N°. 5004. Woensdag A0. 1876. 7 Juni. Uit het Gemeente-Verslag over 1875. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: ▼oor Leiden per 3 maanden.TT.; 1.10. Franco per post1.40. Alzonderlijke Nommers0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIES: ▼an 16 regels.1-05. Iedere regel meer0.17|. Grootere letters naar plaatsruimte STADS-BERICHTEN. Vergadering Tan den Gemeenteraad Tan Leiden op Donderdag 8 JuDi, des namiddags te halfdrie. Onderwerpen 1°. Onderzoek van den geloofsbrief van het nïenw benoemd lid van deD Gemeenteraad, den heer G. Wilhelmv Damsté. 2°. Benoeming van hulponderwijzers of hnlponderwijzeressen aan de school voor on- en minvermogenden en aan de Tasschenschool. (103 en 104) a. School n°. 1 voor onvermogenden. b. Tasschenschool. c. N°. 1 voor minvermogenden. r- d. N°. 2 voor minvermogenden. e. idem f. N°. 1 voor minvermogenden. j y g. N°. 2 voor onvermogenden. 3°. Voordracht tot verkoop van inschrijving op het Grootboek. (Werken aan het terrein bij de voormalige Hoogewoerds- poort). (115) 4°. Staat van af- en overschrijving en enppletoire staat van begrooting, dieDst 1875. (114 *en 116) 5°. Verzoek van J. Fontein, oi stoepen te mogen leggen vóór zijne huizen aan de Marendorp3-achtergracht. (113) 6°. Verzoek van H. Vergnnst, eervol ontslagen agent van politie, om een toelage uit de gemeentekas. (84 en 105) 7°. Rekening van de dienstdoende Schutterij, over 1875. (106) i. Even zeker als de Maartsche buien in het voor jaar en de traditioneele stormen in den herfst ver schijnt jaarlijks omstreeks dezen lijd het „Verslag van den toestand der gemeente" over het afge- loopen jaar, thans dus over 1875. Ouder gewoonte willen wij onzen lezers ook ditmaal weder een beknopt overzicht geven van den inhoud van dat vrij lijvig rapport, dat voor ons ligt. Reeds deelden wij voorloopig eenige cijfers mede, waaruit o. a. bleek, dat de bevolking van Leiden op 31 December 1874 uit 40249 zielen bestond. Daarbij verdient vermelding, dat de verhouding van het aantal overledenen tot het cijfer der be volking in 1875 was 1 op 34,98 tegen 1 op 36,55 in het vorige jaar en dus iets minder gun stig, ofschoon over het algemeen de sterfte in 1875 niet buitengewoon groot was, daar zij beneden het gemiddelde cijfer over de laatste 5 jaren bleef, zijnde dit 1 op 33,82 zielen. Het aantal geboorten en sterfgevallen verschilde dan ook wei nig met dat in het vorige jaar. Gelijk altijd valt ook thans weder een hoog cijfer te constateeren voor het aantal buiten echt geborenen, en wel 140 tegen 164 in 1874, hoofdzakelijk een gevolg van het feit dat in het Academisch Ziekenhuis vele ongehuwde vrouwen van andere plaatsen wor den opgenomen. Uit een staat, aangevende den maandelijkschen loop der bevolking, blykt dat tegenover 368 hu welijken 2 echtscheidingen plaats hadden. Wat de huwelijken betreft, de tabel, waarin zij naar den ouderdom der betrokken partijen zijn gerangschikt, geeft curieuse bijzonderheden ten bewijze van de trouwlustigheid, waarvan sommige stadgenooten blijk gaven. Zoo vinden wij daar vermeld een hu welijk van een jongman van ongeveer 55 jaar met een weduwe van bij de 70, of, wat nog sterker is, een huwelijk tusschen een weduwnaar en een weduwe, beiden tusschen de 65 en 70 jaar. Wie er nog aan mocht twijfelen, dat het Indisch element steeds sterker in onze gemeente wordt vertegenwoordigd, kan daarvan het bewijs vinden in den slaat der woonplaatsverandering in 1875; tegen 32 personen, die van hier naar de kolo niën vertrokken, zetten niet minder dan 66 per sonen, uit de koloniën afkomstig, zich in onze gemeente neder. Dat het deugdelijk onderwijs, ge voegd bij de betrekkelijk minder kostbare levens wijze, in vergelijking met andere grootere steden, hierbij een sterke aantrekkingskracht uitoefende, ligt voor de hand. Behalve de gewone verkiezingen voor den Ge meenteraad en de Tweede Kamer, hadden er twee buitengewone verkiezingen plaats ter vervanging van de hh. H. N. Veefkind en Mr. J. T. Buys, die hun ontslag namen en wier plaatsen vervuld werden door de hh. J. Scheltema en prof. P. A. Van der Lith, terwijl de heer Mr. J. Van Outeren, die aan de beurt van aftreding was, doch niet weder verlangde in aanmerking te komen, ver vangen werd door den heer J. C. Van der Zweep. Het aantal kiezers bedroeg: voor de Tweede Kamer 1077, voor de Provinciale Staten 1073, voor den Gemeenteraad 1610. Vermelden wij nog terloops dit toch behoort niet ten volle lot de geschiedenis van het jaar 1875 dat in de plaats van den heer H. P. C. Stoffels, die den 20sten December zijn ontslag nam, gekozen werd de heer L. M. De Laat de Kanter, die tevens lot wethouder werd benoemd. Volgt een lange lijst van gemeente-ambtenaren en bedienden, die bezoldigd worden uit de stede lijke kas, met een inkomen, varïeerende tusschen f 3000 en f 25 (de adsislent-torenwachter), amb tenaren met en zonder personeele toelagen, of wel met gedeeltelijke belooning percentsgewijze (de beambte, belast met het toezicht op de honden), of ook zij, die in het geheel geen traktement ge nieten, maar in plaats daarvan de baten, door hun functie afgeworpen (de ijker van het bolervaat- werk). Onzes ondanks werd op die lijst onze aan dacht weder getrokken door de wanverhouding tusschen de tractementen der verschillende klassen van polilie-agenlen (600, 550, 440 en 400 gl.). Zagen wij met genoegen, dat ook over 1875 weer met lof van onze politie-macht mocht worden gewaagd, wij konden daarbij den wensch niet onderdrukken, dat men moge toezien dat daarloe op goede gronden altijd reden blij ve bestaan. De lijst der gedurende 1875 vastgestelde plaat selijke verordeningen, waaronder b. v. die, wijzi gende het reglement in zake het gebruik van gas door particulieren, met stilzwijgen voorbijgaande, blijven wij een oogenblik stilstaan hij de opgave van de voornaamste in den Gemeenteraad behan delde onderwerpendie Ijjst toch kan rnen als een korte kroniek der gemeentelijke geschiedenis gedurende het eenjarig tijdvak beschouwen. Be langrijke besluiten enz. trekken daarbij de aandacht, als dat tot opdracht aan de commissie voor de huishoudelijke verordeningen van het ontwerpen van een reglement omtrent het pensioneeren van gemeente-ambtenarende mededeeling van het ontvangen eener gift van 5300 van een oud student op Java, ter verdeeling onder de algemeene armen bij de viering van het derde eeuwfeest der hoogeschool. LEIDEN, 6 Juni. Aan het einde van zijn jaarverslag zegt de directeur van hel rijksmuseum van oudheden, waar nemend directeur van het rijks- ethnographisch museum alhier: De belemmeringen waardoor de voortgang van geregelden arbeid tot inschikking, regeling, tentoonstelling, voortzetting en voltooiing van den catalogus werden verhinderd, bleven ook in het afgeloopen jaar bestaan. Het gebouw is van lieverlede meer en meer onbruikbaar gewor den. Ruimte en licht ontbreken, evenzeer de mid delen om den vochtigen toestand van vele lokalen weg te nemen, en om het voortdurend behoud der voorwerpen behoorlijk te waarborgen. Dat een hoofddoel van de verzameling, het gebruik voor de lessen bij de Indische inrichting, onder die ongelukkige omstandigheden geheel en al gemist wordt, behoeft geen betoog. Zal het verslag van het loopende jaar uitzichten op een verbeterden toestand kunnen vermelden? Wij wenschen het van harte, maar de omstandigheden zyn ver van bemoedigend. Door de commissie voor het geneeskundig staatseximen alhier is heden het getuigschrift voor het 1ste gedeelte van het artsexamen uitgereikt aan de heeren I. A. W. Vermey, med. doctor, en M. Charlouis. Bij de heden gehouden openbare verkooping van cokes van partijen van 50,10 en 5 hectoliters waren de hoogste prijzen f 25.00, f 5.00 en f 2.50; de laagste f 25,00, f 5.00 en f 2.50. Het Anlwerpsche comité voor de „Expo- sition-Tombola", ten voordeele der overstroomden in het zuiden van Frankrijk, verzoekt ons mede te deelen, dat de trekking zal plaats hebben op Zaterdag 10 Juni, des namiddags te 2 uren, te Antwerpen, St.-Galharina-wal 69. Loten zijn tot den 8sten dezer te bekomen bij den penning meester, den heer Jos. Isenbaert, aldaar. Alleen de tweede druk van den catalogus met het daarbij behoorende supplement zal worden gevolgd voor de aanwijzing der getrokken prijzen. Men ont vangt een exemplaar van den catalogus en van de lijst der nommers waarop prijzen zijn gevallen na toezending van 50 centimes in postzegels aan den penningmeester voornoemd. De lijst derprijs- nommers zal in de dagbladen worden bekend ge maakt. In de memorie van toelichting van het wetsontwerp, houdende nadere bepalingen omtrent het muntwezen in Ned.-Indië, wordt o. c. ge zegd „Nu zulk eene definitieve regeling van het muntwezen hier te lande aan de goedkeuring der Stalen-Generaal onderworpen is, acht de regeering dan ook den tijd gekomen om voor Ned.-Indië insgelijks eene wettelijke voorziening in overwe ging te nemen. Bij het onderzoek naar den aard en de strekking dier voorziening heeft het op merkelijk verschijnsel zich voorgedaan, dat tus schen de Indische regeering bijkans alle door haar gehoorde deskundigen en handelslichamen en de hier te lande geraadpleegde deskundigen in hoofd zaak volkomen overeenstemming heerschte. Het is dus met vertrouwen, dat de ondergeteekende zijne voorstellen aan het oordeel der Slaten-Gene- raal onderwerpt. Het wetsontwerp heeft de strek king om te zorgen dat de Indische munt hare tegenwoordige waarde blijve behouden, met andere woorden, dat de waarde van het ruilmiddel in Nederlandsch-Indië zich blijve richten naar het goud. De maatregelen, die tot bereiking van dit doel worden voorgesteld, zijn: invoering van het goud, als standaardmunt nevens de be staande zilveren standpenningen schorsing van de aanmunting van zilveren standpenningen en einde lijk het verleenen aan den gouverneur-generaal van de bevoegdheid om, zoo noodig, zilveren standpenningen na ontmunting te doen verkoopen. De regeering meent deze voorziening te kun nen aanbevelen als geschikt om het Indisch munt wezen zooveel mogelijk te behoeden voor het ge vaar dat het in de gegeven omstandigheden be dreigt in den vorm van depreciatie van het ruil middel." B. en Ws. van Den Haag hebben aange kondigd, dat op voorstel van den geneesheer bjj de badinrichting te Scheveningen, het badseizoen zal worden geopend 12 Juni e. k.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1876 | | pagina 1