N°. 5268. Woensdag A". 1877. 18 April. T A D S-H EKIOH LV Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Het programma voor liet Academiegebouw. LEIDSOH DAGBLAD. PBIJS DEZER COÜRANTs Voor Leiden per 3 maanden.1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.02. PRIJS DER ADVERTENTIES t Van 16 regels1.01. Iedere regel meer0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Kohier der plaatselijke directe belasting IS??. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien art. 234 der Wet van den 29»ten Juni 1851 (Staatsblad N°. 86;) doen te weten, dat het kohier der plaatselijke directe belasting over 1877 op heden voorlooptg is vastgesteld en van den 17den tot en met den 3"sten April 1877, ter secre tarie dezer gemeente (financieele afdeeling) van 9 tot 4 uren, voor een ieder ter lezing is nedergelegd. En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afgekondigd. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. d. BRANDELER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, 46 April 1817. BUBGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien het adres van W. HOOGENSTRATEN, firrna W. HOOGENSTRATEN Co.daarbij verzoekende vergunning orn den &toum/ce/el en Oven, staande en gelegen in het pand aan de Breestraat N°. 156, te mogen verplaatsen naar hunne fabriek in de Kerksteeg N°. 7. Gelet op de artt. 6 en 7 der wet van 2 Juni 4875 Staatsblad n°. 95) Geven bij deze kennis aan het publiek, dat genoemd verzoek, met de bijlagen, op de Secretarie dezer gemeente ter visie gelegd is; alsmede dat op Woensdag den 2den Mei aanst.'svoormiddags te elf uren. op het Raadhuis, gelegenheid zal worden gegeven om bezwaren tegen dat verzoek in te brengen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. D. BRANDELER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris Leiden, 17 April 1877. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN. Gezien het adres van J. J. TAN DIJK, daarbij verzoekende vergunning om in zijn huis aan het Utrechtsche Veer Wijk 3, Nü- 25 eece smidsouririg te mogen plaatsen. Gelet op de artt. 6 en 7 der wet van 2 Juni 1875 (Staatsblad n". 95) Geven bij deze kennis aan het publiek dat genoemd verzoek, met de bijlagen, op de Secretarie dezer gemeente ter visie gelegd is; alsmede dat op Woensdag den 2deu Mei aanst., 's voor- middags te elf uren, op bet Raadhuis, uelrgenheid zal worden gegeven om bezwaren tegen dat verzoek in te brengen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v d BRANDELER, Burgemeester. E KIST, Secretaris. Leiden, 17 April 1877. Met belangstelling zullen onze lezers ongetwij feld kennis hebben genomen van het programma voor een wedstrijd tot het verkrijgen van ont werpen voor een nieuw academiegebouw bier ter stede, dat wij in zijn geheel uit de „Staatscou rant" in onze kolommen hebben overgedrukt. De verschijning van dat programma is althans, na het eindeloos wachten en toeven, een kleine schrede voorwaarts, een bewijs dat de zaak nog levens vatbaar is. Den opmerkzamen lezer zal het niet ont gaan zijn, dat de wedstrijd tot den lsten October van dit jaar geopend blijft. Te lang echter zal men dien termijn op zichzelf niet, kunnen noemen, zoowel omdat de mededinging ook voor buiten landers is opengesteld, als dewijl het hier geldt de stichting van een gebouw met zoo eigenaar dige bestemming en waarvan de kosten niet min der dan circa een millioen gulden zullen bedragen. Doch dan zijn we er nat uurlijk nog niet. Volgt de beoordeeling der ingekomen ontwerpen door de daartoe te benoemen commissie, een taak, zwaar wichtig genoeg om eveneens gernimen tijd te vorderen, zoodat naar onze meening het thans loopende jaar reeds tot het verledeue zal behoo- ren. eer de „Staatscourant" het met redenen om kleed verslag der beoordeelingscommissie zal be vatten. Het zal dus licht tot het voorjaar van 1878 aanloopen, voordat de eerste spade in den grond zal worden gestoken, en daarom meenen we, dat onze stadgenooten alle reden hebben om er zich in te verheugen, dat de wanstallige om heining van de Ruïne werd verwijderd, al is dat plein thans weder aangewezen als de plaats, waar het academiegebouw zal worden opgericht. De moeite en kosten, aan het plaatsen eener nieuwe schut ting verbonden, worden ruimschoots opgewogen door het genot en voordeel, dat wij alsdan aan het bezit van het ruime plein in al dien tusscheu- tijd zullen hebben te danken gehad. Vestigden wij reeds in het voorhijgaan de aan dacht onzer lezers op de bepaling, dat. ook buiten landers tot mededinging zullen worden toegelaten, wij komen daarop terug om onze instemming te betuigen met den inhoud dier clausule, niet alleen omdat door de uitbreiding van het veld van me dedinging de kans op het verkrijgen van een uitstekend plan des te grooter wordt, maar ook omdat zoodoende aan het buitenland een welver diende hulde wordt gebracht voor den dienst, ons in deze zaak bewezen. Naast het af keurend oor deel, door bevoegde landgenoolen over het vroeger verworpen plan uitgesproken, mag het toch zeker voor geen gering gedeelte aan het gemotiveerd vonnis, door buitenlandsche deskundigen in dag bladen en tijdschriften over dat ontwerp uitge sproken, worden toegeschreven, dat het schoonste plein onzer stad niet wordt ontsierd door een universiteitsgebouw, dat noch wat stijl, noch wat doelmatigheid van inrichting betreft, aan zelfs niet hoog gestelde eischen zou hebben beantwoord. Vooral met het oog op de vreemde bouwkun digen, die in het strijdperk willen treden, zal het bij het programma gevoegde situatiekaartje van veel nut kunnen zijn. Immers de lijnen van een dergelijk gebouw dienen in overeenstemming te worden gebracht met de afmetingen van het terrein, waarop het moet verrijzen. Een ander gegeven, mede zeer geschikt om een algemeene concurrentie te bevorderen, zien wij in de bepaling, vervat in art. 3, dat aldus luidt; „Aan de ontwerpers wordt volkomen vrijheid ge laten in het, kiezen van den toe te passen bouwstijl." Er is meermalen op gewezen, vergissen wij ons niet zelfs in de. Volksvertegenwoordiging, dat in den laatsten tijd de voorliefde voor den oud- Nederlandschen stijl zich wel eens wat al te sterk deed gelden. Nu spreekt het vanzelf, dat een voorschrift, waarbij werd bepaald, dat die bouwtrant moest worden gevolgd, veel gemakke lijker zou zijn in acht te nemen voor Nederlanders, die daarmee uit den aard der zaak meer vertrouwd ziin, omdat zij de monumenten daarvan nog dage lijks voor oogen hebben, dan voor vreemdelingen. En nu zien wij volstrekt niet in, waarom, hoeveel schoons overigens de oud-Nederlandsche stijl moge aanbieden, niet ook een gebouw in anderen trant, desnoods een geheel nieuwerwetsch gebouw, niet evenzeer zou kunnen voldoen. Zooveel is zeker men zal het alleen reeds uit laatstgenoemde bepaling kunnen opmaken dat het programma in een milden geest is opge steld. Daarin zien wij een waarborg voor uitge breide deelneming aan den uitgeschreven wedstrijd en vertrouwen dan ook, dat de uitkomst zal leeren, dat de langzame haast, die met deze belangrijke zaak werd gemaakt, de academie, de stad onzer inwoniug, ja het gansche land ten g ede is ge komen. LEIDEN, 17 «pril. Eene kleine teleurstelling wachtte gisteravond het zeer talrijke publiek dat de afscheidsvoorstel ling van het Rotterdamsche tooneelgezelschap in onzen schouwburg kwam bijwonen. Door eene plotselinge ongesteldheid van mevr. De Vries kon de aangekondigde voorstelling van „Onze vrienden" niet doorgaan. Doch miste men nu de gelegenheid om de geestige satire van Sardou door dit gezel schap te zien vertolken, dat gemis werd ruimschoots vergoed door de vele verdiensten van het stuk, waarop de directie, in deze omstandigheid, hare keuze had gevestigd. Rosier Paassen's „Oude kassier" moest „Onze vrienden" vervangen, en niemand heeft zich daarover zeker te beklagen gehad. Het door en door gezonde degelijke tooneelwerk heeft ook nu weer een zeer gunstigen indruk gemaakt, 't Spel was dan ook op een zeer kleine uitzondering na van allen voortreffelijk. Vooral de auteur, die de titelrol vervult, was in zijne volle kracht en had ruimschoots gelegenheid om de vele gaven waarover hij te beschikken heeft ten toon te spreiden. 't Nastukje was allergrappigst en werd zeer levendig en vlug afgespeeld. Het programma der internationale tentoon stelling te Parijs in 1878 bevat ook een groep „nationale kleederdrachten van verschillende stre ken". Ook Nederland zal daarin waarschijnlijk worden vertegenwoordigd op zeer eigenaardige wijze. Het plan bestaat nl. eetiige groepen in de meest schilderachtige kleederdrachten voor te stellen in den trant als die, waarmede Zweden op ver schillende exposition zooveel bijval heeft geoogst. Aan de heeren Stortenbeker en Ten Kate is door de Nederlaudsche hoofdcommissie voor de tentoon stelling opgedragen, dit denkbeeld tot onderwerp van >nderzoek te maken. Aan den heer Springer, architect te Amsterdam, is opgedragen de noo- dige teekeningen te maken voor het Nederlandsch gedeelte van de internationale fa£ade die op het Champ de Mars zal verrijzen, en de inzenders voor te lichten bij het maken van toonkasten, uitstaltafels, étagères enz. Wie met den bouw der facade zal worden belast is nog onbeslist. De fatjade zal door elk der natiën voor haar deel op zich zelf een geheel in verschillenden, nationalen bouwstijl, op vijf meter afstand voor de frontgalerij, van steen moeten worden optrokken; de funda menten, 40 centim. dik, bekostigt het Fransche commissariaat. De Maatschappij tot exploitatie van staats spoorwegen heeft thans de uitnoodiging verzonden voor de feestviering op 28 April a. s. te Rotter dam, ter gelegenheid van de voltooiing der aan sluiting van den Staatsspoorweg aan den Holl. IJzeren-Spoorweg. De uitnoodigingen zijn gericht aan vertegenwoordigers van lands-, gewestelijke- en gemeentelijke autoriteit, besturen van de aan het net der exploitatie-maatschappij aansluitende spoorwegen, het corps ingenieurs, die tot den bouw der staat spoorwegen hebben medegewerkt, handel, scheepvaart en nijverheid te Rotterdam enz. enz. Het programma voor de feestelijkheid is als volgt samengesteld: Te halfdrie ontvangst derge- noodigden aan het nieuwe station buiten de Delft- sche poort; te drie uren vertrek van daar per spoorweg om de werken te gaan zien; te halfvier aankomst te Mallegat; bezoek op de werken van de Rotterdamsche Handelsvereeniging, die stoom- booten ter beschikking stelt om een tocht op de Maas te doen. Tegen 5 uren terugkomst te Rot terdamte 6 uren feestmaal in de halte aan de Beurs. Des avonds biedt de Rotterdamsche Han delsvereeniging aan de stad ter viering van de spoorwegaansluiting een vuurwerk op de Maas aan. Voor de akte in de Eugelsche taal deden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1877 | | pagina 1