huis omringd door paggers van bamboesdoorn, -waar bijna geen doorkomen aan is. Elk huis schier wordt op zich zelf verdedigd en bovendien in elke kampong van eenige sterkte of benting omgeven. Zoo is eergisteren een kampong ge nomen, die door vijf bentings verdedigd werd en daarna huis voor huis. Het is een dapper en energiek volk! Zoo werden gisteren in een huis 21 lijken gevonden, welke staande waren, daar zij de ruimte niet hadden om te vallen. Waar schijnlijk waren zij door éen granaat gedood. Het vuren duurde onophoudelijk. Nu terwijl ik zit te schrijven, rollen hunne kogels op geen honderd passen neer. Zij schaden echter niemand. Zoo gaat het ook eiken nachtnooit gunnen zij ons rust. Gelukkig dat wij zoo uitstekend gewapend zijn. Voor de geweren hebben ze zooveel respect, dat ze ons ten minste niet in de onmiddellijke nabijheid durven komen. Sinds den 20sten hebben we steeds gekleed moeten slapen. Wat de ver zorging der manschap aangaat, deze is uitstekend. Van het Roode Kruis is hier een afdeeling, die vele weldaden onder de gekwetsten en veel goeds onder de gezonden verspreidt. Zij deeltjveel pijpen en tabak uit, waaraan we allen behoefte hebben." „jBivouac Penay27 December 1873. „Den 20sten dezer zijn wij op genoemd bivouac aangekomen. Wij liggen aan den rechteroever van de Atjin-rivier, omstreeks tien minuten van den Kraton, die aan den linkeroever is gelegen. Toen wij hier aankwamen, werden uit naam van den Sultan de vredesvoorwaarden gevraagd, doch spoedig zagen wij dat zij het niet ernstig meen den, want reeds den volgenden dag werden wij uit de tegenoverliggende kampong beschoten. De vijand werd echter spoedig door ons vuur ver dreven. Den 25sten rukten wij des morgens om halfacht uit. We waren nog niet ver buiten de voorposten, toen de vijand ons met een hevig vuur begroette. Hierop volgde een vreeselijk gevecht. De kogels vlogen ons aan alle kanten om de ooren, en menig soldaat viel rechts en links van mij neer; toch rukten onze manschappen moedig vooruit, nergens ontstond de minste weifeling en allen luisterden naar onze commando's, even goed als op het exercitie-veld. Het gevecht duurde tot 's namid dags halfvijf. Vier versterkingen werden door ons genomen en het terrein voor den Kraton verder door ons verkend, om eene geschikte plaats te vinden tot het opstellen van het zware geschut. Daarna keerden we naar ons bivouac terug. Den 26sten rukten wij weder op. Ons bataljon kwam toen evenwel niet zoo dicht in het vuur als den vorigen dag; echter was ik bijkans weg geweest. Onze compagnie kreeg namelijk last, om met de sappeurs een veld met suikerriet om te kappen, ten einde daardoor een beter uitzicht naar voren te krijgen. We waren daarmee reeds een half uur bezig en bijna gereed, toen eensklaps een kanonskogel vlak langs mij heensnorde en niet meer dan vier passen achter mij in den grond sloeg. Had ik slechts éen pas meer links gestaan, dan had de kogel mij zeker getroffen. Toen nu meer kanonskogels in onze gelederen vielen, werd de compagnie verzameld en keerden we naar onze vorige standplaats terug. We hebben met een dapperen vijand te doen. De meesten houden lot het laatste oogenblik stand en moeten met de bajonet worden afgemaakt." Van de 14 onderofficieren van het instructie bataljon te Kampen hebben er 11 voldaan aan het voor-examen voor 2den luitenant, en wel de heerenBremmer, Hoogeboom, Stroeve, Klerck de P^eus, Noorduijn, Bisschoff van Heemskerck, Sol, Opslelten, Kroll, Döderlein de Win en Wiersma. Het examen zal in Maart in Den Haag plaats hebben. Door het anti-schoolwetverbond is in het kiesdistrict Gouda candidaat gesteld voor het lidmaatschap der Tweede Kamer Mr. M. Bichon van IJselmonde; de Kiesvereeniging Vaderland en Oranje heeft den heer Mr. H. O. Verniers van der Loefl' candidaat gesteld. Naar men uit goede bron verneemt, is in de dezer dagen gehouden bijeenkomst van heeren Burgemeesters der hoofdsleden in de provinciën besloten, om de voorwaarde, dat het geschenk der natie aan Z. M. den Koning uit goud of zilver zoude bestaan, in te trekken, en bepaald, dat tot de beslissing, waaruit het te geven natio naal geschenk zal bestaan, zullen medewerken twee afgevaardigden uit iedere provincie, door de gevers zeiven te benoemen. Volgens het IJ. D. zouden de Nederlandsche kunstschilders voornemens zijn aan Z. M. bij zijn jubilé eene verzameling schilderstukken van de eerste levende meesters in ons land aan te bieden. Naar het Hbl. verneemt zullen weldra in den Stads-Schouwburg te Amsterdam voorstellingen worden gegeven door het geheele Rotterdamsche opera-gezelschap, onder directie van den heer Pflaging. Hel Bestuur der Rotterdamsche Diergaarde is met het plan ter oprichting van een nieuw Sociëteits-gebouw, uitbreiding van den tuin en verschillende verfraaiingen reeds in zoover geslaagd, dat het de vereischte machtiging heeft verkregen om eene leening van f 500,000 te sluiten. Hier toe werd vereischt de schriftelijke toestemming van minstens der aandeelhouders, te zamen vertegenwoordigende minstens 3/4 van het bedrag der nog onuitgelote aandeelen van het oorspron kelijk kapitaal ad f 300,000. Volgens die be paling moest alzoo de toestemming worden ver kregen van minstens 430 personen, te zamen deelheb bende voor 195,000. Tot nu toe echter hebben reeds 470 aandeelhouders geteekend, verte genwoordigende een bedrag van ver over de f 200,000zoodat alsnu tot het sluiten der leening kan worden overgegaan. Uit het programma van de Internationale tentoonstelling van Tuinbouw, die van 11 tot 25 Mei 1874 te Florence zal worden gehouden, blijkt dat de aanmelding tot inzending voor Neder landers moet plaats hebben uiterlijk voor 28 Februari '74 bij de Hoofdcommissie in Den Haag met opgave a. van het nommer van het pro gramma, naar hetwelk men wenscht mee te dingen, b. van de lijst der planten of andere voorwerpen die men wenscht in te zenden; c. van de plaats ruimte die men meent ongeveer noodig te hebben. De planten en andere voorwerpen, ter mededinging bestemd, moeten tusschen 2 en 10 Mei ter bestem der plaatse zijn aangevoerd. De uitgeloofde prijzen beslaan uit 100 gouden medailles, 221 zilverenen 131 bronzen medailles. Bovendien zijn nog vijf groote eereprijzen, uit gouden medailles, van groot model uitgeloofd. Ook zullen aan de Com missie van Beoordeeling nog een voldoend aantal gouden, zilveren en bronzen medailles ter beschik king worden gesteld, bestemd voor die planten en voorwerpen, welke in het programma niet zijn vermeld. Vruchtboomen, van welken aard ook, worden op de tentoonstelling niet toegelaten. De bisschop van Haarlem heeft o. a. be noemd: tot kapelaan te Wassenaar den heer A. L. Van Rijn, en tot kapelaan in 't Veld, den heer M. C. J. Van Dieren, assistent te Wad- dinxveen. De luit-ter-zee 2de kl. C. J. De Jong, belast met de betrekking van off. van politie bij het Koninklijk Instituut voor de marine te Willemsoord, wordt met den 15den dezer op non-act. gesteld en met den löden vervangen door den luit.-ter zee 2de J. L. M. Van Gorkum, terwijl met laatst genoemden datum wordt geplaatst aan Zr. Ms. wachtschip te Willemsoord de luit.-ter-zee 2de kl. A. G. I. baron Van Plettenberg; de off. van adrnin. 3de kl. W. F. Klompé, dienende aan boord van Zr. Ms. monitor Krokodilwordt met den laatsten dezer op non-act. gesteld, en met 1 Maart a. s. vervangen door den off. van admin. der 3de kl. F. W. Sprenger; de 2de luitenants bij het corps mariniers J. H. Van Ouwerkerk en G. C. Mirandolle, respect, commandeerende de aan boord van Zr. Ms. wachtschepen te Willemsoord en te Hellevoetsluis ingescheepte detachementen mari niers, worden met den laatsten dezer gesteld ter beschikking van den commandant van genoemd corps en met 1 Maart a. s. vervangen respect, door de 2de luits. bij meergemeld corps N. Van de Roemer en J. B. J. P. Cambier. Z. M. heeft aan den heer Mr. G. J. M. Van Voorthuysen, op zijn verzoek, met ingang van 15 Febr. e. k., eervol ontslag verleend als rechter in de arrond.-rechtbank te Groningen Mr. L. Ph. C. Van den Bergh, archivaris van het Rijk, benoemd tot ridder in de orde van den Ned. Leeuw. Z. M. heeft C. J. Schindler benoemd tot burgemeester der gemeente St. Oedenrodeder gem. Workum T. S. Ybema; der gem. Meijel, P. J. H. Vullers, ten einde deze betrekking ge lijktijdig met die van burgem. der gem. Neder- weert te bekleeden. Gemengd Nieuws. De Heer Dr. A. v. d. Willigen Pz.te Haarlem, heeft aan het stedelijk museum ten geschenke gegeven het hemd en 2 muilen van den reus Cajanus, die een lengte had van 2,631 M. Geboren in Finland in 1702, was hij lijfwacht van den Koning van Polen en is te Haarlem in het Provenierhuis overleden den 27sten Febr. 1749. Zijn levensgroot portret hangt op het Stad huis. Voorts een overhemdje, 1 paar kousjes en 1 tabakspijpje van den dwerg Simon Jane Paap, geboren te Zandvoort, overleden te Dendermonde in den ouderdom van bijna 40 jaar. Hij was lang ongeveer 76'/2 Ned. duimen. Bij deze voorwerpen zijn eenige documenten gevoegd, waarin hunne echtheid wordt gestaafd. Een moord, gevolgd door een zelf moord, heeft de bewoners van de stad Belfort in de grootste opschudding gebracht. De moordenaar en zijn slachtoffer waren twee werklieden die een huis bewoonden, gelegen in den faubourg de Brisach. De een, Girardat genaamd, was van beroep schrijnwerker en woonde op de bovenste verdieping; beneden woonde de ander, Dietrich, een dagwerker, geboortig uit Rothau in de Vo- geezen. Deze beide mannen waren gestadig met elkander in twist. Girardat had zijn buurman reeds herhaaldelijk met den dood gedreigd en wachtte hem op zekeren morgen, toen zij weder oneenigheid hadden gehad, aan den voet der trap die naar zijn kamer leidde, op met een sabel, die hij hem op het oogenblik dat Dietrich naar beneden ging, in het hart stootte. De ongeluk kige, ofschoon doodelijk gewond, had nog de kracht om hulp te roepen en zijn moordenaar te ont vluchten, die hem wilde achtervolgen. Dietrichs doch ter en twee andere personen, die juist op straat ston den, schoten toe om hulp te verleenen. De moorde naar was inmiddels gevlucht en had zich opgesloten in z'yn kamer. Terwijl een inmiddels geroepen geneesheer de eerste geneeskundige hulp ver leende, sloeg hij de hand aan zichzelf, door het afvuren van een pistoolschot in de zijde en een geweerschot onder de kin. De prop van het ge weer schijnt zijn kleederen en vervolgens het bed, waarop hij was neergevallen, in brand gestoken te hebben, want spoedig daarna zag men rook uit het huis opstijgen, zoodat men aan brand dacht. Men drong door het venster in zijn kamer, bluschte in allerijl het vuur en sleepte het lijk mede, dat reeds brandde. Girardat en zijn slacht offer zijn beiden gestorven. De wapens, die tot het plegen van den moord hebben gediend, zijn teruggevonden. De sabel, ofschoon geheel verroest, schijnt geslepen te zijn geweest, hetgeen doet denken, dat de misdaad met voorbedachten rade is gepleegd. Te Sprang had dezer dagen een droevig ongeluk plaats. Het tweejarig zoontje van den schoenmaker Steven Vos speelde op den grintweg die voorbij zijn woning leidt, toen een mestkar, door een twaalfjarigen voerman begeleid, dien weg afkwam en het kind dermate overreed, dat het oogenblikkelijk een lijk was. Het hoofdje was juist onder het karrad gekomen en geheel vermorzeld. Te Assen is eene jonge dochter, oud p. m. 24 jaren, benevens hare ouders, wonende in de nabijheid der stad, op last van den officier van justitie gearresteerd. De eerste wordt beschuldigd haar kind te hebben verduisterd, en de ouders van haar daarin te zijn behulpzaam geweest. Het opperhoofd van een groote rooverbende in Palestina is dezer dagen in han den der Turksche regeering gevallen, zonder dat zij eenige moeite deed om hem meester te wor den. Vassili Koulra, zoo heet de hoofdman, en zijn aanhangers waren eenigen tijd geleden slaags geraakt met de Keizerlijke troepen en op een hoogen bergtop gevlucht, waar zij voorshands niets te vreezen hadden. Doch hoewel buiten het bereik van kogels en zwaarden, werden zij toch deerlijk geteisterd door de koude, en vooral de bevelhebber leed jammerlijk aan.... winter-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1874 | | pagina 2