LEIDSCH DAGBLAD. N". 4958. Maandag A0. 1876. 10 April. PRIJS DEZER COURANT; Voor Leiden per 3 maanden1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTEST1EN: Van 16 regels1.06. Iedere regel meer0.17$ Grootere letters naar plaatsruimte Abonnementen worden dagelijks aangenomen. STADS-BEIUCHTEÜG BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN herinneren bij deze den belanghebbenden, dat ingevolge de Verordening van den 9den Januari 1868 (Gemeente blad n°. 1) de BEESTENMARKT, in plaats van op Vrijdag den 14den April e. k., zal worden gehouden op Woensdag den 12den April te voren. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. d. BRANDELER, Burgem. E. KIST, Secretaris. Leiden, 8 April 1876. LEIMN, 8 April. De 52ste verjaardag van 's Konings zuster, de groothertogin van Saksen-Weimar-Eisenach, geb. prinses Sophia der Nederlanden, werd heden alhier op de gebruikelijke wijze herdacht. Heden zijn aan de hoogeschool alhier be vorderd: tot doctor in de rechten de heer M. C. Snellen van Vollenhoven, geb. te Heemslede, met stellingen; tot doctor in de wis- en natuurkunde de heer Z. T. Diehl, geb. te Lichtenvoorde, met acad. proefschriftover dialyse en hare toepassing. De minister van oorlog heeft benoemd tot kapt. van de 1ste klasse: de kapt. 2de kl. F. J. Van Heusden, G. G. G. Canter Cremers en H. P. L. C. De Kruyff, allen van het corps ingenieurs, mineurs en sappeurs; tot adjudant bij het corps: den lsten luit. J. A. Ort, van het 2de reg. hu zaren; op zijne aanvrage op nonact. gesteld in afwachting van nadere beschikking den off.-van- gez. 2de kl. H. C. F. Aalbertsberg; overgeplaatst bij het 8sle reg. inf. den 2den luit. H. N. Rave- sleyn, van het 4de; weder bij het leger hier te lande ingedeeld bij het -4de reg. inf. den kapt. J. Joha en de 1ste luit. M. G. W. A. Schumann, H. C. Smallenbach, J. Van Wijk, A. Evenwel, J. J. Friese en H. Koppen; gedetacheerd bij de normaal-schietschool den lsten luit. J. A. C. Apol, van het 4de reg. inf. Gedurende deze week zijn dagelijks in het Werkhuis alhier opgenomen van 5970 vol wassen personen en van 1419 kinderen. Blijkens een gisteren bij het departement van koloniën ontvangen telegram van den gouv.- generaal van Ned.-Indië van 31 Maart is den 29sten door den generaal-majoor Wiggers van Kerchem uit Aljeh bericht dat de gezondheids toestand aldaar bevredigend, en de cholera stati- onnair was. De Imam van Tjadé is te Kolta-Radja gekomen en heeft de hem voorgehouden voorwaar den van onderwerping aangenomen. Maandag jl. vierden de heer en mevrouw Bosboom hun zilveren huwelijksfeest. Reeds eenigen tijd geleden waren door de heeren Dr. L. R. B^ynen, S. Van den Berg, G. J. De Clercq, Dr. M. Cohen Sluart, A. R. Dunlop, Mr. G. Groen Van Prinsterer, Ds. J. P. Hasebroek, Prof. J. J. Van Ooslerzee, Ch. Rochussen, Mr. G. Van Tienhoven en Joh. C. Zimmerman door mid del eener circulaire bijdragen gevraagd om het echtpaar bij deze gelegenheid een blijk van hulde aan te bieden. Hunne pogingen zijn naar wensch geslaagd en gisteren hebben zij het geschenk, bij monde van den hoogleeraar Van Oosterzee, te 's Gravenhage aan de feestvierenden aangebo den. Op een rood fluweelen kussen is een rand van amboine-hout geplaatst, dat het opschrift draagt: „3 April 1851, BosboomToussaint 3 April 1876." Op dat kussen ligt een ebbenhouten hoorn van overvloed, met zilver gemonteerd. Daar tegen rust een in zilver nagevolgd perkamenten blad, waarop gegraveerd is, zooals wijlen Dr. I. da Costa schreef: „Om tot éénzelfde krans uw laauwTen zaam te vlechten. I. da Costa." Daaronder prijkt, en relief, een lauwerkrans met de cijfers „25." Nabij dat perkamenten blad ligt een palet, waarop een zilveren pen en dito penseel door een gulden strik zijn saamgevlochten, terwijl over 't geheel klimop- en lauwerbladen zijn aangebracht. De teekening voor dit kunststuk is van de hh. Ch. Rochussen en S. Van den Berg, terwijl de hh. As. Bonebakker en Zn. zich van de vervaar diging uitmuntend hebben gekweten. Het geschenk gaat vergezeld van een in blauw fluweel gebon den album, dat de initialen der feestvierenden op het dekblad draagt, alsmede de datums „3 April 1851 en 3 April 1876"; de namen der gevers zijn door den heer A. Grevenstuk, calligraaf, keurig in het album geschreven. De commissie van onderwijzers te Amsterdam, die zich belast heeft met de uitvoering van het denkbeeld om uit de bijdragen der Nederlandsche jeugd een monument te stichten op het graf van wijlen Dr. J. P. Heye, heeft zich met eene cir culaire gericht lot de onderwijzers en onderwij zeressen in Nederland, om hunne medewerking m te roepen. Bij kon. besluit is ingesteld1°. eene medaille in zilver of in brons, houdende aan de voorzijde Zr. Ms. borstbeeld met het omschrift: „Willem III, Koning der Ned. G. H. v. L.", en aan de keerzijde, met het omschrift: „Watersnood van 1876", een oranje- en lauriertak, van onder met elkander door een lint verbonden, omvattende een perka ment, waarboven de Koninklijke kroon en voor zien van het opschrift: de Koning aan 2°. eene barret in zilver of in brons, voorstel lende een eikentak, omslingerd door een lint, waarop de woorden: „watersnood van 1876" zijn gegra veerd. De medaille wordt door Z. M. verleend aan hen, die zich bij den jongsten watersnood bijzonder onderscheiden hebben, om aan een oranje lint op de linkerborst te worden gedragen; de barret aan hen, die reeds vroeger met de medailles, ingesteld bij kon. besluiten van 31 Maart 1855, n°. 71, en van 24 Maart 1861, n°. 66, of met de barret, ingesteld bij Zr. Ms. laatst aange haald besluit, zijn begiftigd, en zich opnieuw bij den jongsten watersnood loffelijk hebben onder scheiden zij zal gedragen worden op de linker borst, door middel van een oranjelint, boven de vroeger door Z. M. verleende medaille en nevens de vroeger door Z. M. toegekende barret. De bar ret en het lint mogen niet zonder de medaille worden gedragen. Met ingang van 1 Juli zal de formatie van den staf der infanterie in dier voege worden ge wijzigd, dat hij zal samengesteld zijn uit1 lui tenant-generaal, inspecteur van het wapen; 4 generaals-majoors, divisie commandanten; 1 majoor, toegevoegd aan den inspecteur van het wapen 1 kapitein of lsten luiienant, adjudant van den inspecteur; 1 majoor (bij uitzondering een ofGcier van hoogeren rang), 3 kapiteins, 4 eerste en 2de luitenants, 4 kapiteins-kwartiermeester, 6 eerste en 2de luits-kwartierm., werkzaam bij hel departe ment van oorlog; 2 kapiteins en een nog niet bepaald getal 1ste of 2de luitenants bij de kon. mil. academie; 1 majoor directeur, 2 kapiteins en 2 eerste of 2de luitenants bij de normaal-schiet school; te zamen 32 officieren. Door Z. M. is bepaald dat de magazijnmees ters der artillerie te Gorcum en te Dordrecht met 1 Juli zullen belast zijn ook met de werk zaamheden, thans aan de betrekking van onder directeur bij de wapendepots verbonden, welke functie op dien datum is opgeheven. Mede zijn rnet ingang van dat tijdstip opgeheven de betrek kingen van magazijnmeester der artillerie te Gro ningen en te Grave. Naar men verneemt zal in Augustus in de omstreken van Rijssen eene vereeniging van troe pen, bestaande uit cavalerie, infanterie en artillerie, ter uitvoering van militaire manoeuvres plaats hebben. De troepen zullen tot dat einde zoowel te Rijssen, als in de omliggende gemeenten Hel- lendoorn, Wierden, Goor, Markelo en Holten inge kwartierd en de staf te Rijssen gevestigd worden. Men verneemt dat bij de regeering het plan beslaat om de grachten langs de vesting werken van Deventer voor een gedeelte te dem pen en er voor een gedeelte een kanaal van te maken, parallel loopende met het station van den spoorweg, opdat de schepen het station kunnen bereiken om er hunne goederen te laden en te lossen. Een groot gedeelte der gesloopte vesting werken blijft eigendom van het rijk en moet dienen voor een exercitie-terrein, enz. voor het garnizoen. De examens voor het radicaal van candi- daat-notaris zullen den 6den Mei, in het gebouw van het gerechtshof in Den Haag, aanvangen. Het kantoor der directe belastingen en ac cijnzen te Hillegersberg c. a. is gerangschikt in de 7de en dat derzelfde middelen te Gouda, bui tengemeenten, in de 6de klasse. Rondgeweven villen voor andere dan papier fabrieken kunnen eveneens tegen betaling van 1 °/0 der waaide ten invoer worden toegelaten. Onder den naam van annatto komen in den handel twee soorten van kras- of boterkleur- sel voor, de ééne een aftreksel van orlean, ge maakt met behulp van potasch, de andere be staande uit een kleurstof, opgelost in eene zoete plantaardige olie die met boomolie is gelijk te stellen. Deze laatste oplossing, onverschillig of ze in groote of kleine verpakking ingevoerd wordt, is te beschouwen als verfwaar in olie gewreven, en dus belast met 5 pCt. Annatto, geen olie, noch suiker of alcohol bevattende, is op of in andere groote verpakking vrij van rechten. Bij invoer zóó dat zij zonder overpakking in den kleinhandel kan worden verkocht, moet ze volgens de resolu tie van den minister van financiën van 14 Nov. 1866 als kramerij worden beschouwd en is zij dus insgelijks belast met 5 pCt. Pietwerktuigen of pietmolens voor de ver vaardiging van gouden en zilveren werken, die met de hand bewogen worden en ook door gewone goud- en zilversmeden worden gebruikt, behooren niet tot de fabriekswerktuigen, maar lot de gereed schappen waarvan een invoerrecht van 5°/0 der waarde verschuldigd is. Ventilators die door stoom worden bewogen en uitsluitend geschikt zijn tot het voortbrengen van een sterken luchtstroom in fabrieken en die door hunne afmetingen en waarde voldoende te onderscheiden zijn van ventilators voor gewone luchtverversching, kunnen als fabriekswerktuigen tegen het recht van l°/0 der waarde ten invoer worden toegelaten. Zr. Ms. ramtorenschip „Prins Hendrik der Nederlanden", onder bevel van den kapt.'-ter-zee A. N. L. Koops, is den 5den dezer te Malta aan gekomen en zou, na kolen te hebben ingenomen, dadelijk de reis vervolgen. Naar men verneemt, is de kapitein-inge nieur Canler Cremers benoemd tot adjudant van den inspecteur der genie.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1876 | | pagina 1