Gisteren heeft aan het ministerie van bui- tenlandsclie zaken de onderteekening plaats gehad eener conventie lusschen Nederland en België tot wijziging van het gemeenschappelijk reglement voor het loodswezen op de Schelde. Z. M. heeft aan Mr. T. J. Noyon, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit zijne betr. van adjunct-commies bij het depart, van justitie; Dr. G. Penon, te Tiel, benoemd tot leeraar aan de rijks hoogere burgerschool te Warffum; aan Hd. adjudant in buiteng. dienst, den gepensioneerden schout-bjj-nacht Jhr. F. De Casembroot, vergund de aanvaarding der benoeming van eere-ridder der Jobanniter-orde en de aanneming van de daar aan verbonden versierselen of onderscheidingstee kenen; aan den voor den dienst in Ned.-Indië bestemden soldaat A. C. J. Lepage, van het kol. werfdepot, vergund het dragen van de Fransche herinnerings-medaille voor de expeditie in Mexico. Gemengd INieuws. Hedenmorgen om halfzeven heeft zich een metselaar, wonende op de Oranjegracht, naar men verneemt om financieele omstandigheden, door ophanging het leven willen benemen, maar is door v. H. bijtijds afgesneden. Een persoon, die het verblijf in de gevangenis gewoon is geraakt, heeft in Den Haag uit een stal in de Raamstraat een voetkleedje van een rijtuig ontvreemd en zch vervolgens dade lijk bij de politie aangemeld. De man verklaarde den diefstal te hebben bedreven, alleen met het doel om wederom in de gevangenis een onder komen te vinden, waarin hij dan ook werd opge nomen. Een 19-jarig huzaar van het 1ste regiment te Haarlem heeft getracht zich door het onthouden van voedsel van het leven te berooven. Hij heeft zich daartoe Zondag jl. op den zolder der paardenstallen onder het stroo verborgen, waar men hem Dinsdag-avond in be- wusteloozen toesland vond. Hij is onmiddellijk naar de kazerne gebracht, waar hem de noodige geneeskundige hulp is verleend. De luitenant der huzaren v. B. heeft zich in de kazerne te Amsterdam door middel van een pistoolschot van het leven beroofd. Men meent dat zwaarmoedigheid de aanleiding van deze treurige daad was. Maandag had te Hoorn een tienjarig meisje, bij hare grootmoeder op bezoek zijnde, terwijl zij een stukje vuur uit de keuken ging halen, het ongeluk dat haar schorlje vuur vatte, zoodat weldra al haar kleeren in vlam stonden. Daar de oude gebrekkige grootmoeder niet helpen kon en andere hulp niet dan op het hevig angstgeschreeuw van het kind opdaagde, heeft de kleine zulke vreeselijke brandwonden bekomen, dat men aan het behoud van haar leven wanhoopt. Te Zuid-Beierland is Dinsdag-namid- dag de bliksem geslagen in de kapitale hofstede bewoond door J. Van der Linden. Öogenbhkkelijk stond de schuur in vlamer was aan geen blusschen te denken, zoodat de schuur en de aangrenzende woning totaal afgebrand zijn. Geheel de oogst van dit jaar, alsook eene groote hoeveelheid oude tarwe, benevens de geheele inboedel is eene prooi der vlammen geworden. Men verneemt dat alles geassureerd is. Aan de hulp der brandweer heeft men het voornamelijk te danken, dat de nabijstaande hofstede, welke groot gevaar liep, is behouden gebleven. "Voor eenigen tijd is te Loppersum op een wiertje eene zilveren munt gevonden, nog vrij goed geconserveerd. De houder daarvan meent, dat zjj tot het tijdvak van Willem den Veroveraar behoort. De munt heeft de grootte eener oude schelling; in het midden bevindt zich een kruis en daarboven nog een kleiner kruis met het randschrift„Wilhelmus dux", waarom nog het Xatijnsch randschrift, voor zoo verre leesbaar, „Benedicts JSit il uxit"; dan volgen een staande leeuw, de Romernsche getallen ofmerken IIO CIO S en de letters D H I R I C Tterwijl de keerzijde een myter en sLaf verloont, met het omschrift „Civis tui onus", beide omgeven met loofwerk, dat den buitensten ,rand uitmaakt. Een Javaansche spion van den pachter te Kalassan (Djokdja) is, (;aar de „Sam. Ct." ver baalt, het slachtoffer geworden van onberedeneerden dienstijver bij het vervolgen van een Chinees, dien hij op het sluiken van amfioen had betrapt, juist op het oogenblik dat deze plaats nam in den trein die naar Djokdja vertrok. Met het voornemen den smokkelaar bij aankomst aldaar te doen aan houden, stapte hij hem onmiddellijk na in den zelfden waggon, en zette zich daar schijnbaar onverschillig neder, schoon altijd een oog houdende op het pakje dat de Chinees met zich voerde, en waarin de buit verborgen was. Het scheen echter wel dat de behendige sluiker al spoedig lont rook. En nu was ook zijn plan gemaakt. Zoo lang mogelijk liet hij den spion in het vooruit zicht van het beste succes zijner onderneming; doch nauwelijks begon de trein de grens der hoofd plaats te naderen, of Babah grijpt zeer phlegma- tiek zijn pakje en werpt het naar buiten, zonder er verder naar om te zien. Dit was voor het popelend gemoed van den spion te veel; zonder zich een oogenblik te bedenken, springt hij uit het raam van den waggon op de spoorbaan, en komt met verbrijzelde hersenpan ergens tusschen een bamboesstruik terecht. Na zulk een tour d'em- pressement had de man het weldra voorgoed af gelegd. De „New-York Tribune" behelst uit voerige bijzonderheden omtrent het uiteinde van een verdienstelijk Italiaansch schilder, Pietro "Vaini, die tijdelijk te Nieuw-York verblijf hield. De heer Holmes Odell had een „pic-nic" belegd op City Island, dat door een groot aantal aanzienlijke gasten werd bijgewoond. Bij kapitein Horion te City Point aangekomen, werd door dezen de heer Vaini aan het gezelschap voorgesteld, dien morgen uit Nieuw-York aangekomen om aan het portret van mevrouw Doremus te arbeiden. Hartelijk welkom geheeten en uitgenoodigd om deel uit te maken van de partij, wer 1 de jongman, in den beginne eenigszins terughoudend en stil, van lieverlede opgewekter. Na het collation vleide men zich in het gras neder, liederen werden gezongen, gedichten voorgedragen enz. Op eens verzocht de schilder vergunning om iets in het Italiaansch bij te dragen, en op de verzekering van prof. Doremus, dat het de moeite waard was hem te hoorei), schikte men zich, ofschoon slechts weinigen de taal ver stonden, tot luisteren. Half in het gras liggende, half staande, rookende en drinkende, werd het gehoor reeds bij de eerste woorden geheel aandacht. De spreker had eenige verzen uit de „Phèdre" gekozen en scheen alles rondom zich in het vuur der voordracht te vergeten. Al declameerende maakte hij een medaillon los, opende het en kuste het verscheidene malen; de hoorders meenden niet anders, of dit bracht de inhoud van hel stuk mee. Tegen het einde, onder het uitspreken van den laatsten versregel, haalde hij een kleinen revolver uit en richtte dien tegen den slaap van zijn hoofd. In den waan, dat ook dit gebaar bij het gedicht behoorde, zocht niemand hem te weer houden. En toen, na het uitspreken der woorden „God, die alles rechtvaardig oordeelt, oordeele ook deze mijDe daad I" de haan overging en Vaini plotseling nederstortte, borst het geheele gezelschap in toejuichingen uit. „Uitmuntend, uitmuntend 1" riep de afgevaardigde Willis, en een ander riep: „Verwonderlijk I" De heer Doremus echter schoot toe en een stroom van bloed deed blijken, dat men hier met geen schijnbaar treurspel te doen had. Kort daarna blies de achtentwintigjarige den adem uit, en het korts nog zoo vroolijke gezel schap keerde verslagen huiswaarts. De ongeluk kige, die zijn vaderland om een ongelukkigen liefdehandel verlaten had, leefde in gegoede om standigheden, genoot de vriendschap van den be roemden schilder Fortuny, en vele voorname per sonen, o. a. mevrouw Ristori in de rol van Lucrezia Borgia, hadden voor hem gezeten. Het bovenver melde medaillon bevatte de beeltenis zijner moeder, die met haar man en vijf andere kinderen te Rome woont. BUITENLAND. Groot- Britannië. De verhouding tusschen Engeland en China wordt voortdurend meer gespannen. De Chinee- sche regeering zoekt van behoorlijke naleving der te Tien-tsin getroffen voorwaarden zich af te maken. De heer Wade (de Britsche gezant) zal Peking op 13 October verlaten, tenzij een bevredigende schikking worde verkregen, 't Straffen van de ambtenaren in Yunnan en 't openbaar maken van buitenlandsche aangelegenheden in de „Gazette" schijnen hoofdzakelijk tot moeilijkheden aanleiding te geven. Turkije. Er wordt melding gemaakt van drie belangrijke gevechten in Bosnië bij Osrediza, Dogopolje aan de Una-rivier en Pryedor bij den berg Kozar. De Turken werden, hoewel zij 1700 man sterk waren, overal geslagen. Het verlies der Turken in de drie gevechten bedraagt 320, dat der insurgenten 128 man. Bij Pryedor waren de opstandelingen sterk verschanst. De gevechten hadden den 26sten, 27sten en 28sten plaats. Hel aantal opstandelingen neemt toe. In den nacht van 27 op 28 dezer vielen bij Mokra Gora 500 Turken het Servische gebied binnen en doodden de soldaten en de grens wachters, die daar het cordon vormden. Op het alarm rukte een Servisch bataljon uit, voor het welk de Turksche troepen over de grenzen de vlucht namen. De verbittering van het volk is onbeschrijfelijk. Het „Journal de St.-Pétersbourg" zegt, dat de noodzakelijkheid van hervormingen in Bosnië thans ook door de Turken erkend wordt, maar dat daarom dan ook de vreemde Kabinetten zich van elke diplomatieke pressie moeten onthouden en vertrouwen stellen moeten in de goede voor nemens van den sullan. De taak der diplomatie moet er zich toe bepaler., hare hulp te verleenen om den opstand te bedwingen en de geschikte middelen te vinden, om de grieven der opstande lingen weg te nemen. Naar de „Daily News" uit Weenen ver neemt, heeft de Porte zich in eene circulaire bij de mogendheden beklaagd over schendingen van neutraliteit door Servië en Montenegro. Duren deze voort (zoo wordt gezegd) dan wordt een botsing onvermijdelijk. Telegrammen. SHANGHAI, 29 Sepl ember. Vier Engelsche oorlogschepen zijn alhier aangekomen. ST.-SEBASTIAAN, 29 September. In den afge- loopen nacht hebben de troepen op Santiagomundi een aanval gedaan zonder te slagen. De Carlisten hebben desniettemin belangrijke verliezen geleden. De strijd wordt heden voortgezet. ROME, 29 September. De „Perseveranza" zegt, dat het bezoek van keizer Wilhelm officieel is aangekondigd tegen 11 October. KRAGUJEVACZ, 29 September. Bij besluit van den vorst is de zetel der Skupschtina van hier naar Belgrado verlegd. Een ministerieele crisis dreigt te ontslaan wegens geschillen in den boe zem van het kabinet over de oorlogs quaestie. De toestand wordt steeds ingewikkelder. MUNCHEN, 29 September. In de Kamer van af gevaardigden waren alle leden tegenwoordig. Tot voorzitter, onder-voorzitter en secretaris werden ultramontanen gekozen. De ultramontanen brachten 78, de liberalen 76 stemmen uit. BELGPiADO, 30 September. Gelijk men weet verlangt de handelsstand van de regeering een uitstel van betaling wegens de staatkundige om standigheden. Eene deputatie was belast om bij de regeering op de vervulling van dien wensch aan te dringen. Thans wordt gemeld, dat de minis ter Ristics geweigerd heeft haar te ontvangen. Naar het schijnt deinst de regeering voor zulk een maatregel terug. LUCHON, 29 September. Door Fransche jagers is in de nabijheid van Pont-du-Roi de Carlistische partidario Moriones gearresteerd. De Fransche schildwacht, met zijne bewaking belast, deserteerde en ontvlood met Moriones naar Spanje. Gemeenteraad. Zitting van hedenmiddag te twee uren. Tegenwoordig de heerenVan den Brandeler, voorzitter, De Fremery, Hartevelt, Goudsmit, Juta, Suringar, Seelig, Tromp, Le Poole, Van der Zweep, Verster, Scheltema, Du Rieu, Dercksen, Van Oute- ren, Van der Lith, Driessen, Van Iterson, Krantz en Van Wensen. Afwezig met kennisgeving de heeren Eigeman, Stoffels en Lezwijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 2