LEIDSOÏÏ DAGBLAD. J\°. 4609. V. 1875. Vrijdag 19 Februari. NAVOLGENSWAARDIG. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1. Franco per postn L40. Afzonderlijke IS'ommers0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIES: Van 16 regels.f 1.05. Iedere regel meer0.171. Grootere letters naar plaatsruimte. Moge de wet op de besmettelijke ziekten veel toebrengen tot verbetering van den algemeenen gezondheidstoestand, de laatste mazelen-epidemie, die allerwegen in meer of minder hevige mate heerschte, heefl bewezen dat geen wettelijke voor schriften in slaat zijn contagieuse ongesteldheden te weren. Wie dat verwachtte zou zeker wat al te optimistisch mogen heeten; maar onge twijfeld mag men toch aannemen dat door zulke wetsbepalingen het kwaad wordt verminderd, wat nog veel meer het geval zou zijn, indien deze voorschriften altijd stipt werden nageleefd. Dat dit wel eens wat te wenschen overlaat is menig maal beweerd, en reeds werd bedriegt ons geheugen ons niet in een vergadering van bevoegde personen daarop de aandacht gevestigd. Maar gesteld dat in een plaats streng de hand wordt gehouden aan de bepaling dal alle wonin gen, waar de besmettelijke ziekte heerscht, door «en kenteeken moeten worden aangewezen, dan ligt daarin nog volstrekt niet opgesloten dat ieder een die brandpunten der epidemie zooveel mogelijk zal vermijden. Men kan dus wel spreken van beperking der besmetting, niet van afsluiting. Doch er kan nog veel meer ter verbetering der volksgezondheid worden gedaan. Dat heeft de Geneeskundige R.aad in Noord-Holland begrepen, en daarin vond hij aanleiding tot het verspreiden der circulaire, die dezer dagen van hem uitging. Hel geldt daarbij het ontwerpen van het plan eener Provinciale Vereeniging tot wering van epide mische ziekten en tot hulpbetoon tijdens epidemieën door samenwerking van ingezetenen. Dat doel zal zij trachten te bereiken door bevordering der maatregelen, die tot voorziening tegen epidemi sche ziekten worden genomen, het aanschaffen en beschikbaar stellen van materieel ter bestrij ding van epidemieën, het opleiden van geschikte personen voor verpleging en desinfectatie. Pieeds in het bovengenoemde alleen ziet de Vereeniging zich een ruim veld van arbeid ge opend. Vooral deskundigen zouden er van kunnen getuigen, wat er in tijden van, groole besmetting niet al hier en daar ontbreekt aan de vereisch- ten voor goede ligging en dekking en niet minder aan een voegzame verzorging, waarin al zeer moeilijk kan worden voorzien, zonder personen die daartoe vooraf zijn opgeleid. Het personeel van pleegzusters, bijzondere ziekenoppassers, en die der gasthuizen of soortgelijke inrichtingen mag in buitengewone tijden zeker verre van vol doende worden geacht. Dan eerst leert men de onwaardeerbare hulp van geschikte handen en hoofden op prijs stellen. Tevens en dit had, dunkt ons, wel aan het hoofd der circuiaire vermeld rnogen staan zal de Vereeniging op alle mogelijke wijzen epidemi sche ziekten trachten te „voorkomen" door scha delijke invloeden weg te nemen. Zeker, het bestrijden eener eenmaal ontstane ziekte moge een verdienstelijk werk zijn, haar te voorkomen is oneindig verkieslijker, ja dit kan naar onze meening bij voorkeur beschouwd wor den als de taak der geneeskundigen, die echter in die richting slechts zelden werkzaam kunnen zijn, daar zij gewoonlijk eerst na het verschijnen eener ziekte worden ontboden. In dat opzicht kan de ontworpen Noord-Hollandsche Vereeniging bij uit nemendheid veel nut stichten, te meer daar tot de onderdeelen van het plan ook huisbezoek behoort. Met stilzwijgen zullen wy hier de bijzonderheden van meer huishoudelijken aard voorbijgaan, b. v. j wat betreft de stichters en stichteressen, donateurs en donatrices, contribueerende en werkende leden, en hier slechts bijvoegen dat de namen, die aan het plan verbonden zijn, een waarborg leveren i voor een goeden uilslag. Veeleer willen wij ons bepalen bij de vraag: I Indien door de Noordelyke provincie Holl.and een zoo loffelijk voorbeeld van belangstelling in de volks gezondheid wordt gegeven, zal dan de Zuidelijke werkeloos blijven, zal...dan haar eerste stad, voor zoover het de beoefening der weienschap, ook d^r geneeskunde betreft, zal dan Leiden met de eerste universiteit achterblijven? De academiestad, waarvan het verklaarbaar, ja wenschelijk zou geweest zijn dat zij in deze het initiatief had genomen, zal nu althans wel doen 1$ volgen. Komt hier als hoofdzetel of minstens als onder- afdeeling een dergelijke Vereeniging tol stand, dan zal haar prestige ook kunnen bijdragen tot ver betering van den hygiënischen toestand ten opzichte der plaatselijke gesteldheid, die nog steeds zooveel te wenschen overlaat. De stoffelijke welvaart onzer stad wij wezen i er meermalen op zal gebaat zijn bij een ver- j betering van den algemeenen gezondheidstoestand, j en de wetenschap, om haarzelve beoefend, zal tevens gelegenheid hebben aari haar roeping te, beantwoorden: een practiscbe toepassing in het dagelijksch leven. LEIAMEEN, 18 Februari. j Prof. J. J. Hoffmann alhier is door de Ber- I ltjnsche Academie van wetenschappen benoemd j tot correspondeerend lid van hare philosophisch- historische klasse. Uit het verslag der Vereeniging „Harmonie" over 187-4, dat thans voor 't eerst door de mild heid van drie leden, die onbekend wenschen te blijven, door het Bestuur aan de leden gedrukt is aangeboden, blijkt dat. de vooruitgang niet ge ring is geweest, daar toch, terwijl aan het einde van 1873 de schuld der vereeniging 405.68 was, die j nu tot f 227.50 is afgenomen. Op 1 Januari 1875 i bedroeg het aantal leden 108, waarvan 15 eere-, 19 werkende en 74 gewone leden. Wij stemmen j verder geheel in met den wensch, in hel. verslag j uitgedrukt, dat voortdurend onder het Bestuur dezelfde eensgezindheid en samenwerking mogen J heerschen als het afgeluopen jaar het geval was j en „Harmonie" ten gevolge daarvan voortdurend in bloei toeneme. Naar wij vernemen zal de Vereeniging den j 28sten dezer in de Stadszaal de volgende voor- stellingen gevenDe Barbier van Straatsburg, en Machteld van Velzen. Het stoomschip Hampton, van Batavia en Penang, is 11 dezer te Galle aangekomen en den 12den naar Rotterdam vertrokken. Gistermiddag werd te Amsterdam eene bui- j tengewone algemeene vergadering gehouden van deelhebbers in de Kon. Ned. Stoombootmaatschappij, teneinde te beraadslagen 1°. over een voorstel lot deelneming in een stoombootdienst tusschen Vlis- singen en Engeland, en 2°. over een voorstel met betrekking tot de vaart op Amerika. In verband met het eerste punt stelde het Bestuur voor, om voor f 320.000 deel te nemen in eene, volgens j eene overeenkomst, gesloten tusschen Prins Hen- i drik, de Sloomhoolmaatschappij en eenige Zeeuwsche heeren, op te richten Stoombootmaatschappij voor de vaart van Vlissingen op de Theems. Twee booten zijn daartoe reeds gereed en zoo ingericht, dat het vervoer naar Engeland in 7 of 8 uren zal kunnen plaats hebben. Met algemeene stemmen werd tot 1°. besloten. Ten aanzien van het tweede punt stelde het bestuur het volgende voor: de vergadering besluit aan het bestuur over te laten in 't belang van den geldelijken toestand der Maat schappij, het tijdstip te bepalen waarop de vaart tusschen Nederland en Noord-Amerika, waartoe twee schepen zyn gebouwd, zal worden geopend. De reden voor dat voorstel is vermindering van den handel op Amerika en van het vervoer van landverhuizers; mocht de vergadering consequent willen doorzetten de vaart te openen, dan zullen schikkingen worden getroffen met de Rotterdamsche vereeniging, die een dienst op Amerika heeft. Aan het voorstel werd nog toegevoegd, dat het Bestuur op de vergadering van 6 Mei 1876 een voorstel omtrent de vaart op Amerika zal in dienen, indien die vaart alsdan nog niet mocht geopend zyn, welk voorstel met algemeene stemmen werd aangenomen. Omtrent het vertrek van de mailboot Prins van Oranje riaar Glasgow wordt mede gedeeld, dal het het doel niet is het schip aldaar te doen repareëren, waartoe geen aanleiding be staat, doch om het eene verandering te doen ondergaan, te einde daardoor grooter laadruimte Ie verkrijgen. In plaats van de bestaande inrich ting voor passagiers '1ste kb, zal het voorzien worden van een groote campagne voor 50 passa gier^ op dezelfde wijze ingericht, doch nog ruimer en - grooter dan die der nieuwe stoomschepen Voorwaarts en Prins Hendrik. De hutten 1ste kl. zullen voor passagiers 2de kl. worden inge richt, en het troepenlogies vergroot worden, door er den bestaanden salon 2de kl. bij te trekken; terwijl, door het aan dek brengen der passagiers lste kl. inrichting, de laadruimte van het schip met 3 a 400 ton wordt vermeerderd. Naar het oordeel van velen krijgt de Prins van Oranje nu de beste en zeker de nieuwste inrichting voor passagiers lste kl. en ontegenzeggelijk de beste voor die der 2de kl. Dat van 't verblijf te Glasgow wordt geprofiteerd om de machine na te zien, te voorzien van een verbeterde stoomschuif en wat de ondervinding heeft geleerd economisch heter te zijn dan het bestaande, is natuurlijk. Zondag arriveerde door den Nieuwen Wa terweg het eerste nieuw gebouwde stoomschip der Rotterdamsche Lloyd, de Groningen, gebouwd te Low Walker, ladende ruim 3000 ton en be stemd voor de vaart tusschen Rotterdam en Java met passagiers en goederen. De bemanning zal bestaan uit 52 koppen, en het schip gevoerd worden door kapt. J. Bakker. Het zal waarschijn lijk binnen eenige dagen tegen entrée te zien zijn ten voordeele der Maatschappij tot nut der zeevaart. In de jongste aflevering van „Het Neder- landsch Tooneel11 wordt meegedeeld, dal de eersle opvoering van Multatuli's „Vorstenschool", door het Rotterdamsche tooneelgezelschap van de hee ren Le Gras, van Zuylen en Haspels, voorloopig bepaald is op 22 Februari. Ook de rolverdeeling is opgenomen. Zooals reeds gemeld is, treedt rnej. Mina Krüseman als koningin Louise en Mej. Elize Baart als Hanna op. De heer D. Haspels zal koning George voorstellen, de heer Van Zuylen Herman en prins Spiridio, de heer Le Gras Schu- kenscheuer. De mededeeling wordt met de vol gende woorden beslotenHet mag met het oog èn op de dramatische krachten van de Rotter-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 1