LEIDSCH 4594. A0. 1875 Dinsdag 2 Februari. LEIDSCHE HOOGESCHOOL. Vóór honderd jaren. PRIJS DEZER COURANT Voor Leiden per 3 maandenf 1. 'i Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DEK ADVERTESHEJf: Van 1—6 regelsf 1.05. Iedere regel meern 0.17£. Grootere letters naar plaatsruimte. VAN HET DERDE EEUWFEEST DER Zondag 7 Februari. Godsdienstige rede in de Hooglandsche Kerk, 's morgens te 10 uren. Ontvangst van Curatoren, Hoogleeraren en Af gevaardigden van de andere Hoogescholen door den Gemeenteraad van Leiden in de Stadsgehoorzaal, 's avonds te halfnegen. Feestelijke begroeting van de Afgevaardigden der binnen- en buitenlandsche Hoogescholen van wege het Leidsche Studentencorps, 's avonds te 10 uren. Maandag 8 Februari. Ontvangst der Afgevaardigden van binnen- en buitenlandsche Hoogescholen door Curatoren, Rec tor en Senaat in de Senaatskamer, 's morgens te 10 uren. Plechtige ontvangst van Z. M. den Koning; Feestrede in de Pieterskerk, te 1 uur. Na afloop der Feestrede voorstelling van de Afgevaardigden der buitenlandsche Hoogescholen aan Z. M. den Koning in de Stadsgehoorzaal. Maaltijd, door Sector en Senaat te geven in de Stadsgehoorzaal, te 5 uren. Des avonds itluminatie van academische en andere openbare gebouwen. Vuurwerk, vanwege de Gemeente Leiden te ontsteken op de Ruïne, te 10 uren. Dinsdag 9 Februari. Plechtige openbare promotie honoris causa in de Pieterskerk, te 2 uren. Collation, door Curatoren der Hoogeschool aan binnen- en buitenlandsche Hoogleeraren en andere autoriteiten aan te bieden in de Stadsgehoorzaal, 's avonds te 8 uren. Woensdag 10 Februari. Voorstelling in den Stadsschouwburg, door ingezetenen van Leiden aan de Hoogeschool en hare gasten aan te bieden, 's avonds te 7 uren. III. Op d^n morgén van den negenden Februari begaven zich de heeren Vosmaer, Brantsma, Forsten en Van der Heim, die dien dag zouden promoveeren, ieder naar het huis van hun promotor. Zij waren gekleed in zwarte zijden- dam as ten' tabbaarden met fluweelen opslagen, die hun op kosten van de Academie waren vér strekt. Eenigen tijd later werden zij door hunne promotoren naar de Academie geleid, waar de Senaat te tien uren vergaderde. Ondertusschen waren de Curatoren met Burgemeesters en die van den Gerechte in de Vroedschapskamer vergaderd om Z. D. H. af te wachten. Ook zij waren allen in tabbaarden gekleed en hadden de witte hand schoenen aan, hun le voren door de candidalen gegeven. Even na tienen verscheen Z. D. H. in ^en jacht aan de Witte poort, steeg daar in een paradekoets met zes paarden bespannen en reed, onder 't losbarsten van het geschut, naar het stadhuis. In dien tijd waren de vier candidalen door de professoren en hunne medestudenten en voorafgegaan door de pedellen met de staven der Academie naar de Pieterskerk geleid. Eene groote menigte van onderscheiden rang en stand had daar reeds plaats genomen en vergastte zich aan de uitvoering van onderscheidene muziekstukken, door een orkest van veertig personen, dat door de vier candidaten werd bekostigd. Weldra naderde ook Z. D. H. met den ganschen stoet van autoriteiten, die op 't stadhuis waren bijeengekomen. „De straaten grimmelden van, de huizen waren opgepropt met Aanschouweren om nu den eenen dan den anderen aanzienlijken stoet te zien voor bijgaan. Velen van de Bloem des Lands waren naar Leyden gevloeid en Leyden wekte nu het denkbeeld wegens den luister, die bij het vieren der Olympische spelen in het oude Griekenland plaats had." Spoedig nam nu de plechtigheid in de kerk een aanvang. Voor het spreekgestoelte had men twee kleinere calheders opgericht. Aan de rechter zijde daarvan zaten de candidaten, links hunne paranymphen. Voor hen stond een tafel, waarop de doctorale eereteekenen, de boeken, ringen, kappen en medailles gelegd waren. De heer Willem Karei Vosmaer, candidaat in de rechten, betrad nu het benedenste spreekgestoelte, terwijl zijn promotor Prof. Fredrich Wilhelm Pestel het groote spreekgestoelte beklom. De heer Vosmaer hield daarop eene korte rede, om den heer promotor te verzoeken de plechtigheid der promotie aan hem te verrichten. Hetzelfde werd na hem door den heer Petrus Brantsma, evenals Vosmaer candidaat in de rechtsgeleerdheid, gedaan. Toen volgde eene redevoering van den genoemden hoogleeraar, waarin hg aantoonde, dat de bloei en het aanzien van geleerdheid en wetenschappen toenemen, naarmate de volksbestuurders ze hoog schatten en vereeren. Na die oratie ging men tot de eigenlijke pro motie over, die voor de beide genoemde candidaten tegelijkertijd plaats had. Ieder van hen werd een boek (het corpus Juris) aangeboden, een gouden ring werd hun aan den vinger gestoken, een flu weelen bonnet op het hoofd gezet. Bij ieder van deze handelingen wees de promotor op de betee- kenis van dit symbool. Nog werd hun van stadswege een gouden gedenkpenning aan een zwart zijden lint om den hals gehangen. Dezelfde plechtigheden herhaalden zich met zeer kleine wijzigingen ten opzichte van de twee andere candidaten, Rudolf Forsten, candidaat in de medi cijnen, en Anthonius Van der Heim, candidaat in de wijsbegeerte. Na het eindigen van de ceremoniën begaf zich Z. H. naar het Gemeenlandshuis, waar hem door Dijkgraaf en Hoogheemraden van Rijnland een maaltijd werd aangeboden. De nieuwe doctoren werden op statige wijze door een groot gedeelte van de stad rondgeleid en kwamen eindelijk in den Doelen, waar zij de verschillende autoriteiten, die hunne promotie hadden bijgewoond, een diner aanboden. Daar ontvingen zij ieder den gouden gedenkpenning, die ter eere van het jubilé ge slagen was. Gedurende den maaltijd kwamen vier Stadsboden in de zaal, om den heeren Doctoren uit naam van Burgemeesteren den eerewijn aan te bieden. Oudtijds vereerde men bij zulke gelegen heden acht kannen Rijnschen wijn; maar later had men deze gift in geld geschonken, en zoo overhandigde ook nu de secretaris der Stad aan ieder der heeren doctoren eene ordonnantie ten laste van de stedelijke thesaurie voor eene som van veerlig gulden. De maaltijd duurde tot 's avonds halfacht. Toen begaf men zich naar het Galge water, om het vuurwerk te zien ontsteken, waarvan in ons vorig nummer gesproken werd. Zooals wij reeds zeiden, gelukte dit ook nu slechts ten deele. Daarom werd den volgenden avond de rest afgestoken en de tempel, die in het Galgewater lag, met circa 2000 „vetglazen in diverse couleuren" verlicht. Ook gaven de studenten tot slot een hal op den Doelen, dat tot den morgen stond duurde. En „hiermede goedgunstige Leezer, is het niet minder luisterrijk dan gedenkwaardig Jubelfeest zedert dat de Academie twee honderd Jaaren is ingeweid, ten einde geloopen." Wij voor ons willen hopen dat het zesde jubilé niet minder luisterrijk moge zijn en wij zoowel voor regen als voor Lalijnsche oraties bewaard zullen blijven. LEIDEN, 1 Februari. Bij de heden gehouden openbare verkoo- ping van Cokes op het raadhuis alhier van par tijen van 50, 10 en 5 hectoliters waren de hoogste prijzen f 25.50, 5.20 en f 2.55; de laagste f 25.00, f 5.00 en f 2.50. Bij de heden gehouden openbare aanbe steding van de levering van bouwmaterialen enz. ten behoeve dezer gemeente zijn de navolgende personen aannemers geworden, alsPerceel 1Ru briek A, Vurenhout, Gebr.Van Hoeken, voor ƒ765; rubriek B, Koperwijksgreenen, Gebr. Van Mannekus, voor 894; rubriek C, Rijnsch eikenhout, Gebr. Van Hoeken, voor f 378; rubriek D, IJpenhout,_Gebr. Van Hoeken, voor f 260. Perceel 2. Spijkers en klein Ijzerwerk, H. Van Romburg, voor 275.38. Perceel 3. Kalk, tras en porti, cement, P. Fontein en Zn., voor f 399. Perceel 4. Verfwaren, H. C. Visser, voor /407.10. Perceel 5. Bezems en boenders, J. Fontein, voor f 144. Gedurende de afgeloopen maand werden in de Volkskeuken alhier afgeleverd 4043'/2 portiën, als: 3637 warme spijs, 311 vleesch en 95'/a spek. De gemeenteraad van Sassenheim heeft de jaarwedde van den hoofdonderwijzer aan de lagere school verhoogd tot f 900. In 1874 zijn de kosten voor het openbaar onderwijs, na aftrek der ont vangen schoolgelden, aldaar gestegen tot f 2.25 per inwoner. Uit Katwijk-aan-Zee wordt van 29 dezer gemeldIn de raadsvergadering van heden is een adres ingekomen van de voorloopige commissie, welke zich geconstitueerd heeft om te trachten Kalwijk-aan-Zee door middel van een waterweg met het uitwateringskanaal van Rijnland te ver binden. Het adres houdt in, dat het werk geraamd is op ƒ105,000. Het uit den wensch dat het werk door de gemeente zal worden' uitgevoerd, onder voorwaarde o. a. dat de Staat en de provin cie elk voor een derde subsidie verleenen. De stukken, kaarten, enz. zijn ter visie gelegd. De heer M. C. De Vries, bekend medailleur te Amsterdam, heeft een gedenkpenning gegra veerd bij gelegenheid van het 300-jarig bestaan der Leidsche hoogeschool. De voorzijde stelt voor de borstbeelden van Prins Willem I en van Koning Willem III, met het omschrift: Academia condita gyilielmo I principe. SaECVLARES tert. facti gvilielmo III rege. d. viii Febr. mdlxxv. d. vin Febr. mdccclxxv. (d. i. De academie ge sticht onder Prins Willem I. Het derde eeuwfeest gevierd onder Koning Willem III. 8 Febr. 1575. 8 Febr. 1875.) Op de tegenzijde ziet men: de faculteiten zinnebeeldig tol een groep vereenigd, met het omschrift: Famam vrbi lavdem patriae lvcem abdidit orbi. Zij de hoogeschool -

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1875 | | pagina 1