LEIDSCH DAGBLAD. N°. 4823. Dinsdag A0. 1875. 2 November. PRIJS DEZER COURANT: ▼oor Leiden per 8 maanden1. Franco per post.B 1.40. Afzonderlijke Nommers0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIE!!: Van 16 regelsf 1.05. Iedere regel meer0.17*. Grootere letters naar plaatsruimte. EEN NA-DEBAT. Voorwaartszoo luidt de algemeene leus in onze dagen van stoom, en nauwelijks heeft men verkregen wat men najaagde, of reeds strekt men de hand naar iets anders uit. En dat is goed ook, want stilstand is achteruitgang. Toch willen wij ditmaal een oogenblik stilstaan bij iets, dat reeds tot het verledene behoort, in het vertrouwen dat onze lezers na het doorloopen van deze regelen ons daarom niet als voorstanders van stilstand zullen beschouwen. Trouwens juist met het oog op de belangen van later dagen veroorloven wij ons dien terugblik, en wel op de in de gemeente raadszitting van den 21sten October tot een ten deele zoo gunstige beslissing gebrachte gasquaestie. Na de lezing van het belangrijk rapport van Commissarissen der Stedelijke Gasfabriek, ge steund door het advies van B. en Ws., hadden wij een goed vertrouwen in den afloop der zaak, en in die verwachting werden wij, ongetwijfeld tot groot genoegenvan alle particuliere gasver- bruikers, niet teleurgesteld. In die meening ont hielden wij ons van een hernieuwde bespreking van het punt in quaestie, dat trouwens reeds dikwijls genoeg door ons werd behandeld, te meer daar wij ons juist niet ten volle konden vereeni gen met al de argumenten, in bovengemeld rap port aangevoerd, al stemden wij ook in met de conclusie, waartoe het leidde, althans wat betreft de verlaging van den prijs van het gas. Niet beter meenen wy onze zienswijze te kun nen verduidelijken dan door hier de uitspraak te herhalen van een der raadsleden, die zich ten sterkste voor alle prijsvermindering verklaarde, omdat hij elke winst, uit de gasfabriek getrokken, voor onrechtmatig hield. Ziedaar het eenig juiste standpunt, waarop men zich bij de behandeling der zaak naar onze rnee- ning had te plaatsen. Dat alleen billijke motief nu kunnen wij in het rapport van Commissarissen niet terugvinden. In tegendeel vindt- het daarin uiteengezette voorstel tot verlaging van den gasprijs zijn voornaamsten grond in de overweging dat naar alle waarschijn lijkheid ten gevolge der prijsvermindering het aantal verbruikers onder kleiner neringdoenden en particulieren dermate zal toenemen, dat men na verloop van betrekkelijk weinig tijds weder hetzelfde standpunt zal hebben bereikt, dat wil zeggen, dat volgens een matige berekening de gasfabriek in het jaar 1878 weder ongeveer even veel aan batig saldo zal afwerpen als thans het geval is. Ziedaar nu een beginsel, waarmee wij ons niet kunnen vereenigen. Wij ontkennen niet, dat de verhoudingen door de prijsverlaging zullen verbe teren; want gaven heeren Commissarissen in hun rapport niet onduidelyk de vrees te kennen dat bij handhaving van den prijs van 12'/2 ets per M* een aantal kleinere gasverbruikers eerlang zich van een goedkooper lichtsoort zouden gaan bedienen, dezen zullen thans consumenten blijven niet alleen, maar er zullen nieuwe toetreden, zoo dat het saldo, dat door de gasverbruikers indirect in de gemeentekas wordt gestort, zich over een grooter aantal ingezetenen zal verdeelen. Zoolang echter niet alle belastingbetalenden tevens zich van gaslicht zullen bedienen, en dat wel in ver houding naar hetgeen zij aan plaatselijke belasting betalen, een verhouding die wel nimmer zal te bereiken zijn, blijven wij beweren, dat het trekken van winst uit de gasfabriek een willekeurige be lasting is, geheven niet van alle belastingschuldige burgers, maar uitsluitend van hen die om de een of andere reden gaslicht branden. En die onbil lijkheid wordt natuurlijk te grooter tegenover de industrieelen, die zich genoopt zien in hun fabrie ken of werkplaatsen van een groot aantal gaspitten gebruik te maken. Reeds daarom alleen zouden wij het betreuren, indien later mocht worden be sloten de percentsgewijze korting af te schaffen, die thans door de groote gasverbruikers wordt genoten; zij toch moeten het aanzienlijkste gedeelte opbrengen van de som, die uitsluitend van de gas- consumenten in de gemeentekas vloeit. En ondanks dat alles leggen de thans ingevoerde bepalingen betreffende de gasmeters juist aan fabri kanten en industrieelen nieuwe lasten op. De huur toch voor hen, die van een der grootere soorten van meters gebruik maken, is zoo hoog gesteld, dat men geneigd is te vragen, of daarin een, natuurlijk nog veel eenzijdiger, tegenwicht is ge zocht voor de pas verleende concessie door ver mindering van den gasprijs. Ware het ook niet wenschelijk geweest naast den huurprijs ook tevens den koopprijs der meters op te geven? Men zal toch zeker niet uitgaan van de onderstelling, dat de groote gasverbruikers alleen ten voordeele der fabriek aan het voortdurend betalen eener zoo hoog opgedreven huur de voorkeur zullen geven boven het voldoen in eens der koopsom van een meter. Een andere vraag is het, wat thans hun te doen staat, die reeds een gasmeter in eigen dom hebben. Zullen zij kunnen volstaan met dien volgens de voorschriften der wet te doen ijken? Wij zijn nog niet aan het eind der bezwaren, waarmede de groote gasverbruikers, die men de steunpilaren der fabriek zou kunnen noemen, be dreigd worden. Wel wordt in art. 12 bepaald dat elke rnaand de stand van den meter zal worden opgenomen, des verlangd in tegenwoor digheid van den verbruiker, rnaar omtrent een ander punt, het vullen van den meter, dat op de aanwijzing van het werktuig onzen lezers zal het zeker niet onbekend zijn een zoo grooten invloed kan uitoefenen, wordt het stilzwijgen be waard. Tegenover een zoo hoogen huurprijs heeft de consument toch zeker wei het rechl zijnerzijds controle uit de oefenen op de meer of minder juiste werking van den meter. Wellicht zullen sommigen onzer lezers geneigd zijn ons op grond van hetgeen wij daar neder- schreven te beschuldigen van ontevredenheid na hetgeen door de aanzienlijke prijsverlaging, waartoe thans besloten is, reeds werd verkregen. Zij zou den onbillijk zijn; ook wij zijn den raadsleden erkentelijk, die door hun votum meewerkten om in deze een althans ten deele billijker toestand in het leven te roepen. Maar dat men tot die verandering heeft besloten op grond dat men ten gevolge van het toetreden van meerdere gasver bruikers later toch weer tot dezelfde, naar onze meening onbillijke verhouding zal geraken, zie, daartegen komen wij op, evenals tegen elke po ging om hen, van wie de fabriek juist de grootste inkomsten geniet, in de betrekkelijk ongunstigste verhouding te verplaatsen, vooral in een stad, waar fabriekswezen en industrie een zoo groote rol spelen. Na het raadsbesluit, dat den 21 sten dezer werd genomen, is de toestand deze geworden: het vicfeuse beginsel is gehandhaafd, rnaar de wer king daarvan door minder strenge, ofschoon een zijdige toepassing verzacht. De gasverbruikers heb ben om een bekend spreekwoord te bezigen wel de knikkers, althans voor een gedeelte, ge kregen, maar niet het recht van het spel. Het natuurlijk gevolg daarvan is, dat ook die knikkers in de toekomst altijd een onzekere bezitting zul len uitmaken. LEIDEN, 1 November. Wij zijn in staat onzen lezers nog een en ander omtrent de feestviering van Prof. Polano Zaterdag jl. mee te deelen en maken tevens van die gelegen heid gebruik om eene kleine onjuistheid in ons vorig bericht te herstellen. Het waren geen coupes maar candelabres, die met de pendule het geschenk uitmaakten dat den Hoogleeraar namens adsisten- ten, oud-leerlingen en leerlingen werd aangeboden, en zeker was het niet weinig opmerkenswaard, dat Prof. Koster van Utrecht, die daarbij het woord voerde, zelf èn tot de leerlingen van Prof. Polano had behoord èn diens adsistent in het Stedelijk Ziekenhuis te Rotterdam was geweest. Wij vermelden nog dat het Prof. Boogaard was die uit naam der medische faculteit het woord voerde, en dat onder de velen, die hunne geluk- wenschen kwamen aanbieden, ook de President van Curatoren der Leidsche Hoogeschool, de heer Gevers van Endegeest, en de President van de Commissie van bestuur van het Academisch Zieken huis, de heer Van den Brandeler, werden opgemerkt. Zoowel uit de toespraken van de heeren Koster en Boogaard als uit die van Prof. Buys, die van Prof. Modderman vergezeld den feestvierende namens den Senaat der Hoogeschool kwam ge- lukwenschen, bleek niet alleen hoe hoogelijk de verdiensten van den achtenswaardigen ge leerde worden geschat, maar tevens hoe groot de genegenheid en sympathie zijn, die men hern persoonlijk toedraagt. Zoo ooit dan had men hier den officieelen toon bijna geheel laten varen en deed de slem des gevoels zich in warme klanken hooren. Diep getroffen beantwoordde Prof. Polano de tot hem gerichte toespraken en verklaarde dat deze dag voor hem onvergetelijk zou blijven. De serenade met fakkellicht des avonds den Hoogleeraar gebracht was zeer luisterrijk en deed natuurlijk eene groote menigte op de been zijn. De heer Bylsma namens de medische, vergezeld van den heer Wichers van Kerchem namens de juridische faculteit, vertolkte in warme bewoor dingen de gevoelens van hoogachting en genegen heid der studenten voor hun leermeester. Prof. Polano dankte op welsprekende wijze voor de hem gebrachte hulde en verklaarde tevens, hoe aange naam het hem was, dat zij niet alleen uitging van de medische studenten maar ook van zyne overige leerlingenmet een heildronk op het Leidsche Studentencorps eindigde hij. Muziekstukken wis selden de speeches af. Zeker zal bij allen, die van de feestviering van Zaterdag getuigen waren, die dag den alleraange- naamslen indruk achterlaten, en wel niet het minst bij den geacht en Hoogleeraar en zijne familie, wien zooveel blijken van sympathie ten deel vielen. By de heden gehouden openbare verkooping van cokes van partyen van 50, 10 en 5 hecto liters waren de hoogste prijzen f 27,00, 5.90 en f 2.80 en de laagste f 26.50, /"5.30 en/"2.70. Van de 13 candidaten voor de handwerken, door de commissie voor het I. o. Zaterdag in Den Haag geëxamineerd, werd 1 afgewezen toe gelaten rnej D. J. Bonket uit Dordrecht, voor smaak; E. Bras en H. W. Donkersloot uit Rot- j terdam, voor nut; M. C. Giaaff uit Dordrecht, i voor nut en smaak; J. W. M. Hulslijn uit Piot- I

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 1