der Gild, die, in ondertrouw zijnde, reeds de helft
van de opbrengst der gestolen koe besteed had
om een trouwpak en meubelen voor zijne huis
houding te koopen. Hij is gevankelijk naar Heus-
den overgebracht.
Te Ruitenberg bij Wij lr (Limburg),
ontstond Zaterdag-avond een hevige twist tusschen
een daar wonenden arbeider en zijne zuster, die
zoo hoog liep, dat aan de zuster eene gevaarlijke
wond aan het hoofd werd toegebracht. De dader
heeft onmiddellijk de vlucht genomen en is tot-
nutoe nog niet ontdekt.
Omtrent de arrestatie te Zevenaar
wordt nader gemeldDe kastelein J. H. Thuis
is op last van de rechtbank in verzekerde bewa
ring genomen, als verdacht in Mei 1874 zijne
wettige huisvrouw door rattenkruit te hebben ver
giftigd of te hebben doen vergiftigen. Omstandig
heden hebben plaats gehad, die sterk voor het
vermoeden pleiten. Het rattenkruit is gekocht;
het is zelfs bekend door wiens tusschenkomst. De
vrouw moet besef hebben gehad dat zij vergiftigd
was, en toen haar lichaam begon te zwellen en
haar man haar stevig inwikkelde, heeft zij haar
vermoeden uitgesproken. De inhechtenisneming
moest met overleg geschieden, daar de verdachte
in de onmiddellijke nabijheid der grenzen woonde
en dus gemakkelijk, althans voor het oogenblik,
ontsnappen kon. De brigadier-majoor der rijks-
veldwacht W. J. J. Kleinspoor is dan ook met
groot beleid te werk gegaan. Na z'yne voorzorgs
maatregelen genomen te hebben, begaf hij zich
als burger gekleed in de herberg van Thuis en
bestelde daar een glas bier. De kastelein, die het
bericht, dat in de couranten voorkwam, misschien
gelezen had, en zich builen de gelagkamer hield,
kwam nu echter, uit nieuwsgierigheid, om den
vreemden bezoeker te zien, te voorschijn, maar
werd door den brigadier-majoor terstond gearres
teerd. Ontvluchten of tegenstand bieden was nu
niet meer mogelijk, en nog denzelfden avond werd
hij naar het huis van verzekering te Zevenaar
overgebracht.
Zaterdag-avond is van een vaartuig,
naar men verneemt van Tessel, dat op de Zuider
zee tusschen Edam en Marken zeilde, bij het over
gaan van het fokzeil de zoon des schippers, ten
gevolge van den hevigen wind, overboord geslagen
en verdronken. De man was 28 jaren oud en laat
eene weduwe en kinderen achter.
Vrijdag moest op het station Her-
malle by Hoei een koffer wegens den daaruit op
stijgenden verpestenden reuk geopend worden, en
met ontzetting vonden de beambten daarin het
aan stukken gesneden lijk eener vrouw. De jus
titie is onmiddellijk van deze vreeseüjke ontdek
king in kennis gesteld en doet ijverig ondeizoek
naar den afzender van den koffer.
Een kantoorbediende te Par ij s heeft
drie jaren, alle dagen, van 's avonds 7 tot 1 uur
na middernacht gewerkt, om een compleet plan
van Parijs, en relief, te vervaardigen. Men vindt
er, microskopisch maar accuraat, 80,000 huizen
en al de openbare gebouwen op. De oppervlakte
beslaat 58 M3. Dit knutselwerk is thans tentoon
gesteld in hel „Café du XIX Siècle", rue du
Chateau d'eau.
Verleden week is, naar men uit Lyon
meldt, een legerkamp bij Valbonne door een on
weer getroffen, waarbij drie soldaten, door den
bliksem getroffen, het leven verloren en elf min
of meer zwaar gekwetst zijneen is blind ge
worden. Op honderd meters afstand van de ten
ten, waarin deze zich bevonden, lag een kruitma
gazijn, waarin 20 kilo dynamiet en 5600 patronen.
Bechtzaken,
Bij arresten van gisteren heeft de hooge raad
verworpen de voorzieningen in cassatie van H. C. E.
en F. K., ingesteld legen arresten van het gerechts
hof te Amsterdam en alzoo bekrachtigd de door
genoemd college uitgesproken veroordeeling van
eerstgemelden wegens het zonder opzet doen ont
staan van gevaar voor een spoortrein, en van den
anderen requirant, ter zake van diefstal van koffie
van eene party, die hem als schipper ten vervoer
was toevertrouwd. De hooge raad oordeelde de
voorgestelde cassatiemiddelen ongegrond.
Ter crimineele terechtzitting van het hof
le Leeuwarden stonden Vrijdag terecht twee dienst
boden van den heer Dr. G. Smit Sibinga te Gro
ningen, benevens de moeder van eene dezer, en
vervolgens eene der genoemde dienstboden en eene
vrouw als werkster bij den heer Sibinga in dienst.
Allen werden vervolgd, omdat de dienstboden van
het overgebleven eten hadden gegeven aan de
moeder en de werkster. De adv.-gen. Mr. \V. N.
Servatius eischte in de eerste zaak tegen alle drie
beschuldigden eene cell, gevangenisstraf van 4
maanden voor ieder, en in de tweede zaak tegen
de keukenmeid eene gelijke straf van 45 dagen
en legen de werkster eene van 3 maanden. De
verdediger Mr. J. S. baron Van Harinxma thoe
Slooten bestreed de crimineele vervolging van der-
lijke kleine zaken en loonde de gronden aan, waar
op hij eene correctioneele vervolging mogelijk achtte.
De verdediger Mr. H. Schaap betoogde, dat de be
schuldigden niet het bewustzijn gehad hadden, dat zij
diefstal pleegden. Hij wees er op, hoe in het dage-
lijksch leven dergelijke daden veelvuldig voorkomen,
juist omdat van de 100 personen 99 zijn, die er
geen diefstal in zien. De uitspraak zal Vrijdag
a. s. plaats hebben.
KOLONIËN.
BATAVIA, 6 Mei.
Aan een rapport onder dagteekening van 25
April van den militairen tevens civielen bevelheb
ber te Atjeh is het volgende ontleendDe vijand
gaf in de laatste dagen weder meer teektnen van
leven. Zoo werd den 14den dezer een patrouille
van Katapang-Doea in de IX Moekims hevig be
schoten. Den lGden werd een konvooi van ons
tusschen Oeleh-Karing en Kolla-Alam door een
talrijke bende Atjehneezen aangevallen en was
het alleen te danken aan de uitstekende houding
van onze soldaten (alleen Europeanen) dat niet
alles in de pan werd gehakt. In den nacht van
den 22sten deden een paar honderd Atjehneezen
een tweemaal herhaalden aanval op onze verster
king te Lamprit, maar moesten met achterlating
van drie dooden, en verscheidene wapens en be
bloede kleedingstukken, de wyk nemen. Een en
ander levert opnieuw de duidelijke bewijzen, dat
bij de oorlogspartij nog volstrekt geen plan bestaat
om de wapens neder te leggen. Integendeel schijnt
de spoedig verwachte kom6t van Habib Abdoel Rack-
man de gemoederen weder meer strijdlustig te
maken. De kedjoeroean van Loöng (Westkust) is hier
teruggekeerd. De drie hem ondergeschikte Imams,
met wie hij in overleg zou treden over de te
nemen represailles wegens het aldaar gebeurde
met den controleur Tadema en T. Lampasei,
schijnen hem nu openlijk te zijn afgevallen, zoodat
hij, naar zijne verklaring, in zijn gebied slechts
een paar personen heeft die hem aanhangen. Zijn
gezag schijnt trouwens altijd nominaal te zijn ge
weest. Hij zal nu voorloopig te Lampasei verblijf
houden.
Ter landsdrukkerij is ter perse en bijna
afgedrukt„Reis naar Nederland van Radhen
Abdoellah Ibnoe Sabar Bin Arkebab, door hem
zelf beschreven." Dit met Javaansche letter ge
drukte boek, 20 vellen gr. 8o., is volgens den in
houd bestemd om door den „kleinen rnan" gelezen
te worden. Volgens een bericht aan de „Locomo
tief" zal het zeker dezen en genen onder de Ara
bieren of Hadji's het hoofd doen schudden over
zooveel goeds, als Radhen Abdoellah, een belijder
van den Islam, beweert bij den „blanken man"
gevonden te hebben.
Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië zijn de volgende
beacbikldngeD genomen
Civiel Departement. Verleend: Een tweej. verlof naar Ned.,
vr. ziekte, aan den ing. 2de kt. bij den wat. A. J. Crommelin,
aan den bontv. 2de kl. bij het boicbw. op Java en Madura G.
S. De Graaf, aan den boofdond. aan de op. 2de lag. achool te
Makasaar G. Koldewijn en aan den hoofdond. aan de op. 4de
1. echool te Soerabaia P. Schippers. Ontslagen: Eervol, w.
ziekte, de ads.-res. van Grissee H. J. Tydcman en de boekhou
der by de in- en nitvoerr. en acc. H. W. Moller; nit zijne
betr. de onderschout bij de pol. te Samarang Tb. Pasma. Be
noemd: Tot bulppred. bij de prot. gcm. te Benkoelen, F.
Kijftenbelttot boekb. bij de in- en nitvoerr. en acc. J. A. Van
Oort; tot hoofdonderw. aan de openb. 4de 1. s. te Soerabaia,
C. A. Valk; tot laten hnlponderw. (onderw. 2de kl.) aan de op.
late 1. a. te Soerakarta, H. Van Bergen; tot boiteng. enbst.-grif-
fier bij de rechtb. te Loemadjang, Mr. C. B. J. A. Hierdels.
Departement van Oorlog. Ontslagen: Eerv-, w. volbr.
diensttijd, met beh. van recht op pens., de luit.-kol. der inf.
K. W. H. De Coeneo9; bij den art.-conatr.-winkel te Soerabaia,
eerv., de onder-opz. 1ste kl. over de smederij en den koper- en
blikslagerswinkel, J. Flipsen. Benoemd: Tot opz. over de
smeden-vuurwerkers, E. Wensing; tot onderopz. over Je plaat*
en bankw. J, Flipsen.
BUITENLAND.
Frankrij k.
De kamer van afgevaardigden heeft gisteren
besloten, het voorstel om den lijd van actieven
dienst op drie jaren te bepalen, niet in behande
ling te nemen.
Te Parij3 is tusschen de heeren Correnti
en Rothschild eene additioneele akte van schik
king geteekend aangaande de overeenkomst van
Bazel ter zake van de spoorwegen in Opper-Italië.
Uit Algiers wordt gemeld, dat de ten onder
gebrachte opstandelingen van El-Amri streng ge
straft zyn. Hunne goederen zijn onder sequester
gesteld en zij zeiven uit de oase verdreven en aan
eene oorlogsschatting onderworpen. Negen hunner
zijn voor een krijgsraad gebracht en 23 op het
eiland Corsica geïnterneerd. De kadi is wegens
plichtverzuim afgezet.
In de kamer van afgevaardigden heeft de
heer Dréolle, een Bonapartist, een krediet aan
gevraagd van 25000 fr. voor het oprichten van
een standbeeld ter eere van George Sandhjj
wilde het in het park van Versailles zien ver
rijzen. De heer Lacretelle vroeg een krediet van
50000 fr. en wilde het beeld in den tuin van
het Luxembourg opgericht hebben. Lacretelle
vroeg de urgentie voor het voorstel. „Een der
roemrijkste vertegenwoordigers van de humani
teit", zeide hij, „is het democratische Frankrijk
ontvallen. Frankrijk is aan den grooten geest, die
het land met zulke voortreffelijke voortbrengselen
heeft verrijkt, eene buide schuldig." De urgentie
is echter niet aangenomen. Het stoffelijk over
schot van George Sand is te Rohant ter aarde
besteld. Onder de personen, die aldaar waren ge
komen om de begrafenis bij te wonen, merkte
men op prins Napoleon, Renan, Alexandre Dumas
en Flaubert.
Te Lourdes worden door de geestelijkheid
groote feesten voorbereid tot inwijding van de
bedevaartskerk, die in de nabijheid van de grot
wordt opgericht, en tot het kronen van de Maria-
zuil. Zij beginnen den lsten Juli en zullen drie
dagen duren.
De heer Paul Bert had by de kamer van
afgevaardigden een ontwerp ingediend, waarbij
bepaald wordt, dat voortaan elk onderwijzer of
onderwijzeres aan de lagere school voorzien moet
zijn van eene akte van bekwaamheid, afgegeven
door eene staatscommissie, en dat de congreganis-
tische onderwijzers en onderwijzeressen, die thans,
krachtens een letlre d'obédience van den bisschop,
aan de schooljeugd onderricht geven, binnen een
jaar voorzien moeten zyn van eene akte van be
kwaamheid. De afdeelingen hebben thans de com
missie benoemd tot onderzoek dezer wet. Al de
leden zijn ten gunste der voordracht. Alleen kwam
het eeoigen voor, dat de termijn van een jaar„
aan de congreganistische onderwijzers en onder
wijzeressen gesteld om zich van eene akte van
bekwaamheid te voorzien, wat te kort was.
Eene Chineesche militaire commissie, be
staande uit een generaal Li-Pieng genaamd, en
vijf andere officieren, is te Parijs aangekomen.
Haar tolk is een Duitsch koopman, Schmeyer ge-
heeten, die aan het hof te Peking in groot aan
zien staat en door den keizer den rang van
generaal heeft bekomen. De commissie zal vijf dagen
te Parys blijven, van daar naar Londen ver
trekken en vervolgens Duitschland en Italië be
zoeken.
De aartsbisschop van Aix heeft in een
brief aan den rector der academie aldaar zijn
ontslag als lid van den academischen raad inge
diend, daar, geljjk hij schrijft, na aanneming van
de wet van den minister Waddington, zijn ge
weten en het besef zjjner persoonlijke waardigheid
hem verbieden, zelfs den schijn van eenige ver
dere medewerking aan de staatsuniversiteit te
verleenen.
Riiitscliland.
De „Nord" heeft een telegram uit Berlijn ont
vangen, volgens hetwelk, waarschijnlijk wegens den
ernstigen toestand in het Oosten, prins Gortscha-
koff den Czaar naar Jugenheim vergezellen en
eerst met den keizer naar St.-Petersburg terug-
keeren zal.
Volgens de „Kiiln. Zeitung" is de aartsbis
schop van Keulen tegen 28 dezer gedagvaard voor
het koninklijk gerechtshof voor kerkelijke zaken,
te Berlijn.