en van zijne vrienden, die zijne arrestatie belem
merden, in arrest gebracht. De studenten verza
melden zich voor het politiebureau en wilden hun
makker terughebben. De meest opgewondenen van
hen (een tiental) werden, daar zij zich niet rus
tig wilden gedragen en veel leven maakten, in be
waring gebracht, ten einde hen te laten uitslapen,
waardoor werd voorkomen, dat zij zich in hunne
opgewondenheid aan mishandeling of rebellie zou
den schuldig maken. Omtrent de aanleiding wordt
van andere zijde gemeldEen aantal studen
ten ontmoetten twee werklieden uit de gemeente
Zuidwolde, die bezig waren een stuk krentenbrood
op te eten. Een student wilde een hunner het
krentenbrood ontnemen, hetgeen de werkman niet
zoo direct afgaf. Middelerwijl hief een ander stu
dent zijn stok op en liet dieu zoo onzacht op 't hoofd
van den werkman neervallen, dat deze hevig bloedde.
De visschers te Woudrichem, die
verplicht zijn de elft aan den afslag te brengen
en daarvoor 10 pCt. van de opbrengst te betalen,
wilden zich Zondag niet meer daaraan onderwerpen,
maar zeiven de visch bij opbod aan den afslag
veilen. Het bestuur der gemeente Woudrichem,
dit willende beletten, kwamen de visschers daar
tegen in verzet, en wel op zulk eene onrustbarende
wijze, dat onmiddellijk versterking der brigade
maréchaussee, alsmede van garnizoen, aangevraagd
werd. Daarop ontstond een gevecht tusschen de
visschers en militairen, waarbij onder anderen een
visscher door een bajonetsteek ernstig verwond
werd. Maandag vertrok uit Gorcum wederom een
detachement infanterie ter versterking, aangezien
men voor grootere ongeregeldheden bevreesd was.
Naar men in de Parijsche „Bien Pu
blic"' leest, heeft de generaal Bouxel, die in 1871
de subdivisie van het departement der Drome
aanvoerde, zich dezer dagen van het leven beroofd.
Zijn gebeele vermogen was in Turksche fond
sen belegd en hieraan schrijft men zijne wan
hoop toe.
Bij gelegenheid van den indertijd ver
melden brand in den schouwburg te Brooklijn
heeft het te Nieuw-York verschijnende „Frank
Leslie's Illustrated Newspaper" een blijk van bui
tengewone vlugheid geleverd. Nog in den namid
dag van denzelfden dag waren 7 houtsneden ge
reed voor de galvanoplastiek en den volgenden
ochtend, bij het krieken van den dag, was het
tijdschrift, waarin de teekeningen voorkwamen,
bij alle courantenverkoopers in Nieuw-York en
Brooklijn verkrijgbaar.
Iï echtzaken.
Het openbaar ministerie bij de arrond.-recht
bank alhier concludeerde gisteren in de zaak Vil-
lefort en C°. tegen den ontvanger der directe
belastingen te Katwijk, tot verwerping van de
exceptie en het veroordeelen van den excipiënt in
de kosten. Uitspraak in dit proces a. s. Dinsdag.
De correctioneele kamer der arrondissements
rechtbank te Amsterdam heeft gisteren den graveur
J. B. K., van wiens zaak wij dezer dagen melding
maakten, schuldig verklaard aan de hem te last
gelegde mishandeling van zijn 14-jarige dochter
en hem ter zake van dit feit veroordeeld tot eene
cellulaire gevangenisstraf van drie maanden. De
stiefmoeder werd op grond van gemis van wettig
bewijs vrijgesproken.
Het gerechtshof te Amsterdam heeft gisteren
P. W., kantoorbediende bij de Amsterdamsche
Bank, schuldig verklaard aan de hem te laste
gelegde vier valschheden in geschriften van koop
handel, het viermaal desbewust gebruikmaken daar
van en misbruik van vertrouwen. Het hof heeft
op grond van verzachleude omstandigheden, be
staande in ziju goed gedrag, jeugdigen leeftijd en
de verleiding waaraan hij blootstond, door het
groote vertrouwen in hem gesteld, hem veroordeeld
tot een celstraf van twee jaar.
Ter civiele terechtzitting der arrond.-recht
bank te 's-IIage werd gisteren eene rechtsvordering
bepleit, ingesteld door de wed. A. Sinke, te Delft,
tegen den heer Kavelaars aldaar, de strekking
hebbende tot uitkeering aan de eischeres van een
jaargeld van f 200. De gronden voor deze vorde
ring zouden gelegen zijn in het onwillig door den
heer K. veroorzaken van den dood van den echt
genoot der eischeres. Deze heer, in het bezit zijnde
van een Newfoundlandschen hond, liet dit beest
geruimen tijd geleden eenige proeven afleggen vau
zijne bedrevenheid in het redden van drenkelingen.
Zijne bedienden begaven zich daartoe in de Yest
te water en telkens was de hond de redder van
den quasi drenkeling. Sinke, die beweerd werd
een goed zwemmer te zijn, maar daarvan te dier
gelegenheid geen blijk gaf en reeds door twee
zijner kameraden had moeten gered worden, begaf
zich andermaal te water om thans door den hond
geholpen te worden. De hond gevoelde blijkbaar
geen lust en moest niet alleen door zijn meester,
maar zelfs door den gewaanden drenkeling worden
aangezet. Vóórdat het beest evenwel zijn instinct
volgde, verkeerde Sinke werkelijk in gevaar en
begaven zich twee personen tot redding te water.
Eerst toen ging ook de hond te water, maar noch
de menschen, noch de hond waren in staat den
man te redden; hij werd ten slotte levenloos op
gehaald. Dit geval gaf tot veel opzien aanleiding
en zelfs tot eene strafvervolging tegen den heer
K., maar hij moest buiten vervolging gesteld wor
den, daar van moedwil niet was gebleken. De wed.
S. was niettemin van meening dat de eigenaar
van den hond tot schadevergoeding verplicht was
en deed zich daarom ten civiele gelden. Uit een
getuigenverhoor om het bewijs te leveren, dat reeds
vroeger werd gehouden, bleek dat een deel der
getuigen verklaarde dat de hond oorzaak van den
dood van S. geweest is en zijne redding bemoeie-
lijkte, terwijl een ander deel zelfs geen hond in het
water had opgemerkt.
Mr. Cort van der Linden, die deze actie toe
lichtte, geloofde dat zij voortvloeide uit art. 1406
B. W. en was van meening dat de heer K. door
ziju hond los te laten in „re illicita" verkeerde
en dus voor de schade, in casu den dood, aan
gericht, aansprakelijk moet worden gesteld. Mr.
D. S. Van Emden wedersprak die bewering. De
hond moest volgens de politieverordening of ge
muilband of vastgehouden worden, maar zelfs met
een muilkorf had hij hetzelfde kunnen doen als
nu heeft plaats gehad, namelijk springen op den
in gevaar verkeerenden man. In elk geval kon
dit niet als de oorzaak van den treurigen afloop
worden aangemerkt, daar zonder de tegenwoordig
heid van den hond de man, die op zoo roekelooze
wijze te werk ging, toch zou verdronken zijn.
Zijne conclusie strekte tot afwijzing der vordering.
BU1TENLAISD.
Frankrijk.
Het Gele Boek bevat 530 bladzijden en is uitslui
tend gewijd aan de aangelegenheden in het Oosten.
Het laatste stuk is de circulaire van 25 April,
waarin betreurd wordt dat de Porte het protocol
afgewezen heeft, wijl dit aan Turkije het middel
aan de hand deed tot eervolle en vreedzame op
lossing der moeilijkheden. Dit stuk eindigt als
volgt„Het eenstemmig gevoelen van de natie
en hare vertegenwoordigers is, dat, zoowel wegens
onze verwijdering van het oorlogstooneel als wegens
den aard onzer belangen, volstrekte neutraliteit
ons opgelegd is. Wij zouden van deze houding
slechts dan mogen afwijken, wanneer gewijzigde
omstandigheden ons veroorloofden met Europa
gemeenschappelijk den weg te openen tot vrede."
Bij de indiening in de Kamer door den minis
ter Decazes merkte hij op, dat de verwikkelingen in
het Oosten Frankrijk geheel los vonden van eenige
verbintenis; sedert het begin der crisis, zeide hij,
hebben wij kunnen constateeren, hoe alle regee
ringen er naar streefden den vrede van Europa
niet in gevaar te brengen door de dreigende ver
wikkelingen, waartoe de Oostersche quaestie aan
leiding gaf, en hoezeer zij wenschten den even-
tueelen oorlog gelocaliseerd te zien. Europa heeft
onze oprechtheid en onwankelbaren wil om in
goede verstandhouding met alle mogendheden te
blijven waargenomensedert 7 jaren waren onze
betrekkingen tot de vreemde staten dan ook nooit
gunstiger. De ons omringende mogendheden zijn
evenals wij door geen enkel direct belang betrok
ken bij de tegenwoordige gebeurtenissenhare
woorden laten geen twijfel bestaan aan hare vre
delievende gezindheid en aan den hoogen prijs
dien zij er op stellen, de goede betrekkingen met
Frankrijk te handhaven. Zoo zal, aldus eindigde
de minister, in de Oostersche quaestie de meest
volkomene neutraliteit, gewaarborgd door de nauw
gezetste onthouding, de grondslag onzer poli
tiek zijn.
Duitsch land.
De rijksdag heeft de wet op het onderzoek om
trent zeerampen bij derde lezing aangenomen. Vol
gens deze wet wordt het onderzoek opgedragen aan
colleges, gevestigd op verscheidene kustplaatsen en
bestaande uit een voorzitter en vier assessoren.
De voorzitter moet iemand zijn, die benoembaar
is voor het rechterlijk ambt. Hij wordt benoemd
voor levenslang.
Zondag-namiddag heeft iu de nabijheid van
Kissingen de feestelijke onthulling van het Bis
marck-monnment plaats gehad.
C5 riel cenland.
De minister van oorlog, vernomen hebbende dat
in het leger sterk gewoeld wordt om lot desertie
naar Turkije aan te sporen, ten einde deel te
nemen aan den oorlog tegen de Turken, heeft de
hoofdofficieren bij zich ontboden en hen onder het
oog gebracht, dat dergelijke handeling in strijd is
met de wet en de belangen des lands.
In Ilermione en Argolis en op Paros heeft de
bevolking, het voorbeeld van Hydra volgende,
hare ongunstige gezindheid tegen de wet. op de
buitengewone recruteering door manifestaties aan
den dag gelegd. De regeering trachtte haar tot
kalmte te stemmen door op de ware belangen des
lands te wijzen.
Rumenië.
De „Polit. Corr." meldt uit BucharestNamens
de Russische regeering is het eerste millioen uit
betaald van de onlangs toegestane schadevergoeding
voor de gesaeculariseerde kloostergoederen. Veel
treinen met Russische infanterie en artillerie zijn
voorbijgekomen met bestemming naar Giurgevo.
Het oprukken der Russen over de Barboschi-brug
is begonnen. Te Falciu zijn 1300 Russische
Circassiërs binnengerukt. Volgens bericht uitCet-
tinje is prins Nikita naar het zuidelijk legercorps
vertrokken.
Uit Bucharest wordt van gisteren aan de
„Polit. Corr. geseind: In onze regeeringskringen
is het bericht ontvangen, dat de Turken de Ru-
raeensche oorlogschepen „Fulgerul" en Stefangel-
mare" hebben opgebracht. Sedert heden werden
alle beschikbare troepen weder in de richting van
Kalafat gezonden. De Kamers zullen heden en
morgen omtrent de aangevraagde óorlogssubsidies
beslissen en daarna srcsloten worden. Uit Galatz,
Brrila en Giurgevo komen hier vluchtende huisge
zinnen met. have en goed in grooten getale aan.
Rusland.
De „Köln. Zeitung" ontving het volgende
telegram: Van Galatz tot Ismail zullen de Russen
langs den geheelen Donau-oever 3000 houten
barakken opslaan. Zes Russische kanonneerbooten
worden binnen zes dagen verwacht, om de brug
bij Barboschi te verdedigen. Naar men verneemt,
gaat het Russische eskader van Nicolajeff naar de
monden van den Donau. De czaar zal, naar een
gerucht wil, een samenkomst met keizer Frans
Jozef hebben. Men verzekert dat prins Gortschakoiï
aan den Franschen ambassadeur heeft verklaard,
dat Rusland zoo uit een militair als uit een financieel
oogpunt op een driejarigen oorlog voorbereid is,
doch dat de Russische regeering hoopt, den oorlog
vóór het volgende voorjaar tot een einde te kunnen
brengen.
Omtrent het doel des oorlogs, voor zoover
het manifest van den czaar dit niet uitspreekt,
laat de panslavistische „Ruski Mir" zich op de
volgende ondubbelzinnige wijze uit: „Met her
vormingen mocht de diplomatie zich in vreedzame
onderhandelingen met de Porte bezighouden, het
leger heeft een geheel andere taak te vervullen
zijn doel is radicaler en reikt verder. De oorlogs
toestand vernietigt van zelf alle wetten des vredes
en de bestaande toestanden. Het tractaat van
Parijs van 1856 is feitelijk en formeel buiten
kracht gesteld, in afwachting van een nieuwe
schikking van Europa, welke op de puinhoopen
van het Ottomanische rijk tot stand gebracht zal
worden."
Uit Acbalzich (Azië) wordt gemeld dat de
kolonne van overste Komaroff' Dewin bezet heeft.
De bergpassen waren met sneeuw bedekt en de
wegen slecht. De gezondheidstoestand der troepen
is uitstekend. De bevolking ontvangt de troepen
zeer goed en volgde het bevel van de wapenen
af te geven op.