In eene vergadering der liberale Kiesver- vereeniging Leeuwarden te Leeuwarden is, na een geanimeerd debat, met 33 tegen 1 stem, op voorstel des Bestuurs besloten, aan den hoogleeraar M. S. Vissering te Leiden een adres te richten, waarin sympathie wordt betuigd rnet het slot van zijn schrijven aan Mr. L. Oldenhuis Gratama, lid van de Tweede Kamer. Prof. Gloesener, te Luik, is tot commandeur van de Eikenkroon benoemd, naar men zegt omdat hij aan de Nederlandsche Regeering aan merkelijk verbeterde electrische telegrafen van zijne vinding heeft verschaft. Dezer dagen overleed te Breda mgr. Joh. Van Genk, bisschop van Breda, huisprelaat van den Paus; hij bereikte den ouderdom van 71 jaar. De arrond.-rechtbank te Amsterdam heeft voor de door het overlijden van Mr. N. Muntendam vacante rechtersplaats de nominatie opgemaakt, bestaande uit de heerenMr. J. Van Eik, subst.- griffier; Jhr. Mr. B. De Bosch Kemper, reehter- plaatsvervanger, en Mr. H. Van Manen, subst- griffier bij gemelde rechtbank. Van de Belgische postadministratie is bij het ministerie van financiën het bericht ontvangen dat een dienst van pakketbooten in werking zal komen, beurtelings varende tusschen Antwerpen en New-York, en tusschen Antwerpen en Phila delphia. Het eerstvolgende vertrek der boot van Antwerpen naar Philadelphia is op 25 Maart bepaald. De volgende vertrekdagen zijn 8 en 22 April. Te rekenen van laatstgenoemden dag heeft er geregeld van twaalf tot twaalf dagen een ver trek plaats. Aan het verslag van de muntwerkzaam- heden over het jaar 1873 wordt het volgende ontleend De loop der omstandigheden in het buitenland, inzonderheid de nieuwe muntwet van het Duitsche rijk, waarbij de enkele gouden standaard werd aangenomen, had grooten invloed op de werk zaamheden van 's Rijks Munt in 1873. De indiening toch van het ontwerp dier muntwet bij den Rijksdag maakte het raadzaam, op de gevolgen der aanneming daarvan bedacht te zijn, en in verband met een eventueelen overgang tot den enkelen gouden standaard ook in Nederland den voorraad te demonetiseeren zilveren standpennin gen zooveel mogelijk te beperken. Dit gaf aan leiding tot de wetten betreffende eene beperking of schorsing der aanmunting van zilveren stand penningen en tot de kon. besluiten houdende verbod van die aanmunting anders dan voor rekening van den Staat, respect, tot 1 Aug. en tot 1 Nov. 1873, en later tot een besluit hou dende gelijk verbod tot op 1 Febr. 1824. Dien tengevolge is de muntslag van standpenningen, welke sedert de eerste dagen van het jaar onaf gebroken had plaats gehad voor en ten behoeve van de Ned. Bank en op twaalf April was ge slaakt om over te gaan tot de aanmunting van gouden dukaten voor rekening van de Ned. Handelmaatschappij, en van tiencentstukken, cen ten en halve centen voer rekening van het Pdjk, in den loop van het jaar niet hervat. Eene vergelijking van de gemiddelde prijzen van het zilver met de waarde van onzen zilveren gulden gedurende het jaar 1873 bewijst, dat het besluit tot die staking op goede gronden rustte. Het zilver was sedert 1872 1.85 pet. in waarde gedaald. Het zilver in Ned. muntvorm is gedu rende het afgeloopen jaar 2.7 pet. duurder geweest dan het zilver in vorm van baren; onze zilveren gulden is door den loop der wisselkoersen voor depreciatie behoed geworden, ofschoon het onge munte zilver in zoo aanzienlijke mate in waarde is gedaald. Het antwoord op de vraag, waardoor onze munteenheid zoo op prijs gehouden werd, schijnt te mogen zijn, dat de hoofdoorzaak is de staking der aanmunting van zilveren standpenningen, in verband met de weigering der Ned. Bank om zilver aan te koopen. De daling der zilverprijzen was progressief sedert Juni en vooral sedert October. De hoogste prijs was genoteerd ad 597/8 of 1: 15.769 op 18 en 25 Januari, I, 8 en 15 Febr., de laagste ad 577/s of 116.293 den 15den Nov., hetgeen een verschil geeft van 2 d. of 3.34 pet. Voor die waardedaling in den laatsteri tijd schijnen hoofdzakelijk in aanmerking te komen: 1°. gebrek aan vraag naar zilver ten gevolge van staking of beperking der aanmunting van zilveren speciën in Duitschland, Scandinavië, Nederland en België, bij minstens gelijke aanbie ding van metaal als in andere jaren; en 2°. toe nemende vraag naar goud door de invoering van den enkelen gouden standaard in Duitschland en elders. Men mag evenwel verwachten, dat de voort durend groote productie eene aanmerkelijke stijging der goudwaarde in verhouding tot andere zaken dan zilver zal voorkomen. In eene Maandag te Amsterdam gehouden vergadering van industrieelen is eene Commissie uit hun midden belast een adres in te dienen aan de hooge regeering, met het doel, om bij de in 1876 te Philadelphia te houden internationale tentoonstelling de vaderlandsche industrie en kunst aldaar haar vroegere glorie te zien handhaven door een Nederland waardige deelneming. Dit adres, reeds van vele handteekeningen voorzien, zal door de commissie ter teekening worden aan geboden aan alle industrieelen en belangstellenden in kunst en industrie, alsmede aan Kamers van Koophandel, maatschappijen en vereenigingen, welke zich de bevordering van nijverheid en kunst ten doel stellen. De heer C. A. J. Geesink is als ontwerper van 't in aanleg zijnde, te Amsterdam te vestigen Nederlandsch Kunst-Industrie*Museum be last met de toezending der afschriften van 't adres aan allen, die door hunne handteekening adhesie wenschen te schenken aan 't boven uitgesproken beginsel. In het begin der volgende maand zal het adres aan de regeering worden verzonden. Door eenige belangstellenden te Batavia is 155 bijgedragen voor de drinkfontein, op te richten ter herinnering aan de feestviering van 1 April '1872 te Rotterdam. Door eenige leden der Loge van vrijmet selaars te Zwolle is het plan gevormd tot oprich ting eener bewaarschool voor alle standen, waaraan in die stad groote behoefte bestaat. Reeds heeft men van H. M. de Koningin vergunning ver kregen, om die school Sophia-school te mogen noemen, terwijl H. M. voor de a. s. verloting ten behoeve van dit plan belangrijke prijzen heeft toegezegd. Reeds is meegedeeld, dat de keizer van Rusland in het begin der volgende maand over Vlissingen naar Engeland zal vertrekken. Eenige dagen vóór de aankomst van den Czaar zou zich een Russische llottille in de Zeeuwsche wateren vereenigen, ten einde het Keizerlijk stoomjacht Livadia naar Groot-Britannië te vergezellen. Wij kunnen er bijvoegen dat reeds de noodige voorzieningen zijn getroffen. De heer Alquié, direc teur der Russische spoorwegen, is dezer dagen voor dat doel naar Vlissingen geweest. Bij Kon. besluit is een Commissie benoemd tot het afnemen van het examen van hen, die voor de betrekking van Commies van Staat in aanmerking wenschen te komen, bestaande uit de heeren Jhr. Mr. W. A. C. De Jonge, lid van den Raad van State, voorzitter; Mr. J. Heems kerk Bz., lid van den Piaad van Stale; Mr. S. Vissering, hoogleeraar te Leiden; Mr. H. P. G. Quack, hoogleeraar te Utrecht; en Dr. P. J.Veth, hoogleeraar aan de Rijksinstelling voor onderwijs in de Indische taal-, land- en volkenkunde te Leiden. Z. M. heeft herbenoemd: tot burgemeester van Oirsbeek P. J. Hautvast, van Zuidbroek Mr. R. A. Cleveringa, van Kloosterburen J. Waterbolk, secr. dier gemeente, en van Noordbroek D. D. Dijkstra; de bij besluit van 23 Jan. jl. gedane benoeming van H. A. Kloppenburg tot lid van den militieraad in de prov. Overysel, op zijn verzoek ingetrokken; benoemd tot militie-com missaris in het 2de militie-district der prov. Fries land den luit.-kol. L. J. G. Gijsen, van het 8ste reg. inf. Gemengd Nieuws. In den nacht van Maandag op Dins- dag is te Nieuw Appelscha, omstreeks 1 uur, door het schrikken van het paard een rijtuig met 4 personen in de vaart gestort, met het droevig gevolg, dat een moeder met een zuigeling aan de borst is verdronken. De beide andere personen, zijnde vader en zoon, hebben zich door een sprong weten te redden. Het getuigenverhoor in de zaak van Francino, beschuldigd van brandstichting, is gisteren afgeloopen. Daarna nam de Procureur- Generaal zijn requisitoir, strekkende om den beklaagde schuldig te verklaren aan het hem ten laste gelegde, en hem te veroordeelen tot eene correctioneele gevangenisstraf van vijf jaren en in de kosten. De verdediger, Mr. Haas, beweerde dat de beschuldiging en het boos opzet niet vol doende bewezen was en concludeerde tot vrijspraak. Het Hof zal a. s. Woensdag uitspraak doen. Te Heerlen (Limburg) is dezer dagen bij boring, weder een steenkolenlaag ontdekt. De politie van Brussel heeft een dievenbende in hechtenis genomen, beslaande uit jongelieden, die meerendeels tot deftige fainiliën der stad behooren en reeds geruimen tijd den winkelstand dier stad schandelijk exploiteerden. Zij gaven in de winkels de namen op van voor name lieden, die zijden, fluweelen en andere stof fen ter inzage wenschen te hebben, en verzochteft een bediende het stuk te bre'ngen op een bepaald uur, waarop zij wisten dat de heer des huizes afwezig was. Waren de stoffen bezorgd, dan ging een der oplichters een oogenblik later aanbellen en verzocht die terug, onder voorwendsel dat zij aan een verkeerd adres waren bezorgd. Dikwijls gelukte hun dit bedrog. De hoofdschuldigen zijn reeds gearresteerd, benevens een vrouw, die van hen het gestolene tegen geringen prijs kocht. Grelcl- en effectenmarkt. Amsterdam, van 2 tot 9 Maart 1874. Wanneer wij alleen te spreken hadden van de geldmarkt, in den zin van de markt van het be schikbare, contante geld, wij zouden met een enkel woord kunnen volstaan en getuigen dat zij in ruimer toestand verkeert dan sinds lang het geval was. Getuige de stand van het disconto dat te Berlijn en te Frankfort 2'/2, te Londen, te Brussel en ten onzent 3'/2 pCt. genoteerd werd en zelfs te Parijs op 4'/2 pCt. is gedaald, den laagsten prijs dien het sedert „den oorlog" bereikte. Maar wij hebben ook over de fondsenmarkt te spreken en deze is niet zoo „couleur de rose". In een financieel blad wordt de beurs (de effec tenbeurs wel te verstaan) een „duffe boel" ge noemd en wij kunnen ons bij die wel wal banale qualificatie neerleggenzóo duf en zoo muf dat er nauwelijks over te spreken valt. Met iederen dag wordt het duidelyker en klaarder dat, er moge reeds véél onthuld en in staal van reini ging gebracht zijn, de Augiasstal nog verre van geruimd is; of, zonder beeldspraak te gebruiken, er mogen reeds groote verliezen geleden zijn, nog véél staat er voor de deur, nog veel verlies zal er geleden moeten worden, alvorens geld- en fondsenmarkt toi een normalen, dat is tot een gezonden toestand zullen zijn teruggebracht. Wij ontveinzen 't ons niet, dal het een ondankbare taak is, bij de tegenwoordige gesteldheid der zaken, beursberichten te schrijven, omdat, hetzij men quand même den toestand wil ophemelen en dus tot een optimisme kornen wil dat helaas reeds te veel slachtoffers gevergd heeft onwillekeurig en door den loop der omstandigheden tot een pessimisme gedreven wordt, waaraan geen voedsel mag gegeven worden, omdat het, doch in tegen overgestelde richting, tot even verderfelijke ge volgen leiden zou. Dat de gesteldheid van geld- en fondsenmarkt verre van gezond is, wordt door niemand meer betwistwie het tegenovergestelde zou willen bewe ren, zou zich eenvoudig bespottelijk maken. Het be wijs daarin van te leveren zou niet zoo heel moeilijk vallen, doch de plaatsruimte aan een overzicht toege staan is toch te klein om het betoog ook in den meest concreten vorm te leveren. Wij moeten ons dus bepalen rnet eenvoudig het feit te consta- teeren en ons daarbij te beroepen op hetgeen de dagel'yksche beursbulletins daaromtrent leeren. En dat de kwaal zich niet tot onze beurs bepaalt, ook dit weet ieder die de financieele berichten van de Duitsche, de Fransche en zelfs van de Londensche beurs naleest. Financieele moraliteit heeft ze ooit bestaan (wij gelooven ja) ze is dan nu wel geheel verdwenen, waar Spanje met voor slagen van quasi-betaling der achterstallige cou pons voor den dag komt, die waarlijk het dag licht niet kunnen velen en Italië zich durft be roemen een eerlijk schuldenaar te zijn, terwijl het méér dan 13 pCt. van zijne rente kort! Maar ons beursoverzichtOch, 't kan kort

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1874 | | pagina 2