N°. 4149. A0. 1873. Woensdag 20 Augustus. STADS-BERICHTEN. De spoorweg LeidenWoerden. 1 J PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1. Franco, per post1.40. Afzonderlijke Nommcrs0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven, PRIJS DER ADVERTENTIE!!: Van 1—6 regelsf 1.05. Iedere regel meern 0.17$. Groolere letters naar plaatsruimte. Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden, op Donderdag 21 Augustus 1873, 's namiddags te tioee uren. Onderwerpen 1°. Onderzoek der geloofsbrieven van de nieuw inkomende leden. 2°. Verzoek van Mr. C. G. "Van Sandick en van P. M. Bru- tel de la Rivière en andere bewoners van het Ge recht, betrekkelijk eene wegneming van de aldaar geplaatste booraen (118 en 118') 3°. Idem van H. J. Hertog c. s., dat langs de sloot tegen over hunne woningen builen de voormalige Rijns- burgerpoort van gemeentewege een gemetselde wal- rauur moge worden gemaakt. (124) 4°. Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst 1873 Kosten voor de herstellingen aan den stad huistoren enz. (127 en 127') Staat van af- en overschrijving alsvoren. Kosten vpor het aanleggen en bijhouden der registers van den burgerlijken stand. (128) 6°. Verzoek van N. J. Visscher, om eervol ontslag als onderwijzer der 1ste klasse aan de openbare school voor meer uitgebreid lager onderwijs der 1ste kl., voor jongens. (135) 7°. Rekening van ontvangst en uitgaaf der gemeente, over het dienstjaar 1872. (130) 8°. Rekeningen over 1872, van: a. het R. C. Armbestuur; b. hel R. C Wees- en Oudeliedenhuis; c de Plaatselijke Schoolcommissie; d. Vrouwen Kraammoeders. (131, 132, 133 en 134) Omstreeks de helft der maand Juni had er alhier onder de leiding van professor Vissering een meeting plaats ter bespreking der belangen van den ontworpen spoorweg LeidenWoerden. Werd zij door een buitengewoon groot aantal notabelen uit de stad onzer inwoning bezocht, niet minder waren er de belangstellenden uit omliggende gemeenten vertegenwoordigd. Vooral dal laatste mocht een bemoedigend verschijnsel heeten met het oog op de gewenschle financieele deelneming. Het was toch te voorzien, da', kwam de onderneming tot stand, men dat voornamelijk zou te danken hebben aan de ondersteuning dei- betrokken gemeenten en van hare gegoede inge zetenen; want de geldelijke voordeelen, die de exploitatie zou afwerpen, waren, althans niet met zekerheid, zoo hoog op te geven, dat men mocht verwachten, dat een kapitalist als zoodanig uit het oogpunt van geldbelegging aan die onderne ming de voorkeur zou geven. Voor belangstellenden en belanghebbenden daarentegen leverde de ontworpen spoorweglijn waarborgen genoeg op, daar de Nederlandsche Rijnspoorwegmaatschappij 3 pCt. waarborgde, en men bovendien bij een eenigszins voordeelige exploitatie altijd nog kans had op een groot ge deelte van de meerdere opbrengst. Velen gingen dus met vertrouwen de toekomst tegemoet, vooral toen men spoedig daarop vernam, dat te Utrecht, een stad, die althans zijdelings bij de zaak betrokken was, voor een som van l'/2 ton was ingeschreven. In die niet ongegronde hoop is men echter thans teleurgesteld. Voor weinig tijds toch bleek het, dat de deelneming binnenslands niet voldoende was en men dus pogingen aanwendde om in het buitenland het noodige kapitaal bijeen le krijgen. Te verwachten was het echter dat, lieten de geld mannen in ons eigen land zich voor die zaak niet vinden, men daarbuiten nog minder kans had te zullen slagen, 't Is dan ook totnogtoe den concessionarissen niet mogen gelukken elders de nog ontbrekende som geplaatst le krijgen. Zal er dientengevolge van die zoo nuttige onder neming weder niets komen? Wij willen het niet hopen, en om meer dan éen reden. Het nut der onderneming zelve zal wel niemand in twijfel trekken in een tijd dat de bloei eener stad grootendeels afhangt van hare middelen van gemeenschap. Verwondering mag het daarom wek ken dat de deelneming bij belanghebbenden niet grooter is geweest. De mindere percenten, die zij van hun in de onderneming belegd kapitaal kunnen trekken, wanneer de exploitatie minder gunstige resultaten mocht opleveren, zullen ruimschoots worden opgewogen niet alleen door het gemak, dat de nieuwe spoorwegverbinding zal verschaffen, maar vooral ook door den meerderen bloei, waarin de reeds thans zoo welvarende streek, die door de ontworpen lijn zou worden doorsneden, zich als dan zal mogen verheugen. Is het waarschijnlijk dat de opbrengst voor de aandeelhouders zich tot de door de Rijnspoorweg maatschappij gewaarborgde 3 pCt. zal bepalen? Neen, voorzeker, want men mag onderstellen, dat bedoelde Maatschappij, die waarlijk geen vreem delinge is op het gebied van spoorweg-exploitatie, niet voor de uitbetaling van 3 pCt. zou instaan, indien zij niet de overtuiging bezat, dat de onder neming meer vruchten zal afwerpen. Steekt de betrekkelijk geringe belangstelling, die blijkt uit de niet genoegzame deelneming, niet hoogst ongunstig af bij de onbaatzuchtigheid der concessionarissen om de concessie geheel be langeloos aan de ondernemers over te dragen? Het bewijs zou moeilijk zijn te leveren, maar wij vertrouwen, dat de zoo welvarende Rijnstreek, die door den spoorweg zou worden doorsneden, met inbegrip der beide uiterste stations Leiden en Woerden,, genoeg kapitaal vertegenwoordigt om te mogen aannemen dat de belanghebbende gemeenten en particulieren zonder al te groote opoffering de benoodigde drie millioen zouden kunnen bijeenbrengen. Een zoo nuttige onderne ming met 3 pCt. gegarandeerd en de niet onwaar schijnlijke kans van hooger interesten toch gebrek aan deelneming! Is het een onverdiende beschuldiging, dat er in Nederland geen kapitaal is te vinden voor een Nederlandsche industrieele onderneming? Het tegenwoordig tijdstip is wellicht minder gunstig voor het volteekenen van het betrekkelijk geringe kapitaal, eensdeels uithoofde der op vele geldmarkten in Europa heerschende crisis, ander deels ten gevolge der vooral hier te lande ge leden verliezen door de gebleken insoliditeit van meerdere Amerikaansche spoorwegwaarden, waar door in het algemeen het vertrouwen in die soort van ondernemingen is geschokt. Of zou wellicht de reden van den minder gunstigen uitslag der geldoperatie moeten gezocht worden in het feit, dat aandeelen in een spoorweg zoo dicht bij huis minder gelegenheid geven tot speculatie dan die eener onbekende lijn met grootsch klinkende namen in Amerika? Maar genoeg. Hopen wij dat alsnog de zaak tot stand kome en daardoor, zoo mogelijk, ook de zeedorpen door aansluiting een beter uitweg vinden voor hunne dan des te kostbaarder ge worden vangsten. Door de voorgestelde plaatsing van het station buiten de Wiltepoort zal de astronoom alsdan niet worden gestoord in zijne sterrenkundige waar nemingen, maar wanneer hij voor eene wijl de oogen van den hemel naar de aarde richt, zal hij nog iets anders waarnemendat de nieuwe spoor wegonderneming allerwege welvaart verspreidt en dat de bloei ook van onze hoogeschool er door wordt verhoogd. LEIDEN) 19 Augustus. Bij de heden gehouden verkooping van Cokes op het Raadhuis alhier van partijen van 50, 10 én 5 hectoliters warén de hoogste prij zen f 28,50, f 5,80 en f 2,95; de laagste f 28,50, f 5,60, en f 2,85. Naar wij vernemen zijn op de Weener tentoonstelling met de medaille van vooruitgang bekroond de firma Sanders en C°. alhier voor hare verzameling zeepen, en de ürrna J. C. Zaal berg en Zoon voor dekens. Deze medaille wordt toegekend aan inzenders, die reeds aan vorige wereldtentoonstellingen hebben deelgenomen, voor de vorderingen, die hunne producten sedert de laatste tentoonstelling, waaraan zij deelnamen, aanwijzen. Hedenmorgen zijn de kinderen van de Zondagschool te Bodegraven deze gemeente komen bezoeken en hebben o. a. het museum van natuur lijke historie bezichtigd. Jammer was het, dat zij bij eene wandeling in het plantsoen door een hevige regenbui werden overvallen. Voor het bouwen van eene schilders-werk plaats te Haarlem, aanbesteed door den raad van administratie der IIoll. IJzeren spoorweg-maat schappij, is aannemer geworden de heer Jac. Van der Kamp alhier, voor ƒ39,397. Aan de Tweede Kamer der Staten-Gene- raal is een adres gericht door drie firma's, zeep zieders te Leiden, Gouda en Utrecht, waarin zij opnieuw aandringen op de afschaffing van den zeep accijns. Men verzoekt ons mede te deelen dat het Bestuur der „Pomologische Vereeniging le Bos koop" een uitnoodiging heeft gericht tot allen, die zich met vruchtencultuur bezighouden, met het verzoek aan hen, die goede vruchten hebben, er eenige te willen afslaan, en daarvan aan het Bestuur der Vereeniging kennis te geven. Van wege het Bestuur zal dan nader tijd en plaats bepaald worden, waar de vruchten moeten worden ingezonden, ten einde daarvan in een onzer voor naamste steden een tentoonstelling te houden. Ook zal een jury worden benoemd, om uit het ingezondene datgene te kiezen, wat bijdragen kan orn aan de naar Weenen te zenden collectie een degelijk karakter te geven, en te maken dat zij ons land tot eer verstrekt. Daar de internationale pomologische tentoonstelling te Weenen den lsten October geopend wordt, spreekt het vanzelf dat alles hier spoedig in zijn werk moet gaan. 't Zal dan ook wel onnoodig zijn om belangstellenden aan le sporen, het bovengenoemd Bestuur ook in dit opzicht in de hand te werken. Eerstdaags zal, naar wij vernemen, een circulaire worden verzonden, waarin nadere bijzonderheden omtrent de voorloopige tentoonstelling, enz. zullen voor komen. Z.- M. de Koning zal aanstaanden Vrijdag 22 dezer tusschen 6 en 7 uren des avonds uit Zwitserland in de residentie terugkeeren. - Zaterdag-avond omstreeks 10 uren zijn de Oldënbiirgsche prinsen en prinsessen, die sedert eenige dagen verwacht werden, langs de Holland- sche spoor met gevolg in de residentie aangeko men. Zij werden aan het station door II. M. de Koningin en Z. K. H. Prins Alexander verwel komd. Den heer Geertsema, Minister van Binnen- landsche Zaken, is door Z. M. den Koning ver dunning verleend tot het aannemen en dragen der onderscheidingsleekenen van Ridder Grootkruis

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1873 | | pagina 1