1849-7874.
Ruyter de Wildt, R. Betz en H. Rudolph; de
officier van gezondh. der lste kl. H. C. Steen
bergen, de offic. van administr. der lste kl. J.
H. C. Ten Hove en de scheepsklerken J. F. De
Meester en H. A. Engeringh.
Bij het{ Dep. van Binnenl. Zaken zijn be
vorderd: de commies J. Van Reijerdam tot rele-
rendaris; de commies W. D. Van Cranenburgh
tot hoofdcommies; de eerste klerk N. J. Nieuwen-
huysen tot adjunct-comm. en de vaste knecht
P. Recourt tot bode.
Volgens een bij het Dep. van Marine ont-
vapgsn telegram is Zr. Ms. schroefstoomschip
Beliy onder bevel van den luit.-ter-zee lste kl.
P. Swaan op zijn reis naar Oost-Indië den 15den
dezer te Djeddah aangekomen. Aan boord was
alles wel.
Z. M. heeft benoemd tot burgemeester der
gem. Breskens W. G. J. Verwey en Mr. L. W.
Ebbinge tot burgem. der gem. Smilde; tot rechter
in de arr.-rechtbank te Winschoten Mr. C. H.
Moeris, thans subst. griffier bij het prov. gerechts
hof te Groningen; tot kantonr. te Hillegersberg
Mr. Mvï A. Swellengrebel, thans griffier bij het
kantong. te Vlaardingen; tot kantonr. te Rhenen Mr.
G. J. D. Hondius, thans griff. bij het kantong.
te Maarssen.
Z. M. heeft, met ingang van 1 Januari
18,74, herbenoemd de burgemeesters: van Brou
wershaven J. M. Locker deBruyne; van Mijdrecht
J. De Voogt; van Rijsenburg A. J. U. baron
Van Wassenaer Catwijck, secr. aldaar; van Zeg-_
veld A. V^Loon; van Millingen R. H. Primers,
secr. aldaarvan 's-Graveland, Ankeveen en Kor-
tephoef M. C. Van Pellecom, secr. dier gemeenten.
Cremengd Nieuws.
Eene jonge dame in den Staat Ver-
mount ontving een uitnoodiging van bloedver
wanten te New-York, om daar eenigen tijd le komen
logeeren. Daar zij nog nooit zulk eene verre reis
had gemaakt, vroeg zij raad bij eene vriendin,
die in dit opzicht zeer veel ervaring had. De
vriendin waarschuwde haar vooral voor heeren,
die netjes gekleed waren en het er meestal op
toelegden, om naast argelooze meisjes plaats te
nemen in een spoorweg-coupé en ze door haar
aangenaam gesprek voor zich in te nemen, ten
einde ze dan te bestelen. Inzonderheid moest
zij voorzichtig zijn, wanneer de trein door een
tunnel ging en dan goed op hare zakken passen.
De jonge dame reed met de omnibus naar
Boston en nam daar plaats in den trein naar
New-York. Nauwelijks was zij gezeten, of een
jongmensch met een goed voorkomen nam naast
haar plaats en trachtte bij herhaling een gesprek
met haar aan te knoopen. Hij kreeg echter
telkens zulk een kort antwoord, dat hij ver
dere pogingen opgaf en zich in zijn boek ver
diepte, dat hij medegebracht had. Zoo reisden
zij zwijgend met elkander voort, totdat de trein
een tunnel instoomde. De jonge dame schrikte,
en gedachtig aan de waarschuwing van hare
vriendin, legde zij dadelijk de hand op haar zak,
toen zij tot hare ontzetting voelde, dat die van
haar buurman er reeds in zat. Zij hield die
krampachtig omsloten, opdat hij niet kon ont
snappen, ten einde, als men den tunnel door
was, het bewijs van zijn aanslag te bezitten.
Gelukkig was de dief zoo ontsteld, dat hij geen
poging deed orn zich los te rukken. Eindelijk
werd het licht en zij zag haar medereiziger met
een toornigen blik aan, dien hij de onbeschaamd
heid had met een vriendelijken glimlach te be
antwoorden. Reeds wilde zij den conducteur
roepen, ten einde den jongen man te doen ar
resteeren, toen zij plotseling bemerkte dat zij in
haar schrik hare hand niet in den zak van haar
mantel, maar in dien van den overjas des jeug
digen reizigers had, wiens hand zij nog altijd
omkneld hield. Hare verlegenheid laat zich be
grijpen. Zij wist geen beter middel om zich te
verontschuldigen, dan door hem alles eerlijk op te
biechten, en hij vergaf haar volkomen, in die
inaie zelfs, dat zij als verloofden naar Vermount
terugkeerden.
Volgens bericht van den hoofdcom-
missari^, van politie te Rotterdam, is 22 Nov.
jl. van Roermond, per Venlosche stoomboot,
met bestemming naar Brielle verzonden en bij
aankomst der boot te Rotterdam, vermist een
wit houten kistje, inhoudende, behalve katoenen
zakdoekjes en linnen goederen4 stukken 3 pCt.
Buitenlandsche Spaansche effecten, waarvan 3
groot nominaal 500, nos. 16591, 91077 en
91078 en éen groot nominaal ƒ1000, no. 10352.
Zekere K. Van Zorgen, tehuis behoo-
rende op de Tien Gemeten, ging dezer dagen
des avonds te 5 uren bij mistig weder alleen
met een bootje uit de haven aan den Nieuwen-
dijk onder Zuid-Beierland het Vuile Gat op, om
huiswaarts te varen. In plaats van den overkant
van dit vaarwater in 20 a 25 minuten te bereiken,
welken tijd men hiertoe bij stil weder noodig
heeft, is v. Z. na verloop van 16 uren thuis ge
komen. Nadat hij de haven uitgevaren was, is
hij weldra aan het dwalen geraakt, en door de
sterke eb tot voor het Spui gedreven, waar hij
des nachts te 1 uur gelukkig een vaartuig, be
laden met riet, bemerkte, waar hij hulp vond
en verder den nacht doorbracht.
Gistermiddag is het paard, gespan-
nen voor een kalkwagen van de heeren Van der
Walle en Sweys te Kralingen, aan den Goud-
schen Weg door het opwaaien van een stuk
papier geschrikt en op zijde gesprongen, tenge
volge waarvan de voerman van den wagen viel
en daarbij het rechterbeen en den linkerarm
dubbel gebroken heeft, terwijl men nog vreest
voor eene ribbebreuk. Hij is per vigilante naar
zijne woning te Kralingen gebracht.
De arrondissements-rechtbank in
Den Haag heeft gisteren de vrouw, die verleden
week terechtstond, beklaagd van het te vonde
ling leggen en verlaten van een kind, vrijgespro
ken van het haar ten laste gelegde, op grond
dat niet voldoende was gebleken, dat zij het kind
buiten het huis en dus op straat had nedergelegd.
Zaterdag -nacht heeft te Austerlitz
bij den predikant een brutale inbraak plaats
gehad. De dieven hebben een der houten stijlen
van 't kelderraam uitgesneden en zijn zoo bin
nengekomen. Het geheele buis zijn zij met eene
kaars doorgegaan; overal lag kaarsvet. Verschei
dene voorwerpen van goud en zilver, kleeding-
stukken enz. hebben zij medegenomen. De dieven
schijnen zeer op hun gemak geweest te zijnzij
hebben zich toch in huis aan brood en madera
te goed gedaan. De meid, die om vier uur eenige
beweging merkte, en daarom opstond, heeft hen
waarschijnlijk verjaagd. De predikant was nog
slechts weinige weken in die gemeente. De pas
torie ligt vrij eenzaam aan den straatweg tusschen
Woudenberg en Zeist. De politie doet onderzoek.
Zaterdag-avond is te Zwolle een
5jarig meisje door het omvallen van eene lamp
in brand geraakt en deerlijk gewond. De moeder
nam in hare ontsteltenis het brandende kind op,
liep er mede naar beneden en zette het in het
midden van de straat, waar twee personen te
hulp kwamen en de vlammen uitdoofden. Ook
de moeder heeft ernstige brandwonden bekomen.
Uit het huis van correctie te Hoorn
wordt op den 2den Januari e. k. ontslagen zekere
S. A., geboren, volgens zijn opgaaf, te Amsterdam
in het jaar 1795; hij is dus thans in zijn 79ste
jaar. Van die 79 jaren heeft hij nagenoeg 50
in de onderscheidene gevangenissen in ons land
doorgebracht, en zoover dit bekend is, altijd
correctioneel. Gedurende zijn verblijf in de gevan
genissen heeft hij zich meestal voorbeeldig gedragen.
De mogelijkheid tot verbinding van
den Atlantischen en Stillen Oceaan, door middel van
het doorgraven der landengte van Dariën, maakt
reeds geruimen lijd een punt van nauwgezet onder
zoek uit. Men weet waarschijnlijk, dat dit een
geliefkoosd denkbeeld was van onzen Koning Wil
lem I. De laatste waarnemingen, door eene daar
toe ingestelde commissie onder de leiding van
den zeekapitein Selfridge, verricht, hebben dui-
delij de mogelijkheid van uitvoering aangetoond.
De Commercial Herald zegt dienaangaandeHet
is thans allerwaarschijnlijkst, dat het tegenwoor
dig geslacht de voltooiing van het kanaal dooi
de landengte van Dariën zal aanschouwen. De
jongste waarnemingen, gedaan door den kapitein
Seltridge en de commissie, die hij ter zijde stond,
hebben doen zien, dat de richting over Albrata
geen bezwaren kan opleveren, welke de weten
schap niet zou weten te overwinnen. Er bestaat
namelijk een natuurlijk kanaal over 170 mijlen;
van de overige 28 mijlen loopen 22 door eene
vlakke streek, waar zeer gemakkelijk een kanaal
zou zijn te gravenslechts een afstand van 6
mijlen levert werkelijk bezwaar op. De kosten zijn
op 175 millioen gulden geraamd, maar al kostte
het dubbel zooveel, men aarzele niet en sla onmid
dellijk de handen aan 't werk. Inderdaad, de
handel over geheel de aarde heeft in de grootste
mate belang bij het tot stand komen eener onder
neming, geroepen een ganschen omkeer in het han
delsverkeer te brengen; een voor den handel in
't algemeen voordeeliger plan dan dat van de door
graving der landengte van Dariën, schijnt kwalijk
te ontwerpen.
INGEZONDEN.
Vele lezers zullen wellicht vragen waarom ik
mij zoo beijver om de plannen tegen te werken
van hen, die den Koning gaarne bij gelegenheid
van zijn feest geschenken willen aanbieden.
Er zullen daarentegen ook andere zijn die mij
gelijk geven, wanneer ik de aandacht van het
publiek nogmaals vestig op andere denkbeelden,
in couranten medegedeeld, en door het ten uitvoer
brengen waarvan rnen, mijns inziens, den Koning
een waardiger blijk van deelneming zou geven,
dan wel door het schenken van cadeaux.
In een ingezonden stuk in de Leidsche Cou~
rant van heden, meldt ons de heer D. H., „dat
binnenkort eenige van onze medeburgers eene
commissie in het leven zullen roepen, om het
kroningsfeest mee te vieren." Dit zal voor velen
eene verblijdende tijding z'yn, daar het toch eigen
lijk lijd wordt, niet juist om plannen voor de
feestviering te Leiden te beramen, maar om le
gaan overwegen welken weg men in zal slaan
om Z. M. van de deelneming zijner onderdanen
te doen blijken: door het aanbieden van cadeaux,
of door te sympalhiseeren met de plannen van
hen die er anders en beter over hebben gedacht.
Het is voorzeker niet meer dan billijk om ook
aan onze Koningin de blijken van achting en
waardeering van haar volk te geven, wanneer men
zulks aan onzen Koning wil doen. Zij deelt met
hem natuurlijk in het feest dat hij viert. Om die
reden is het dan ook zeer prijzenswaaidig dat
men de vrouwen wil aansporen om mede te
werken, ten einde nog meer bijdragen te kunnen
verzamelendaarom vind ik het van den heer
D. H. een loffelijk plan om de Hollandsche vrou
wen daartoe uit te noodigen.
Maar wanneer men er in zal slagen, een groot
kapitaal bijeen te brengen, om daardoor uit eene
ruime beurs te kunnen betalen, op welke wijze
en op welke waardige wijze zal het geld dan be
steed worden? Zal men het willen besteden voor
kostbaarheden in goud en edelgesteenten, welke
slechts in staat zullen zijn een Koning te doen
walgen, en alleen dienen kunnen om zijne bezit
ting in deze te vermeerderenof zal men het
willen besteden om gelijk de heer N. B. Donker
sloot zegt „er een Willemsstichting of Willems
fonds voor op te richten, 't welk tot het een of
ander weldadig of nuttig doel werd aangewend
en door tijden en tijden heen bleef werken, om
er tijdgenoot en nazaat uit te begiftigen."
Ik hoop dat de heeren die zich tot eene com
missie zullen vormen, acht zullen gegeven hebben
op mijn artikeltje in het L. D. van 9 Dec., en
dat zij zich de moeite zullen hebben getroost, om,
gelijk ik daarin zeide, het L. D. van 6 Dec. en
de N. R. Ct. van 28 Nov. eens in te zien. Zij
zullen er genoeg den tijd toe gehad hebben, en
mij dunkt het kan niet anders, of zij zullen er dan
geheel en al mede ingenomen zijn, hoofdzakelijk
met het plan van den inzender in de N. R. Ct.
Wanneer zij nu, in vereeniging met andere corn-
missiën, slagen in hel bijeenbrengen van een
aanzienlijk kapitaal, wat ik hun ook volkomen en
van harte toewensch, en wanneer zij dan handelen
volgens de plannen van den heer Donkersloot, dan
ook zal de sympathie van burgerij, enz. hun niet
ontbreken. Zijn zij daarentegen voornemens orn
de gelden te gaan besteden tot het aankoopen en
„weggeven" van cadeaux, dat dan eene algeheele
teleurstelling hun deel zij en niemand medewerke
orn hunne plannen ten uitvoer te brengen
Ik acht het geheel overbodig om van mijn
kant eene beschrijving te geven van de plannen
die ik zoo gaarne tot verwezenlijking - zou zien
komen. De lezing van het hoofdartikel in het
L. jD. van 6 Dec. zij iedereen nogmaals aanbe-