De heer Fred. Muller te Amsterdam, die een blad van het handschrift van het Oera Linda Bok als oudheidkundige onderzocht, en de heer P. Smidt van Gelder, de chef der beroemde papierfabrieken te Wormerveer en Apeldoorn, die het papier op zich zelf aan een nauwkeurig on derzoek onderwierp, komen beiden, terwijl zij on bekend waren met elkanders nasporingen, tot de zelfde conclusie: dat het papier en 't handschrift niet ouder dan 1800 kunnen, en waarschijnlijk zelfs jniet ouder dan 25 jaren zullen zijn. Het papier lis vermoedelijk uit de fabriek van de heeren Tie- lens en Schrammen te Maastricht, zegt de heer Yan Gelder, en, daarnaar gevraagd, gaf een zijner I meesterknechts ónwetend van 't doel de zelfde firma op als de waarschijnlijke papierle veranciers. Thans wordt nog een scheikundig on derzoek ingesteld. Terktorens worden in oorlogstijd dik wijls gebruikt tot het doen van verkenningen. Een Deen, de heer Sahlstrom, van Jonkoping, heeft een toestel vervaardigd, die de kerktorens kan vervangen. Hij bestaat uit een lichte ijzeren lad der, aan het boveneinde voorzien van een mand, waarin drie personen kunnen zitten. De toestel wordt geborgen op een wagen, die dan ongeveer 2 meter hoog is. In minder dan 5 minuten kan de toestel door 2 personen opgeheven worden tot eene hoogte van 24 a 25 meter. Het geheel weegt ongeveer 1000 kilo. Nabij de hofstede van den heer T. A. De Badts, te Groede, is in den nacht van Don derdag op Yrijdag 11. een luchtballon neergevallen, bevattende een briefkaart, een vijftal brieven en een papier, houdende verzoek om briefkaart en brieven op het naastbijzijnde postkantoor te be zorgen. Aan dit verzoek is ten spoedigste door den heer De Badts voldaan. Bedoelde luchtballon is volgens de briefkaart en brieven in den avond van 3 Augustus 11. opgelaten in het kristallen paleis te Londen. Een en ander werd „sent by balloon-post". Te Killowen, een mijl van Kenmare, had Donderdag-avond de volgende treurige ge beurtenis plaats. Arthur Watson, een protestantsch geestelijke, vond bij zijn thuiskomst zijne vrouw in beschonken toestand. Een twist ontstond tus- schen hen, welke hiermede eindigde, dat Watson een geweer greep en dit op zijne vrouw loste, zoodat zij aan de bekomen wonde overleed. Het opmerkelijke van dit geval is vooral de leeftijd der personen. Watson is 60 en zijne vrouw 50 jaren oud. In de afgeloopen week is een der dap- perste officieren van het Britsch-Indische leger, kapitein Boydell, dicht bij Scinlah, de zomer-re- sidentie van den onderkoning, het slachtoffer van een tijger geworden. Daar deze reeds verscheidene groote huisdieren verscheurd en in het nabijgelegen woud gesleept had, ging eindelijk de kapitein te voet en alleen door zijn sihikaree (O.-I. jager) vergezeld den roover vervolgen. Bij het invallen van den nacht troffen zij hem bij een beek aan, juist bezig om een dood paard te verscheuren. Op een geweerschot afstands gaven beiden tegelijker tijd vuur, waarop de tijger, in de borst getroffen, in het water rolde, waar hij eenige minuten voor dood liggen bleef. Kapitein Boydell, die hem voor werkelijk dood hield, was onvoorzichtig genoeg Lem te naderen en met zijn geweerloop aan te raken. Plotseling verhief het dood gewaande beest zich op de achterpooten, pakte den kapitein aan hals en schouders en reet hem, met zijn vreese- lijke klauwen, geheele stukken vleesch van het lijf. De sihikaree had inmiddels zijn geweer op nieuw geladen en vuurde ten tweeden male. Dit maal wa6 de tijger doodelijk getroffen, maar in zijn doodstrijd had hij nog kracht genoeg om de beenen van den ongelukkigen jager te verbrijzelen, zoodat, toen de Hindoe eindelijk zijn meester kon oprichten, deze reeds den geest had gegeven. Rechtzaken, Donderdag-middag werd voor het kantongerecht te Lonneker de zaak behandeld van den heer H. Yan Heek, dij weigert den kerkdijken hoofdelijken ornslag te voldoen, en nu een paar maanden ge leden den kantonrechter gewraakt had wegens fa miliebetrekking. De plaatsvervangende kantonrech ter, de heer Lima, nam thans het kantongerecht waar. Mr. Hattink, die voor den heer Yan Heek optrad, betoogde opnieuw dat het tegenwoordig kerkbestuur geen wettig bestaan had, daar inder tijd, loen de hervormde kerk in Nederland moest verklaren of ze een eigen bestuur of wel een sy nodaal bestuur verkoos, door gebrekkige opmaking der kiezerslijsten, en onvolledige publiciteit, slechts 205 van de 1800 stemhebbende mannelijke leden zich voor bet eigen beheer hadden kunnen ver klaren. Mr. Stork, die voor de hervormde gemeente optrad, vermeende, dat de afkondiging op den preekstoel voldoende was geweestdat overigens, nu men 7 jaar in de bestaande orde van zaken berust had, die toestand in elk geval wettig was geworden, en hij beriep zich vervolgens op een uitspraak van den hoogen raad, waaruit z. i. dui delijk bleek, dat dit rechtscollege zijne zienswijze deelde. De lieer Hattink repliceerde, dat, zou eene stemming wettig zijn, ten minste de helft der leden daaraan moest hebben deelgenomendat men in een geval als hier, door niet tegen onwettige da den op te komen nog op verre na niet te kennen gaf daarin te berusten, want indien men bijv. den pastoor had aangeslagen, zou deze voorzeker de volle vrijheid hebben zes jaar te betalen en het zevende jaar te weigeren, zonder daartoe door een vonnis gedwongen te wordendat uit het notulenboek der herv. gem. bleek, dat de kanton rechter Ter ICuile, in qualiteit van secretaris van het herv. kerkbestuur, destijds wel terdege erkende, dat het wettig bestaan van genoemd bestuur ten einde was; dat van verjaring geen sprake kon wezen, en wat het vonnis van den hoogen raad betreft, merkte pleiter op1°. dat ook dat college niet onfeilbaar was; 2°. dat dit vonnis 30 jaar verleden was, en dus lichtelijk thans door datzelfde college een ander vonnis kon gewezen worden3°. dat genoemd vonnis was gewezen vóór 1848 en dat sedert de volksgeest ten opzichte van het ge zag des konings in kerkelijke zaken geheel was veranderd. Op de aanmerking van den heer Stork, dat toch sinds gemeld vonnis geen dergelijke zaak meer voor den hoogen raad was gebracht, waaruit pleiter de gevolgtrekking wilde gemaakt hebben, dat men over het algemeen die zienswijze deelde, merkte de heer Hattink op, dat dergelijke zaken niet voor cassatie vatbaar zijn, omdat de kanton rechter daarin uitspraak doet in het hoogste res sort hij beweerde dat, indien zulks niet het geval ware, hij zelf reeds zaken van dezen aard voor den hoogen raad gebracht zoude hebben. De uit spraak zal over drie weken volgen. BUITENLAND. Frankrij li. De „Monileur" bericht, dat de Fransch-Engel- sche commissie, belast met het vaststellen der grondslagen voor de werkzaamheden van den onder- zeesehen spoorweglunnel tusschen de beide landen, met haar rapport gereed is. De Commissie, in wier handen gesteld is het voorstel van den heer Pascal Duprat, om eene enquête te houden over de buitenlandsche leenin gen, die in Frankrijk gesloten zijn, heeft zich ver- eenigd met de conclusion van den rapporteur, den heer Dréo. Het rapport concludeert om tot de voorgestelde enquête over te gaan. Aan den Senaat zal worden voorgesteld, de vraag omtrent den wederopbouw van de Tuile- rieën naar den minister van openbare wei ken te renvoyeeren. De heer Monnet werd tot rapporteur benoemd, en hern is verzocht geworden in zyn rapport te vermelden, dat de leden der commissie den wensch hebben uitgedrukt, dat men de Tui- lerieèn zooveel mogelijk mocht behouden. Groot-öritrinnië. De berichten over de financiën in Indië boe zemen ernstige ongerustheid in. De ontvangsten bij de douane zijn zeer ongunstig. Bezuinigingen worden bevolen. Men schrijft den toestand toe aan de plotselinge daling van 't zilver. Uit Madera wordt gemeld, dat de blokkade van de havens van Dahomey is opgeheven. Het lagerhuis heeft Zaterdag het wetsontwerp op 't onderwijs bij derde lezing aangenomen. De beer Campbell vestigde de aandacht op de zending van Cave. De heer Cave verdedigde zijn rapport en geloofde, dat met het besluit om te bezuinigen, de Khedive altijd het hoofd zou kunnen bieden aan zijne verplichtingen, ofschoon sedert het rapport werd uitgebracht de schuld is vermeerderd. De heer Dodson bestreed de missie, die door den heer Northcote verdedigd werd. De Khedive heeft het rapport niet aanvaard. De beer Cave heeft den bijstand van den heer Lowe niet aangenomen, maar is niel meer verantwoordelijk. De heer Lowe bestreed de zending, die hij een Egyptisch drama in 4 bedrijven noemt. Het resultaat der missie was, dat het krediet van Egypte werd geruïneerd. Turliije. Aan de „Polit. Corr." wordt uit Konslantinopel gemeld: De ziekte van den Sultan blijkt meer en meer een chronisch karakter te hebben. Gevaar voor eene catastrophe schijnt verdwenen. Yan troons afstand kan met het oog op de Ooslersche ge bruiken geen sprake zijn alleen de dood kan troons- verandering ten gevolge hebben. Inlusschen blijft de Sultan ongenaakbaar voor het corps diplomatique, omdat men den Sultan, wiens zenuwen zeer ge leden hebben, elke opwekking wil besparen. Uit Zara wordt gemeld, dat de Turksche troepen de barakken bij Kiek in brand hebben gtstoken en zich toen op een oorlogsstoomboot ingescheept. Ook het gehucht Utovo is door hen in brand gestoken en verlaten. Uit P^agusa bericht men dat de insurgenten het beleg voor Trebinje hebben geslagende weg van Ragusa naar Trebinje is door hen bezet. Van de bergen wapperen de driekleurige vanen. Moukh- tar Pacha waagt het niet de belegeraars aan te tasten. Luka Petkovic, een van de hoofden der op standelingen, is Zaterdag, toen hij zich naar Gra- hovo wilde begeven, te Ragusa aangehouden en aan de militaire autoriteit uitgeleverd. Met betrekking lot het gebeurde te Salonika zijn thans alle schikkingen definitief afgedaan. De 2000 vrijwilligers der Drina-armee, die een inval op Bosnisch grondgebied hebben ge daan, zijn aldaar 20 kilometers ver binnengedron gen. Zij hebben naar het hoofdkwartier van prins Milan twee telegrammen verzonden, waarin zij klagen over het gemis van geschikte officieren en verzoeken dat kolonel Despotovich tot hun bevel hebber moge worden benoemd. Cholak Antich heeft de geheele Egyptische divisie op de route SjenitzaNovibazar geslagen. Vereenig-de Staten. In den brief, waarby Tilden de candidatuur voor het presidentschap aanvaardt, verklaart liij het programma van St.-Louis voor een verstandig ex posé van datgene, waaraan het land behoefte heeft. Hij is ten sterkste voor hervormingen in de staats uitgaven, en voor eene volledige verzoening met het Zuiden. Hij wil niet tot hervatting van be taling in 'specie overgaan, voordat deze mogelijk is, en beschuldigt de republikeinen dat zij door de wet van '1875 de verplichting tot die hervat ting aanvaard hebben, zonder de voorbereidende maatregelen lot naleving te hebben genomen. Til den belooft trapsgewijze hervatting van betaling in specie. Hij verklaart zich tegen de herkies baarheid van den president. Hendricks keurt in een brief het programma van St.-Louis onbewin- peld goed. De Kamer van afgevaardigden heeft een amendement op de grondwet aangenomen, waarby verhinderd wordt dat staatsgelden dienst baar worden gemaakt voor seclarische doeleinden, en het toezicht der geestelijkheid op openbare scholen belet wordt. In het huis der vertegenwoordigers is het voorstel aangenomen orn in de wet op de her vatting der betaling in specie den daarvoor ge stelden datum te doen vervallen. Tevens is be sloten eene commissie te benoemen, die belast zal worden met een onderzoek der middelen om de hervatting der betaling in specie gemakkelijk te maken. Telegrammen. BUCHAREST, 6 Augustus. Er is een nieuw kabinet gevormd, aldus samengesteld: Joan Brati- ano, financiën; Janescu, buiteril. zaken; Deme trius Sturdza, openbare werken; Statescu,justitie. Yernesca en de overste Slavineceano behouden hunne portefeuilles (binnenl zaken en oorlog.) LONDEN, 6 Augustus. De conservatieve can- didaat Burrell is te Thoreham gekozen met 2152 stemmen. De liberale candidaat Hubbard verkreeg 1394 stemmen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1876 | | pagina 2