Uit Oud-Beierland wordt vernomen, dat twee personen, die drijvende gevonden werden op het vlak van een omgeslagen roeiboot, door schipper Jan Henkels van Amsterdam, diens knecht en Arie Schippers van Oud-Beierland zijn gered. Ofschoon het stormweer was, heeft die schipper, zich met zijn schip op de Maas bevin dende tusscnen Oud-Beierland en Poortugaal en het gevaar bemerkende, zijn schip met staande zeilen voor anker geworpen en, het schip aan zijn vrouw overlatende, zich met de gemelde per sonen in een roeibootje begeven om de in gevaar verkeerende menschen te redden. Te Over veen, bij Haarlem, heerscht sedert Zondag-middag een onbeschrijfelijke ont steltenis. Dien morgen omstreeks '10 uren gingen van daar een knaapje van zeven, een van zes en een meisje van vijf jaren naar de duinen, om zich er met spelen te vermaken. Toen de tijd van tehuiskomst aanbrak, wachtte men echter de kleinen tevergeefs, en ook den geheelen namid dag bleef men in spanning. Des avonds te half- tien waren de kinderen nog niet terecht, ofschoon tien personen zich op weg begeven hadden om hen te zoeken. Waarschijnlijk zijn de kinderen in het duin verdwaald geraakt. Het H bid. maakt melding van de volgende kloeke daad. Omstreeks halftwaalf ge raakte Zaterdag-avond op den Kloveniersburgwal bij de Raamgracht eene vigilante, waarin zich 5 personen bevonden, in het water. Op het hulp geschrei spoedde zich dadelijk de heer D. K., een oud-zeeman, vader van een talrijk kroost, naar de plek van het onheil, begaf zich te water, en mocht de zelfvoldoening smaken van deze 5 per sonen met behulp van een paar mannen, die aan of bij den wal stonden, allen van een wissen dood te redden. Een der geredde personen, een jong meisje, werd in bewusteloozen toestand uit het rijtuig gehaald, doch door de goede zorgen van den apotheker De Bruyn weder tot bewustzijn ebracht. Een gezelschap van vier personen is Zondag-avond in 't Aduarderdiep met paard en wagen door de duisternis in 't water geraakt één is gedood, de drie overigen zijn gewond. De overledene was landbouwer te Garnwerd. Even buiten V laar dingen, in het na burige Vlaardinger-Ambacht, ontstond gisternacht brand in een herberg, een houten gebouw, dat des nachts onbewoond is. Het was met den inboedel in een oogenblik een prooi der vlammen. De oorzaak is onbekend naar men verneemt was een en ander tegen brandschade verzekerd. "Volgens de Ensch. C t. moet zekere v. d. B., van Enschedé, door F., mede van daar, te Ibbenburen gedood zijn. De dader, die thans in handen van het gerecht is, werd verleden jaar, wegens mishandeling van v. d. B., tol gevange nisstraf veroordeeld. Hij nam, om ze te ontgaan, de wijk naar het buitenland, maar zwoer wraak te nemen. Die bedreiging zou dan nu vervuld zijn. De sneeuwjacht van j 1. Vrijdag-avond heeft in de provincie Groningen een treurig offer gekost. De geneesheer Dr. G. Swalue, van Ulrum, terugkeerende van de Zoutkamp naar zijne woon plaats, is in een sloot geraakt en verdronken. Vrijdag is te Nieuw- Amsterdam, in de gemeente Emmen, een schippersknecht, die de luiken van het schip wilde verleggen, overboord gevallen. Hoewel spoedig uit het water opgehaald, bad hij reeds den geest gegeven. Naar men zegt heeft men den drenkeling op den wal gelegd, totdat de politie als getuige werd gehaald, alvorens moeite te doen om te beproeven of de levens geesten nog konden opgewekt worden. In de rue de l'Industrie te Rouaan had in den nacht van Dinsdag op Woensdag een .vreeselijke ontploffing plaats, juist op het oogenblk dat de storm het hevigst woedde. Weldra ontdekte men het dat huis, bewoond door de echtgenooten Massu e.n hun 18-jarige nicht mejuffrouw Lefebvre, was ingestort De vrouw des huizes, die te bed lag, was als door een wonder ongedeerd gebleven, daar het nedergezakte plafond een soort van afdak vormde, waardoor zij werd beschut. Ook de nicht bracht er het leven af, echter met verbrijzelde beenen, terwijl een houtsplinter in haar hoofd was gedrongen. Van den heer Massu zelf vond men slechts het lijk, dat als 't ware was toege vouwen, zoodat het hoofd op de voeten lag; de dood was ongetwijfeld onmiddellijk gevolgd. Men schrijft het onheil toe aan de ontploffing van ongeveer 6 kilo buskruit, die in een kast naast eenige papieren lagen, welke mejuffrouw Lefebvre zonder de noodige voorzichtigheid bij kaarslicht doorbladerde. Een nieuwe ramp is op den St.-Go- thard voorgevallen. Een honderdtal Italiaansche werklieden, die zich ondanks al de waarschuwingen van deskundigen op weg hadden begeven naar het klooster, werden op een gevaarlijk punt bij Fangga door een lawine overvallen. Bijna allen wisten te ontkomen; doch een vijftal hunner wer den onder de sneeuw bedolven; hun lijken heeft men nog niet kunnen vinden. Drie dagen later ontdekte men boven Prodont het lijk van een reiziger, die onderweg bevroren was. Deze winter heeft dus reeds aan acht personen op den St.- Gothard het leven gekost. Greld- en efïectenmarkt. Amsterdam, van 7 tot 12 Dec. 1874. Langzamerhand naderen wij het einde van het jaar en het pleegt gewoonlijk in December stil toe te gaan op de fondsenmarkt, zoodat het in zooverre geen ongewoon verschijnsel is dat er ook in de laatste dagen weinig zaken van eenige be- teekenis gedaan werden en de fluctuatiën daar van getuigenis droegen. Belangrijks viel er trou wens op politiek of financieel gebied niet voor, tenzij men daartoe zou willen rekenen het on gunstig onthaal dat het plan van onzen minister van financiën, orn het kas-saldo van den staat ren- tegevend te beleggen, bij de afdeelingen der Tweede Kamer vond, of het bericht dat het den min. van financiën van Spanje gelukt is eene leening te sluiten met eenige Madridsche bankiers, waar van het grootste gedeelte voor oorlogskosten be stemd is. Maar de beurs nam geen notitie van deze twee op zichzelf niet onbelangrijke feiten. Toch zou zij consequent gehandeld hebben, indien zij, nu het bijna onmogelijk geworden is dat onze minister zijn plan doorvoert, de nationale fondsen eenigszins gevoelig had teruggeworpen, nadat zij de prijzen daarvan had doen stijgen bij de kennis neming van de voornemens des ministers. Doch zij deed het niet, daar zij tegenwoordig ongevoelig is voor bijna alles, behalve de buitenlandsche merken. Aan deze is het dan ook toe te schrijven dat de beurs Maandag in vaste stemming opende en Dinsdag weder verflauwde; dat zij Woensdag geheel onbeteekenend was, Donderdag naar aan leiding der Londensche merken weder iets vaster teekende en Vrijdag en Zaterdag tot bijna niets doen terugviel. En wat was nu de vrucht van dien zesdaag- schen arbeid? Dat onze 2'/2 en 4 pCt. Nationale Schuld een weinig achter-, de 3 pCt. eene fractie voorwaarts gekomen is en onze industrieele papieren over 't geheel stationair gebleven zijn met uitzondering van Aand. Handelmaatschappij die circa 5/8 pCt. verloren en Aand. Nederl.-Indische Handelsbank, die van 981/a tot 103 pCt. rezen; 3 pCt. Fransche rente liep s/8 pCt. terug; Spanje en Portugal blijven iets boven den slotkoers der vorige week, Russische staatsfondsen waren in enkele soorten gezocht, waardoor zij »/4 tot '/a PGt- wonnen, in andere aangeboden, die daardoor evenveel reageer den desgelijks de Russische Spoorwegwaarden, waarvan de Brest-Grajewo goede zaken maakte, doch later weder een deel terugvorderde, zoodat de prijs op 79J/4 pCt. sluit, tegen 773/4 pCt. vóór acht dagen. Oostenrijkers bleven in een doen 5 pCt. Turken verloren van 42]/i6 op 4l5/#, terwijl daarentegen oude Egyptenaren */2 pCt. vooruit gingen en 1873er op den ouden prijs stand hielden. Columbianen moesten een deel der aanvankelijk behaalde winst weder afstaan, doch sluiten toch nog 50^4 tegen 49»/2 pCt. verleden week, doch Peruanen leden gevoelig, de 6 pCt. van 66'op 643/4, de 5 pCt. van 545/J6 op 523/4 pCt. In Noord- Amerikaansche spoorwegwaarden bleef de handel èn wat talrijkheid èn het cijfer der transactiën betreft, beneden het middelmatige, zoodat ook het koersverschil van slechts zeer enkele soorten eenigszins belangrijk is. Geld op prolongate liep van 4 op 4J/2 pCt. BUITENLAND. Frankry k. Na vèrdaging der aan de orde zijnde ontwe. pen is de nationale vergadering gisteren g*. scheiden. In eene bijeenkomst van de leden der uiterste linkerzijde heeft de voorzitter, de heer Brisson zijne blijdschap te kennen gegeven over de eens gezindheid van de groepen der linkerzijde. Hij zeide, dat er voor de nationale vergadering, ni de verwerping van het voorstel Périer, niets over bleef dan ontbinding. Volgens gerucht zyn de onderhandelingen tus- schen het rechter-centrum en de uiterste rechter zijde niet gelukt. De heer Emilio Castelar, een tijdlang hoofd van het uitvoerend bewind in Spanje en vroeger hoogleeraar in de geschiedenis, is medewerker geworden van Siècle. Het blad leidt hem ate zoodanig bij de lezers in. De heer Castelar ver klaart dat, hoewel zijne opstellen van letterkun digen aard zullen zijn, hij door zijne reeks var, artikelen zich ten doel stelt, de goede verstand houding, die tegenwoordig iusschen de Latijnsclu volken bestaat, verder aan te kweeken en hunr. nauwe aaneensluiting in de toekomst voor te bereiden. Een eerste opstel van zijne hand, ge titeld: „Les Latins1', is Zondag in den Sièè verschenen. Duitsdilancl. De Post verneemt, dat de keizer 11. Vrijdag na afloop der zitting van den rijksdag, schriftelijl aan Bismarck zyne tevredenheid heeft betuig; wegens den ijver, waarmede deze bij de begroc- tings-discussiën eenige bestreden posten met hé trekking tot verhooging der soldij voor de gardé troepen heeft verdedigd. In Elzas-Lotharingen wordt thans een niem middel in 't werk gesteld om zich aan de mili taire dienstplichtigheid te onttrekken. Een aanti ingezetenen, die eerst de Fransche nationality hadden aangenomen, maar in het land gebleve waren, ten gevolge waarvan hun nationaliteit recht is vervallen, hebben nu in verschillend Zwitsersche kantons het zoogenaamd gemeente recht weten te verkrijgen, waardoor zij met g, naturaliseerde Zwitsers moeten worden gelijkgt steld. Men ziet hieruit nieuwe verwikkelingen tegemoet. Bij de voortzetting van het proces-Arnini heeft, na eene redevoering van derdehalf uur, de adv.-generaal, na in het bijzonder gewezen te hebben op de verzwarende omstandigheden vac het geval, met het oog op de positie van den beschuldigde en het groote aantal en gewicht der zoek gemaakte stukken, voor den graaf eene gevangenisstraf geëischt van twee jaren en zes maanden. Op het ontnemen der burgerlijke rech ten drong hij niet aan, omdat hij hij den be schuldigde geen reden vond tot het veronder stellen van baatzuchtige bedoelingen. In de middag-zitting heeft Prof. Holzendorfl, een der verdedigers van Arnim, de wetenschap- pelyke zijde der zaak toegelicht, en aangetoond dat zelfs ingeval aan de aanklacht ten volle kon worden toegegeven, Arnim op zuiver juridieke gronden moest worden vrijgesproken. Het overig gedeelte der verdediging liet hij aan zijn collega over. Oostenr.-Hong. Monarchie. Het Huis van afgevaardigden heeft gisteren het budget voor 1875 overeenkomstig de conclusien der commissie aangenomen. Nadat het Huis den wensch had te kennen gegeven, dat bij de vast stelling der gemeenschappelijke uitgaven voor de beide helften des rijks op den linancieelen toestand nauwkeurig moge worden acht gegeven, werd de begrooting aan de financieele commissie verzon den. De minister van financiën verklaarde de herstelling der valuta te beschouwen als een van de eerste plichten der regeering. Spanje. In de Liberie was het bericht opgenomen dat don Carlos voorstellen gedaan zou hebben aan koningin Isabella om tot een overeenkomst te komen, maar dat de ex-koningin die voorstellen van de hand zou hebben gewezen. Tegen deze voorstellen komt generaal dAlgarra, graaf van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1874 | | pagina 2