ten. Uit gebrek aan plaats, ging één der perso
nen tegen het portier staan, in de meening dat
de deur goed gesloten was; doch niet ver achter
het station Dieren viel de deur door het aanhou
dend stooten van den trein en het gewicht dat er
tegenaan geplaatst was, open en de persoon er
achterover uit. Door het korte oponthoud aan de
tusschenstations Steeg en Velp, was het den me
dereizigers onmogelijk daarvan aan den conduc
teur kennis te geven, en waren zij dus verplicht
te wachten tot zij te Arnhem aankwamen. De
stationschef meende dat hy met een troep lustige
gezellen te doen had, die hem eens wilden beet
nemen en hechtte geen geloof aan deze mededee-
ling; doch den volgenden morgen seinde hij de
stationschefs te Dieren en te Steeg omtrent het
voorgevallene. Men begaf zich van beide kanten
de lijn op, en vond eindelijk ongeveer op het
midden der baan een hoed, eenige bloedvlekken
en eenige voetstappen in de sneeuw; doch van
den persoon zelf was niets te vinden. De politie
werd er vervolgens mede in kennis gesteld en ein
delijk werd hij in Velp in het ouderlijke huis
gevonden. Het gebeurde heeft zich alzoo toege
dragen Door den val heeft bij eenige uren be
wusteloos gelegen en is eindelijk, misschien door
de felle koude, weder bijgekomen en naar zijne
woonplaats gewandeld, nadat hij eenige malen te
vergeefs bij eenige lieden om hulp had aangeklopt.
Uitgezonderd eenige lichte uitwendige verwondin
gen aan hoofd en beenen, is de toestand van den
man totnogtoe zeer bevredigend.
Te De Lier is een meisje van 26 jaar
ter verpleging bij hare betrekkingen opgenomen,
dat in zeer verwaarloosden toestand verkeerde, zoo
zelfs dat men aan het behoud van haar leven wan
hoopte. Zij had namelijk gedurende een zestal weken
verblijf gehouden in een schuur achter de Rietmat
ten, in het Noordland onder 's-Gravezande, en al
dien tijd geen ander voedsel genoten dan wat rauwe
wortelen, die ze 's avonds hier of daar opzocht. Wat
haar aanleiding tot die levenswijze gaf, wordt niet
gemeld.
De bekende schaakspeler, de heer
Zukertort, die onlangs ook Nederland bezocht
heeft, en o. a. te Rotterdam en te 's-Gravenhage
twaalf partijen tegelijk, zonder het schaakbord
voor zich te hebben, speelde, heeft eenige
dagen geleden te Londen in de „West End Chess
Club" zestien partijen tegelijk op die wijze ge
speeld. Slechts twee waren na eenige uren spelens
ten einde gebracht. Daarop is het spel gestaakt
en eerst vijf dagen later hervat. De heer Zuker
tort wist toen den stand der veertien nog onbe
sliste partijen altijd zonder de borden te zien
nauwkeurig aan te geven. Hij heeft er ten slotte
twaalf gewonnen, drie remise gemaakt en maar
ééne verloren.
De zachte weersgesteldheid, die tegen
woordig in Frankrijk heerscht, heeft den planten
groei buitengewoon bevorderd. Op vele plaatsen
ziet men boomen knoppen dragen en groenten
ontwikkeld als in de maand April. Te Asnières,
departement der Seine, heeft men voor een paar
dagen twaalf asperges van gewone dikte, geteeld
zonder kunstmiddelen, geplukt. Te Argenteuil,
departement Seine-et-Oise, is thans een boom,
binnen eene omheining, bedekt met bladeren, die
reeds half geopend zijn, en met bloesems in vrij
gevorderden staat van ontwikkeling.
De toestand van den bekenden spe
culant Strousberg, die zich nog te Moskou bevindt,
is verre van gunstig te heeten. Hij is door zijn
crediteuren opnieuw gegijzeld. Wel is waar zit
hij niet in het huis van arrest en bewaring,
maar bij wijze van verzachtenden maatregel be
vindt hij zich in arrest in het door hem be
trokken hotel. Volgens de Russische wet op de
gijzeling, kunnen de crediteuren een debiteur
onder zekere omstandigheden vijf jaren lang gij
zelen. Tot heden weet men niet hoedanigen loop
de zaken zullen nemen.
Men meldt uit Breda dat Cornelis
Laurens Schoor], die den heer De Graauw, den
agent der stoomvaartmaatschappij „Nederland" daar
op eene grove wijze heeft opgelicht, door den
procureur des konings te Antwerpen is in hech
tenis genomen.
Naar het officieele „Bulletin Fran
cais" verhaalt, had een rijk heer te Nieuw-York,
zekere W., met een zijner vrienden, N., eene
weddingschap aangegaan, dat de heer Tilden, de
bekende democratische candidaat voor het presi
dentschap, in genoemde stad meer dan 60,000
stemmen meerderheid erlangen zou. Wie het ver
loor, zou verplicht zijn om zijn tegenpartij een
bepaald gedeelte der stad in een kruiwagen heen
en weer te rijden. N. is niet in gebreke gebleven
hieraan te voldoen en om zijn rit indrukwekkender
te maken, deed W., tot groot vermaak der straat
jeugd, den kruiwagen door een trommelslager
voorafgaan.
Vrijdag-avond is bij hevige sneeuw
jacht een express-trein bij Ashland, in Ohio, aan
het Eriemeer, van eene hoogte van 75 voet in
het water gestort; 52 personen werden gewond
en, naar men meent, kwamen 100 personen om.
De oorzaak van het wrak staan der
perceelen 33 en 35 in de Ferdinand Bolstraat te
Amsterdam is de volkomen ongenoegzaamheid der
fundeering, die geheel zal moeten worden veran
derd. De bewoners van het belendende perceel
hebben hunne woningen reeds Donderdag-avond
verlaten.
De Fransche minister van financiën,
Leon Say, heeft zijne portefeuille verloren en
blijft toch minister. De zaak is dezehet verlies
is niet figuurlijk, maar in letterlijken zin is hij
zijne portefeuille kwijt. Hij heeft haar in een
huurrijtuig laten liggen. Zoodra hij zijne onacht
zaamheid ontdekte, heeft hij der politie daarvan
kennis gegeven, en alle agenten zijn in de weer
om nu ook eens een ministerieele portefeuille te
bemachtigen.
Volgens den „Messager franco-améri-
cain" waren twaalf gedeporteerden van Noumeau
in eene stoomboot ontvlucht. Een oorlogstoomboot
heeft het vaartuig ingehaald en tien der ontvluchten
naar Noumeau teruggebracht. De beide anderen zijn
overboord gesprongen en verdronken.
Dr. Petermann, te Gotha, heeft per
telegraaf bericht ontvangen, dat de Portugeesche
regeering een bedrag van 500.000 fr. heeft toege
staan voor eene wetenschappelijke expeditie naar
Midden-Afrika. Deze was inmiddels reeds georga
niseerd en zal spoedig op reis gaan, om de Congo-
rivier op te varen.
Te Par ij s zijn twee Florentijnsche
politie-agenten gekomen, om een paar dieven, die
een juwelier te Florence voor 400,000 fr. opge
licht hebben, op te sporen. Voor een paar maan
den namelijk waren te dier plaatse twee, naar
het uiterlijk voorkomen te oordeelen voorname
vreemdelingen afgestapt. Zij heetten vader en doch
ter te zijn. Zij hadden hun intrek genomen in
een hotel van den eersten rang, en de vader had
onder zijne bagage een cilinder-schrijfbureau mede
gebracht. Dit meubelstuk werd zoodanig in de
slaapkamer van den vader geplaatst, dat het eene
deur in die kamer maskeerde, terwijl achter die
deur in een andere kamer eene secretaire neder
gezet werd. Mylord en zijne dochter want
het schenen Engelschen te zijn leefden op
grooten voet. Elke week vroeg Mylord den hotel
houder om de rekening en betaalde die prompt.
Eenige dagen na zijne komst te Florence had hij
den voomaamsten juwelier bezocht en een en
ander bij hem gekocht, dat hij uit eene met bank
noten rijk voorziene beurs had betaald. Dergelijke
bezoeken werden meer door hem afgelegd, en de
juwelier kreeg daardoor vertrouwen in den vreem
deling. Na verloop van eene maand, toen er
reeds eenige meerdere bekendheid tusschen hen
was ontstaan, zeide de Engelschman tot den
juwelier, dat zijne dochter ging trouwen en
dat hy te Parijs een parure van diamanten
zou gaan koopen. De juwelier, den vogel liefst
niet naar Parijs willende zien wegvliegen, ant
woordde dat hij toevallig in het bezit was ge
komen van eene wonderschoone parure, die besteld
was voor prinses Margaretha en waarmede zelfs de
dochter van een Cresus kon pronken400,000 fr.
was de prijs. Mylord bekeek de parure steen voor
steen, vond ze naar zijn zin en kocht ze voor den
gevraagden prijs. De juwelier was in de wolken.
Hij wilde de parure dadelijk naar het hotel brengen.
De Engelschman antwoordde met de openhartigheid
van een voornaam heer, die zich zijner waarde
bewust is, dat hij geen 400,000 fr. in zijn hotel
had, dat hij die uit Londen zou laten komen, doch
dat daarmede acht dagen heengingen. De juwelier
had geen bezwaar. Op den bepaalden dag en uur
verscheen de juwelier in het hotel met de parure.
De Engelschman zat voor de geopende bureau
een brief te schrijven. Mylord nam het étui, zette
het in een der vakken van de nog altoos open
staande bureau en zeide dat de dochter van den
koop niets mocht weten, aangezien de parure te
zijner tijd eene verrassing moest zijn. Hij nam
daarop een handvol bankbiljetten om den juwelier
te betalenmaar op het oogenblik dat de biljetten
den juwelier voorgeteld zouden worden, werd de
deur van de zaal plotseling geopend en kwam de
dochter binnentreden. De vader, vreezeude dat zij
het étui zou zien, sloot haastig de bureau. Was
dat niet zoo natuurlijk mogelijk?
Wat was de dochter nu komen doen? Den vader
zeggen, dat zijn kleermaker hem in hare kamer
wachtte. De Engelschman had geen haast om den
kleermaker te spreken hij wilde eerst de rekening
met den juwelier vereffenen. Maar hij kon de
dochter, een vertroeteld kind, niet uit de kamer
krijgen. Hij ging dus naar de andere kamer en
liet zijne dochter bij den juwelier. Deze had niet
den minsten argwaan. Had hij het étui niet zien
wegbergen, stond de bureau daar niet voor hem?
Had hij geen stapel bankbiljetten gezien? In af
wachting der terugkomst van Mylord onderhield hij
zich heel aardig met de dochter.
Na verloop van eenigen tijd ging deze weg om
den vader te roepen. De juwelier, nu aan zich-
zelven overgelaten, was opgetogen over de schoon
heid der bruid. Maar toch wreef hij nu en
dan, als hij aan het mooie zaakje dacht, dat
hij gedaan had, zich de handen. Eindelijk
't was na zeer lang wachten werd hij wat
ongeduldig en meende hij wel te mogen schellen,
De bediende kwam, en deze vertelde hem, dat
Mylord en zijne dochter vertrokken waren. Thans
kreeg hij argwaan, hij werd ongerust en deed
het slot van de schrijfbureau springen. Het étui
was er niet te vinden. Het was aan den anderen
kant, door middel van eene opening in den rug,
die door de deur heen, waarin insgelijks eene
opening was gemaakt, gemeenschap had met de
secretaire in de nevenkamer, er uit genomen.
Omtrent den moord op de familie
Luhmann, op de onderneming Soengei Diski op
Sumatra's oostkust, schrijft de „Straits Times":
Wij hebben omtrent de vreeselijke gebeurtenis,
den 17den October voorgevallen op Deli, bijzon
derheden ontvangen van een lid der familie van
de ongelukkige dame, die zoo wreedaardig ver
moord werd. Het blijkt daaruit, dat de heer Luh
mann, mevrouw Luhmann en de heer Revening
in de hooge galerij van hun huis waren, toen de
gebeurtenis plaats vond, ongeveer te negen uren
des avonds. De beide eersten zaten op een canapé,
de laatste op een stoel, toen een man plot
seling te voorschijn sprong, gewapend met
een klewang, waarmee hij den heer Luhmann een
hevige wond aan de heup toebracht. De heer
Luhmann sprong terstond op om zijn vrouw te
beschermen, die hij bij den arm greep en binnen
het huis bracht, waar zijne kinderen waren. De
heer Revening stelde zich intusschen te weer,
waarschijnlijk geen gedachte hebbende op zulk
een groot getal booswichten, als nabij het huis
verborgen waren. Dit maakte hun woede zoo zeer
gaande, dat een aantal mannen mevr. Luhmann
achterna gingen en haar met klewanghouwen ver
moordden, en het hoofdje van een der kinderen werd
letterlijk met één houw van het lichaam geschei
den. Een tweede kind werd ook ter dood gehou
wen. Een klein meisje, dat de moordenaars wat
meer kenden, was achter de bedgordijnen gekro
pen zoodra zij haar zagen, vroegen zij haar waar
het geld bewaard werd, en toen zij de plaats aan
gewezen had, kreeg zij ook een slag met een
klewang; zij wist echter een venster uit te klim
men en naar beneden te springen, waar zij in de
struiken verborgen bleef. Een zuigeling in de wieg
liet men ongemoeid. Al het geld in huis werd
medegenomen. De heer Luhmann herstelt van zijn
wonden, maar men betwijfelt of de heer Revening,
wien een hand werd afgehouwen en die verder
veertien wonden bekwam, herstellen zal. Dertig
man zijn opgepakt, en het kleine meisje heefteen
aantal van hen herkend als behoorende bij de
roovers. Wat de beweegredenen der roovers betreft,
die ook blijkens dit bericht behooren tot de Ma-