LEIDSCH DAGBLAD. N°. 4504. A°. 1874. Maandag 28 December. BERICH T. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers„'0.02. Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. TRIJS DER ADVERTENTIES: Van 16 regeNf 1.05. Iedere regel meer0.17*. Groolerc letters naar plaatsruimte. Bij den aanvang van het Nieuirejaar stelt de uitgever ieder, zoo binnen als bui ten de stad, in de gelegenheid om door middel van dit Dagblad zijn Nieuwjaars groet aan Familie, Vrienden en Begunstigers aan te bieden, tegen slechts 50 cents per advertentie van 6 regels, a contant. Door dezen maatregel meent hij een ieder, op eene zeer gemakkelijke, meer en meer gebruikelijke wijze, in staat te stellen vol gens zijne maatschappelijke betrekking het compliment van den dag te brengen. Tot 31 dezer, 's namiddags te 3 uren, kan men die advertentiën aan ons Bureel bezorgen. DE UITGEVER. STADS-BERICHTER BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien de adressen van 1°. Martinus Joseplius De Graaf, koekbakker, houdende verzoek om in zijn huis m het Noordeinde n". 31 brandstoffen te mogen bewaren, alsmede petroleum op de plaats achter zijn huis2°. Pietor Johannes Tan 't Hooft, koekbakker, daarbij verzoekende om in zrjn pakhuis in de Krauwelsteeg n°. 1 brandstoffen te mogen bewaren Gelvt op art. 4 van het Koninklijk besluit van 31 Januari 1824 Staatsblad n°. 19), in verband met dat van '29 April 1864 Staatsblad n®. 39); Doen te weten, dat tot het hooren der eigenaars en be woners van de naast bijgelegene en belendende panden, ten opzichte der information de commodo et incommodo, door Burgemeester en Wethouders zal worden gevaceerd op het Raadhuis dezer gemeente, op Donderdag den 31sten December aanstaande, 's voorrniddags te elf urenzullende de belanghebbenden verplicht zijn hunne bezwaren tegen die verzoeken op dien tijd in te brengen, terwijl, bij ver zuim daarvan, zij gehouden zullen worden zich tegen de inwilliging niet te hebben verzet. Burgemeester en Wethouders voornoemd, STOFFELS, Weth. loco Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, 2-1 December 1874. KLEIN GRONDBEZIT. ondernemingen toevertrouwt, orn van Amerikaan- sche Sporen, Spanjaarden en Grieken niet te spreken de voorkeur geven aan landbezit, ware het kapitaal, waarover hij kan beschikken, niet te klein om daarvoor in aanmerking te komen. In dien stand van zaken mag het verwondering wekken dat men niet reeds sinds lang maat schappijen oprichtte met het doel om door samen voeging van kleine kapitalen voor de eigenaars al die voordeelen te verkrijgen, welke tot dusver alleen aan groote geldbezitters ten deel vielen. Het denkbeeld van vereeniging althans is in onzen tijd zeker niet vreemd. Thans heeft zich werkelijk in Gelderlands hoofd stad een Maatschappij gevormd, die zich ten doel stelt gemeenschappelijk bezit van landerijen, ook voor kleinere kapitalisten. Uit latere berichten blijkt dat die Maatschappij zich door aankoop reeds in het bezit heeft gesteld van een aanzien lijke uitgestrektheid gronds, de Emmeriker waard of het Emmericher Eyland genaamd, bijna S00 hectaren groot en aan de overzijde der stad Em merik gelegen. Dergelijke maatschappijen, op goede grondsla ger. ingericht, kunnen ongetwijfeld veel nut stich ten, vooral wanneer zij zich er op toeleggen zich bij voorkeur van grondbezit binnenslands te ver zekeren. Het monopolie der groote grondeigenaars zal er door worden verminderd, terwijl daaren tegen het bezit van den vaderlandschen grond allengs meer en meer zal overgaan in handen ook van den kleineren burger, wat zeer zeker ook een gunsligen invloed zal uitoefenen op de hoogere waardeering van dien bodem. Land is bovendien een vast goed, onvervreemdbaar en minder hersenschimmig dan andere geldswaardige zaken maar al te dikwijls blijken te zijn. Ook voor de pachters van landerijen zal het bestaan van dergelijke maatschappijen, wanneer zij haar roeping goed hegrijpen, geen onverschil lige zaak zijn, dewijl zij een heilzame concurrentie in het leven zullen roepen tegenover de groote grondbezitters, wier kapitalen in de laatste jaren soms lot het driedubbele der oorspronkelijke waarde stegen. Daarbij vergete men niet dat hij, die bij een landbouwend volk als het onze zijn geld in grond bezit belegt, er geen dood kapitaal van vormt, maar het productief maakt even alsof hij het in een industrieele onderneming plaatste. De maatschappijen van grondbezit zullen dus ongetwijfeld een weldadigen invloed uitoefenen, ook tot verhooging van het nationaliteitsgevoel door het besef dat men medeëigenaar is van den grond dien men bewoont. LEIDEN, 26 December. Langs den Hollandschen IJzeren-Spoorweg (lijn AmsterdamRotterdamHelderZaandam) zijn, gedurende de maand November 1874, 160,411 reizigers vervoerd; opbrengst 134,690.74 en aan goederen ƒ58,440.045; totaal 194,965.06s. Sedert primo Januari aantal reizigers 2,079,639; opbrengst aan reizigers en goederen ƒ2,376,176.02. - De nieuwbenoemde gouv.-generaal van Ned.- Indië, de heer Van Lansberge, zal, naar het Vad. mededeelt, omstreeks half Februari naar Indië vertrekken en wel met de stoomboot Vooiujaarts van de Maatschapp'y „Nederland". Hij zal te Napels scheep gaan. Ook Z. K. H. Prins Frederik heeft, ten behoeve der weduwen en weezen der slachtoffers van het ongeluk op de Maas, aan de Commissie eene som van ƒ100 doen toekomen. De officier-van-gezondkeid der 2de kl. J. M. E. Hunert van het O.-I. leger zal mede den 26sten dezer te Nieuwediep nog embarqueeren aan boord van het via Suez naar Java bestemde stoomschip Madura. In verhand met de opheffing der artillerie- magazijnen te Delfzijl wordt de 2de luit.-maga- zijnmeester der artillerie, H. L. Horstman, van Delfzijl naar Utrecht overgeplaatst. Aan den trompetter J. M. G. Sisoo, van het 3de escadron 4de regiment huzaren, te Deven ter, is de gouden medaille toegekend voor 36 jaren trouwen militairen dienst en de daaraan verbon den gratificatie van 50. Uit de thans gedrukte notulen van de ver gadering van afgevaardigden der comités uit de Commissie van dagelijksch bestuur van het hoofd comité der Nederl. Vereeniging tot hel verleenen van hulp aan zieke en gewonde krijgslieden in tijd van oorlog, gehouden in Den Haag den 15den October 1874, blijkt, dat na beraadslaging, met algemeene stemmen zijn aangenomen1°. het voorstel van het comité te Utrecht, luidende „a. Voorbereidingen te treffen tot het opmaken van plannen voor [de mobilisatie der Vereeniging in overleg met de militaire autoriteiten, ten einde eene gewenschte en zegenrijke samenwerking mo gelijk te maken lusschen den militairen genees kundigen dienst en de Vereeniging. b. Van die plannen, voor zooveel oirhaar en mogelijk, intijds mededeeling te doen aan de comités, opdat deze zich vooraf gereed maken tot de gewichtige taak, die hun eventueel zal worden opgedragen." 2°. Het voorstel van het comité Den Helder, luidende „Het hoofdcomité uit te noodigen, den arbeid der Commissie voor de modellen-verzameling in zijn geheel en afzonderlijk te doen drukken, opdat de comités daarvan kennis zouden nemen." De laatste bulletins van het centraal-comité van het Roode Kruis te Batavia dagteekenen van 10 Augustus tot en met IS October dezes jaars. Het voornaamste daaruit laten wij hier volgen Den lOden Augustus werden in het hospitaal te Weltevreden opgenomen 200 lijders uit Atjin. Den 24sten Augustus werd bericht ontvangen van den heer Von Bultzingslöwen, dat hij wederom voor het comité te Soerabaya zou werkzaam zijn. Den 28sten Augustus kwamen te Padang van Atjin 130 zieken, waaronder 5 officieren. Den 5den September ontving het centraal-comité liet bericht, dat het hoofdcomité weder 10000 uit de algemeene kas ter beschikking had gesteld voor de zieke en gewonde strijders van Atjin. Den 8slen September werd de officier-van-gezond- heid Perk, gedelegeerde van het centraal-comité te Atjin, overgeplaatst naar Java en is de4heer Dr. L. De Roock in zijne plaats getreden. Den 15den October waren wederom 130 zieken van Atjin naar Padang gezonden. Geschenken in geld werden ontvangen uit de militaire commandementen te Palembang, Benkoelen en Zuid- en Ooster- afdeeling van Borneo; alsmede van verschillende gezelschappen en bijzondere personen, die tevens lectuur en een groot aantal sigaren verschaften. Van het centraal-comité ontving het hoofd- comilé dezer dagen nog een belangrijken brief, waarin vele vragen, ook door het hoofdcomité gedaan, hare beantwoording vinden en waarin tevens wordt gewezen op den veranderden toe stand te Atjin na het vertrek naar Java van de hoofdmacht. De ontmoetingen met den vijand.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1874 | | pagina 1