IK". 5346.
Vrijdag
20 Juli.
A0. 1877.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
DEIDSCÏÏ
DAGBLAD.
PBIJS DEZER COURANT:
Voor Ltiden per 3 maanden1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers0.02.
PRIJS DER JlDVERTENTIEN:
Van 16 regelsf 1.05.
Iedere regel meer0.17$.
Grootere letters naar plaatsruimte.
STADS-BERICHTES.
De Burgemeester, Hoofd van het Gemeentebestuur van Leiden,
brengt bij deze ter algemeene kennms, dat door hem aan den
ontvanger der directe belastingen alhier is ter hand gesteld het
op den 17den Juli jl. invorderbaar verklaard kohier voor de
personeele belasting, dienst 1877/78, van de wijken 7, 8 en 9 j
zijnde een ieder verplicht zijn aanslag op den bij de wet bepaal
den voet te voldoen.
En geschiedt biervan openbare kennisgeving door plaatsing in
de Leidsche Courant.
De Burgemeester voornoemd,
Leiden, 19 Juli 1877. v. d. BRANDELER.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN doen
te weten, dat de rekening en verantwoording van de inkomsten
en nitgaven dezer gemeente over het dienstjaar 1876 met al de
daarby behoorende bescheiden aan den Gemeenteraad op heden
b overgelegd, tegelijk voor een ieder, gednrende veertien dagen,
ter lezing nedergelegd op de Secretarie dezer gemeente en
in druk, tegen betaling der kosten, algemeen verkrijgbaar gesteld.
Geschiedende daarvan, ingevolge art. 219 der wet van 29 Juni
1851 (Staatsblad N°. 85), openbare kennisgeving door plaataiog
in de Leidsche Courant.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
v. u. BRANDELER, Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 19 Juli 1877.
LEIDEN, 19 Juli.
Gedurende de tweede helft der maand Juni
zijn aan het postkantoor alhier bezorgd de vol
gende brieven, die wegens onbekendheid der adres
sen niet besteld konden worden
W. I. Van Deutheim, AlphenHuygens, J. Van
der Horst, mevr. Dibbitz, mej. C. Van Craayen-
oordt, F. Smit, L. J. Frankford, Arasterdam mej.
De Vries, Deventer; mej. Limburg, VGravenhage
mej. C. Emmelot, mej. L. Hardenberg, mej. M.
Nieboer, Groningen; De Munt, Haarlem; Hubner,
KralingenJ. Harmersman, Aagje van Aankomst,
3Meusscher, Leiden; P. Vellekoop, Oosthoorn;
H. C. C. Bondam, RhöndorflI. C. F. Meyer,
Rotterdam; A. Flink, Utrecht. Brief kaartenW.
Baldinger en C0., C. Van der Weiden, Amster
dam; wed. Tol, 's-Gravenhage; raev. v. Benten,
Haarlem; M. De Koning, Utrecht.
Na afgelegd examen zijn alhier als vroedvrouw
nog toegelaten mej.N. C. De Vlieger, geb.
Slierendregt, en M. E. v. d. Graaf. Het examen
is hiermede afgeloopen. Van de 35 candidateu
slaagden er 25.
Tot leden van den gemeenteraad zijn her
kozen te Leiderdorp N. Koot met 61 en A.
Parmentier met 56 van de 100 geldige stemmen
te Voorschoten J. P. Treub met 70 en A. Kra
nenburg met 65 van de 76 stemmen; te Stomp-
wijk T. C. Roering en P. Van Wijk; te Veur
G. W. Boonekamp en J. Van den Bosch; te
Noordwijk C. L. C. W. Pické, P. Alkemade Mz.
en J. Kroon, terwijl herstemming moet plaats
hebben tusschen W. Boomkamp, aftr. lid, en D.
Van Konijnenburg; te Alphen P. Van 't Riet Jr.,
J. C. P. E. Schattenkerk en P. H. Schouten,
herstemming tusschen H. M. A. De Kanter, aftr.
lid, en J. Visser; te Boskoop K. J. W. Otto-
lander, herstemming tusschen A. Koster Mzn. en
J. De Jager; te Waddingsveen K. Van der Tor
ren Kz. en G. Van Lange, herstemming tusschen
J. A. Van de Werve, aftr. lid, en H. Jongen
burger.
In de Groote kerk te Haarlem had gisteren
de plechtige feestviering plaats ter gelegenheid
van het honderdjarig bestaan van de Nederlandsche
Maatschappij ter bevordering van nijverheid. Eene
even talrijke als aanzienlijke schare had zich in
het kerkgebouw vereenigd; gemeentelijke en ge
westelijke autoriteiten, afgevaardigden en deputatiën
van verschillende vereenigingen met hunne dames,
•de ministers van binnenlandsche zaken, buiten-
landsche zaken, marine en koloniën. Terwijl het
prachtige kerkorgel door den heer Bastiaans Jr.
van Haarlem werd bespeeld, verbreidde men de
aankomst van Z. K. H. prins Hendrik, die met
zijn gevolg te halfelf versoheen. Toen hief het
orgel de volksliederen aan. Alle aanwezigen ont
vingen Z. K. H. in staande houding. Nadat de
prins plaats genomen had tegenover het spreek
gestoelte, werd de eerste afdeeling uitgevoerd van
eene feestcantate, voor deze gelegenheid, naar
woorden van den heer J. J. L. Ten Kate, door
den heer G. A. Heinze gecomponeerd, waarna dr.
A. Vrolik eene feestrede uitsprak. Aan het slot
zijner rede richtte hij het woord in 't bijzonder
aan de dames. „Tracht vooral", eindigde hij, „ieder
in uwen kring liefde voor den arbeid en voor den
arbeider op te wekken, doch niet zonder daarbij
de spreuk der vaderen te doen herleven: „Ora
et labora". Moge door uw heilzamen invloed op
het nieuwe tijdperk, dat thans onze Maatschappij
intreedt, steeds toepasselijk blijven hetgeen de
medaille, bij haar omstaan geslagen, tot opschrift
droeg: „Een hart, een doell" De rede was in
twee deelen gesplitst. De tweede afdeeling van de
cantate voegde zich tusschen die twee deelen in,
terwijl het slot der cantate het geheel besloot.
De cantate eindigde met het „Wien Neerlandsch
bloed", dat door alle aanwezigen, ook door den
Prins, in staande houding werd ontvangen.
De feestviering in de kerk was omstreeks 1
uur geëindigd. De opening van het museum van
kunstnijverheid, eerst op 2 uren bepaald en later
een half uur verschoven, met het oog op de komst
van Z. K. H. prins Hendrik, had in de werke
lijkheid eerst te halfvier plaats. Toen Z. K. II.
en de ministers, die het ontbijt bij den commis
saris des konings gebruikt hadden, verschenen,
hield mr. Enschedé, voorzitter van de commissie
voor het museum, eene rede. Z. K. H. betuigde
daarna erkentelijkheid voor de hem gebrachte hulde
hij had zijne medewerking van ganscher harte ver
leend, was met voorliefde voor de gansche feest
viering naar Haarlem gekomen en zou er zeker
den geheelen dag zijn gebleven, indien de bekende
droevige omstandigheden hem dit niet verhinder
den. Hij deelde mede dat hij een bezoek had
gehad van den keizer van Brazilië, waaraan het
moest worden geweten, dat hij later dan het be
paalde uur was verschenen.
Er werd nu een bezoek gebracht aan het museum.
Z. K. H. bezichtigde alles met groote belang
stelling. De verzameling is nog niet van zeer uit-
gebreiden aard, maar reeds nu belangrijk en be
helst op verschillend gebied zeer veel wetenswaar
digs en fraais.
De keizer en de keizerin van Brazilië met
gevolg hadden het museum des morgens te 11
uren bezichtigd en brachten ook een bezoek aan de
kerk, nadat de plechtigheid was afgeloopen.
Te 5 uren begon de feestmaaltijd in de groote
zaal van de Sociëteit „De Vereeniging", waaraan
ongeveer 150 afgevaardigden en genoodigden deel
namen. De voorzitter van de tafel, dr. A. Vrolik,
deelde kort na den aanvang van het feestmaal mede,
dat het bestuur der Maatschappij van nijverheid,
de traditie volgende, eene medaille had laten slaan,
waarvan een exemplaar aan al de feestgenooten
werd aangeboden.
Te 9 uren vertrokken de meeste gasten huis
waarts of verwijlden nog eene poos in de Herten
kamp, in den Hout, waar een fête champêtre was
georganiseerd.
-De Nederlandsche Maatschappij ter bevor
dering van nijverheid looft uit hare gouden me
daille en f 500 uit de kas der Maatschappij,
aangevuld met eene bijdrage van de onlangs op
gerichte Vereeniging voor de belangen der kolonie
Suriname en door de regeering, zoodanig, dat
over een bedrag van minstens f 4000 kan worden
beschikt, aan hem, die de best gekeurde volledige
beschrijving geeft: 1° van den toestand, waarin
zich de kolonie Suriname op dit oogenblik be
vindt, en zulks wel uit een staatkundig, staathuis
houdkundig en nijverheidsoogpunt2° van de
middelen, die zouden kunnen aangewend worden,
zoo van Staatswege als van de zijde van groote
handelslichamen, groothandelaars en van het Ne
derlandsche publiek, om den toestand van gezegde
kolonie op te heffen uit het verval, waarin die
zich op dit oogenblik schijnt te bevinden. Antwoor
den op de gewone voorwaarden in te zenden
vóór 1 Mei 1879.
Z. K. H. Prins Alexander heeft het be
schermheerschap over het Diamantwerkers-weezen-
fonds te Amsterdam aanvaard, als opvolger van
wijlen H. M. de Koningin, die vele jaren bescherm
vrouw over dat fonds was.
De afgevaardigden ter algemeene vergadering
der Vereeniging van Duitsche spoorwegen zijn
gisteren grootendeels in Den Haag aangekomen.
Des middags hielden zij eene voorloopige bijeenkomst
tot het nemen van voorbereidende maatregelen
voor de algemeene vergadering, die heden in het
gebouw voor kunsten en wetenschappen is geopend.
Vrijdag te 5 uren zullen de deelnemers aan de
vergadering zich in het Oranje-hotel aan een ge-
meenschappelijken disch vereenigen, na afloop
waarvan een vuurwerk op het terrein van het
Badhuis zal worden afgestoken. Zaterdag zullen
zij het Noordzeekanaal en de nieuwe haven van
IJmuiden bezoeken, waartoe een extra-trein te
9 u. 15 m. van het Hollandsch spoorwegstation
uit Den Haag vertrekt, welk pleiziertochtje door
een diuer in het Amstelhotel zal gevolgd worden.
Zr. Ms. minister-resident te Madrid deelt
de volgende bijzonderheden aangaande den weder
opbouw aldaar van het hospitaal van „San Andres
der Vlaamsche Natie" medeBij eene door
uiterste-wilsbeschikking van den 9den October
1601 bekrachtigde acte van schenking werd in
het jaar 1594, door zekeren te Madrid gevestig-
den Vlaming, bekend onder den naam van Carlos
de Amberes of Karei van Antwerpen, zijn woon
huis en verdere bezittingen geschonken aan „de
Vlaamsche natie en de vreemdelingen der Neder
landen (la nacion Flamenca y estrangeros de los
Estados Bajos) ten behoeve van de noodlijdenden
dier natie". Na het overlijden des erflaters werd
het woonhuis tot hospitaal en kapel ingericht en
de stichting gesteld onder het beschermheerschap
van koning Philips III. Sedert bekend onder
den naam van „het Hospitaal van St.-Andries der
Vlaamsche Natie" bleef de stichting tot op den
huidigen dag onder het patronaat der koningen
van Spanje voortbestaan en giften aan behoeftigen
verstrekken, ofschoon hospitaal en kapel door
verloop van tijd onbruikbaar waren geworden.
Eenige jaren geleden besloot de raad van bestuur
der stichting, bij coöptatie uit in Spanje geves
tigde afstammelingen van Vlamingen aangevuld,
en waarin destijds ook de Belgische vertegenwoor
diger bij het hof van Madrid zitting had, tot de
wederoprichting van het hospitaal en de kapel,
wier bezittingen thans vertegenwoordigd worden
door een nominaal kapitaal van ruim drie
millioen realen, in Spaansche schuldbrieven,
en fr. 100.000 in munt. Op last der regeering
deed de Nederlandsche minister-resident te Madrid