N°. 5228.
Woensdag
A0. 1877.
28 Februari.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
Twee Concessie-aanvragen.
LEIDSCH
MaBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenf 1.10.
Franco ppr postn 1.40.
Afzonderlijke Nommersa 0.02.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 16 regels1.05.
Iedere regel meer0.17^.
Grootere letters naar plaatsruimte.
Ieder, wien de bloei en welvaart van de stad
onzer inwoning ter harte gaan, zal met ons elke
poging toejuichen, die wordt aangewend om haar
door uitbreiding der middelen van gemeenschap
meer en meer te doen deelen in de rijke vruchten,
onbetwistbaar afgeworpen door een verbeterd en
versneld verkeer in verschillende richtingen. Op
zulk een loffelijk streven, dat de ondersteuning
verdient van allen, die hun geoorloofd eigenbe
lang begrijpen, doet het ons genoegen thans weder
te kunnen wijzen.
Terwijl nog een aanvang moet worden gemaakt
met de werken der spoorweglijn op Woerden,
bestemd om ons in nauwer verbinding te bren
gen met de rijke Rijnstreek en tevens, door aan
sluiting aan de hartader onzer spoorlijnen, de
Rijnspoorwegmaatschappij, met het buitenland
aan onze oostelijke grenzen, komt het verblijdend
bericht tot ons, dat een tweetal ondernemende
landgenooten het plan hebben gevormd, om, zoo
hun daartoe de vereischte vergunning wordt ver
leend, een nieuwe spoorweglijn aan te leggen,
waardoor onze goede academiestad wederom met
een welvarende streek, het zoogenaamde Westland,
in aanraking zal worden gebracht, en tevens met
een der belangrijkste eindpunten van ons land,
den Hoek van Holland.
Naar de Stoompost verneemt toch is door de
heeren P. J. De Sonnaville en L. E. Uytten-
hooven, beiden te 's-Gravenhage, aan de Regeering
concessie aangevraagd voor den aanleg van een
spoorweg, uitgaande van de spoorwegbrug over
den Rijn nabij Leiden langs Wassenaar, Scheve-
ningen, Monster, Poeldijk, 's-Gravesande en Naald
wijk naar den Hoek van Holland, met een zijtak
van Den Haag naar het station Rijswijk.
Reeds de enkele opsomming van de namen der
plaatsen, die in het voorgestelde traject zullen
worden opgenomen, zullen voldoende zijn om onzen
lezers te doen inzien, met welk een hoogst be
langrijk plan men hier te doen heeft/ De daarin
bedoelde lijn immers geeft èn wat personen- èn
wat goederenvervoer betreft, allen grond tot de
schoonste verwachtingen. Dat het aan passagiers
niet zal ontbreken, mag als vrij zeker gesteld
worden, dewijl het hier de communicatie geldt
met de eerste badplaats des lands; wat het goe
derenvervoer aangaat, ook in dat opzicht behoeft
men zeker niet aan het welslagen der onderne
ming te twijfelen; of is niet het Westland aller
wegen bekend om den rijkdom van producten, dien
er de grond oplevert?
Het is er echter verre van af, dat men reeds
nu met eenige zekerheid zou mogen aannemen,
dat Leiden zich eerlang in het bezit van die zoo
veelbelovende spoorwegverbinding zal mogen ver
heugen. Ook hier, gelijk in zooveel andere zaken,
doet zich mededinging gelden, en wel van zeer
ernstigeu aard. Er is nl. bij de regeering een
tweede aanvrage om concessie ingekomen voor een
spoorweg door het Westland, die in aansluiting
met den Hollandschen spoorweg van 's-Gravenhage
zou uitgaan en over Loosduinen, Monster, 's-Gra-
vesande en Naaldwijk naar Maassluis en Vlaardingen
loopen, om van daar te Schiedam zich weder met
den Hollandschen spoorweg te vereenigen, terwijl
voorts zijtakken zouden worden gelegd van Schie
dam naar Delfshaven en van Naaldwijk of Maassluis
naar den Hoek van Holland.
De hoofdpunten van overeenkomst bestaan hier in
de richting door het Westland en de verbinding
met den Hoek van Holland. Het valt echter niet
te ontkennen, dat tegenover de communicatie met
Scheveningen langs de voor onze stad belangrijke
lijn, het andere ontworpen traject eveneens een
hoogst gewichtigen zijtak aanbiedt, nl. dien van
Schiedam naar Delfshaven. leder toch, die eenigszins
met de locale gesteldheid aldaar bekend is, zal
toestemmen, dat dit zijlijntje een hoogst belangrijk
verkeer belooft, èn wat personen- èn wat goederen
vervoer betreft. Delfshaven immers vormt reeds
bijna één geheel met de naburige tweede koopstad
des rijks, zoodat het elementen genoeg bevat om
een eventueele spoorweglijn, die daarjuist ontbreekt,
krachtig te voeden.
Ook voor die concessie-aanvrage dus valt veel
te zeggen, ja voor hen, die uitsluitend de belangen
van het Westland op het oog hebben en deze
schijnen hier inderdaad op den voorgrond te
slaan schijnt zij eenigermale de voorkeur te
verdienen, daar een verbinding naar de zijde van
Rotterdam voor de producten van het Westland
wellicht beter débouché zal opleveren dan het ver
keer in de richting van Leiden.
LEIDEW, 27 Februari.
De dag van morgen is voor Nederland wel
waard herdacht te worden. Een zijner prinsen
toch zal alsdan het voorrecht genieten zijn tach
tigsten verjaardag te vieren. Bij gelegenheid daarvan
zal er op het Hais de Pauw eene receptie ge
houden worden voor de leden van de hofhouding
ran Prins Frederik. In den namiddag zal in het
nieuwe paleis aan den Boschkant door den Prins
een diner gegeven worden, waaraan o. a. ook door
Z. M. den Koning zal worden deelgenomen.
Er bestaat gelegenheid tot verzending der
correspondentie naar Ned.-Indië door middel van
het stoomschip „Eriesland", van de Rotterdamsche
Lloyd, waarvan het vertrek uit Rotterdam op den
3den Maart is bepaald. Behalve naar Batavia zal
eene brievenmail naar Padang worden verzonden.
De gedrukte stukken en monsters van koopwaren
behooren uiterlijk in den avond van den 2den
en de brieven den volgenden dag, 's morgens vóór
11 uren, te Rotterdam aaugekomen te zijn.
B. en Ws. geven den gemeenteraad in
overweging hun op te dragen om na overleg met
de betrokken autoriteiten de noodige voorstellen
in te dienen voor de oprichting te dezer stede
van eene inrichting voor de opleiding van O.-I.
ambtenaren en hen te machtigen om aan den
minister van koloniën de toekenning van een
rijkssubsidie aan te vragen.
Ingevolge art. 125 der wet van 28 April 1S76
tot regeling van het hooger onderwijs, wordt met
de inwerkingtreding van die wet de rijksinstelling
van onderwijs in Indische taal-, land- en volken
kunde opgeheven, waardoor onze gemeente haar
inrichting voor de opleiding van Oost-Indische
ambtenaren zal verliezen. Een gevoelige slag zal
dat verlies aan de welvaart en ontwikkeling van
de gemeente toebrengen. Wel zullen eenige der
vakken, die voor het ambtenaars-examen gevor
derd worden, aan de hoogeschool worden onder
wezen, doch dit is niet met alle vakken het geval,
zoodat van eene volledige opleiding van O.-I.
ambtenaren geen sprake zal zijn en vooral niet
van een planmatig en een afgerond geheel uit
makend systeem. De adspirant-ambtenaren zullen
zich derhalve voortaan niet meer hierheen begeven
en de vele familiën, die zich hier hebben geves
tigd, ook met het oog op de opleiding hunner
kinderen tot O.-I. ambtenaren, zullen deze ge
meente verlaten. Het verlies zal als gevolg van
den trewijzigden toestand voor Leiden zoowel uit
een materieel als intellectueel oogpunt niet ge
ring wezen en B. en Ws. mogen niet anders
onderstellen of de gemeenteraad zal met hen
overtuigd zijn dat krachtige maatregelen zullen
moeten worden genomen om te bevorderen dat
eene inrichting voor de opleiding van O.-I. amb
tenaren voor Leiden worde behouden. Bij een
reeds voorloopig ingesteld onderzoek is het B. en
Ws. gebleken dat vermoedelijk zonder te groote
kosten door de gemeente eene school als boven
bedoeld zou kunnen worden opgericht en bovendien
meenen zij dat er alleszins termen bestaan om
eene rijkssubsidie ter zake aan te vragen. Dit
laatste punt schijnt voor het slagen van het plan
van groot gewicht, ook omdat alsdan het be
lang van het rijk daarbij wordt betrokken en de
regeering in de gelegenheid wordt gesteld in de
opleiding van hare ambtenaren een overwegenden
invloed uit te oefenen.
De commissie van fabricage bericht aan
B. en Ws., dat op het hoofdbezwaar tegen het
ontworpen plan van een nieuw schoolgebouw, zon
der bovenverdieping, op de gedempte Korte Lange-
gracht, betredende het gemis van een gymnastiek
lokaal, reeds opzettelijk de aandacht is getrokken
in de raadszitting van den 19den October 1876,
als in verband staande tot de beperkte som van
ƒ40,000, waarnaar het plan moest worden ont
worpen. Een tweede hoofdbezwaar heeft betrekking
tot het gemis van een tweeden ingang tot de school,
maar dit is opgelost door de opmerking dat over
de speelplaats nog een toegang komt, door eene
deur in de afschutting, zooals in het bestek is
opgenomen. Nu de gemeenteraad door zijn besluit
van 19 October met dit eerste hoofdbezwaar niet
heeft gerekend, is de commissie van meening, dat
er geen aannemelijke redenen bestaan, om de zaak
opnieuw bij den raad aanhangig te maken en
stelt zij voor, om over te gaan tot de openbare
aanbesteding van een schoolgebouw volgens daar
van oyergelegde teekening en bestek, waarvan de
kosten de som van ƒ40,000 niet te boven gaan.
B. en Ws. kunnen zich met dit advies ver
eenigen en zullen eerlang tot de openbare aanbe
steding overgaan.
De minister van financiën brengt ter kennis
dat in den loop van dit en het volgende jaar 120
commiezen der 4de klasse der directe belastingen,
in- en uitg. rechten en ace. kunnen worden aan
gesteld op eene bezoldiging van 420 'sjaars en
eene toelage voor eens van 75 voor uitrusting,
nadat zij op de linie van toezicht zijn in dienst
gesteld. Voor die betrekking kunnen in aanmer
king komen zij, die een gezond lichaamsgestel
hebben, ongehuwd, niet beneden 23 en niet boven
28 jaren oud en voldoende ervaren zijn in het
lezen, schrijven en in de eerste gronden der reken
kunde. Voor gepasporteerde onderofficieren, die
minstens 12 jaren militairen dienst hebben, is het
maximum van leeftijd op 34 jaren, en voor ge
pasporteerde onderofficieren of andere militairen,
die minstens 6 jaren militairen dienst hebben, op
30 jaar bepaald. De verzoekschriften om toelating
tot het onderzoek moeten vóór den lsten Juni e. k.
bij bet departement van financiën zijn ingekomen,
desverkiezende door lusschenkomst van de contro
leurs der dir. bel., in en uitg. rechten en accijnzen.
Z. M. de koning-groothertog heeft den heer
M. A. Perk, predikant bij de Waalsche gemeente
j te Amsterdam, benoemd tot ridder van de orde
I der Eikekroon, als blijk van de bijzondere waar
deering van het aan Z. M. opgedragen werkje:
„Het Citadel-Monument."