A". 1877.
23 Juli.
r. 5348
Maandag
T A D S-15 E iil CM i E.\.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden1.10.
Franco per posta l-40-
Afzonderlijke Nommers0.02.
Oproeping In werkelijke n dienst Tan
milicien-verlofgangers der lichting
van 1S74 en 1875.
DE BURGEMEESTER der GEMEENTE LEIDEN,
Gezien de Circulaire van den heer Commissaris des
Konings in de provincie Zuid-Holland, van den 18den
Mei 11., A. N°. 1516/3 (2je afd.), Provinciaal blad n°. 39;
Brengt ter kennis van de in deze gemeente gevestigde
milicien-verlofgangers a. der lichtingen van 1874 en 1875,
behoorende tot het regiment Grenadiert en Jagers, het 3de
en het 6de regiment Infanterie, b. der lichting van 1874,
die behooren tot het 1ste, 2de, 4de, 5de, 7de en 8ste re
giment Infanterie, c. der lichting van 1874, behoorende
tot de regimenten Huzaren, d. der lichting van 1874, be
hoorende bij de compagnieën Hospitaalsoldaten, welke bij
den staf der compagnieën waartoe zij behooren, zullen
moeten opkomen, e. der lichting van 1874, behoorende
tot de regimenten Veldartillerie en het regiment rijdende
Artillerie
dat zij, krachtens artt.125 der Militiewet, onder de wapenen
worden geroepen en daartoe op Zaterdag 4 Augustus aanst.,
des namiddags vóór vier uren, bij hunne corpsen tegenwoordig
moeten zijn, in uniform gekleed en voorzien van al de voor
werpen van kleeding en uitrusting door hen bij hun vertrek
met groot verlof medegenomen, alsmede van verlofpas en
zakboekje, zullende de opgeroepen manschappen, die sub
a tot d vermeld op den 7den September daaraanvolgende,
die sub e vermeld op den Viden dier maand in het genot
van onbepaald verlof worden hersteld;
dat bedoelde miliciens mitsdien worden uitgenoodigd,
zich op Donderdag den 2den Augustus aanst., des
voormiddags tusschen 9 en 12 uren, aan te melden terplaatse-
lijke Secretarie, tot het ontvangen van aanwijzing van de
plaats waarheen zij zich hebben te begeven en van het
hun eventueel toekomende daggeld of passage-biljet;
en dat, bijaldien ziekte of andere wettige redenen hen
mochten verhinderen aan deze oproeping te voldoen, zij
daarvan tijdig ter plaatselijke Secretarie behooren kennis te
geven, in het eerste geval onder overlegging eener ge
neeskundige verklaring.
Ten einde niemand hieromtrent onwetendheid zoude
kunnen voorwenden, geschiedt hiervan openbare kennis
geving door aanplakking en door plaatsing in de Leidsche
Courant.
De Burgemeester voornoemd,
v. d. BRANDELER,
Leiden, 21 Juli 1877.
zijn een geheel zelfstandige instelling, onder een
eigen bestuur, welks benoeming, werkkring en
verantwoordelijkheid zullen worden geregeld bij de
statuten van het daartoe op te richten zedelijk
lichaam, waarvoor overeenkomstig de wet op de
Vereenigingen erkenning als rechtspersoon zal
worden aangevraagd. 3°. Ten einde de instelling
zoo goed en zoo spoedig mogelijk aan haar wel
dadig doel te kunnen doen beantwoorden en ver
zekerd te zijn daartoe steeds voldoend personeel
ter beschikking te zullen hebben, zoowel voor de
oppassing der kinderen zeiven als tot onderricht en
vorming der op te leiden verpleegsters, zal, 'tzij
voor tijdelijk of blijvend, een overeenkomst kun
nen worden aangegaan met de Vereeuiging voor
Ziekenverpleging te 's-Gravenhage, goedgekeurd bij
K. B. do. 8 December 1860, n°. 60, op nader
te regelen financieele voorwaarden en behoudens
nadere goedkeuring, overeenkomstig de toekomstige
statuten. 4°. Een comité te benoemen, aan het
welk de uitvoering van het plan, alshet zenden
van circulaires, inzameling en belegging van gelden,
correspondentie met sub-comités en de verdere
noodige bemoeiingen tot aan de optreding van het
straks bedoeld definitief bestuur wordt opgedragen."
De nationale jury voor de tentoonstelling te
Amsterdam is samengesteld uit de heeren: P. J.
H. Cuypers, L. H. Eberson, L. C. Hezenmans,
David Van der Keilen, C. Muysken, dr. J. P.
Six, C. Springer, jhr. mr. Victor De Stuers en
Joost Thooft.
Uithoofde van den staat zijner gezondheid is
door burgem. en wethouders van Den Haag aan dr.
Campbell, directeur van den Eranschen schouwburg,
tooneeljaar 1877/78, toegestaan om die directie
onder zijne verantwoordelijkheid voor hem te doen
waarnemen door den heer A. J. Defossez, thans
opera-directeur te Dijon, onder den titel van
administrateur.
Wie zich voorgenomen had, meldt de
„Haarlemsche Courant", gisteren den tocht per
stoomboot naar IJmuiden, door bet departement
Haarlem aan de Maatschappij tot bevordering van
nijverheid aangeboden, mede te maken en zich
door het kletteren van den regen des morgens
tusschen zeven en negen uren van zijn plan heeft
laten afbrengen, heeft later op den dag daarvan
gewis spijt gehad en zich inderdaad een aangenaam
watertochtje onthouden. Het weder begon reeds
op te helderen toen te 10 uren de muziek het
sein gaf en de twee met vlaggen versierde booten
vertrokken van hare aanlegplaats op het Spaarne
bij de Damstaat. Op de eerste waren directeuren
en afgevaardigden en een aantal andere genoodig-
den met hunDe dames: op de tweede bevonden
zich die leden der maatschappij, die zich aange
meld hadden om den tocht mede te maken. Er
woei een stevige noordwestenwind, maar de lucht
werd al helderder en de tocht voldeed uitstekend
aan het doel. Toen men IJmuiden naderde, werd
op de eerste boot een dejeuner aangeboden, terwijl
men ook op de tweede zich van het noodige voor
zag, en daarna werd aan de gasten de keus
gelaten om op eene zeeboot de haven rond te varen,
of aan wal te gaan en wat op de hoofden te wan
delen. Een goed aantal van hen liet zich door de
deining der golven, die tamelijk sterk was, niet
afschrikken en ging op de zeeboot over, waarop
zij het genoegen hadden, zich een half uur lang te
laten wiegelen, en tot vlak aan zee te laten bren
gen. Men keerde Diet terug vóór een paar kolos
sale golven een aantal passagiers doornat gemaakt
hadden, wat natuurlijk niet weinig tot de alge-
meene vroolijkheid bijdroeg. Intusschen liepen zij,
PRIJS DER AJDYERTENTIEN:
Van 16 regelsf t-05-
Iedere regel meer0.174
Grootere letters naar plaatsruimte.
die zich op de hoofden wat ver gewaagd hadden,
ook niet geheel vrij en kregen hun deel van
het zeewater. Toen allen weer aan boord waren,
werd de terugtocht aanvaard. Tegen zes uren was
men weer bij de Damstraat terug. Toen bij het
verlaten van de boot de passagiers den heer Von
Baumhauer, den voorzitter van het departement,
en den heer Conrad, die het commando over de
kleine vloot gevoerd had, dankzeggend groetten,
was die dankzegging voor den uitnemend geslaag
den tocht gewis meer dan eene bloote plichtple
ging. Het zou voor een aantal der gasten stellig
het genoegen van den tocht nog verhoogd hebben,
indien de keizer en de keizerin van Brazilië de
tot hen gerichte uitnoodiging aangenomen en den
tocht medegedaan hadden. Hunne afwezigheid bood
slechts dit voordeel, dat er minstens nog twee
plaatsen meer openbleven op de toch reeds wel wat
sterk bemande eerste boot.
De keizer van Brazilië heeft Donderdag te
Amsterdam o. a. een bezoek gebracht aan het
instituut tot onderwijs van blinden. Door heeren
bestuurderen ontvangen en door hen en den
directeur, den heer J. H. Meyer, de inrichting
rondgeleid, betuigde Z. M. herhaaldelijk zijne
bijzondere tevredenheid over de vorderingen der
kweekelingen. Ofschoon echter wegens de jaarlijksche
vacantie de kweekelingen afwezig waren, had
evenwel het bestuur gezorgd, dat zoovelen tegen
woordig waren als noodig was om aan Z. M. een
behoorlijk overzigt van den gang van het onder
wijs te kunnen geven. Op de kweekelingen maakte
het een aangenamen indruk, dat Z. M. hun
persoonlijk in verschillende vakken vragen deed
en over de antwoorden in de Eransche taal
zeer voldaan toonde te zijn. De keizerin, op
wier komst men ingelijks gehoopt had, was wegens
vermoeidheid verhinderd den keizer bij dit be
zoek te vergezellen, die echter welwillend een
bouquet voor H. M. aannam, dat de meisjes
voor haar bestemd hadden en waarvoor Z. M. de
kleine geefster met een kus beloonde. Des avonds
heeft de keizer, vergezeld door den heer Bom
Betiro, als een gewoon burger, eene geheele voor
stelling in Graders Zomerschouwburg in de Plan
tage bijgewoond. Gisteren deed hij met de keizerin
en gevolg een tochtje naar Zaandam, de Zaan
streek en Broek in Waterland.
De kapitein A. Yeen Yalck van het 1ste
regiment vesting-artillerie, die zich thans in het
artillerie-kamp op de Oldenbroeksche heide bevindt,
is bij ministerieele dispositie ter beschikking ge
steld van den kolonel der artillerie voor speciale
diensten A. E. Reuther, ten einde dien hoofdof
ficier ter zijde te staan bij het keuren van stalen
geschut met toebehooren, waartoe hij zich vooreerst
naar Delft en later met genoemden hoofdofficier
naar Essen zal moeten begeven.
Dr. M. Van Lier, leeraar aan de rijks
hoogere burgerschool te Groningen, is door den
koning van Spanje begiftigd met de ridderorde
van Karei den Derden.
Door den minister van oorlog is eene wij
ziging gebracht in de thans bestaande conduitelijst
voor officieren en in verband daarmede eene nieuwe
instructie op het inschrijven enz. van de conduite
lijsten vastgesteld.
De „Staatscourant" behelst het verslag der
commissie van 1 Augustus 1876 tot 1 Augustus
1877 belast met het afnemen der geneeskundige
en tandmeesters-examen.
Men schrijft ons uit Den Haag: De mu
ziekuitvoering en het vuurwerk op het stedelijk
badhuis hadden gisteravond duizenden naar Sche-
PATENTBLADEN.
De Burgemeester, Hoofd van het Gemeentebestuur van Leiden,
doet te weten dat de nog onafgehaalde patentbladen van Inland-
tche Kramers en Schippers benevens de patentbladen der Koffe-
huishouders, Slijters en Tappersin een der vertrekken van het
Raadhuis verkrijgbaar zijn van Maandag 23 tot en met Zaterdag
28 Juli e. k., des namiddags van 1 tot 3 uren.
Dat verder, gedurende denzelfden tijd, aldaar kunnen worden
afgehaald de patentbladen van alle overige gepatenteer-
den voor zooveel betreft de wjjken 1, II en III.
En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afge
kondigd.
De Burgemeester voornoemd,
Leiden, 21 Juli 1877. v. d. BRANDELER.
LEIDEN, 21 Juli.
Aan de zwem- en badinrichting „Rhynzigt"
zijn gedurende deze week 768 baden genomen.
Gedurende deze week zijn dagelijks in het
Werkhuis alhier opgenomen van 4963 volwas
sen personen en van 914 kinderen.
Het „Vaderland" verneemt dat in een
Donderdag gehouden bijeenkomst van onderteeke
naars der circulaire betreffende de oprichting van
een kinderziekenhuis, ter nagedachtenis van H. M.
de Koningin, men zich na discussie met nagenoeg
algemeene stemmen heeft vereenigd met het vol
gend besluit: „1°. Tot verwezenlijking van het
denkbeeld, bij de circulaire van Juni 11. in hoofd
trekken aangegeven, zal men pogingen in het werk
stellen tot oprichting van een Kinderziekenhuis
te 's-Gravenhage als Stichting ter nagedachtenis
van H. M. Koningin Sophia. 2°. Het Kinder
ziekenhuis zal besterad' zijn zoowel tot verpleging
van zieke kinderen als tot opleiding van kinder
ziekenverpleegsters, een en ander zonder eenig
onderscheid van godsdienstige gezindheid. Het zal