bezwaren had medegedeeld, is toch de voordracht onveranderd ingediend, en daarom achtte hij zich verplicht zulk een benoeming van de hand te wijzen. Onder de bekroonden op de internationale tentoonstelling te Philadelphia was ook het Neder- landsche gouvernement voor groep XXVII, kunst, voor den zeer smaakvollen en goed geproportio- neerden voorgevel in de Nederlandsche afdeeling en de Mainbuilding, waartoe onze regeering op onbekrompen wijze de gelden had verschaft. De voorgevel was ontworpen en uitgevoerd door den verdienstelijken architect C. Mujsken, secretaris architect en later lid der hoofdcommissie. De minister van binnenlandsche zaken begreep, dat de onderscheiding, aan de Ned. regeereng te beurt gevallen, eigenlijk aan den heer Muysken toekwam. Den 2den Aug, jl. schreef hij aan den heer Muysken, dat, aangezien, zoowel door de hoofd commissie, als door den minister erkend wordt, dat aan den heer Muysken als ontwerper van den voorgevel en de étalages de eer der verkregen onderscheiding op de tentoonstelling toekomt, hij, minister, het bewuste diploma aan den heer Muysken zond, als een blijk van erkenning, met verzoek het te beschouwen, als aan hem verleend. Vrijdag werd te Amsterdam de 77ste jaar- lijksche algemeene vergadering der Hollandsche Maatschappij van fraaie kunsten en wetenschappen gehouden. Uit het verslag van den algemeenen secretaris, den heer M. A. Perk, bleek, dat alle afdeelingen zich in een bloeienden toestand ver heugen en de Maatschappij, hoewel oud, alles be halve verouderd is. Volgens de wettelijke bepalingen, moest dit jaar een prijsstof gekozen worden op het gebied der wijsbegeerte, of dat van de theorie der schoone kunsten. Uit een drietal door het Algemeen Be stuur voorgesteld, werd door de Vergadering ge kozen„Beoordeeling van "Richard Wagner's be ginselen op het gebied der toonzetting". De uit geloofde eereprijzen bestaan in eene gouden medaille ter waarde van f 300, en eene zilveren van gelijke grootte en gelijken stempel. De antwoorden worden ingewacht vóór of op 1 Januari 1879. Tot algemeenen voorzitter voor het volgende jaar werd, uit de Rotterdamsche afdeeling, die nu aan de beurt van voorzitting is, gekozen mr. J. B. Kan, en tot algemeenen secretaris benoemd de heer F. D. O. Obreen, aan wien derhalve, ge durende het nu ingetreden maatschappelijk jaar, alle stukken en bescheiden moeten worden toe gezonden. Uit de mededeeling van den uitslag der prijs- uitschrijving, door het algemeen bestuur gedaan, bleek, dat op„Een Nederlandsch Blijspel", twee antwoorden waren ingekomen. Het eenstemmig gevoelen der benoemde beoordeelaars was, dat geen van beide stukken voldoende konden geacht worden om ter bekroning in aanmerking te ko men. Het algemeen bestuur heeft zich met dit gevoelen eenstemmig vereenigd. Op de tweede prijsstof: „Welke woorden en spreekwijzen zijn in den loop dezer eeuw in het Nederlandsch in gebruik gekomen en hoe moeten zij worden be oordeeld?" waren twee antwoorden ontvangen. Het eene, tot motto voerendeAlle verandering is geen verbetering, werd, overeenkomstig het advies der beoordeelaars onvoldoende gekeurd. Over het tweede antwoord, voorzien van de kenspreuk Mijn moedertaal ontvonkt mijn moed (C. Loots), waren de gevoelens zoowel der beoordeelaars als van het algemeen bestuur verdeeld. De verschillende adviezen daarover samentrekkende, kwam het resultaat hierop nederdat de schrijver het onderwerp te eenzijdig opgevat, en daardoor de gestelde vraag slechts ten deele beantwoord heeftdat zijn arbeid wel een lang zondenregister is van allerlei barbarismen, neologismen, soloecis men enz., waartoe onze literatuur van de laatste vijftig jaar maar al te rijke bouwstoffen opleverde, doch dat en het is inderdaad meer dan vreemd eene opgave en beoordeeling der woorden en spreek wijzen in deze eeuw in gebruik gekomen ten gevolge van allerlei uitvindingen en hare toepas sing op industrieel en maatschappelijk leven, ge heel gemist worden. In vergelijkende taalstudie schoot de schrijver tekort. Ook vorm en stijl lieten veel te wenschen over. Hoewel hulde doende aan de verdiensten van dezen arbeid, die van groote belezenheid en ijverige nasporing getuigde, besloot het algemeen bestuur, bij meerderheid van stem men, ook dit antwoord niet te bekronenmaar het stelde aan de algemeene vergadering voor, deze prijsvraag opnieuw uit te schrijven, ten einde den schrijver in de gelegenheid te stellen zijn werk te herzien, aan te vullen en nogmaals naar den prijs te dingen. Dienovereenkomstig werd be sloten. Ook deze antwoorden worden ingewacht vóór of op den lsten Januari 1879. Bij de overweging of door de Vergadering eene som zal aangewezen en ter beschikking gesteld worden van de voorzittende afdeeling ter bevorde ring van letterkundigen arbeid, werd door de Amsterdamsche afdeeling de aandacht gevestigd op de hoogst belangrijke handschriften van Con- stantijn Huygens, in de verzameling der koninklijke Academie van Wetenschappen berustende, en tot dusver ongebruikt gebleven. Op voorstel der ge noemde afdeeling is vervolgens in beginsel aan genomen, dat de Hollandsche Maatschappij van fraaie kunsten en wetenschappen zal trachten de uitgave van dezen letterschat te bevorderen. In het thans door de regeering ingediend wetsontwerp tot wijziging van de militiewet wordt o. a voorgesteld, het jaarlijks te lichten contingent te brengen op 13,500 man, van welke 800 voor de zeemilitie te bestemmen, en de plaatsvervanging te beperken binnen den militie-plichtigen leeftijd (2125 jaren). Bij het ontwerp is eene nota gevoegd, waarvan de inhoud alleen is bestemd voor de leden der Staten Generaal en waarin de regeering hare plannen heeft, ontwikkeld over de rol, welke de militie en de schutterijen in tijden van oorlog en gevaar zullen hebben te vervullen. De onlangs overleden weduwe A. M. S. Craay, geb. Van den Kerckhoven van Groenendijk, te 's-Gravenhage, heeft aan het weeshuis van de Ned. herv. gemeente te Gouda, onder zekere voorwaarde, eene som van f 20,000 vermaakt. Daar er nu geen weeshuis van de Ned. herv. gemeente te Gouda bestaat, was het twijfelachtig, wie het legaat eigenlijk toekwam; het wees- en aalmoezeniershuis te Gouda maakte zoowel als de Ned. herv. gemeente aldaar daarop aanspraak, daar ieder voor zich meende door de erflaatster bedoeld te zijn. Hoewel de erfgenamen zeker niet verplicht waren het legaat af te staan, hebben zij het toegekend aan het weeshuis te Gouda, daar zij meenden te weten, dat die inrichting door de erflaatster bedoeld was. Eerste Kamer. Na onderzoek der geloofs brieven worden al de nieuw benoemde leden toe gelaten, ook de heer Buchner, na beëediging, waarna de heer baron De Vos van Steen wijk naar aanleiding zijner nieuwe benoeming tot voor zitter eene korte rede hield. Vervolgens wordt mededeeling gedaan van een aantal ingekomen stukken, boekwerken, verzoekschriften en regee- ringsbescheiden, waaronder het koloniaal verslag over 187677. Aan den heer Singendonck wordt met 1 October a. s. eervol ontslag verleend als griflier, onder bijzondere dankbetuiging voor de veelvuldige goede en trouwe diensten, welke hij met zijne rijke ondervinding zoo voortdurend in zijne betrekking heeft bewezen. Donderdag zal een nieuwe griffier worden benoemd, waartoe een verzoekschrift van Jhr. mr. J. K. J. De Jonge, commies-griffier der kamer is ingekomen, zich daarin voor die betrekking aanbevelende. Tot het beantwoorden der Troonrede is in de' afdeelingen een commissie benoemd. Tweede Kamer. Tijdelijk voorzitter de heer De Bieberstein, als oudste in jaren. De nieuw benoemde leden worden toegelaten, met uitzonde ring voorloopig van den heer Hingst, die den ge vorderden eed nog niet heeft afgelegd. Wordt over gegaan tot het benoemen van drie candidaten voor het voorzitterschap der Kamer gedurende het tegen woordig zittingjaar. Tot eersten candidaat wordt ge kozen mr. W. H. Dullert met algemeene (56) stemmen, tot tweeden candidaat Jhr. C. M. Storm van 's-Gravensande met 36 st. en tot derden candidaat mr. E. J. J. B. Cremers eveneens met 36 stemmen. Deze voordracht zal Z. M. door een commissie worden aangeboden. Zondag-ochtend omstreeks elf uren geraakten in de Vlamingstraat in Den Haag de kleederen van een juffrouw in brand, waarschijn, lijk door de vonken van een brandende sigaar. Gillende vloog zij tot voor den winkel van den heer P., waar zij in vlam stond. Zij werd in allerijl in een winkel binnengedragen, het vuur werd gedoofd eta zij na liefderijke verpleging naai hare woning vervoerd. Zij had slechts lichte brand wonden bekomen. Het gerechtshof in Den Haag heeft hedenochtend arrest gewezen in de zaak van den' scheepsreeder J. De Decker te Middelburg. Op grond dat het hof niet de volledige overtuiging heeft erlangd dat de bekl. tijdens het sluiten der assurantie met het telegram, meldende de stranding van de „Oceanus", bekend was en tevens niet was gebleken dat zijn latere handelingen bedrie- gelijk zijn geweest, achtte het de schuld aan het den bekl. ten laste gelegde niet bewezen en sprak hem, met vernietiging van het veroordeelend von nis der Rotterdamsche rechtbank, vrij. De vrijge- sprokene werd onmiddellijk in vrijheid gesteld. In den afgeloopen nacht hebben Haase- velt en Van Wees, die herhaaldelijk zijn veroor deeld en a. s. Donderdag voor het gerechtshof te 's-Gravenhage moeten terechtstaan ter zake van diefstal, onder verzwarende omstandigheden ge pleegd, het huis van burgerlijke en militaire ver zekering aldaar weten te ontvluchten. Het na de ontdekking hiervan ingesteld onderzoek heeft tot dusver geen gunstige uitkomst opgeleverd en niet tot de ontdekking van het spoor der vluchtelin gen geleid. Gisterochtend omstreeks halftien ontstond te Rotterdam brand op den gistzolder in de branderij „de Ster" aan de Baan n°. 36, ver moedelijk veroorzaakt doordien de hitte van den distilleerketel zich aan de zoldering had medege deeld. Hoewel de brand zich in den beginne vrij ernstig liet aanzien,~~was men hem door de werking van 9 handbrandspuiten te elf uren volkomen mees ter en was hij een uur later geheel gebluscht. Onder de te Amsterdam ter secretarie ter lezing nedergelegde stukken bevindt zich eene voordracht van Burg. en Weth. tot aanvullingen wijziging van het plan tot uitbreiding der stad. De aanvulling betreft de blokken VI en VII, die nog waren aangehouden. In blok VI (tusscties Ruysdaelkade en P. C. Hooftstraat) komt W rijksmuseum te staandaar zijn 20 meter breede straten voor kapitale huizen ontworpen, en een weg van 30 meter tegenover het museum, waarvoor I waarschijnlijk een plantsoen komt. In dat blok I worden grachten gegraven, om aan de terreinen I meer waarde te geven en in den afloop van wafer I te voorzien. In blok VII (tusschen Ruysdaelkade I en Amstel) is een park van 4'/3 hectare ontworpen, 1 waarvoor de Ned. Bouwmaatschappij volgens over- eenkomst den grond afstaat. De Zaagmolensloot wordt op 20 meter breedte gebracht, recht door- loopende naar den Amstelde hoofdstraten worden er 20 meter breed. Beide blokken worden verbon den door een brug voor de Jacob-van-Campenstraat, De ceintuurbaan komt uit aan den Amstel bij de f; kerk van den II. Willebrordus. Te Bergen-op-Zoom brak gisteroch-B tend te halfvijf brand uit in een pand in de Blauwehandstraat. Door spoedig aangebrachte hulp was men de vlammen tegen zes uren meester. De belendende gebouwen bleven gespaard. De bewonei van het huis en de dienstmeid hebben ernstige I brandwonden bekomen en zijn in het gasthuis op- I genomen. Huis en inboedel waren tegen brand- 1 schade verzekerd. Te Balk is een tachtigjarige, alleen wonende weduwe stervende in hare woning gewa den. Zij verklaarde niet te weten door wien zij mishandeld is geworden, doch men vond op baat lichaam zware wonden. Ook was in haar kamer I ergerlijk huisgehouden. In het voormalige Admiraliteitshuis I te Hoorn bevonden zich twee stukken eikeukou- I ten snijwerk in hoog relief. Het snijwerk was I echter met een laag verf bedekt en indertijd bij H de afbraak van het huis voor slooperswaarde I verkocht. Gelukkig is men tot de ontdekking ge- I komen van hetgeen onder de verf verborgen wasI het snijwerk, van de verf ontdaan, is het eigen- I dom geworden van den heer E. Korver, te Hoorn, I die de twee stukken door de goede zorgen van den bouwkundige A. C. Bleys, aldaar, in passende Gemengd Nieuws.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1877 | | pagina 2