LEIDSCH
DAGBLAD.
N°. 4791
Zaterdag
A0. 1875.
25 September.
PRIJS DEZER COURANT:
foor Leiden per 3 maandenf 1.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers0.02.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PKIJS DER ADVERTEJiTIEN:
Van 16 regelsf 1.05.
Iedere regel meer0.17^.
Grootere letters naar plaatsruimte.
ST ADS-BERICHTEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN doen
te weten, dat het le Suppletoir kohier van de plaatselijke directe
belasting voor 1875 is goedgekeurd door de Gedeputeerde Staten
dezer provincie, hij besluit van 20/22 September j.L, en op heden
aan den Gemeente-Ontvanger ter invordering ter hand gesteld,
dat ieder verplicht is zijnen aanslag op den bij de wet be
paalden voet te voldoen.
En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afge
kondigd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
v. n. BRAN DELER, Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 24 September 1875.
L.EIOE1V, 24 September.
Heden is aan de hoogeschool alhier bevor
derd tot doctor in de geneeskunde de heer P. Lange-
veld, geb. te Heemskerk, met acad. proefschrift
over gistingsprocessen in de maag.
Bij het admissie-examen voor de hoogeschool
alhier zijn den tweeden dag van de 38 adspiran-
ten 27 toegelaten.
Door de commissie voor het geneeskundig
Staats-examen alhier zijn heden bevorderd tot
arts de heeren: Dr. S. IC. Hulshoff en J. A. Korte-
weg, med. doctorandus.
Q. N. zegt in een ingezonden stuk in de
„N. R. Ct.":Het zou al te naïef zijn, als wij de wijd
vermaarde Rijnspoorwegmaatschappij haar uit
sluitende behartiging van haar eigenbelang verweten.
Zij handelt naar haar gewoonte. Zij heeft haar
waarborg van het totstandkomen van de lijn
LeidenWoerden te zelfder tijd aan twee belang
hebbenden voor dubbelen prijs verkocht. Zij heeft
Leiden hij de onderhandeling niet verteld, dat zij
in besprek met de landsregeering was om haar
waarborg tegen vrijstelling van zwaarder verplichting
te geven. Zij heeft in haar contract met de regee
ring van Leidens subsidie geen melding gemaakt.
Natuurlijk, zij handelde in haar belang. Maar
vreemd is het, dat de regeering evenzeer gezwegen
heeft. Zij zag onder haar oogen de aanvraag om
subsidie hij den Leidschen gemeenteraad inbrengen
en behandelen. Zij zag dat de raad niets vermoedde
van liet tusschen haar en de maatschappij aan
hangige contract. Zij wist van hoeveel invloed die
wetenschap op het al of niet toestaan der verlangde
subsidie wezen moest. En zij zweeg. Had zij bijtijds
gesproken en den staat van zaken blootgelegd,
de Leidsche raad zou de subsidie hebben geweigerd,
of toegestaan indien hij er termen toe vond, wetende
wat hij deed. Hij had nooit kunnen beweren dat
hij misleid en opzettelijk onwetend gehouden was.
Zooals thans de zaak beleid is, bestaat er reden
tot achterdocht. Leiden meent, niet zonder grond,
dat het huiten noodzaak zijn geld heeft wegge
worpen in den schoot eener toch reeds zoozeer
begunstigde Maatschappij, en dat ten gevolge van
het opzettelijk zwijgen der ministers, die hun
goedgunstigheid jegens die Maatschappij zoo in
het oog loopend hebben getoond in het contract,
waarover Rotterdam's bestuur en Kamer van koop-
handel en de publieke opinie van geheel hel land
zich om strijd beklagen.
De „Staatscourant" behelst het kon. besluit
van 17 September jl. betrekkelijk de tollieffing te
Alphen, op den grooten weg van het Haagsche
Schouw naar Utrecht, waarbij bepaald wordt dat
hij het passeeren van een der tollen n°. 4 en 5
te Alphen, aan hen, die dit verlangen, een
bewijs van betaling wordt afgegeven', dat op
den dag der afgifte recht geeft orn den anderen
tol éénmaal zonder betaling door te rijden.
Het stoomschip Conrad, van Nieuwediep
naar Batavia, arriveerde den 21sten dezer te Suez
en vertrok des nachts; de Koning der Neder
landen, van Batavia naar Nieuwediep, arriveerde
den 22sten des morgens te Suez en zette onmid
dellijk de reis voort; de J. B. Walker is te
Aden van Batavia aangekomen en den 18den
van daar naar Rotterdam vertrokken.
Het examen voor de krijgsschool voor offi
cieren zal den 27sten dezer aanvangen. Daarvoor
hebben zich aangemeld de heerenJ. A. IC. Van
Hasselt, 1ste luit. bij 't 3de reg. vestingart.
F. H. A. Sabron, 2de luit. aan de kon. mil. aca
demie; M. H. Damme, 2de luit. bij 't 3de reg.
inf.; J. R. Boissevain, 2de luit. bij 't 8s!e reg.
inf.; F. Van Hasselt, 2de luit. bij 't reg. veldart.,
en F. A. Hoefer, 2de luit. bij 't 2de reg. vestingart.
Het voorloopig dividend der Holl. IJzeren-
Spoorwegmaatschappij, boekjaar 1875, is bepaald
op twintig gulden.
Eerste Kamer. De afkeurendemotie
van den heer Duymaer van Twist, waaraan deze
verklaarde geen politieke bedoeling te geven, is
aangenomen met 23 tegen 12 stemmen.
Tweede Kamer. Ingekomen is een
ontwerp-hegrooting van den arbeid der gevangenen
in 1876. De Commissie heeft het adres van ant
woord ter tafel gebracht, dat morgen in de afdeelin-
gen wordt onderzocht. De minister van financiën
heeft de staatsbegrooting voor 1876 aangeboden,
die verzonden is naar de afdeelingen. Besloten is
tot hervatting der werkzaamheden nopens de ont
werpen, voorstellen en regelingsbescheiden, die
aanhangig gebleven zijn.
De hoofdonderwijzer T. Gatsonides is gesteld
ter beschikking van den gouv.-generaal van Ned.-
Indië, om te worden benoemd tot onderwijzer 3de
kl. voor den dienst daar te lande.
De luit-ter-zee 2de kl. W. H. Tromp, de off.-
van-gez. 2de kl. Dr. F. M. Cowan en de off.-van-
gez. 1ste kl. J. C. D. Steendijk worden op nonact.
gesteld, de eerste twee met den laatsten dezer,
de laatste met 31 Oct., terwijl met 1 Oct. worden
geplaatst: aan boord van het wachtschip te Wil
lemsoord de off.-van-gez. 1ste kl. W. Ruisch; in
de rol van het wachtschip te Amsterdam de off.-
van-gez. 1ste kl. J. Lamie; aan boord van: het
schroefst. Leeuwarden de off.-van-gez. 1ste kl.
H. Van Stockum, het schroefst. Cornells Dirks de
luit.-ter-zee 2de kl. J. J. Kraakman en de off.-
van-gez.- lste kl. H. L. Reeder, liet schroefst.
Prinses Maria de off.-van-gez. 2de kl. Dr. T.
Abrahamsz., het ramschip Guinea de luit.-ter-zee
2de kl. B. De Groothij 's rijks hospitaal der
marine te Willemsoord, de off.-van-gez. 2de kl.
W. Schoondermark; en met den lslen Nov. inde
rol van Zr. Ms. wachtschip le Hellevoétsluis, en
gedet. te Piolterdam, de off.-van-gez. lste kl.
W. Liitel.
De luit.-ter-zee 2de kl. A. A. Esclier wordt
met 1 Oct. geplaatst aan boord van Zr. Ms. wacht
schip te Hellevoetsluis, en de plaatsing van den
luit.-ter-zee 2de kl. Jhr. A. O. J. M. De Gasembroot
aan boord van Zr. Ms. monitor Adder met dat
tijdstip ingetrokken.
Z. M. heeft M. Kramer, thans ads.-sluis-
havenni. aan liet kanaal door Voorne, benoemd
lot sluism. bij het kanaal door Zuid-Beveland;
bevorderd met 1 Oct. tol kapt.-ter-zee, den kapt.-
luit.-ter-zee J. W. Binkes; lot kapt.-luit.-ter-zee,
den luit.-ter-zee lste kl. W. Stefl'ens; en tot luit.-
ter-zee lste kl. den luit.-ler-zee 2de kl. W. C.
Bühtlingk; aan den voor den dienst in Indië be
stemden soldaat B. Kopka, van het kolon. werf
depot, vergund het dragen van het IJzeren Kruis
2de kl., hem in den veldtocht in 1870 en 1871
toegekend; den 2den luit. J. H. Van Batenburg,
van liet 3de reg. inf., in rang en ancienn. over-
gepl. bij de inf. in Ned.-Indië; bjj de cava
lerie benoemd, tot ritm. 2de kl. n. o. v. r., bij het
2de reg. huzaren, den lsten luit. C. G. G. Vertho-
len de Salve de Bruneton, van het corps; den
ritm. J. Dijkmeester, van het lste reg. huzaren,
op nonact. gesteld, in afw. dat omtrent hem nader
zal worden beschikt; benoemd tot ridder der orde
van den Ned. Leeuw den ing. 2de kl. van den
waterstaat en 's lands burg. openb. werken in
Ned.-Indië H. E. Van Berckel, belast geweest met
den bouw van den vuurtoren op Poeloe Bras
(Atjeh).
Gemengd Nieuws.
Hedenmiddag reed na afloop der
markt een rijtuig over de Oude Vest, toen een
stier in vollen ren tegen het paard aanliep,
waardoor dit begon te steigeren en vervolgens
op den grond geworpen werd, waar het voor
dood bleef liggen. De stier was inmiddels voort
gehold en werd aan de Janvossensleegbrug in zijn
vaart gestuit door een opperman, die zijn wagen
dwars op de brug plaatste.
De „Delftsche Ct." meldt: Op grond
van ingewonnen inforrnatiën kunnen wij mede-
deelen, dat de harbier uit Delft onderscheidene
malen de woning van de moeder van Jut in Den
Haag heeft bezocht, ten einde deze zooveel mogelijk
uit te hooren, doch dat bij die samenkomsten
bijna altijd is tegenwoordig geweest de Delftsche
hoofdagent van politie Muis, die van hetgeen hij
hoorde en zag steeds verslag deed aan den com
missaris van politie aldaar, welke laatste daarvan,
volgens afspraak, weder kennis gaf hetzij aan
den officier van justitie hetzij aan deD hoofdcom
missaris van politie in Den Haag. Ook zijn beide
personen (de agent Muis ging voor een neef van
B. door) meermalen, met 't zelfde doel, naar de
woning van Jut te Rotterdam gezonden. De justitie,
meende hiervoor B. zeer gevoegelijk te kunnen
gebruiken, omdat hij Jut, na zijne terugkomst van
de Kaap de Goede Hoop, had leeren kennen. Jut
had nl. aan de Kaap kennis gemaakt met familie
van B. en voor dezen een brief en een pot met
confituren meegebracht, zoodat later zijn herhaalde
bezoeken, ook hij de moeder van Jut, in gezel
schap van „neef" Muis, minder argwaan opwekten.
Toen evenwel B. de belofte van geheimhouding
schond en aan ieder die het hooren wilde een
omstandig en opgesmukt verhaal van zijn weder
varen in Den Iiaag en te Rotterdam gaf, zoo zelfs
dat Jut er niet onkundig van bleef, meende zoowel
de hoofdcommissaris van politie in Den Haag als
de commissaris van politie te Delft van de dien
sten van B. geen gebruik meer te moeten maken.
Indien B. had kunnen zwijgen en hij hij de
verschillende samenkomsten de hem gegeven
instructiën beter had opgevolgd, zou hij der justitie
wellicht goede diensten hebben kunnen bewijzen.
Van al hetgeen door B. en zijn quasi-neef van de
moeder van Jut werd vernomen moest bijzonder
de aandacht trekken, dat zij hij iedere gelegen
heid alles aanwendde om de schuld op Haff'ner,
die bij Jut's moeder in huis woonde, te werpen,
dien zij niet alleen van den moord op mevrouw
Van der Kouwen en hare dienstbode beschuldige,
maar ook dat hij vroeger reeds iemand te Londen
