die "Woensdag met een mooie vangst terugkeerde. De visch werd gretig voor het buitenland voor zeer hoogen prijs verkocht. Men besomde 265. Er werd besteed voor tarbot ƒ10 a ƒ12, groote tong 40 a 60 cents per stuk, kleine schol ƒ10 a ƒ12 per mand. Sedert Maandag-avond wordt te Lisse een visscher vermist, die in beschonken toestand dien avond een herberg te Haarlemmermeer ver laten heeft. Zijn pet is drijvende gevonden in het Kanaal, waarom men vermoedt dat hij verdron ken is. Gisterochtend omstreeks halfzeven is uit het Spaarne tusschen de Zanders- en Hooge- brug te Haarlem opgehaald het lijk van H. V., een zestigjarig man, die eenigszins bijziende was en den vorigen avond, waarschijnlijk door de duis ternis misleid, te water is geraakt. De overledene was als een oppassend man bekend. Naar men aan de „Haarl. Ct." mede deelt, is het den heer J. P. Jansen, van Donselaar, gelukt, eene machine te maken, waarmede men de zandplaten in de rivieren kan opruimen en ook de rivieren kan verbreeden en uitdiepen, waardoor de kostbare kribben zouden kunnen vervallen dit werktuig moet weinig kostbaar zijnhet model is op 1/5 der ware grootte door den uitvinder vervaardigd. Door de politie te Gouda is aange houden en gevankelijk naar het huis van arrest te Rotterdam overgebracht zekere G. H. Jr., verdacht van valschheid in geschrift. Hij nam nl. de vrijheid als colporteur op zijn lijsten verschil lende namen van ingezetenen te plaatsen, zonder hun toestemming, en dan het colportage-loon zich daarvoor te doen uitbetalen. Men meldt uit Roermond van 8 dezer: Gisteren was het feest der installatie van den nieuw- benoemden pastoor te Nuenem. Onder de vele geestelijken, daarbij tegenwoordig, was ook de pastoor van Buggenum. Des avonds op den weg huiswaarts schijnt deze geestelijke, door de duister nis misleid, in het water te zijn geloopen. Heden ochtend werd zijn lijk gevonden. Een jongeling, nauwelijks 17 jaren oud en toch reeds driemalen ter zake van mis drijf veroordeeld, was eenige dagen geleden uit het cellulaire huis van arrest te Amsterdam ont slagen. Woensdag reeds werd hij andermaal ge vankelijk daarheen gebracht, als zijnde door de politie gearresteerd ter zake van diefstal van een karpet, ten verkoop uitgestald aan den ingang van een tapijtenwinkel op den Nieuwendijk aldaar. Eene hem eigene bijzondere manier van fluiten, waardoor hij bij enkele agenten van politie bekend stond, leidde tot zijne arrestatie. Door de „Kamper Courant" wordt de schade, bij den jongsten watersnood door de stad Kampen geleden, op 300,000 geschat. Men meldt uitMontfoort: Een onver beterlijke dronkaard in deze gemeente verzette zich dezer dagen tegen de poging van den gemeente veldwachter om hem in arrest te brengen en zoodoende een einde te maken aan zijn geweldig straatrumoer. Dat verzet had ten gevolge dat de veldwachter, door de groote kracht die hij moest inspannen, het bovengedeelte van een vinger brak, en wel zóó dat geen herstel mogelijk is. Tegen den delinquent is proces-verbaal opgemaakt. Een zekere IJzerbijt, die wegens b e - drieglijke bankbreuk en valschheid in geschrifte werd uitgeleverd, is den 3den Eebruari in 't ge zicht van Ostende over boord van de stoomboot „Nederland", van Philadelphia naar Antwerpen, gesprongen en verdronken. Hij heeft een brief aan zijne familie achtergelaten, waarin hij zijn voor nemen mededeelde en aan zijn schuldeischers ver giffenis vroeg voor zijn bedrog. Hij had reeds herhaaldelijk beproefd zich van 't leven te beroo- ven, doch 't was hem tot den 3den Eebrnari, toen hij aan zijn bewakers wist te ontsnappen, steeds belet. Zijn lijk is opgevischt. Terwijl in westelijk Europa de win ter wat koude betreft bijna onopgemerkt voorbijgaat, meldt men uit Nieuw-York, dat daar zulk een vroege en aanhoudende winter in jaren niet voor kwam. Sedert bijna drie maanden vriest het zonder ophouden. Reeds twee maanden is de grond met sneeuw bedekt. Niettegenstaande er .gewoonlijk veel zorg wordt besteed aan het schoon houden van de straten (er wordt jaarlijks 700,000 dollars tot dit doel uitgegeven) zien deze er nu uit als vuilnishoopen. Te Konstantinopel heeft dezer dagen een met evenveel list als brutaalheid gepleegde inbraak plaats gehad in het goederenmagazijn van een rijken hofleverancier. De dieven hadden naast het kantoor van den bestolene een kamer gehuurd, zoo 1t heette om aldaar een wisselkantoor te ves tigen. Gedurende den nacht wisten zij door den zes voet dikken scheidsmuur der beide huizen een opening te boren, waarna zij het gewelf binnen drongen, twee geldkisten openbraken en een som van 30,000 lire aan goud, juweelen enz. ont vreemdden. De bestolen Armeniër had verzuimd, wat anders algemeen gebruikelijk is, 's nachts een wachter in zijn magazijnen te laten slapen, waar door de dieven natuurlijk gemakkelijk spel hadden. Tot dusver zijn zij niet ontdekt. Bechtzaken, Correctionneele uitspraak der rechtbank alhier van 9 Eebruari J. De M., zonder vaste woonplaats, wegens landlooperij, 3 w. gev. en opzending naar een bedelaarsgesticht of werkhuisG. L. Bidem, w. idem, 1 m. gev. en opzending naar een bedelaarsgesticht of werkhuis; P. Van der W., te Aarlanderveen, w. het toebrengen van slagen en stooten, geen ziekte of beletsel om te werken hebbende veroorzaakt, boete van 25 of subs. 3 d. gev.J. J. W. en P. M. Van L., te Zoe- terwoude, w. beleediging van bedienende beambten in de waarneming hunner bediening, ieder 40 boete of subs. 4 d. gevangenisstraf. Voor de correctioneele kamer der arrond.- rechtbank te Amsterdam werd onlangs een mis schien nog niet voorgekomen beschuldiging behan deld tegen een vijftienjarig kantoorbediende. Deze stond namelijk terecht omdat hij op 28 Oct. 11. in een hem door zijn patroon ter inkasseering gegeven postwissel groot ƒ92.15 de één van het cijfer 15 had veranderd in een zeven, aan het postkantoor aldaar daarop 92.75 had ontvangen en slechts 92.15 aan zijn patroon verantwoord. De vervalsching en benadeeling van den Staat der Nederlanden voor zestig centen werd niet aan het postkantoor, maar eerst in Januari te 's-Gravenhage ontdekt. Uit een verklaring van een beambte aan het postkantoor bleek, dat men aldaar de per postwissel opgevraagde bedragen niet kan contro leeren, omdat men daarover geen advies ontvangt en vanwege den grooten omvang der werkzaam heden, zonder vermeerdering van personeel, zich met de controle voor de uitbetaling niet zou kunnen inlaten. Het jonge mensch, dat aanvankelijk zijn schuld had ontkend, bekende haar ter terecht zitting en werd over het gebeurde door den voorzitter zeer ernstig onderhouden. De substituut-officier van justitie mr. H. N. Teding van Berkhout trachtte aan te toonen dat hier was valschheid in een authentiek geschrift, omdat de postwissel, hoewel ten deele door een particulier ingevuld, zijn voor den Staat verbindend karakter ontvangt door de handteekening van den directeur van het postkantoor, d. i. een openbaar ambtenaar. Ware de dader niet op een leeftijd beneden de 16 jaren, hij zou voor het crimineele hof terechtstaan voor een ernstiger misdaad, waartegen een zeer zware straf (tuchthuisstraf van vijf tot vijftien jaren) wordt bedreigd. Thans vroeg hij zijn schuldigver klaring aan het door hem met oordeel des onder scheids gepleegde feit en zijn veroordeeling deswege tot een cellulaire gevangenisstraf van zes maanden. Dinsdag jl. is de besch. tot een cellulaire gevan genisstraf van drie maande» veroordeeld. In de vorige week stond voor de recht bank te Deventer een 22-jarig landbouwer uit Markelo terecht, ter zake van moedwillige mis handeling. Hij had namelijk een makker een paar malen schertsende op de pet geslagen, zoodat deze van het hoofd viel. Toen de president vroeg waar om van deze zaak proces-verbaal was opgemaakt, antwoordde de beklaagde, dat hij, toen de burge meester van Markelo eens op jacht wilde gaan, diens hond, uit vrees dat deze hem wilde bijten, een schop had gegeven en dat de burgemeester daarop tegen hem zou gezegd hebben„daar zal ik je later wel voor krijgen." Hieraan schreef hij het toe, dat de veldwachter proces-verbaal tegen hem had opgemaakt. Het O. M. eischte schuldig verklaring aan het beklaagde bij dagvaarding ten laste gelegde feit, met veroordeeling tot 4 dagen celstraf, doch de rechtbank sprak Dinsdag den be klaagde vrij. Yoor het hof in Den Haag stond onlangs terecht de gewezen Rotterdamsche graanhandelaar A. v. A., die thans te Brussel woonachtig is. Hem wordt ten laste gelegd het als gefailleerd koopman verduisteren van gelden tot zijn boedel behoorende, In Eebruari 1873 had besch. zich te Rotterdam als graanhandelaar gevestigd, maar zijne zaken gingen eerder achter- dan vooruit, zoodat hij reeds 10 Juli moest worden failliet verklaard. Een be drag van ruim 15,000 aan zijne crediteuren schuldig zijnde, ontving besch. wegens eene le vering van granen aan het regiment grenadiers en jagers 18,000, en had hij voor eene levering te Breda nog 1200 te ontvangen. In plaats nu van die gelden aan de crediteuren te betalen, maakte v. A. zich met een aanzienlijke som uit de voe ten, zoodat na aftrek van kosten uit het faillisse ment „nihil" voor de crediteuren overbleef. Te Londen gevonden zijnde, was v. A, weigerachtig tot regeling zijner zaken terug te keeren, en al daar werd de bedrieger bedrogen. De logement houder Tiddens te Londen eigende zich 6800 toe, die v. A. hem ter bewaring had toevertrouwd. Toen in den loop van 1874 het uitleveringstrac- taat met Engeland was totstandgekomen, was geen weigering om terug te keeren meer mogelijk, en met 1100 werd v. A. gearresteerd. De raadka mer van het gerechtshof oordeelde echter zijn inhechtenishouding niet noodie. Blijkbaar diep berouw gevoelende, beleed hij zijne schuld. Hij had altijd het plan gehad zijn crediteuren te voldoen, maar was daarin steeds verhinderd. Adv.- gen. mr. Gregory beschouwde zoowel de licht- als de schaduwzijde dezer zaak, en eischte de veroor deeling tot óén jaar cellulaire gevangenisstraf. Mr. Pekelharing, die de geheele zaak op alle punten naging, noemde de geheele wijze van handelen van zijn cliënt zeer naïef. Die handeling moest voortvloeien uit zijne weinige ervaring en ook uit zijne weinige ontwikkeling. Pleiter was over- tuigd dat de goede trouw bij zijn cliënt steeds op den voorgrond stond, en verzocht ten slotte diens vrijspraak. Heden is de besch. tot de geëischte straf veroordeeld. BUITENLAND. Frankrijk. In Juni 1850 benoemde de wetgevende ver gadering eene commissie tot onderzoek van eenige voorstellen ter beteugeling van het tweegevecht. Na dat onderzoek diende de commissie zelve een ontwerp in en benoemde den heer Valette tot rappor teur. Deze maakte een rapport op, maar nog- vóórdat het bij de Kamer inkwam, had de coup d'état plaats. Het rapport en het ontwerp werden daarna in een rechtskundig tijdschrift openbaar gemaakt, en dit bracht den heer Hérold op het denkbeeld om het ontwerp van 1850 met eenige wijzigingen, doch met behoud van het hoofdbe ginsel, tot een nieuw voorstel om te werken en het bij den senaat in te dienen. Dien arbeid heeft hij volbracht, en zoo is onlangs bij den senaat een ontwerp ingekomen tot het te keer gaan van het duel. Het bevat acht artikelen, waarvan de voornaamste bepalingen zijn: Het duel is een wanbe drijf. Hij die in een duel gevochten heeft, zal gestraft worden met eene gevangenzetting van ééne maand tot een jaar en met eene boete van 100 a 1000 fr. Hij die iemand in een duel heeft gewond, zal gestraft worden met eene ge vangenzetting van drie maanden tot drie jaren en met eene boete van 200 tot 2000 fr. Elke uitdaging tot een duel, elke beleediging, die als eene uitdaging kan aangemerkt worden of tot eene uitdaging geleid heeft, zal gestraft worden met eene gevangenzetting van zes dagen tot drie maan den en met eene boete van 100 tot 1000 fr., onverminderd de zwaardere straffen, die de wet kan toepassen naarmate van het karakter der be leediging. Diezelfde straf zal toegepast worden op den persoon, die iemand in 't openbaar verwijt, dat hij een duel niet heeft uitgeloki of aange nomen. Als medeplichtig aan bovenbedoelde wanbedrijven zullen gestraft worden de personen,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1877 | | pagina 2