GemengdNieuws. BUITENLAND. «Spanje. Rusland. 4Z. M. heeft aan J. N. Anslijn, agent en consul-generaal der Nederlanden te Alexandrië, verlof verleend tot het aannemen van de versier selen der orde van Medjidieh 2de klasseden lsten luit. W. C. Hoogkamer, van bet 1ste reg. inf., en den 2den luit. R. J. Van Zwol, van het 5de reg. inf., voor den tijd van vijf jaren gedetacheerd bij de inf. in Ned.-IndiëH. Step, te Zandpoort, benoemd tot hulpprediker bij de inlandsche chris tengemeenten in Ned.-Indië. Uittreksel uit het Gemeenteverslag over 187 6. Door het Rijk wordt bij voort during een jaarlijksch subsidie van 7000 ten behoeve van de hoogere burgerschool verleend. Behoefte aan uitbreiding van de localiteit doet zich dringend gevoelen, en daarin zal eerlang, ook in verband met de aanstaande reorganisatie van het gymnasium, moeten worden voorzien. De schoolgelden bedroegen 8258.75 in 1876 en 7768.75 in 1875. De kosten van het middelbaar onderwijs waren f 23,435.90 tegen 21,849.155 in 1875. Het aantal leerlingen op het gymnasium bedroeg 51, dat der onderwijzers 16. In September 1875 werd de cursus geopend met 49 leerlingen, ter wijl in den loop van het jaar 5 het gymnasium verlieten. Bij het examina van toelating werden 19 leerlingen aangenomen. Vóór den aanvang van den cursus verlieten 7 leerlingen het gym nasium en van deze werden 6 naar de hoogeschool bevorderd. Het minerval bracht in 1876 f 4850 op en f 5000 in 1875. De kosten bedroegen 17,601.69, als ƒ16,311.61 voor bezoldigingen, ƒ436.98, schoolboeken en schoolbehoeften; 325.10 vuur en licht en f 528 voor diverse uitgaven. In 1875 bedroegen de uitgaven 16,576.28. Hoogeschool. Ten gevolge van het aftreden van drie curatoren, is dit college thans samenge steld uit de heeren Dr. A. Vrolik, mr. J. D. W. Pape, mr. J. G. Kist, mr. L. A. J. W. baron Sloet van de Beele en dr. W. C. Van den Bran- deler. Op 31 December 1876 waren in de rollen der Hoogeschool ingeschreven: te Leiden studee- rendegodgeleerdheid 45, wis- en natuurkunde 65, letteren 67, geneeskunde 177, rechten 510, te zamen 864aan de athenaea studeerende, doch te Leiden ingeschreven tot het afleggen der exa mina: godgeleerdheid 11, wis- en natuurkunde 9, letteren 13, geneeskunde 69, rechten 37, te zamen, 139; in het geheel 1003. Promotiëngodgeleerd heid 1, wis- en natuurkunde 9, letteren 4, ge neeskunde 7, rechtsgeleerdheid 52, te zamen 73. Voor de rijksinstelling voor onderwijs in Indi sche taal- land- en volkenkunde lieten zich 30 studenten inschrijven, tegenover 38 in het vorige jaar. Aan het examen, in Juni gehouden, namen 18 kweekelingen deel, waarvan 12 werden toege laten. Ook dit jaar werden de hulpmiddelen voor het onderwijs, vooral door aankoop, vermeerderd. Voor het onderhoud van het gebouw der rijksin stelling werd de noodige zorg gedragen. Hedenmorgen is bij de voorm. Rijns- burgschepoort het lijk van zekeren II. opgehaald. Ter rectificatie van het bericht be treffende het ongeluk bij de schietoefening van officieren der schutterij te 's-Hage op laatstleden Zaterdag wordt medegedeeld, dat de korporaal tamboer J. Reifenberg en niet, gelijk eerst werd gemeld, Veldhuyzen door een kogel in de rechterzijde van den buik is getroffen, door dien hij de onvoorzichtigheid beging van ontijdig uit zijn observatiekuil te komen, en wel zonder voorzien te zijn van het roode vlaggetje waarmede hij, ter voorkoming van een dergelijk ongeluk, een sein had moeten geven. Weder zullen een logementhoudster en twee logementhouders voor de arrondissements rechtbank in Den Haag vervolgd worden, wegens gelijke vergrijpen als waarvoor de wed. 't Hoen aldaar onlangs terechtstond. De laatste hand zal weldra gelegd zijn aan het prachtig paleis van Z. K. H. prins Frederik, door de voltooiing van den smaakvollen gevel aan de zijde van 't Korte Voorhout, tusschen de beide afdeelingen van het grootsche gebouw. Men zal dezer dagen toch de beelden, bestemd om in de nissen van dien gevel te prijken, daarin plaatsen. Het zijn behalve twee kolossale leeuwen, die de zijnissen van onderen zullen innemen, de stand beelden van prins Willem I tusschen twee leeuwen, prins Maurits en Frederik Hendrik, die de bovenrij zullen innemen, met koning Willem n, den held van Waterloo, in het midden. Maandag-avond is te Amsterdam een knaapje van ongeveer acht jaar in de Spuistraat door den tramwagen overreden. Beide beenen werden hem verbrijzeld. De landbouwer R., Maandag-ochtend van Amsterdam te Spieringhorn thuis komende, liet een oogenblik zijn paard op het erf loopen. Zijn kind van drie jaren liep mede op het erf en werd door het paard onderstboven geworpen en zoodanig gewond, dat het eenige oogenblikken later overleed. Te Mill is gisterochtend een metse laar van den steiger van de in aanbouw zijnde R.-K. kerk gevallen en zoodanig inwendig gekwetst, dat men voor het behoud van zijn leven vreest. Bij aankomst te Vlaardingen der stoomboot „Vlaardingen 2", gistermiddag, had een der opvarenden, een lijn willende uitgooien, het ongeluk over boord te vallen en onmiddelijk in de diepte te verdwijnen; dadelijk er uitgehaald werd nog al het mogelijke beproefd om den man in 't leven behouden, doch te vergeefs. Vermoedelijk heeft bij zich onder water hetzij aan de schroef der boot of aan den paal doodelijk gekwetst. De overledene laat een vrouw na met 2 kinderen. Uit het noorden des lands meldt men dat de vroege en late boekweit, die over duizenden hectaren in blad staat en zeer gevoelig is voor wind en weder, sedert Zaterdag groote schade heeft geleden door storm en onweer, ver gezeld van zware stortregens en feilen hagelslag. Rechtzaken, In de gisteren gehouden zitting in straf zaken van het tweede kantongerecht te Rotterdam stonden terecht drie jongens, van 16, 15 en 12 jaar, ieder aangeklaagd van in de maand Juni van dit jaar een steen op den spoorweg aan de Gedempte Binnenrotte te Rotterdam te hebben geworpen. De ambtenaar van het O. M., mr. W. C. A. Scholten, wilde wegens het ernstige karak ter der balddadigheid op hen niet toegepast heb ben de verordening op de straatpolitie te Rot terdam van 21 Januari 1867, die slechts met eene boete van één gulden het op den openbaren weg werpen met steenen straft, maar requireerde dat ieder van hen zou worden schuldig verklaard aan het werpen van een steen in eene omsloten plaats, welk misdrijf in art. 457, n°. 8, en 476 wetboek van strafrecht gestraft wordt, en dat de beide oudsten zouden veroordeeld worden ieder tot eene geldboete van 5 gulden of subsidiaire gevangenis van 2 dagen, en daarenboven tot eene gevangenisstraf van 3 dagen, en de jongste tot eene geldboete van 5 gulden of subs, gevangenis van 2 dagen en daarenboven tot eene gevangenis straf van 1 dag. De kantonrechter zal 17 dezer uitspraak doen. Frankrij k. De geheime bevelen, die de minister De Fourtou aan de prefecten heeft doen toekomen, met het oog op de verkiezingen, luiden, volgens een schrij ven aan de „Köln. Zeitung", in hoofdzaak als volgtDe prefecten moeten in alle gemeenten ver trouwde agenten hebben, die afgezien van de plaatselijke ambtenaren voor de officieele candi- daten werken. De prefecten hebben te zorgen, dat de kiezers, op wier steun de regeering kan reke nen, door de ontvangers, controleurs, tolbeambten en andere ambtenaren met veel verschooning be handeld worden. De prefecten moet verder den minister omtrent de beide volgende punten in lichten: 1°. Waartoe zou het leiden, indien men de manschappen der reserve gedurende de ver kiezingen opriep, om de bij de wet bevolen 28 dagen onder de wapens te komen? 2°. Zou het dienstig zijn de lichting van 1872, die aan het einde dezer maand naar huis zou worden gezon den, tot na de verkiezingen onder de wapenen te houden? De geheime aanschrijving, zegt de corres pondent, is een afschrift van de instructiën, die de keizerlijke regeering bij soortgelijke gelegenheden aan de prefecten zond. Het „Bulletin des Communes" van 6 Juli, dat in alle gemeenten wordt aangeplakt, behelst het volgende: „De aanhangers der commune, de medeplichtigen van de brandstichters en schurken van 1871, die Mac Mahon in de straten van Parijs overwonnen en verpletterd heeft, waren bij dit groote militaire feest (de wapenschouwing van 1 dezer) niet tegenwoordig. Evenmin zag men er één der 363 radicale oud-afgevaardigden, die in hun program geschreven hebben: desorganisatie en opheffing van het leger, gelijk zij al het overige, wat nog onze welvaart en grootheid uitmaakt, willen desorganiseeren en vernietigen. Zij hebben geen deel willen nemen aan dat hartverheffend vaderlandslievend schouwspelzij hebben geweigerd bij deze nationale demonstratie tegenwoordig te zijn. Des te beter," enz. Naar de „Bien public" meldt heeft generaal Ladmirault, gouverneur van Parijs, aan de genees- heeren in de militaire ziekenhuizen te Parijs de volgende nota doen toekomen: „Ik heb de eer u te berichten, dat geen enkel staatkundig dagblad in de militaire ziekenhuizen, en inzonderheid in de ziekenzalen, mag ingevoerd worden. De offi cieren, die geneeskundig behandeld worden, kunnen alleen, op hun verzoek, door tusschenkomst van den rekenplichtigen officier dagbladen van conser vatieve richting, door hen opgegeven, ontvangen." In het kanton Yilleurbanne (departement der Rhone) heeft Zondag de verkiezing plaats ge had van een lid der gewestelijke vertegenwoordiging. Er waren twee candidaten: de heeren Yarambon en Philibert Chevalier, die zich aan de kiezers heeft voorgesteld als een candidaat, innig gehecht aan Mac Mahon. Deze heeft 784 stemmen ver kregen en de heer Yarambon, republikein, 3815. De berichten uit Cuba luiden volgens de re geering zoo gunstig als men maar kan wenschen. Wel zal het regenseizoen de troepen vooreerst tot werkeloosheid dwingen, maar de maarschalk Mar tinez Campos neemt zooveel behoedzaamheid in acht, dat de opstandelingen zich niet meer buiten hun terrein La Monigua durven wagen, en op 't andere gedeelte van 't eiland heerscht veiligheid. Het leger telt thans 85,000 man, maar de re geering is van plan in den herfst, zoo noodig, nog 25,000 man er heen te zenden. Ook de finan- cieele toestand wordt beter en de handel levendiger. De correspondent van de „Daily News" deelt het operatieplan der Russen mede. Een brigade Kuban-kozakken is in de richting van Nicopolis opgerukt om deze plaats te observeeren. Groot vorst Nicolaas trekt aan 't hoofd van het 8ste en 9de legercorps over Tirnowa op naar den Balkan, dien hij door den Slivno-pas, de zooge naamde IJzeren Poort, zal overtrekken om over Slivno direct naar Adrianopel op te rukken. Het 11de en 12de legercorps, onder bevel van den grootvorst-troonopvolger, heeft ten doel Rustschuk te belegeren en zoo spoedig mogelijk ten val te brengen. Uit de Dobrudsja eindelijk rukken het 4de en 14de legercorps onder generaal Zimmer- mann op, die Silistria belegeren of althans mas- keeren moet, en wiens verdere bewegingen afhan kelijk zijn van den loop, dien de operatiën weste lijk van den vesting-vierhoek genomen zullen hebben als hij voor Silistria aangekomen is. De czaar is besloten, meldt de correspondent nog, ook aan de overzijde van den Donau het leger te volgen en zooveel mogelijk van den oorlog te zien. Bulgarije vloeit tot dusverre over van voedsel voor manschappen en paarden van het Russische leger. De Turken hebben op hun terugtocht niets vernield. De nieuwe oogst van hooi en granen is buitengewoon rijk. De gezondheidstoestand in 't leger is uitstekend. Het voortrukken van het gros van 't leger was tot dusverre (6 Juli) zeer langzaam. Yan Parijs wordt aan de „Köln. Zeitung" de inhoud medegedeeld van een officieusen brief uit Petersburg, warrin gezegd wordt, dat de neder lagen der Russen in Azië in de hoofdstad en vooral te Moskou eene ongemeene opschulding hebben veroorzaakt. Het Moskousche comité, met den bekenden Aksakoff aan bet hoofd, zond on verwijld eene deputatie naar Petersburg, om prins Woronzoff eene memorie te overhandigen met het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1877 | | pagina 2