan den luit. ter zee lste kl. A. J. Willeken3 BUITENLAND. Frankrij ls De Kamer van afgevaardigden heeft de wet op de amnestie, zooals die door den senaat is ge wijzigd, zouder beraadslaging aangenomen. De heer Frank-Chaveau heeft het rapport ingediend over de door den senaat eenigsains gewijzigde wet op den staat van beleg. Het rapport concludeert tot aauneming. Duitschlo nel. Uit Coriuto is officieel bericht ontvangen, dat de regeeriiig van Nicaragua bij de aankomst der Duitsche oorlogsschepen alle eischen der Duitsche rijksregeering heeft aangenomen, aoodat het geschil is bijgelegd. Grroot-lRi'itfirmië. Bij het Lagerhuis heeft de heer Hardy gisteren de koninklijke boodschap ingediend. Daarin wordt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1878 | | pagina 2