de bekende kaart van Joan Blaeu, die, naar som mige stadsgebouwen te oordeelen, de stad Zwolle voorstelt zooals zij zich ongeveer tusschen de jaren 1640 en 1650 aan het oog van den be schouwer moeten hebben vertoond. De heer Van Kerckhoff is tot deze daad geleid, daar de stad door de benoeming van Jhr. Mr. Th. H. T. Van Riemsdijk tot archivaris getoond heeft, groot belang te stellen in het behoorlijk inventa riseeren en beschrijven van het stedelijk archief. Z. M. heeft benoemd lot notaris binnen het arrond. Roermond, standpl. de gem. Horst, J. M. H. Roersch, cand.-notaris te Venlo; tot rechter in de arrond.-rechtbank in Den Haag Mr. J. C. E. baron Van Lijnden, thans rechter in die te Rot terdam, en Mr. W. C. D. Olivier, thans rechter te Leidenden hoogleeraar J. H. Scholten benoemd tot rector magnificus aan de hoogeschool te Leiden voor hel academiejaar 1876/77benoemd tot lid van den raad van toezicht op de spoorwegdiensten W. J. Wolterbeek, secretaris van dien raad, met toekenning van eervol ontslag uit die belr., en tot secretaris van dien raad Jhr. Mr. E. W. Berg. Gisteravond gaf de alhier gevestigde afdee- ling der Maatschappij tot bevordering der Toon kunst hare eerste muziekuitvoering, die door hare leden met hunne dames en belangstellenden werd bijgewoond. Het programma bevatte zeven num mers, waarvan er vier aan den zang waren ge wijd. Reeds bij de breede en krachtige, maar ook tevens zoo schoone Hymne „Eeuwig is God" van onzen landgenoot Verhulst gaf de zangvereeniging menig blijk van goede, ernstige studie ter vol voering van de haar gestelde taak. Ook in het „Requiem für Mignon", eene compositie voor ge mengd koor en kinderkoor, met piano en phys- harmonica van Rubinstein, deden de koristen zich op bevredigende wijze kennende koornummers werden met eene gewenschte eenheid uitgevoerd en de verschillende nuances zeer juist in acht genomen. Over 't algemeen kan men de uit voering der koornummers, die, zooals 't tekst boekje trouwens zelf zegt, zoomin voor eene uit voering in den huisehjken kring als voor concerten met groot en vol orkest berekend zijn, hoewel door het instrumentale gedeelte van het programma te veel in de schaduw gesteld, als vrij wel geslaagd beschouwen. Enkele solisten, o. a. de sopraan en tenor, waren uitstekend; de bas-solist scheen evenwel niet bijzonder gedisponeerd te zijn de verhouding der partijen en daardoor ook de uit voering van het mannen-quartett liet veel te wen- schen over. Het kinderkoor voldeed over 't alge meen vrij wel; enkele malen evenwel werd de noodige zuiver- en eenheid gemist. Ook in het eigenaardige en van vroeger hier niet onbekende „Zigeunerleben" van Schumann, alsmede in Brahms' dartele, levenslustige, maar soms ook zoo ern stige „Liebeslieder", zoo geheel verschillend van zijne in het vorige jaar alhier ten gehoore ge brachte compositie, gaf de zangvereeniging bewijzen van in den heer Daniel De Lange van Amsterdam een goeden leidsman te bezitten. De uitvoering ontving eene niet onbelangrijke aanvulling zoowel in quantiteit als qualiteit door de voordrachten der heeren Cramer en Van Loenen. De laatste wis selde het eerste gedeelte van het programma af met Schumanns „Faschingsschwank aus Wien", waarin hij als pianist blijken van een vrij goede techniek gaf, doch waarin men tevens dat gea cheveerde miste, dat in de „Sonate" voor piano en viool van Rubinstein meer kon gewaardeerd worden. Over 't algemeen is zijn aanslag echter wel wat te forsch. De heer Cramer wist als 't ware op zijn viool te tooveren. Zoowel in de sonate als de Canzona enz. van Raff gaf bij blijken zijn instrument meester te zijn. Een ademlooze stilte heerschte er als de snaren door zijn schoonen, zuiveren streek werden aangeroerd. Talrijk waren dan ook de toejuichingen die hem ten deel vielen. Schoon en veel, misschien wel te veel, was 't wat op instrumentaal gebied te genieten werd aangeboden. De zanguitvoering toch geraakte er al te veel door op den achtergrond. Eéne zaak betreu ren we echter, n.l. dat men de uitvoering niet op een anderen avond gesteld had. De wellevendheid, die de vereeniging tegenover hare groote en oudere zuster uit het Noordeinde verschuldigd is, heeft zij hierdoor wel wat uit het oog verloren. Men had ook, evenals vroeger steeds met „Caecilia" het geval was, hare leden, waaronder niet alleen de gelijke kunstbeoefenaars, maar natuurlijk ook be minnaars zijn, in de gelegenheid kunnen stellen deze uitvoering bij te wonen, zonder op hunne oefeningen invloed te willen uitoefenen. Wedijver, ook in de kunst, is loffelijk, mits hij niet in naijver of concurrentie ontaarde. Van dit laatste kan naluurlijk geen sprake zijn. Wij willen daarom veronderstellen dat alleen emstandigheden er toe medegewerkt hebben. Gemengd ÏNiewvrs. Ter verbetering van het bericht uit Schoonhoven, in een vorig nummer medegedeeld, diene dat de heer G. wel ten gevolge zijner brand wonden bezweken is, doch na van 1 uur des nachts tot des morgens halfacht onder geneeskun dige behandeling te zijn geweest. Zoowel door den geneesheer als door de menschen, bij wie de heer G. inwoonde, is alles aangewend wat tot zijn be houd strekken kon. Sedert den brand van 31 October 11., waarbij acht woningen en zeven schuren in de asch werden gelegd, bleef te Zuidland eenige spanning bestaan, doordien men van tijd tot tijd van brandbrieven hoorde en een sterke nachtwacht op de been werd gehouden. Den 22sten Jan. 11. werd wederom brand ontdekt in een vlasschuur, en na tijdige blussching zijn in of bij het vlas kruit en een lont gevonden, zoodat hier zeker aan kwaadwilligheid te denken viel. Een 25-jarige arbeider, J. K., is thans gearresteerd, als verdacht de dader te zijn. De rechtbank te Brielle heeft rechtsingang legen hem verleend en bevolen dat hij gedurende de instructie in hechtenis zal blijven. Onder de gemeente Best nabij Eind hoven zijn sporen gevonden van een wild zwijn. Er heerscht groote schrik en angst onder de inge zetenen. Eenige jagers uit den omtrek zijn bezig eene klopjacht te organiseeren, ten einde het ge vreesde dier te dooden. Te Londen moet zich onlangs een Franschman, zekere Auguste Chère, 38 jaren oud, die sinds twee jaren aldaar woonde eri naar hij zeide zijne vrouw bij het bombardement van Parijs verloren had, op eene eigenaardige wijze van het leven beroofd hebben. Hij sleepte twee groote planken en een groot mes met dubbel handvat naar zijne kamer, zonder daarmede, aangezien hij steeds met allerlei werktuigen bezig was, eenig kwaad vermoeden te wekken. Toen hij echter een paar dagen lang niet verscheen, deed de eigenaar der kamers de deur openbreken en men bevond, dat de ongelukkige zich door middel van eene zelf gemaakte guillotine onthoofd had. Zware steenen op het mes, eene katrol en gleuven in de bovenvermelde planken waren voldoende ge weest om de verlangde machine naar eisch te doen werken. Te Yeddo, in Japan, is eene hoog e- school voor schoor,e kunsten opgericht. DeJapan- sche regeering heeft tot het verkrijgen der noodige professoren voor de leerstoelen in de bouwkunst, het ornamenlteekenen, de beeldhouw- en schilder kunst het oog op Ralié geslagen. Sollicitanten moeten zich verbinden voor den tijd van vijf jaren en zullen bij aanstelling een inkomen genieten van ongeveer 40,000 gulden, behalve kostelooze woning en vrijen overtocht. Rechtzaken, Bij vonnis van den krijgsraad te 's-Herlogen- bosch, Maandag jl. uitgesproken, is de soldaat milicien-nummerverwisselaar d. L., die den 26sten December 11. een burger uit de gemeente Engelen een slag in het aangezicht toebracht, waardoor hij gedurende meer dan twintig dagen is verhin derd geworden om zijn gewoon werk te verrichten, te dier zake veroordeeld tot l'/a jaar cellulaire gevangenisstraf. Het gerechtshof in Den Haag wijdde heden zijne crimineele zitting aan de behandeling eener zaak die indertijd te Rotterdam nog al sensatie verwekte, nl. de belangrijke effecten- en juweelen diefstal in de woning van den heer G. L. op de Leuvehaven te Rotterdam. Ten nadeele van den heer S. en diens echtgenoote, inwonende bij voor noemden heer G. L., zijn toen gestolen: 4 Peru- aansche effecten ieder groot 100, 4 Spaansche groot 225, 170, 170 en 4210; 5 Russische ieder groot 100 en 1 dito groot 50 p. st.een zwart verlakte trommel, inhoudende 5 aandeelen in de Russische Nicolai-spoorwegmaatschappij ieder groot 20, '1 dito groot 100 p. st.4 obligatiên Noord- Amerika ieder groot 1000 dollars, 12 obligatiên Portugal ieder groot 100, 1 obligatie Rusland, groot 50 p. st., benevens twee gouden ringen, een met brillanten en een met paarlen, een gou den vestketling, twee juweelen oorknoppen en 7 bankbiljetten ieder van 100. De hoofd persoon in deze strafzaak is de 30-jarige huis knecht van gemelden heer, zekere D. G. N. Van der Veen, op wien de beschuldiging van den diefstal rust, terwijl de winkelier in kruideniers waren A. Quant, oud 60 jaren, voor zijn mede plichtige wordt gehouden. Beide personen werden deswege bij arrest van het voormalig prov. ge rechtshof van 29 December naar 's hofs openbare terechtzitting verwezen, waarin zij heden ver schenen. De acte van beschuldiging en het verhoor van een aantal getuigen brachten de omstandigheden aan het licht waaronder deze diefstal was bedre ven. Een volksoploopje voor de woning van den tweeden besch. in de Nauwe Broedersteeg bracht de Rotlerdamsche politie op het spoor van de daders. Dat zoogenaamde standje was teweegge bracht door eene bij hem inwonende vrouw, die zich bij den surveilleerenden politie-agent over mishandeling door haren onwetligen man beklaagde welke beambte op het gezegde harerzijds „ja, mijnheer, als je alles wist dan ging hij (wijzende op den kruidenier, in wiens woning beiden zich toen bevonden) voor 5 jaren naar het spinhuis" en ook na de ontdekking van een zwart verlakt trommeltje kwade vermoedens kreeg. Van zijne bevinding gaf de politiedienaar aan een zijner chefs kennis, op wiens last de kruidenier met het trommeltje en een blikken busje naar het politiebureel werd gebracht. Aldaar is gebleken, dat de trommel met geweld was opengebroken en o. a. bevatte 7 bankbiljetten ieder van /100 benevens een stukje papier, waarop de naam van de bestolene mevrouw S., die op vertoon de trom mel dadelijk voor haar eigendom herkende, als mede zes daarin gevonden coupons. Spoedig daarna werd haar huisknecht, de eerste beschuldigde, door de politie gearresteerd. In middels werd ten huize van mevrouw S. de ijzeren geldkist geopend en men kan zich den schrik en de ontsteltenis van die dame voorstellen, toen zjj bemerkte dat zij totaal „geruïneerd" was, daar al haar geld en hare juweelen waren verdwenen, niet alleen uit de meergemelde zwart gelakte trommel, doch ook uit een andere blanke trommel. Bij eene daags daarna in de woning van den tweeden besch. bevolen huiszoeking werd nog een aantal effecten ontdekt, terwijl uit de bank van leening werden overgenomen de twee juweelen oorringen, de gouden ring met brillanten, een met paarlen, de gouden vestketling met medaillon, welke sieraden mevrouw S. en haar echtgenoot als hun eigendom herkenden. Van groot gewicht is de verklaring van vrouw B., die sinds 12 jaren bij den 2den beschuldigde inwoont. Zij was, verborgen in een bed, waarin zij zich op last van den kruidenier had begeven, die zeide een heer te wachten, getuige van een gesprek tusschen de beide beschuldigden. Zij zag den lsten besch. het bewuste zwart verlakte kistje door middel van een door den kruidenier verschafte nijptang met geweld openbreken en daaruit eenige papieren en de bovenomschreven juweelen sieraden nemen, die, na hern aanbevolen te hebben de zaken goed te bergen, kort daarop vertrok. Dat verbergen geschiedde in overleg met de vrouw, die den volgenden morgen, 4 October, op verzoek van den tweeden besch. de gouden en juweelen voor werpen in de bank van leening onder den naarn van Breedveld heeft beleend voor 200, welk geld door haar aan hem overhandigd is. Dienzelfden dag bracht de eerste besch. we derom een bezoek, waarbij hem door den anderen eenige bankbiljetten van het beleengeld zijn uit betaald en v. d. V. hem nogmaals op het bart drukte zorg te dragen voor eene goede I ezorging van het gestolene. Hij is daarna niet meer terug gekomen. Uit de verklaringen van de bestolene en verdere getuigen blijkt, dat de 1ste besch. vrijen toegang heeft tot alle kamers en in haar

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1876 | | pagina 2