aan Mr. D. Everwijn, Zr. Ms. minister-resident in Portugal. Z. M. heeft aan Mr. P. J. Teding van Berkhout, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als lid der comm. van administr. over de gevan genissen te Amsterdam; benoemd tot plaatsverv. kantonrechter te Beetsterzwaag F. Van Dalsen Fontein, ontv. der registr. en dom.; aan Mr. K. L. Van Woelderen, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als plaatsverv. kantonr. te Oirschotaan H. J. Antink, op zijn verzoek, eervol ontslag ver leend uit zijne betr. van ontv. der dir. bel., in- en uitg. rechten en acc. te Winterswijk, behoudens aanspraak op pensioen; bij de artillerie benoemd tot 2den luit. bij het 1ste reg. vesting -artillerie den cadet C. Hoekwater; bij het corps ingenieurs, mineurs en sappeurs tot 2den luit. den cadet W. G. L. Versteeg; bij de inf. in Ned.-Indië tot 2den luit., de cadetten G. P. De Neve, F. Nauta en F. A. E. Auffmorthbij de genie van het leger in Ned.-Indië de cadetten H. W. Scheuer, H. R. De Vries, J. Groothoff en F. C. A. Vemer; bij de cavalerie tot 2den luitenant: bij het 1ste reg. huz., den cadet J. V. Westenberg; bij het 2de reg. huz., den cadet J. D. Camerling Helmondt; bij het 4de reg. huz., de cadetten F. E. M. Van Lilaar en M. Van Kuykaan den voor den dienst in Indië bestemden soldaat A. J. L. E. Delacour, van het kolon. werfdepót, vergund het dragen van de Fransche médaille militaire. Gremengd iVieuws. Hedenmiddag omstreeks 1 uur is een meisje, genaamd C. K oud dertien jaar, dienende bij den bakker v. d. H. in de Janvossensteeg, in een pot met vuur gevallen, terwijl de juffrouw stond te strijken. Het kind heeft aan het achter deel van haar lichaam eenige brandwonden bekomen en is door den heer Dr. van Iperen geneeskundig behandeld. Omtrent de vroege aardappelen wordt uit Rijnsburg gemeld, dat de teelt daarvan den land bouwers een aanzienlijk verlies heeft aangebracht. In den eersten tijd waren de prijzen van dit product buitengewoon laag, terwijl zich thans de bekende ziekte vertoont. De late zullen dientengevolge slechts een middelmatig beschot opleveren. Gistermiddag omstreeks drie uren kwam een in het Zwaanhals te Rotterdam woon achtig koopman in groenten met zijn door een hond bespannen wagen den Hofdijk afrijden naar den kant van den Noordsingel, en daar hij zich op den wagen had geplaatst, kon hij den hond niet bedwingen, die, in woeste vaart voortrennende, een zesjarig knaapje overreed, dat met zijne moeder met een pleiziertrein uit Amsterdam was rnede- gekomen en juist daar ter plaatse speelde. Het kind, dat aan het hoofd gewond werd, is dadelijk in het kinderziekenhuis opgenomen om daar ver pleegd te worden, maar te 8 uren 's avonds is het overleden. De politie heeft zich de zaak aan getrokken. Dinsdag was de stad Utrecht in zeke- ren zin in rep en roer. Op de vischrnarkt name lijk woont zekere bakker d. L., wiens dochter verkeering had met een vroegeren knecht, thans zelf bakker, zekeren v. L., een zeer oppassend mensch. De vader wilde dat huwelijk tegengaan, en na eerst Zondag den jongen man op de publieke straal grof beleedigd en zijne dochter (naar men zegt) zoodanig mishandeld te hebben, dat zij „moord" heeft geroepen, is zij des nachts door haar vader, geholpen door anderen, naar een Pv.-K. verbeterhuis vervoerd. Het volk verzamelde zich voor het huis en groeide allengs tot eene groote menigte aan. Men wachtte de terugkomst van den vader op, zeker niet met vredelievende bedoelingen. De politie had handen vol werk om alle baldadig heid tegen te gaan en was genoodzaakt na somma tie zich des avonds te 10 uren door den dichten drom volk heen te slaan, om ruimte te maken. De straatjeugd, die reeds allerlei liedjes op den bakker had geïmproviseerd, werd op dit machts vertoon eenigszins aan 't wijken gebracht. Tot zeer laat in den avond bleef er meer dan gewone drukte heerschem De politie hield goede wacht. Toch kon zij niet beletten, dat onverwachts van de overzijde van het water eenige ruiten werden in geworpen. Onmiddellijk werd aan dit schandaal een einde gemaakt. In het hierop volgend gedrang werd een heer aan de pols gewond en viel een jongen in het water; hij werd er evenwel dadelijk door een politieagent uitgehaald. Ook op de Lijn* markt kreeg een heer een slag. Een agent is onbeduidend door glasscherven gewond. De man op wien het publiek het meest gebeten was had de onvoorzichtigheid, hoewel het hern door de politie ontraden was, zich op straat te begeven en werd op het Vreeburg vrij ruw bejegend. Hij kon zich ech ter nog bijtijds in een logement aldaar bergen. Het meisje, dat in den ochtend weggebracht was, werd door de zorg der politie weder in de ouder lijke woning teruggebracht. Volgens sommigen heeft het verschil van geloofsbelijdenis (het meisje is R.-K., v. L. Prot.) volgens anderen redenen van financieelen aard den vader besvogen zich zoo sterk tegen het huwelijk te verzetten. Een gerechtelijk onderzoek heeft reeds plaats. Op het P^okin te Amsterdam is Dins dag-avond omstreeks halftwaalf een hond, van dolheid verdacht, die angst en schrik verspreidde onder de voetgangers, door een agent van politie met sabelhouwen afgemaakt. Dinsdag had te Amsterdam het vol gende ongeluk plaats: De vrouw van Ph. Fr. Hauser, bezig zijnde met. het inmaken van snij- boonen, haalde daartoe een steen van p. rn. 25 kilo van beneden naar boven. Ongelukkig brak de bovenste trede van de trap, waardoor zij achter overviel, en door den val, alsmede door den zwaren steen, die mede naar beneden stortte, zoodanig aan het hoofd verwond werd, dat zij enkele oogenblikken daarna in het zittinglokaal voor den stedelijken geneeskundigen dienst op de Nieuwmarkt, waarheen zij was overgebracht, om van daar naar het gasthuis vervoerd te worden, is overleden. Zij laat een man met zeven kinderen na. Te Nieuwerkerk a. d. IJsel is gister ochtend een knaapje van bijna twee jaren in het water gevallen en verdronken. Te Alkmaar heeft insgelijks Zondag een onweder gewoed, dat gepaard ging met hagelslag. Twee kerkgebouwen werden licht door den bliksem getroffen, terwijl van eene loods, grenzende aan de gasfabriek, een stuk werd afge slagen. Dinsdag- avond had te 's-Hertogen- bosch het volgende ongeluk plaats. Een jongentje, uit speelzucht tusschen twee aan elkander ge bonden zwaar beladen wagens willende doorloopen, had het ongeluk te struikelen en te vallen, met het gevolg dat de tweede wagen hem het hoofd en de borst verpletterde. Hij was oogenblikkelijk een lijk. Men schrijft uit 's-Hertogenbosch, dd. 10 Augustus: De geheele bevolking alhier is verontwaardigd over de behandeling, die de troe pen van het 5de regiment infanterie gisteren bij de militaire manoeuvres hebben moeten onder vinden. Des morgens te halfzeven na gebruik van bijna oneetbare soep met pak en zak uitgerukt, kwamen zij te halftwee terug, onkenbaar door zweet en slof. Uit verkregen inlichtingen blijkt, dat de soldaten op de heide onder Cromvoirt onder een ondraaglijke hitte (77 graden Fahren heit in de schaduw) letterlijk zijn afgebeuld ge worden, zoodat p. m. een honderdtal, waaronder ook officieren, geheel hulpeloos (officieren van gezondheid waren bij de troepen niet aanwezig) op de heide zijn moeten blijven liggen. Smartelijk was het om te zien hoe die militairen gister avond en hedenmorgen op draagbaren en wagens werden binnengebracht en naar het hospitaal ver voerd. Daar, waar de soldaat op de heide nog een teug water kan krijgen om zijn brandenden dorst te lesschen, werd hem dit belet, zelfs werden enkelen gestraft, die zich ter sluiks een weinig drinkwater had weten te verschaften. Zoo althans wordt aan de N. R. Ct. medegedeeld. Van één dag latere dagteekening schrijft men Hedenmor gen rukten de troepen van het 5de regiment infanterie alhier weder uit tot het maken van een oorlogsmarsch. Ditmaal was een officier van gezondheid daarbij aanwezig. Van het aantal sol daten, dat ten gevolge van afmatting en vermoeienis bij de jl. Maandag gehouden manoeuvres onge steld was, werden gisteren nog 16 in het hospi taal verpleegd. Het gerucht, dat één aan de ge volgen zou zijn overleden, heeft zich gelukkig niet bewaarheid. De Prov. Nb. en s-HCt. meldt dat van de 2000 man 30 door de hitte onwel zijn geworden waarvan 2 naar het hospitaal vervoerd werden, die thans weer beier zijn; de 28 andere zijn Dinsdag weer met den troep uitgerukt. Dinsdag-morgen is te Lobith van een op de reede ter inklaring liggend vaartuig in den Pvijn gevallen en verdronken de schippersknecht Jelissen, oud 26 jaar. De verongelukte was voor acht dagen gehuwdzijne vrouw, die hem op deze reis mocht vergezellen, moest haar man zien verdrinken, zonder hulp te kunnen bieden. Te Brussel heeft op uitnoodiging en onder voorzitting van den burgemeester eene bijeenkomst van de voornaamste hotelhouders en restaurateurs der stad plaats gehad, die na eenige beraadslaging eene verklaring hebben onderteekend, waarbij zij zich tegenover elkander en tegenover het gemeentebestuur verbinden om in verboden tijd aan hunne gasten geenerlei wild meer voor te zetten. Men hoopt door dezen maatregel de strooperij tegen te gaan. „Le Tour du Monde en SOjours," het stuk dat zooveel van zich heeft doen spreken om de oogverblindende pracht waarmee het door de directie van den schouwburg der Porte Saint-Mar tin te Parijs werd gemonteerd, heeft thans ook te Rotterdam zijne entrée gemaakt. Eene Holland- sche bewerking, onder den titel: „De reis om de wereld in 80 dagen," is in den grooten schouw burg te Rotterdam onder directie van de heeren Albregt en Van Ollefen opgevoerd. Aan het in scène brengen van dergelijk stuk op een beperkt tooneel zijn groote moeilijkheden verbondenmaar de schouwburgdirectie heeft weten te woekeren met de hulpmiddelen, waarover zij te beschikken had. Het „melodrama" (zooals het op 't aföche heet) ontleent al zijne waarde aan het decoratief, de costumes, de optochten, dansen en groepeerin gen, de accessoires, enz., en in dit opzicht is de uitvoering boven verwachting geslaagd. Zelden werd zulk eene rijke verscheidenheid van schoon decoratief en weelderige costumes gezien. Vooral het vierde tafereel en het slottableau voldoen uit stekend en roepen de herinnering aan vde meest phantastische Arabische nachtvertellingen voor den geest. De vorige week is men begonnen het kolossale Christusbeeld, te Munchen gemaakt voor het passiespel le Oberammergau, naar zijne bestem ming over te brengen. Het zou daar op den ver jaardag des konings, 28 Augustus, worden ingewijd en men hoopt dat koning Lodewijk zelf tegen woordig zal wezen. Het beeld is zóó groot, dat het onmogelijk uit het atelier van den heer Hal- big kon worden vervoerd. Daartoe heeft men een der zijmuren moeten laten vallen. Met de ijzeren staven en balken, waarin het vervat is, weegt het 25,000 kilogrammen. Om het te vervoeren leverde de heer Maffei kosteloos een locomotief, want aan een andere beweegkracht was niet te denken. Deze werd er voorgespannen en langzaam beweegt zich thans, waarschijnlijk zelfs nog op dit oogenblik, het ontzaglijk gevaarte over den ongelijken berg weg door de Alpen naar Oberammergau. Die weg is op de minst hellende gedeelten zoo steil, dat een velocipède er niet tegenop kan. De wielen waarop het staat zijn dertig centimeter breed en met ijzeren punten beslagen, ten einde ze in den grond te doen vastgrijpen. Boven de kast, of hoe men ze noemen wil, steekt het hoofd \an het beeld uit. Het is voor de eerste maal dat op deze wijze het transport door de Alpen plaats heeft. Uit Samarang wordt gemeld dat in den voornacht van 3 Juni in de Chineesche wijk te Goeboek, district Singen-Kidoel, door een '20tal personen eene ketjoepartij gepleegd is ten huize eener bemiddelde Chineesche vrouw, njonja Ingko genaamd. Zij hebben aan geld en goederen voor eene waarde van p. m. ƒ12000 geroofd en op hun aftocht een man gedood. Zes der vermoede lijke daders werden gevat. Bij een hunner werd nog een geladen geweer achterhaald en bij een ander eene kris, die door de beroofde vrouw als haar eigendom is herkend. De schuldigen, meeren- deels afkomstig van het district Singen-Kidoel, werden ter hoofdplaats Samarang in verzekerde bewaring gesteld. Het in de nabijheid wonend districtshoofd en de verdere dienaren van de politie hielden zich, tijdens de roovers hun misdaad vol voerden, schuil. Het districtshoofd werd om die reden door den resident van Samarang, die zich.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 2