De kantoorbediende te Rotterdam, die in de vorige week ten gevolge van het omval len van een petroleumlamp brandwonden bekwam, is "Woensdag in het ziekenhuis aan de gevolgen daarvan overleden. Gistermiddag had t e Ro 11 erda m een sjouwer, die bezig was uit een schip een vat wijn te lossen aan het entrepot aldaar, het ongeluk te struikelen, waardoor hem het vat over het lichaam is gerold, ten gevolge waarvan hij onmiddellijk is overleden. Een tweede sjouwer, die met hem het vat tegenhield, doch het alleen niet kon tegen houden, is opzijde in het water gesprongen, en zonder beletsel te bekomen zelf er uitgekomen. Woensdag-ochtend is op het werk van den heer Dekkers, te Feienoord, de ijzeren kap van de nieuwgebouwde loods, dienende tot berging der locomotieven, enz., ingestort. De oor zaak was, dat de loods zwaar was geballast. Men was juist bezig te onderzoeken of ze sterk genoeg wasbij het wegnemen der ballast van ééne zijde bleek toen het tegendeel, en stortte de loods in. Een werkman bekwam daarbij een verwonding aan een der beenen. De schade is vrij aanzienlijk. Gisterochtend is te Overschie een jongentje van omstreeks 4 jaar in een modder sloot gevallen. Vóór de moeder het ontdekte, was het kind reeds gestikt. Naar men verneemt, zal de heer Zuc- kertort uit Londen te Rotterdam binnenkort eene séance geven in het blindelings spelen van 10 a 12 partijen schaak. Waarschijnlijk zal hij ook an dere steden van ons land bezoeken. Te 's-Gravesande werd gisternacht brand ontdekt in een houten schuur, met riet ge dekt, staande in de kom der gemeente. Deze schuur, een honderdtal daarin geborgen aardap pelmanden, benevens tuinders- en vlassersgereed- schappen werden eene prooi der vlammen. De brand liet zich vrij ernstig aanzien, daar in de onmiddellijke nabijheid drie hooibergen, houten schuren en verdere gebouwen zich bevonden. Ge lukkig was men hem spoedig meester. De schuur was gewaarborgdde oorzaak van den brand is onbekend. Woensdag-middag werd te Zwolle het lijk ontdekt van een jongmensch van 28 jaar. De ongelukkige, die met zijn vader te zamen woonde, had zich door ophanging het leven benomen. Sedert Zaterdag werd hij vermist. Eene onaange name lucht, die het lijk verspreidde, wekte de aandacht van een der buren op en bij onderzoek vond men het hangen, reeds in een staat van ont binding verkeerende, op den zolder van zijns va ders woning. Ongelukkige of miskende liefde is de vermoedelijke oorzaak van den zelfmoord. De politie heeft het lijk onmiddellijk doen verwijderen en voor het geneeskundig onderzoek in een daar toe bestemd gebouw doen plaatsen. Te Krommenie is Woensdag-avond een veertienjarige knaap in verzekerde bewaring genomen, die in koelen bloede aan een meisje eenige verwondingen en messteken had toege bracht. Indien men den knaap niet in zijne mis handelingen had gestuit, zouden deze zeer zeker treurige gevolgen gehad hebben. By gelegenheid van het zending s- feest te Velzen zijn Woensdag per Holl. Spoor weg ongeveer 8000 personen derwaarts vervoerd. Voor het hof van assises te Colmar stond voor eenige dagen zekere fabriekarbeider, Pierre Stadelmann geheeten, terecht, als beschul digd zijn dochtertje, oud zes maanden, vergiftigd te hebben. Stadelmann was weduwnaar en dacht te hertrouwen. Zijn kind, meende hij, was daar voor een hinderpaal, en bovendien verdroot het hem de kleine, die hy had uitbesteed, langer te onderhouden, want Stadelmann was onmenschelijk gierig. Dagelyks had hy twist met zijne vrouw, aan wie hij zelfs het allernoodigste voor het huishouden weigerde. Om het kind van kant te maken, had hy, op een oogenblik dat de pleeg moeder zich had verwyderd, phosphorus gewor pen in de melk die voor de kleine bestemd was. 's Daags daarna was ze gestorven. Onmiddellijk werd Stadelmann voor den moordenaar gehouden. Bij de lijkschouwing was het gebleken, dat het kind vergiftigd was. De ontaarde vader bekende koelbloedig de misdaad. De jury sprak het schul dig uit en het hof van assises veroordeelde hem tot de doodstraf. Volgens den „MonileurScientifique" worden in Frankrijk sedert eenigen tijd stoflen vervaardigd, waaraan men, door aanwending van metaalzouten, door adstringeerende en andere mid delen, voorkomen en gewicht van zwarte zijde geeft. De stoffen missen alle duurzaamheid en zijn er dan ook op berekend om slechts een korten tijd te duren. Men behoeft ze niet eens te dragen; reeds door het lange liggen valt de stof uit elkan der. Dit product van zwendelaars is vooral voor verzending naar het buitenland bestemd. Rechtzaken, Correctionneele uitspraak der rechtbank alhier van 7 Juli: A. Van der R., te Leiden, wegens loopen langs den spoorweg gepleegd met oordeel des onder scheids, f\ boete of subs. 1 dag gev.L. De B., te Leiden, wegens 2 wanbedrijven van eenv. diefstal, 1 jaar eenz. opsluiting. Wegens mishandeling, waardoor ziekte of be letsel om te werken van meer dan twintig dagen is ontstaan, werd zekere P. B., boerenknecht te Amersfoort, met nog een ander persoon door de rechtbank aldaar tot een jaar celstraf veroordeeld. Alleen P. B. zag door dat vonnis zich bezwaard en kwam in appèl bij het gerechtshof te Amster dam. Dat college vereer.igde zich met het gevoe len der rechtbank en bevestigde hare uitspraak. Namens den veroordeelde teekende Mr. L. Van Lier, advocaat te Amsterdam, van het veroordeelend arrest cassatie aan, maar gaf voor dat beroep geen gronden op. Het hoogste rechtscollege overwoog echter ambtshalve, dat was recht gedaan op een onwettig bewijsmiddelhet vernietigde derhalve het arrest van het hof te Amsterdam en verwees de zaak naar het gerechtshof te 's-Gravenhage, dat zich giste ren bezig hield met de behandeling van deze quaes- tie. De beklaagde hield vol dat hij, hoewel hij een groot gedeelte van den avond van 22 October jl. in het gezelschap van zijn medeveroordeelde P. was geweest, niet aan de mishandeling van zeke ren T. nabij het O. L. Vrouwenkerkhof had deel genomen. Ook nu bestreed Mr. Van Lier de uitspraak zoowel van de Amersfoortsche rechtbank als van het hof te Amsterdam. Z. i. was het bewijs niet voldoende geleverd en hij concludeerde tot vrij spraak. Adv.-generaal Mr. Van Maanen was even wel van een tegenovergesteld gevoelen en requi- reerde de bevestiging van het vonnis. Het hof, dat nog gisteren uitspraak deed, vereenigde zich met de zienswijze van den verdediger en sprak den beklaagde vrij. BUITEN LAND. Prnnkrij li- Uit Toulon wordt gemeld, dat eene afdeeling van het evolutie-eskader, onder bevel van admiraal Roze, gereed gemaakt wordt om naar Tunis te vertrekken. Allerlei geruchten zijn in omloop geweest omtrent een Zaterdag jl. te Versailles gehouden ministerraad. De veelal goed ingelichte bericht gever van de „Times" meent dienaangaande voor het volgende te kunnen instaan. De maarschalk vroeg in die vergadering den minister De Mar- cère hoe het gelegen was met het ontwerp der gemeentewet; deze antwoordde, dat men nog steeds pogingen aanwendde om tot eene schikking te geraken en de linkerzijde den vorigen dag was overeengekomen om afgevaardigden te benoemen ten einde met den minister Dufaure te onderhande len. Daarop hervatte de maarschalk bijna woordelijk: „Maar dan hebt gij dus geene meerderheid. Toch kan men zonder meerderheid niet regeeren. Eerst is my een gemeente-wetsontwerp voorgelegd, dat ik goedkeurdedaarop stelde men my eeoe voor- loopige schikking dienaangaande voor, waarin ik wederom toestemdemaar verder wil ik niet gaan. Dit is een bewijs te meer, dat men er nimmer zeker van kan zijn, hoever men links moet gaan om er eene meerderheid te vinden. Zij bedriegen zich echter, die meenen, door het kabinet ten val te brengen, mij te zullen nopen om verder te gaan dan uwe geestverwanten. Gij, mijnheer Mar- cère, zijt voor my de uiterste grens. Ik wil niet verder gaan. Indien gij niet over eene meerder heid beschikken kant, zal ik er elders eene zoeken. Men vergist zich, zoo men waant, dat ik er ver der links naar zal omzien en dat ik de tegenwoor dige ministers vaD oorlog en van buitenlandsche zaken, wier diensten door het land en door geheel Europa worden op prijs gesteld, door anderen vervangen zal. Verlangt men eene ontbinding, welnu, ik zal ontbinden en ditmaal op andere wijze dan onder het vorige bewind. Niemand zal het vrijstaan zich onder mijn naam te dekken, ieder zal er voor moeten uitkomen wat hij is. Verlangt men eene ontbinding, men zal die heb ben, want ik stel vertrouwen in het land." De heer De Marcère antwoordde dat hij zijn uiterste best deed en hoop koesterde op eene meerderheid, maar dat, zoo de maarschalk meende zijne portefeuille van noode te hebben, die tot zijne beschikking was. „Dat is de quaeslie niet", zeide deze kortaf, „ik behoef noch begeer die. De quaestie is, eene meerderheid te hebben in de Kamer, of die te zoeken, waar zij te vinden is." Daarop werd de vergadering gesloten, en de maar schalk, als verheugd zijn gemoed te hebben lucht gegeven, scheidde op den besten voet van zijne bewindslieden. Groot-13 vitunnië. Miss Harriet Martineau stierf dezer dagen op 73jarigen leeftijd. Zij was zegt de „Spectator" de éénige vrouw, die ooit over politieke en staat huishoudkundige onderwerpen met wezenlijk suc ces de pen voerde, 't Best was zij bekend door hare „Politico-Economical Tales," hare geschiede nis van Engeland gedurende den vrede van 1815 tot 1845, en bare schetsen van de politieke en maatschappelijke uitwerking der slavernij in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika. Lord Carnarvon heeft de door Engeland te volgen politiek in 't schiereiland Malakka vastge steld. De verschillende inlandsche staatjes zullen onder 't zelfstandig beheer blijven van hun eigen vorsten, geadviseerd (niet gecontroleerd) door een Britschen resident, die ter plaatse van zijn verblyf beschermd zal worden door een voldoende lijf wacht. Van annexatie-plannen in Malakka heeft Engeland dus voorloopig geheel afgezien. Turliije. De quaestie of Turkije het recht heeft orn op den Donau, waardoor Servië van de Oostenryksche gren zen is gescheiden, militaire operation te verrichten, zegt een Berlynsch correspondent der „Weser Zei- lung", heeft op het initiatief van Servië en Rurneniè' in den laatsten tijd, ofschoon niet in de conferentie te Berlijn, een punt van diplomatieke gedachten- wisseling uitgemaakt. Het is toen gebleken dat het volkenrecht geen oplossing voor dit vraagstuk aan de hand geeft en dat het ontbreekt aan antece denten, die op de ingewikkelde overeenkomsten en belangen ten opzichte van den Beneden-Donau als maatstaf van beoordeeling zouden kunnen dienen. Onder deze omstandigheden is het althans twijfel achtig of Oostenrijk zich in die quaestie aan de zijde van Servië zou kunnen scharen en Turkije zou kunnen dreigen met eene afsluiting der haven van Kiek voor het geval dat de Porte hare Donau- flotille de IJzeren Poort liet passeeren. Zulk een maatregel ja, in het belang der scheepvaart op den Donau, maar ook in het belang van Servië kan men van Oostenrijk te minder ver wachten, nu graaf Andrassy, blijkens de Oosten- rijksche bladen, voornemens moet zijn, zich te verzetten tegen eene inlyving van Bosnië en Servië, die de Serviërs door kracht van wapenen hopen tot stand te brengen. Een telegram uit Pest aan de „Köln. Zeit.'" meldt, dat Milelics, het hoofd der Servische Om- ladina in Zuid-Hongarije, gevangengenomen werd wegens een artikel in zijn blad „Zastava", waarin een aansporing gevonden werd tot 't vermoorden van den Russischen Keizer. JR.usla.ncl. In St.-Petersburg wordt gemeld, dat de groot vorst Konstantyn, hoofdadmiraal der Russische vloot, aan boord is geweest van de schroefkorvet „Bogatyr", die te Kroonstad met bestemming naar de Middellandsche zee gereed ligt en dat er bevel is gegeven om het Russische eskader gepantserde schepen met alle overige afdeelingen der vloot te gen 7 dezer ter reede van Sweaborg te concen- treeren. Tevens verneemt men uit Nicolajef, dat de schoener „Kelassury" uit de Zwarte Zee naar Konstantinopel is vertrokken, om zich ter beschik king te stellen van generaal Ignatieff.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1876 | | pagina 2