sleepboot, zoowel als de groote stoomboot, hevig geschokt en ook beschadigd werden. Spoedig tele- grapheerde hij aan zijn gezin, dat hij er onverlet •was afgekomen. Onlangs heeft men bij Mariënberg (Zweden) een achteilaadgeweer beproefd, waarvan de heer Bobmann, ingenieur te Falun, de uitvinder is. Het merkwaardigste van dit wapen is, dat men het gemakkelijk tot een repeteergeweer kan trans- formeeren, door toevoeging van een zoogenaamd magazijn. Men deed 700 schoten, waarvan 500 zonder het geweer schoon te maken; de snelheid van schieten bedroeg 20 a 23 schoten per minuut, zonder gebruik van het magazijn. Vervolgens be zigde men twee magazijnen van ongelijke grootte; met het grootste deed men 11 schoten in 15 se conden, met het kleinste 6 in 6 seconden. Door dit repeteer-mechanisme verkrijgt rnen de grootste snelheid die redelijkerwijze van een oorlogswapen geëischt kan worden. Uit Bremerhaven wordt gemeld, dat het verhoor der vrouw van Thomas (of Thomson) niets heeft opgeleverd. Zij verklaarde van zijn verleden, van zijn familie, van zijne relatiën of werkzaamheden niets met eenige zekerheid te weten, zelfs met zijn waren naam niet bekend te zijn. Van een misdadig plan had zij nooit iets bemerkt. Wel had zij gezien dat hij uit Amerika eene bezending had ontvangen, die hij als poets poeder had aangegeven en die, gelijk haar thans is gebleken, de door hem gebruikte ontplofbare stof moet zijn geweestdoch op hare vraag welke stof,het was en waarvoor die rnoest dienen, had hij geen antwoord willen geven. Volgens zijne laatste bekentenis heette hij evenmin Thomson als Thomas en was hij van Duitsche afkomst, daar zijne ouders omstreeks 1830 uit Duitschland als landverhuizers naar Virginië waren verlrokken. Zijne vrouw moet ouder zijn dan men aanvanke lijk op het oog meende, daar zij reeds elf jaar met hem gehuwd is geweest. Haar eigen naam heeft zij niet genoemd, naar het heet uit con sideratie voor hare bloedverwanten. Zij is thans naar Dresden teruggereisd. Het aantal personen, die onmiddellijk bij de ramp zijn omgekomen en die aan de gevolgen zijn overleden, bedraagt te zamen reeds over de 80. Men kan een visch in levenden staat verzenden, als men hem den bek vol stopt met een stuk in brandewijn gedoopt brood zonder korst en er dan nog wat brandewijn op schenkt. Men wikkele het dier dan in versch stroo, binde dat met garen vast en pakke dat alles in linnen. Als de visch op de plaats van bestemming is, ontdoe men het dier spoedig van het stroo, en wanneer het dan in versch water gebracht wordt, zal het weldra weer frisch en gezond worden. Groote visschen moeten zoodoende wel acht dagen lang levend kunnen blijven. Een Fransch professor heeft een kleine stoommachine vervaardigd, welke hij door de zon liet verwarmen. De uilkomst was zeer be vredigend. In 40 minuten tijds kreeg hij met 20 liters water stoom van twee atmosferen, en de spanning sleeg spoedig tot 5 atmosferen. De bruik baarheid van de machine is duidelijk gebleken, doch in onze streken zal zij bezwaarlijk aangewend kunnen worden, daar zonneschijn hier een te groote zeldzaamheid is. Voor tropische gewesten daaren tegen, waar meer zonneschijn en minder kolen zijn, kan zij groot nut hebben. In Beieren zal dezer dagen, voor het eerst weder sedert drie jaren, een doodvonnis ten uitvoer gelegd worden. De Italiaansche spoorweg- werken Battistella, die nu juist een jaar geleden in koelen bloede een moord pleegde, met geen ander doel dan zich met eene som van 35 gulden te verrijken, is ter dood veroordeeld en de koning van Beieren heeft dit vonnis bekrachtigd. Volgens de Beiersche wet geschiedt de voltrekking van het doodvonnis binnen de muren der gevangenis in tegenwoordigheid van de rechters, het openbaar ministerie, den verdediger en 24 burgers der slad. Een geestelijke mag den veroordeelde begeleiden. De „Organe de Mons" brengt de vol- gende bijzonderheden omtrent de vreeselijke ramp, waardoor de bevolking van het nabijgelegen kolen- district Donderdag jl. getroffen werd. Des ochtends te 8 uren had eene ontploffing plaats in eene gaanderij, gelegen ter diepte van 530 meter, van de mijn „la Cour," behoorende tot de maatschappij der „Charbonages beiges" en gelegen onder de gemeente Frameries. Op 't oogenblik der ontplof fing waren ongeveer 350 personen in de mijn werkzaam, van welke echter meer dan 200 in gaanderijen boven en beneden die waarin de ont ploffing plaats had. In deze bevonden zich op dat oogenblik 125 personen; drie hunner zijn er in geslaagd te ontkomen, 111 zijn onmiddellijk om gekomen, terwijl 11 zwaar gekwetst te voorschijn gehaald werden. Twee van deze laatsten stierven reeds vóór den nacht, terwijl de toestand van 4 anderen hopeloos. De maatregelen, onmiddellijk lot redding der ongelukkigen genomen, worden door het blad zeer geroemd, doch beantwoordden weinig aan de verwachting, daar slechts 11 van 122 personen nog levend te voorschijn gebracht werden, die bovendien nog allen zeer gevaarlijk gewond zijn. De hartverscheurende tooneelen te beschrijven, die men aan den ingang der mijn waarnam, waar de geheele bevolking van Frameries zich bevond, zegt 't blad, is onnoodig; iedereen kan ze zich voorstellen. Er waren moeders, echt- genooten, zusters, bruiden, broeders en kinderen, die allen in heftige smart zich op de lijken wier pen, waarvan zij vaak tevergeefs de identiteit trachtten te constateeren. De meeste slachtoffers waren echter niet verminkt en blijkbaar gestikt hunne gelaatstrekken zijn niet verwrongen en bij velen ligt nog een glimlach om den mond, zoodat zij blijkbaar plotseling door den dood verrast zijn. Een onderzoek naar de oorzaak is onmiddellijk ingesteld, waarvan men zich echter weinig resul taat voorstelt. Deze mijn is, wat luchtverversching betreft, een der beste van het land, zoodal óf verre gaande onvoorzichtigheid van een der werklieden dit onheil veroorzaakte, öf hier slechts te denken is aan zulk eene ontploffing, waarvoor men on mogelijk op zijne hoede kan zijn. De administratie der „Charbonnages beiges" heeft onmiddellijk maatregelen genomen om de nagelaten betrek kingen der slachtoffers te hulp te komen. Rechtzaken. De directeur van een kermistheater, C. Spriet, is door het kantongerecht te Schoonhoven ver oordeeld tot eene geldboete van 5 en in de kosten, wegens het doen verrichten van acroba tische kunsten door een meisje van 9 jaren, dat in zijn dienst was. Het oordeel der deskundigen in de zaak van den aannemer Nederlof, dat de biezenbeplan- ting eener plaat in de rivier eerder tot aanslib bing en verhooging der plaat aanleiding kan geven, dan wanneer zij aan de natuur wordt overgelaten en daarop ruigte groeit, en derhalve die beplan ting den geregelden afloop van het water kan belemmeren, werd bij arrest van het hof in Zuid- Holland, Zaterdag in hooger beroep gewezen, als 's hofs eigen oordeel overgenomen. Het hof ver nietigde het vonnis der Retlerdamsche rechtbank, voor zooveel den vorm betreft, en veroordeelde den appellant N., wegens het zonder vergunning van den minister van binnenl. zaken beplanten met biezen eener plaat in de rivier de Nieuwe Maas nabij Schiedam, tot eene geldboete van ƒ600, zijnde dezelfde straf als reeds door den eersten rech ter was opgelegd. Bij een uitvoerig arrest heeft het hof in Drente de twee boerenknechten uit Havelte niet schuldig verklaard aan den manslag, gepleegd op zeker persoon aldaar, op den 26sten September jl., maar wel aan mishandeling, en dientengevolge H. R., oud 26 jaren, tot 2 jaren gevangenisstraf, en H. H., oud 19 jaren, tot 18 maanden gevan genisstraf Veroordeeld, in eenzame opsluiting te ondergaan. Het thans afgetreden raadslid G. P. Simons, te Tjallebert, die den hoofdonderwijzer H. Radersma, te Gersloot, het been heeft stuk geslagen, en daarom tot een jaar cellulaire gevangenisstraf is veroordeeld, heeft zich in cassatie voorzienhij is inmiddels naar België uitgeweken. KOLONIËN. BATAVIA, 11 November. De onderinspecteur van het loodswezen enz. is naar Benkoelen, om het der scheepvaart aan het loshoofd te Poeloe-Tikoes gemakkelijker te maken. Van daar zal naar Padang worden gestoomd, ten einde uit de omliggende eilanden eene keus te doen voor het oprichten van geleidelichten; dan zal de tocht worden voortgezet naar Poeloe-Bras, ten einde het hulpücht van den Willemstoren te obser- veeren. Ook bestaat het plan om op het eiland Edam, op de reede van Batavia gelegen, een licht op te richten, terwijl het bestaande Balaviasche licht eene verbetering zal ondergaan door het aanbrengen van roode lantaarnglazen en het ge bruiken van petroleum in plaats van klapperolie. Door den gouverneur van Celebes is onder dagteekening van 3 dezer verzonden een tele gram, luidende: Zr. Ms. stoomschip „Banka" en het detachement militairen zijn dezer dagen van Menado alhier teruggekeerd. Ook de van Java naar Menado verzonden koeli's keeren morgen naar Java terug. In de Noorder-districten had een treffen plaats tusschen twee zonen van Kraëng Bonto-Bonto en eene militaire patrouille, bij welke gelegenheid een Europeesch fuselier sneuvelde en een Europeesch en een Inlandsch fuselier licht gewond zijn. De vorst van Sopeng, diens broeder Datoe Botto en de kroonprins van Sidenring zijn hier aangekomen. Daëng Pasele en de sergeant Van Dijk zijn van hunne wonden hersteld. De eerste wordt echter nog als reconvalescent behan deld. Voor het overige bleef de rust ongestoord en liet Kraëng Bonto-Bonto niets van zich hooren. De zwervende onruststoker Berniat, die het den ambtenaren bij het binnenlandsch bestuur in de Padangsche bovenlanden zoolang lastig heeft gemaakt, door zijn stoken en ophitsen der gemoe deren van het volk, is eindelijk gevat en gedood. Het waarnemend districlshoofd van Soengie Le- mouw, vergezeld van een oppasser en twee in- landsche hoofden, heeft hem overvallen in een schuilplaats, waar h'y zich met twee zijner volge lingen had teruggetrokken. Een salvo van drie geweerschoten doodde een der volgelingen en wondde Berniat, die vervolgens werd afgemaakt. De tweede volgeling vluchtte en ontkwam. De hoofden der verslagenen werden van den romp ge scheiden en, op staken geplaatst, in triomf naar Benkoelen gevoerd, om daar aan het volk te wor den vertoond. Tegen den amfioenpachter van Solo is rechtsingang verleend, omdat hij een achterstand heeft van 111.000. Bij Java's eerste punt, in de Meeuwenbaai, zoude een lichttoren boven op eene 34 meter hooge klip worden gebouwddoch deze onder zoekende, vond men een verticaal loopende scheur, welke eenige bezorgdheid verwekte en de vraag deed ontstaan, of die klip door de scheur wel geacht kon worden sterk genoeg te zijn om den zwaren bovenlast te dragen. Eene commissie van drie ingenieurs, vergezeld van den inspecteur van het loodswezen, heeft zich derwaarts begeven, ten einde een nauwkeurig onderzoek in loco in te stellen. De uitslag was alleszins bevredigend; de commissie keurde de klip voor bedoelden boven bouw goed, .zoodat reeds een aanvang met het het werk is gemaakt. Te Soerakarta is door eenige particulieren een verzorgingsgesticht voor minvermogende kin deren opgericht. Te Soerabaya heeft de opening der hoogere burgerschool op plechtige wijze plaats gehad. In Magelang heeft de te veld staande tabak veel schade geleden door regen en hagel; ook woedde aldaar een hoos, welke zeven tabakslood- sen omverwierp. Een der schuren is verbrand; het is vrij zeker dat hier moedwil in het spel is geweest. Den 6den zijn in de dessa Soekoredjo, dis trict Pare, in Kedirie, twee Chineezen vermoord. Tusschen de „Aljeh", gezagvoerder Van den Gevel, en de „Willem Kroonprins der Nederlan den", gezagvoerder Hagers, de eerste van hier vertrekkende, de laatste met de mail van Singapore komende, heeft eene aanvaring plaats gehad, waar door de mailboot binnen 35 minuten zonk en slechts de top van het tuig boven water bleef. Een inlandsche stoker en drie Chineesche passa giers verloren het leven. De mailpakketten, 80 kisten opium, 90,000 dollars en de verdere lading zijn verloren. De directie der Ned.-Ind. stoomvaart maatschappij heeft den commandant der zeemacht verzocht, twee marine-officieren aan te wijzen om met den havenmeester en de experts van Lloyds

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 2