Te Deventer is het IJselwater steeds wassende. Reeds is een gedeelte van de Haven onder water geloopen. Door den hoogen waterstand van den Nieuwen IJsel is de straatweg van Doesburg naar Dieren ondergeloopen en kan alleen door rijtuigen gepasseerd worden. Uit Westerschelling wordt gemeld: De schipper G. Drijver met zijne twee zoons, tweelingen van 17 jaar, die Zondag van hier uit zeilden, zijn hoogstwaarschijnlijk door den storm verongelukt en in de golven omgekomen. Hun vaartuig, een blazer, moet voor anker weggeslagen zijn, en wordt nog steeds vermist, terwijl de ge broken mast en een deel van het tuig zijn aan gebracht. Een vierde opvarende, die overboord gesprongen was, om zwemmende den oever te bereiken, is aan strand gespoeld en gered. Dinsdag-ochtend is te Sittard uit een vijver opgevischt het lijk van den 60-jarigen J. G., die in het naburige Ophoven te huis behoorde. De ongelukkige was zeer aan sterken drank ver slaafd en verkeerde ook den vorigen avond in verregaanden staat van dronkenschap; het schijnt, dat hij ten gevolge daarvan in het water gevallen en verdronken is. De ontvluchte, vermoedelijke dader van den moord, op den boschwachter te Stein gepleegd, heeft zich gisteren vrijwillig ter beschik king der justitie gesteld. Te Maastricht is gisteren het water 34, te Grave 12 en te 's-Hertogenbosch 22 cen timeter gevallen. De Beersche overlaat werkt met 33, de Baardwijksche overlaat met 17 centimeter. Het proces te Brest in de zaak van het schip „H. L."moord op den kapitein Blan- chet, is eene nieuwe phase ingetreden. De recht bank van revisie heeft met algemeene stemmen het vonnis, waarbij het eerste maritieme ge rechtshof zich incompetent had verklaard, ver nietigd en de beklaagden verwezen naar een tweede rechtbank. Aan de Nieuwebrug te Amsterdam zijn twee kleine antiquiteiten te voorschijn ge komen, die vroeger achter de getimmerten op de zoogenaamde platjesbeurs verscholen waren. Het zijn twee steenen bas-reliefs, die meer dan drie eeuwen oud, maar goed bewerkt en wel bewaard zijn. Op den eenen steen ziet men een zestiende- eeuwsch zeeschip uitgehouwen, op den anderen een zeeton met den ketting. Zij zijn nog sprekende herinneringen aan een voorrecht, dat de stad Amsterdam in den tijd harer opkomst verkregen en twee eeuwen lang bezeten, maar in den Spaan- schen tijd verloren heeft, namelijk„het recht der Paelkiste", een soort van vuur-, ton- en bakengeld. Bij de trekking der staatsloterij pres- teeren, gelijk men weet, een paar weesjongens van de Herv. diaconie in Den Haag hunne diensten. Naar men verneemt is besloten, hiertoe in 't vervolg andere personen te bezigen, ten einde die jongens geen schoolverzuim te doen begaan en hen niet bloot te stellen aan 't gevaar, dat de speelzucht bij hen wordt ontwikkeld. Prof. Tyndall heett een signaal-trom pet uitgevonden, waarbij de luchtdruk zoo sterk moet zijn, dat het hoofd van een persoon er door van den romp gescheiden wordt als hij er zich te dichtbij waagt. Het doel der uitvinding is echter niet ten nadeele, maar ten bate der menschheid. De toon van de trompet zal nl. door storm en mist heen, zes Engelsche mijlen in 't rond te hooren zijn, en het instrument zal, als althans de theorie door de practijk wordt bevestigd, menige schipbreuk aan de Engelsche kusten door een tijdig waarschuwings-signaal kunnen voorkomen. In den circus te Par ij s werden eenige dagen voorstellingen gegeven door een man, die zich uit een kanon in de lucht liet schieten, een trapéze pakte en dan daaraan zijne toeren deed. Bij de derde voorstelling miste de kanon-man de trapéze en hij viel, buiten het gespannen net, naar beneden. Hoewel bewusteloos en gekwetst weg gedragen, boezemt zijn toestand geene bezorgd heid meer in. Voor de assises in het departement du Lot stond voor een paar dagen terecht Sophie Gautier, met zekeren Bouyou getrouwd, wonende te Bourg, waar het echtpaar een her berg hield. Zij werd beschuldigd zeven harer kin deren, benevens een kleindochter, vermoord te hebben door middel van naalden. Zij had tien kinderen, van welke er zeven beneden het jaar gestorven waren; doch de justitie vatte eerst arg waan tegen haar op, toen haar kleindochter, een kind van negen maanden, den 22sten Juni jl. plotseling overleed, op een oogenblik dat de vader, zoon van vrouw Bouyou, op sterven lag. Het lijk van de kleindochter werd opgegraven en het on derzoek heeft tot de ontdekking geleid van mis daden, waarvoor men geen naam weet te vinden. Het kind had twee stopnaalden in den buik, die er eenigen tijd moeten gezeten hebben, voorts een stuk van een breinaald, later in 't lijf gestoken, en het andere gedeelte van de breinaald in de richting van het hart, waarop de dood onmiddel lijk moet gevolgd zijn. In het lijk van het laatste kind van Sophie, dat insgelijks was opgegraven (het kind was den 15den April van dit jaar, vijf weken oud, gestorven), vond men vier naalden. Sophie bekende dat zij beiden, haar kind en haar kleinkind, vermoord haddoch zij ontkende hare zes andere kinderen van kant gemaakt te hebben. Tot den moord van haar kleindochter schijnt ze, hoewel zij zeer welgesteld was, door hebzucht gedreven te zijn. Het kind moest sterven vóór de vader (haar zoon), om een gedeelte van diens vermogen, ten nadeele harer schoondochter, die zij verfoeide, te kunnen erven. Haar laatste kind heeft zij vermoord, omdat dit haar hinderlijk was in het losbandig leven, dat zij sedert hare jeugd geleid had. Sophie was voor de tweede maal ge trouwd. Er rusten zware vermoedens op haar, dat ook haar eerste man het slachtoffer van haar moordlust is geworden. Zij is ter dood veroordeeld. Verzachtende omstandigheden konden hier niet in aanmerking komen. Toen het monster haar von nis vernomen had, keerde zij in de gevangenis terug, waar zij zich met graagte aan het haar toegediende maal zette. Rechtzaken. De gewezen burgemeester van Hennaarderadeel R., beschuldigd van valschheid in geschrifte enz., is te dier zake naar den proc.-gen. bij het prov. gerechtshof in Friesland verwezen en gevankelijk naar Leeuwarden overgebracht. Hij heeft tot zijn verdediger gekozen Mr. A. Bloembergen Ez. Omtrent de al of niet gegrondheid van de exceptioneele rechtsvordering, Maandag voor het Hof van Z.-H. behandeld, werd gisteren door adv.-gen. Mr. Van Maanen conclusie genomen, strekkende tot ongegrondverklaring der exceptie van onbevoegdheid tot terugvordering door de moeder van hare natuurlijke dochter. Adv.-gen. was daarbij van meening dat het er voor gehou den rnoest worden, dat het kind wettig is erkend, ofschoon de moeder zich niet had laten bevestigen in de voogdij. Krachtens de Ned. wet was echter die bevestiging in casu niet noodig en al ware de moeder van rechtswege vervallen van de voogdij, zij was naar het oordeel van den ambtenaar van het O. M. toch volkomen bevoegd haar minder jarig kind op te vorderen en hadden de rechten en verplichtingen, aan hare ouderlijke macht ver bonden, niet opgehouden te bestaan. Uitspraak 27 December. KOLONIËN. BATAVIA, 14 October. Uit Kotta Radja wordt van 4 October gemeld De vijand wordt eiken dag brutaler en tracht op alle mogelijke wijzen tusschen onze posten door te dringen. Eenige dagen geleden hebben de Atjeh- neezen onze benting te Blang-Tjoet bekropen. Zij waren reeds tot op p. m. 30 passen genaderd, alvorens de ontdekking plaats had. De toedracht der zaak was als volgt: Bij stikdonkeren nacht begonnen zij de benting in het front te beschieten; toen dit vuur lastig werd en steeds langzaam naderde, werden zij door de geheele bezetting van uit het aangevallen front beantwoord, waar door de andere facen, behalve de schildwachten, geen verdediging hadden. Terwijl het vuren in het fort bleef aanhouden, had de vijand een anderen troep afgezonden om ons aan de tegenovergestelde zijde te overrompelen. De omtrekkende troep vuurde niet, en daar het zeer donker was, gelukte het tot op pl. m. 30 passen de benting te naderen. Het hoofd, in hel wit gekleed, werd toen door de schildwacht ontdekt, waarop onmiddellijk de helft der bezetting naar de besprongen face overging; na twee uren gevuurd te hebben, kon men pas zeggen, dat de aanval was afgeslagen. Om het doordringen van den vijand naar kampong Djawa te beletten en tevens om van zulk een onderneming spoedig kennis te krijgen, worden er 's nachts van Kotta Radja naar Oleh-leh rijdende patrouille» uitgezonden, bestaande uit de bereden onderoffi cieren, korporaals en trompetters der artillerie, vergezeld van één cavalerist. Deze patrouilles zijn gewapend met sabels die veel te zwaar voor het gebruik zijn en met pistolen model 1830, waar mede men beter kan gooien dan schieten. Civiel Departement. Benoemd: Tot ads.-res. van Tjiandjoer Jhr. D. F. Van Alphen. Bij de algemeene rekenkamer: tot lsten comm., G. O. Coorengel, tot 2den coram. J. Th. R. Taa- sent, tot 3den comm. A. F. Stephan. Bij het binnenl. bestcrar buiten Java en Madura, tot contr. 1ste kl. J. J. Naeff, tot contr. 2de kl. J. Peelen, tot adsp.-contr. V. L. De Lannoy. Bij den post- en telegraafdienst, tot kantoorchef 1ste kl. F. A, Cardon, tot kantoorch. 2de kl. A. W. L. Hennebert, tot comm. lste kl. W. S. H. Fransz, tot commies 2de kl. J. F. Stoelman, F. H. Hoedt cn W. F. Van Heemskerk, tot commies 3de kl. L. De Casembroot, H. F. Den Hartog, F. C. Meuleuhoff en A. Fisher. Bij de afdeeling „Hoogerc Burgerschool" van het gymn. Willem III, benoemd: tot educator, de milit ambt. 2de kl. F. M. Bajettotot hulpl. iu het teekcuen F. M. Bajetto; door den landraad te Socmoroto (Madioeo) tot buitengew. subst.- grifGer J. N. Labaar. Verleend: Een tweej. verlof naar Ned. wegens ziekte, aan den lsten klerk op het ads.-residentie-bureel te Sidajoe J. H. C. Jarraan. Departement van Oorlog. Verleend: Een tweejarig verlof naar Ned., wegens ziekte, aan den onder-intend. 2de kl. bij de milit. admin. L. F. H. Smith. Ontslagen: Eervol, uit 's lands dienst, de borgerl. schrijvers 4de en 5de kl. bij de milit. admin. F. Coster, C. F. Adam en B. J. Sahowat. Departement van Marine. Benoemd: Tot boekhouder bij do marine-magazijnen en stapelpl. te Socrabaia, F. B. Wiggen; tot commies bij het marine-établ. aldaar, P. W. M. H. Rennei BUITENLAND. Prankrij k. De groep-Lavergne heeft gisteren eene bijeen komst gehad met het rechter-centrum, om over de verkiezing der 75 door de Kamer te benoemen senatoren te handelen. Beide groepen hebben de voorstellen van het linker centrum gehoord. De Commissie voor de wel op de drukpers heeft weer eene zitting gehouden. Zij wil in art. 1 het woord „republiek" brengen. Een besluit heeft zjj echter nog niet genomen. De commissie, belast met het onderzoek van de wet op de drukpers, heeft besloten aan de Kamer voor te stellen, hoofdstuk III van de voor dracht, dat over den staat van beleg handelt, los te maken van de beide eerste hoofdstukken be treffende de drukpers-vergrijpen. De Commissie ziet geen verband tusschen de beide deelen van het ontwerp. Zij heeft voorts met 11 stemmen tegen 4 uitgemaakt, dat de staat van beleg in alle departementen moet opgeheven worden. Spanje. Uit Madrid wordt gemeldQuesada was gereed naar Madrid te vertrekken, toen hij vernam dat de Carlisten eene beweging uitvoerden naar het Oosten van Navarra; hij stelde daarop zjjn reis naar Madrid uit, om de operaties voort te zetten. De divisie van het regeeringsleger onder generaal Espagna rukte voorwaarts en nam na een hard nekkig gevecht, waarbij vele Carlisten sneuvelden, de stelling van Alzuza in. Quesada viel de posities van Cristobal hij Pampeluna aan, van waar hij met de artillerie de Carlislen bestookt. Turkije. De „Times" heeft eene dépêche uit Cettinje ontvangen, volgens welke de Servische buitenge wone gezant naar Belgrado teruggekeerd is met de grondslagen van een tractaat tusschen Servië en Montenegro. Er is nog niets definitief vastge steld slechts moet Montenegro hebben aangedron gen dat ook in 't bijzonder de belangen der Sla vische bevolking in Dalmatië en Croatië in 't oog gehouden zouden worden. De militaire operaties zijn wegens de koude geschorst. De Porte wenscht dringend dat Rusland en Ooslenrijk vertoogen zullen richten tot prins Nikita, omdat nog voortdurend Montenegrijnen zich bij de opstandelingen aansluiten. De „Polit. Corr." meldt uit Ragusa, dat 6000 Monlenegrijnen, voorzien van 12 stukken

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 2