N°. 5019. Zaterdag A0. 1876. 24 Juni. DE UTBECHTSCHE MASKERADE. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: ▼oor UideB per 3 maanden1.10. Franco per postB 1.40. Afzonderlijke Nommers9 0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIES: ▼an 16 regels....l.Oi. Iedere regel meer Grootere letters naar plaatsruimte Weinige dagen nog, en binnen het aloud bis schoppelijk verblijf, de tweede academiestad des Rijks, zal een feestviering plaats hebben, waarvan het glanspunt, de maskerade, alleszins geschikt is de belangstelling van velen in den lande gaande te maken, in de allereerste plaats van ons, inge zetenen van Leiden, waar de gekostumeerde op tochten, dank zij de steeds welgeslaagde pogingen van Minerva's zonen in ons midden, zoo bij uit nemendheid thuis behooren. Dit in aanmerking genomen, zal het onzen lezers zeker niet ongevallig wezen, zij 't dan ook slechts in eenige weinige regelen, eenigszins nader bekend te worden gemaakt met het historisch onderwerp, waaraan de slof voor de Utrechtsche maskerade is ontleend, en met de hoofdpersonen, die daarby zullen optreden. Het Feeslboek, by deze gelegenheid met „ijver, spoed en talent" 't zijn de woorden van een bevoegd beoordeelaar, Dr. Wap samengesteld door den heer J. G. Fre- deriks, leeraar aan de Hoogere Burgerschool te Zulfen, is daarvoor een gemakkelijke leiddraad. „De intocht van Hertog Karei den Stoute te Zutfen, 4 Augustus 1473" ziedaar de woor den, die op het titelblad prijken, bet onderwerp van het historisch tafereel, dat weldra binnen Utrechts wallen zoo goed mogelijk zal worden weergegeven. Zoo goed mogelijk, want de kun dige schrijver heeft er terecht op gewezen het zou ten eenenmale ondoenlijk zijn met het beperkt personeel, waarover te beschikken valt, den schit terenden stoet van den prachtlievenden Bourron- dischen hertog te vertegenwoordigen, die minstens uit een paar duizend voorname personen bestond. Maar herinneren we onze lezers eerst aan de aanleiding tot hertog Kareis intocht. Arnold, hertog van Gelder en graaf van Zutfen, had na jaren lange gevangenschap, hem door zijn zoon Adolf opgelegd, die 't is bekend genoeg zijn vader in een kouden winternacht deed oplichten en over het ijs naar den kerker voeren, door tusschenkomst van hertog Karei, gerugsteund door den paus, eindelijk de vrijheid herkregen, terwijl Adolf op zijn beurt in Vlaanderen hel lot onder ging, waarin hij zoo geruimen tijd zijn vader had doen deelen. De Gelderschen echter, met die ver andering en de Romaansche overheersching op den achtergrond gansch niet tevreden, sloten een verbond van edelen en sleden met Vincent, graaf van Meurs en Sarwerden, aan het hoofd. Hertog Karei van Bourgondië evenwel was de man niet om zich zulk een miskenning van gezag te laten welgevallen en zoodra hij de handen vrij had tegenover den koning van Frankrijk, met wien hij in oorlog was gewikkeld, eischte hij van Arnold dat deze een einde aan dien toestand zou maken, en de machtelooze hertog en graaf, ten einde raad, verpandde den 7den December 1472 Gelder en Zutfen voor 300,000 Rijnsche guldens aan den Bourgondischen vorst. Zoo was het land aan deze vervallen, toen hertog Arnold den 23sten Februari van het volgende jaar aan een beroerte kwam te overlijden. Op de weigering van den regent, den meerge- melden Vincent van Meurs, om zich te onderwerpen, stelde Karei zich aan het hoofd van zijn leger en nam achtereenvolgens bijna zonder slag of stoot Montfoort, Venlo en, na een verdediging van drie weken, ook Nijmegen. Na den val dezer laatste plaats zag Zutfen van alle verdediging af en ont ving den 4den Augustus 1473 binnen zijne wallen den zegevierenden Karei den Stouten, hertog van Bourgondië, Lotharingen, Brabant, Limburg en Luxemburg, graaf van Vlaanderen, Artois, Hene gouwen, Bourgondië, Holland, Zeeland en Namen, markgraaf des Heiligen Roomschen Rijks, heer van Friesland, Salins en Mechelen enz. en later, na de beleening door den Duitschen keizer, ook hertog van Gelder en graaf van Zulfen, tres hault et moult puissant Seigneur. Bij onze beperkte ruimte zal men zeker niet van ons verwachten, dat wij ook zelfs de voor- naamsten onder de hoofdpersonen zullen opgeven, die deel van den stoet zullen uilmaken. Er zouden anders genoeg bekende grootheden uit dien tijd zijn aan te wyzen, zooals de grootkanselier heer Willem Hugonet, die na Kareis dood, onder Maria van Bourgondië, met Himbercourt en Van Mell op het schavot het leven verloor; heer Anthonie van Bourgondië, bijgenaamd de Groote Bastaard van Bourgondië; aan bastaarden trouwens, men weet het, ontbrak 't den grooten heeren in die dagen allerminstzoo had de heer van Glimes er, behalve tien echte kinderen, niet minder dan veertig, zoodat een toenmalig poëet van hem zeide: „Had vijftich kinders, 't was 's mans getier!" of wel om een geestelijke Ie noemen bisschop David van Bourgondië, 55ste bisschop van Utrecht, ook al een bastaard; of, als vertegenwoordiger der wetenschap, Malthieu Lupé, Portugeesch lyfarts van den hertog, wien met nog vjjf geneesheeren en vier wondheelers de zorg voor het lichamelijk welzijn van den Bourgondischen vorst was opge dragen. LEIDEN, 23 Juni. Heden is aan de hoogeschool alhier bevorderd tot doctor in de rechten de heer J. A. Baëza, geb. te Paramaribo, met Stellingen, en lot doctor in de wis- en natuurkunde de heer C. J. J. Ninck Blok, geb. in Den Haag, met acad. proefschrift, gel.: Overzicht van de methode der kleinste kwa draten. Door de commissie voor het geneeskundig staatsexamen alhier is beden het getuigschrift voor het 1ste gedeelte uitgereikt aan den heer G. J. Jaarsveld, med. doctorandus. Uit het tweede voorloopig verslag nopens het gewijzigd voorstel betreffende het onderwijs aan de Militaire Academie, blijkt dat nagenoeg algemeen de houding der regeering omtrent deze gewichtige aangelegenheid niet werd goedgekeurd. Over de opportuniteit van het ontwerp heerscht groot ver schil van gevoelen. Tegenover de opinie der vol strekte noodzakelijkheid, stond de meening dat de voordracht voorbarig en niet gerechtvaardigd was. Daarop volgde eene breedvoerige gedachtenwisseling over het voor en tegen om het verlaten van het stelsel van 1869 te rechtvaardigen. Vervolgens werd opzettelijk onderzocht wat er te doen was om met behoud van het stelsel van 1869, de bezwaren weg te nemen die daartegen beslaan. Over de vraag of de regeeringsvoordracht, afge scheiden van de vraag over 't al of niet behouden van 't stelsel van 1869, aannemelijk is, werd mede uitvoerig van gedachten gewisseld, met zeer uiteenloopende opiniën en met tal van bedenkingen op de artikelen zeiven. Aangaande de droogmaking van het zuidelijk gedeelte der Zuiderzee verneemt men, dat de meest uitvoerige plans en teekeningen onder leiding van den ingenieur Leemans te Kampen worden ver vaardigd en zoo spoedig mogelyk aan de goed keuring der regeering zullen worden onderworpen. Als bijzonderheden worden vermeld, dat behalve de 134 boringen, die vroeger onder beheer der ingenieurs Stieltjes en Beyerink zijn verricht, het vorig jaar niet minder dan 274 boringen onder de leiding van den heer Leemans hebben plaats gehad, en dat hieruit voldoende is bewezen, dat het zuidelijk gedeelte der Zuiderzee over 't geheel puiken bouwgrond bevat en eene oppervlakte zal beslaan van p. m. 195,000 hectaren grond. Het plan der droogmaking gaat uit van den vasten wat nabij Enkhuizen in zuidelijke richting achter Urk om, en vervolgens met eenige kronkelingen aan te sluiten aan den Ketel nabjj Kampen. De noodige kanalen en trekvaarten worden aangegeven, en voor uitwatering is gezorgd. De plans der uit voering, die alle kans van slagen heeft, zijn zoo danig geregeld, dat de afsluildyk in perceelen zou worden aanbesteed, evenzoo het bouwen der water machines, opdat het werk de krachten der Neder- landsche aannemers niet zou te boven gaan en men van eene goede uilvoering zij verzekerd. De genomen maatregelen vinden hun grond in den uitslag der droogmaking van het Haarlemmermeer en de uitvoering van het kolossale werkde door graving van Holland op zijn Smalst. De „Arnh. Ct." verneemt dat de aanleg van een paardenspoor van Wageningen over Ben- nekom naar Ede nagenoeg verzekerd is. De Rijn spoorwegmaatschappij moet voor een derde van het kapitaal, f 40,000, a 3 pCt. aandeel hebben genomen. Nader deelt men omtrent de regeling van den dienst mede, dat de tramway twee klas sen zou bevatten, overeenkomende met de eerste en derde klasse van den spoortrein. Voor f 1.20 zou men de reis van Wageningen naar Arnhem maken en wel zoovele malen daags als de trei nen te Ede halt houden. Na de behandeling van eenige rapporten van meer huishoudelijken aard werd gisteren in de te Haarlem gehouden algemeene vergadering der Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der geneeskunst, het eerst behandeld het voorstel van het hoofdbestuur, om de noodzakelijkheid uit te spreken, dat eventueel bij het lager onderwijs in de gymnastiek onderwijs wordt gegeven, en dat aan de gymnasia datzelfde onderwijs als noodzakelijk worde verklaard. Het uitreiken van duplicaat-bewijzen van verrichte vaccinatie werd daarna behandeld. De vergadering zal zich niet wenden tot de regeering, om de belasting op de zeep en het zout af te schaffen. Het voorstel van Friesland betreffende het doen onderwijs geven in gezondheidsleer aan alle kweekscholen voor onderwijzers en onderwijzeressen en aan alle hoo gere burgerscholen werd aangenomen. Het voor stel, om de vaccinatie in Nederland verplicht te doen zijn, werd aangenomen met inlassching van de woorden: in het eerste levensjaar. Naar de in ons land gebruikelijke volksgeneesmiddelen enz. zal onderzoek worden gedaan. Tot leden van het hoofdbestuur zijn benoemd Dr. Kapteyn en Dr. Aghina. Groningen is verkozen tot plaats van vergadering in het volgend jaar. De heer Hooykaas Herderschée, predikant te Nijmegen, is van het vonnis lot schorsing voor den tyd van zes weken, door het klassikaal be stuur van Nijmegen over hem geveld, wegens het zich niet houden aan de voorgeschreven vragen bij de aanneming, in hooger beroep gekomen bij het prov. kerkbestuur van Gelderland. Het stoomschip „Prinses Amalia", van Port Said naar Glasgow gesleept door de „Anglia", is 21 dezer kaap Carvoeira gepasseerd; de „Prins van Oranje", van Nieuwediep naar Batavia, is gisteravond van Napels vertrokken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1876 | | pagina 1