LEIDSCH
DAGBLAD.
Donderdag
II Maart.
N°. 4626.
A0. 1875.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenf 1.
Franco per postn 1-40.
Afzonderlijke Nommcrs0.02.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven,
rRIJS DER AD VERTESTTEN:
Van 16 regelsf 1.05.
Iedere regel mcorn 0.174.
Grootere letters naar plaatsruimte.
STA DS- BERICHTEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN,
JTGezien art. 11, 2de alinea, der Verordening van 4 Mei
1872, op de openbare scholen voor gewoon lager onder
wijs voor on- eu minvermogenden Gemeenteblad n°. 10);
Doen te weten, dat de inschrijving van nieuwe leerlingen
op de openbare scholen voor on- en minvermogenden zal
plaats hebben van den 8sten tot en met den 20sten Maart
e. k. in de schoollokalen in de Rijnstraat, in de Brande-
wijnsteeg, op de Binnenvestgracht aan het Plantsoen en
op de Marendorpsche Achtergracht, des voormiddags van
halfnegen tot negen uren, en des namiddags van halfiioee
tot twee uren, behalve op Zaterdag-namiddag en den
Zondag.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
v. D. BRANDELER, Burgemeester
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 4 Maart 1875.
I)e Tentoonstelling van IManlcn door den
Handwerksman gekweekt.
Toen, in 't begin des vorigen jaars, door de
Commissie voor de Volksvoorlezingen een plan werd
medegedeeld, tot het organiseeren eener tentoon
stelling van planten door den handswerkman ge
kweekt, werd dit denkbeeld door sommigen uit
den gegoeden stand met warrne sympathie ont
vangen bij anderen wekte het een glimlachdoor
nog anderen werd het afgekeurd.
Toen, in de laatste dagen van Augustus, dit
plan werkelijk tot uitvoering was gekomen, zag
men ook velen dezer laatsten in de gehoorzaal,
en hoorde men vaak: „Zoo iets had ik niet ver
wacht hier is het nuttige met het aangename
voor het volk van pas vereend".
Die tentoonstelling is uitmuntend geslaagd;
hieromtrent bestond geenerlei verschil van ge
voelen, en het effect ervan op den handwerksstand
liep zóó duidelijk in 't oog, dat alleen zij, die
hardnekkig wit zwart blijven noemen, dit niet
«rkenden.
Het verwezenlijken van dit plan heeft echter
aan de Commissie veel moeite en tijdsopoffering
gekost. Men heeft bovendien om geld moeten
vragen, men heeft er om moeten „bedelen", waar
dit niet noodig moest geweest zijn. Reeds de
bekendheid met zulk een plan toch moest vol
doende wezen, om aan de Commissie den mate-
rieelen steun van 't gegoede gedeelte der burgerij
te verzekeren.
Dat men hiertoe zooveel moeite had, mag ten-
deele worden toegeschreven aan onbekendheid
met den aard en het karakter eener zoodanige
tentoonstelling in de eerste, en aan onbekendheid
met de kosten in de tweede plaat6
Wat wordt nu met het overschietende geld
gedaan?
Zoo vroeg een zeer beschaafd bezoeker mij, toen
't wat druk liep.
Ik veinsde niet goed verstaan te hebben, en
antwoordde
De Commissie is stilzwijgend overeengekomen,
om het tekort uit eigen beurs aan te vullen.
En dat heeft ze gedaan.
Valt dit sommigen moeilijk te gelooven?
't Kan wel zijn; immers men weet dat de
stedelijke Regeering een subsidie van 100 toe
stond; dat door verschillende gegoede ingezetenen
bijdragen verstrekt waren, b.v. één van ƒ50,
van f 25, van ƒ10, en ook mindere; ook voeg
ik hier nog bij, dat de entrée-gelden even 200
beliepenen toch kwam de Commissie, bij 't sluiten
der rekening, geld tekort. Ieder harer leden be
taalde toen zijn portie en deed 't gaarne, maar.
behoort dit zoo?
Immers neen; de meesten hadden er hun tijd,
sommigen veel kostbaren tijd en niet weinig
moeite voor gegeven, gezwegen nog van geldelijke
bijdragen vooraf of prijzen in natura.
Meerdere opofferingen mag men zich getroosten
voor een enkelen keer; op den duur gaat dit niet.
Toch was een tekort, zelfs met het oog op het
bovenstaande, niet onnatuurlijk; immers de uit
gaven bedroegen circa 800, en dat wel niettegen
staande men in sommige opzichten nog te spaar
zaam was geweest.
De goede uitslag in '74, meer nog de bepaald
uitgedrukte wensch van vele inzenders uit de
arbeidende klasse, en van velen die, door onbe
kendheid, aan de inzending geen deel hadden
kunnen nemen, wat ze overigens gaarne gewenscht
hadden le doen, waren der Commissie voor de
Volksvoorlezingen opwekking genoeg, om ander
maal uit haar midden een Comité te benoemen,
teneinde een ook in dit jaar le houden tentoon
stelling van dien aard voor te bereiden en te
regelen.
Gaarne nam men die taak op zich, al ont
veinsde men zich de daaraan verbonden bezwaren
niet.
't Is waar, omtrent de deelneming van hen,
voor wie zulk een tentoonstelling in de allereerste
plaats bestemd is, en door wier medewerking ze
eigenlijk als zoodanig moet slagen, is men thans
volkomen zeker. Reeds nu toch kan wel geruste-
lijk gezegd worden, dal die deelneming veel groo-
ter zal zijn dan in het vorige jaar. Maar is die
deelneming uitgebreider, dan moet een andere
het noodzakelijk in dezelfde evenredigheid zijn;
dan moeten de bijdragen van hen, die voor zulk
een goed en tastbaar nuttig doel iets overhebben,
ruimer wezeD.
Zal ook dit het geval zijn? Men zegt ja, en de
levendige belangstelling, de onverholen goedkeuring
door de Commissie ten vorigen jare ondervonden,
geeft grond tot die gunstige vooronderstelling.
Hoe meer inzenders, des te meer aanvragen in
't voorjaar om stekplanten, des te meer uit te
reiken prijzen, enz. En dat die deelneming, die
belangstelling bij den werkenden stand klimt, naar
mate deze de overtuiging verkrijgt, dat de Com
missie niet eigen amusement zoekt, maar werkelijk
het doel streng in 't oog houdt, en den hand
werksman tot den held van 't feest maakt; dat ze
in sterke mate klimt, is voldoende te Amsterdam
gebleken, en er zijn verschillende voorteekenen,
die reeds a priori de overtuiging schenken, dat het
hier niet minder zal zijn.
In het voorjaar van 1874 werden, tegen een
zeer geringe vergoeding, afgegeven p.m. 1200
planten, 't Zou niet te verwonderen zijn, als dit
jaar meer dan het dubbele daarvan werd aange
vraagd.
Dat daarvan gedurende den zomer vele, hierdoor
onachtzaamheid, daór door ondoelmatige stand
plaats, enz. bezweken, spreekt vanzelf, maar ons
Leidsch publiek heeft in de stadszaal kunnen zien,
wat zeer velen, met bekrompen middelen, ervan
wisten te maken. Dit vereischte zorg, trouwe zorg
en opmerkzaamheid, en alleen de overtuiging hier-
vaa is voor hem, die de morale gevolgen wil be
grijpen, een afdoend bewijs voor liet groote nut van
dergelijke ondernemingen.
Onder hen, die de Commissie willen helpen,
mogen we nu reeds noemen de alhier gevestigde
bloemisten, die ten vorigen jare de jury uitmaak
ten, en thans elk vijftig stekplanten gratis ter
harer dispositie stelden.
Dit goede begin doet hopen op een goed ver
volg. Naar wij vernemen zullen weldra inteeken-
lijsten aan de meer gegoede ingezetenen worden
aangeboden, waardoor deze in de gelegenheid zul
len gesteld worden, om een tastbaar blijk te geven
hunner sympathie. Moge deze eenvoudige poging
voldoende zijn, om de Commissie in staat te
stellen haar plan op een degelijke zij 't dan
ook niet zeer ruime wijze ten uitvoer te brengen,
en zij niet later weder in de noodzakelijkheid
komen, om nog bij dezen en genen aan te kloppen.
Zij, die aanvankelijk terugblijven, zullen licht
later zeggen: „Ik had er toch ook wel wat aan
kunnen doen."
Zoo immers ging 't verleden jaar.
Welnu, dezen bedenken, dat hij „die spoedig
geeft, dubbel geeft." Weet de Commissie reeds
vooraf, dat haar toereikende middelen ten dienste
staan, dan kan ze hare maatregelen beter nemen,
en de uilslag zal er des te gunstiger, de latere
uitkomst des te vruchtbaarder door zijn.
Leiden, 10 Maart '75. Witte.
LEIDEN, ÏO Maart.
In ons bericht der aanbesteding van een
vervoerbaar houten feestgebouw is vermeld, dat
het ook dienst moet doen by het muziekfeest van de
Maatschappij tot bevordering der Toonkunst te
Rotterdam. Dit is onjuist. Het is tevens bestemd voor
het 12de Ned. nationaal zangersfeest, dat onder
leiding van de Rotterdamsche zangvereeniging
„Amphion" zal gegeven worden op 30, 31 Juli,
1 en 2 Augustus a. s.
Het gebouw zal bevatten een concertzaal,
ter lengte van 70 M. bij 35 Mj breedte,
hoog in het midden van de kap 11 M.een
ruime vestibule en foyer, ter lengte van 30 en
breedte van 12 M., garderobes, toiletkamers enz.
voorts eene veranda, ter geheele lengte van de
zaal, die 17 ruime uitgangen hebben zal. De
totale lengte van het gebouw zal 94 en de breedte,
met inbegrip der veranda, 39 M. bedragen. De
zaal, vestibule en foyer zullen geheel gedecoreerd
en het gebouw door plantsoenaanleg omgeven
worden. Over de keuze van een geschikt feest
terrein is men met de bevoegde autonteit in
onderhandeling getreden.
Ruim dertig Nederlandsche liedertafels hebben
zich tot medewerking bereid verklaard, die bij de
gezamenlyke uitvoeringen een koor van ruim 1000
zingers zullen vormen. Een zeer sterk bezet orkest
zal daarbij medewerken, terwijl onderhandelingen
worden aangeknoopt met solisten en muziekcorpsen
van naam, om aan hel feest den rneest mogelijken
luister bij te zetten.
Het aanzienlijke, voor de onderneming benoo-
digde kapitaal, heeft de Feestcommissie trachten
bijeen te brengen rnet aandeelen van ƒ10, waar
van reeds 1400 geplaatst zijn. Minstens 200 aan
deelen zullen nog moeten genomen worden, wil
het feest financieel eeoigszins gunstig kunnen slagen.
Aan deze aandeelen is verbonden vrije toegang
voor het geheele feest, het recht van vooraf plaatsen
te kunnen bespreken, drie dagen vóór het publiek
daartoe in de gelegenheid gesteld wordt, en het
recht op één dameskaart tot een verminderden
prijs van 4. Bovendien zal het batig saldo,
dat het feest mocht afwerpen, onder de aandeel
houders verdeeld worden.
Volgens achterstaande advertentie is bij alle
boekhandelaren de gelegenheid opengesteld tot
inteekening op een werkje, getiteld „Door eigen
schuld", oorspronkelijke novelle van L. B. Van
D t, uitgegeven door de firma Couvée en C*.
alhier. Ofschoon onbekend met den inhoud en