LEIDSCH DAGBLAD, JV°. 414 4. Donderdag A0. 1873. 14 Augustus. STADS-BERICHTEN. EEN VERPLICHTING. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1. Franco per posl1.40. Afzonderlijke Hommers0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIE!!: Van 1—6 regelsf 1.05. Iedere regel meern 0.17$. Groolere letters naar plaatsruimte. Hel bestuur van de Haarlemsche afdeeling der Bach-Vereeniging stelt zich voor om op Maan dag 25 Augustus e. k. in de groote kerk te Haar lem een concert te doen geven. Reeds hebben de heeren Carl Schneider uit Keulen, Van Bóom en Joseph Cramer uit Amsterdam hunne mede werking toegezegd. De achtentachtigste algemeene vergadering van de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, gisteren te Amsterdam gehouden, werd door Dr. H. F. R. Hubrecht, door het Hoofdbestuur uit zijn midden tot Voorzitter benoemd, geopend met eene redevoering van zeer uitgebreiden aard. De grondtoon van zijn betoog was. dat overal en in alles buigzaamheid van den vorm bij vastheid van beginsel is op te merken. Hierna werd door het Hoofdbestuur verslag uitgebracht van den slaat der Maatschappij en hare Departementen en van zijne verrichtingen gedurende het afgeloopen jaar. De Maatschappij heelt zich in toenemenden bloei te verheugen. Haar ledental is in het afgeloopen dienstjaar weder met 466 vermeerderd, zoodat het thans 15819 bedraagt. Wat de bezorging en uitgave der „Schetsen en Tafereelen", godsdienstig leesboek betreft, meent het Hoofdbestuur zich van den in 1867 ontvangen last gekweten te hebben. Het boekje, aan alle leden uitgereikt en door velen met ingenomenheid ontvangen, lokte echter niet minder bedenkingen uit, die het onraadzaam deden achten, machtiging tot voortzetting van het geschrift aan te vragen. Zonder die machtiging kan daaraan geen gevolg worden gegeven, zoodat een verbodsbepaling, om dit te verhinderen, gelijk enkele afdeelingen wenschten, geheel overbodig voorkwam. Is dien tengevolge haar voorstel niet onder de „punten van beschrijving" opgenomen, eveneens meende het hoofdbestuur te moeten handelen met een ander voorstel betreffende de wijze, waarop het zich van den last tot bezorging van dit leesboek kweet. Het hoofdbestuur achtte het namelijk in strijd met de belangen der Maatschappij (art. 58) en de vriendschappelijke verhouding harer leden onderling, de beraadslaging daarover in de afdee- lingsvergaderingen bij het overwegen der „punten van beschrijving" te laten plaats hebben, en vooral ook omdat zeker de bedoeling der voor stellers is te bereiken indien deze aangelegenheid volgens de bepalingen der wet ter Algemeene Ver gadering in behandeling komt, waar het hoofdbestuur tegenwoordig en tot verantwoording ten volle bereid is. Het geschrift over het cultuur stelsel nadert, ondanks de vele gerezen moeielijkheden, thans zijne voltooiing. De laatste bladen worden afge drukt. Met leedwezen wordt daarentegen gewag gemaakt van de traagheid van het Nederlandsch Tooneelverbond in zake de openslelling der Too- neelschool. Terwijl de Maatschappij reeds een jaar met hare krachtige hulp 10.000) gereed stond, werd eerst eenigen lijd geleden bericht ontvangen, dat men zich met de overweging van voorberei dende maatregelen van uitvoering onledig houdt. Aan volksvermaken, voorlezingen en voordrachten laten de afdeelingen zich bij voortduring veel gele gen liggen. De Maatschappij stelt, met het oog daarop, jaarlijks eene som van f 3000 ter beschik king. Het loffelijk getuigschrift rnet zilveren eere metaal werd uitgereikt aan 93 personen; 27 daarvan hadden er aanspraak op verkregen door daden van moed en zelfopoffering, 21 (onderwijzers) wegens veeljarigen schooldienst, 45 (werklieden of dienstboden) wegens beproefde trouw. Volgens een telegram uit Antwerpen is het stoomschip Tromp te Suez aangekomen, ge sleept door het stoomschip Peninsular. PATENTBLADEN. De BURGEMEESTER, Hoofd van het Gemeentebestuur van Leiden, doet te weten, dat de ingevulde patentbladen, over het dienstjaar 1873 en 1874, voor Wijk 4, bij het college van zetters, in een der vertrekken van het Raad huis dezer gemeente, verkrijgbaar zijn, dagelijks, van des j middags twaalf tot twee uren en wel tot en met den 16den Augustus eerstkomende; terwijl na het verstrijken van dien tijd, de onafgehaalde patentbladen van die wijk, aan de deurwaarders der directe belastingen alhier, ter uitreiking moeten worden afgegeven, die, voor hunne moeite, mogen eischen hen cents zonder meer. En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afgekondigd. De Burgemeester voornoemd, STOFFELS, Weth. loco Burg. Leiden, 9 Augustus 1873. i Europa heeft in het laatste tiental jaren al vrij I wat stormachtige tooneelen opgeleverd. De fakkel des oorlogs werd er menigmaal ontstoken, tronen stortten ineen, moord, plundering en brandstich ting lieten hier en daar hunne vreeselijke sporen na. Wy Nederlanders sloegen dat alles van verre gade, wel niet altijd met kalmte, getuige de mobielverklaring van ons leger tijdens den Fransch- Duitschen oorlog, maar toch vast besloten, zoo veel in onze macht stond het gevaar van onze grenzen af te weren. Die dagen, zij hebben zeker ruimschoots voor ons hun nuttige zijde gehad, ware 't alleen omdat zij bij menigeen, die anders wel eens geneigd was den toon der ontevreden heid aan te slaan, het besef verlevendigden van de tallooze voorrechten, die hij in het lieve vaderland genoot, het besef ook van alwat hij zou moeten derven bij een mogelijk verlies van ons onafhankelijk volksbestaan. Wij gevoelen ons thuis in dat kleine Neder land, wij gevoelen den weldadigen druk van den band die ons, zijne bewoners, omstrengelt als i leden van éen gezin, die sinds eeuwen het lief en leed met elkander deelden en, waar hel pas gaf, onverschrokken pal stonden om de gemeen schappelijke woning ie verdedigen als zij met een j aanval van buiten werd bedreigd. Eri van binnen? Wie, die een aangenaam tehuis heeft tracht het zich daar niet zoo gezellig mogelijk te maken? Een eerste voorwaarde daartoe is ongetwijfeld het gevoel van inwendige veilig heid. Datzelfde mag zeker ook gelden van dat groote gezin dal wij staat noemen. Daar zijn politie en justitie om voor de algemeene veilig heid te wakenzij worden er voor bezoldigd, en wij burgers hebben recht op de bescherming dier beide machten. Tegenover rechten evenwel men vergeet dat maar al te dikwijls staan verplichtingen. De justitie, om ons bij deze alleen te bepalen, heeft op baar beurt voor de diensten, die zij ons bewijst, aanspraak op onze medewerking, en dat wij zullen het met een paar voorbeelden aantoonen wordt niet altijd in het oog gehouden. Daardoor verlamt men de werking der rechterlijke macht en maakt het haar vaak onmogelijk het door haar beoogde doel te bereiken, waarbij wij allen zooveel belang hebben. De gruwelijke dubbele moord, op het einde van het vorige jaar in de residentie gepleegd, heeft door ons geheele land zooveel sensatie verwekt, dat men gerustelijk mag beweren dat de verdere loop van dat treurig drama door niemand onzer met onverschilligheid wordt gadegeslagen. En geen wonder! Een moord, in een oogenblik van drift gepleegd, onder den invloed van een of anderen verschoonenden hartstocht, blijft, hoe strafbaar ook, altijd een op zichzelf staand feit, het uit vloeisel eener persoonlijke veele, dat niet gericht is tegen de geheele maatschappelijke orde. Een misdaad echter, onder zoo afgrijselijke omstandig heden gepleegd als de dubbele moord, met zoo ijzingwekkende koelbloedigheid volvoerd, mag met recht beschouwd worden als een vergrijp tegen de geheele samenleving, vooral ook orndat louter hebzucht de drijfveer schijnt te zijn geweest. Het gevoel van veiligheid is er door geschokt, en wij dragen het besef in ons om, dat wij eiken dag voor een herhaling van een zoo gruwelijk tooneel blootstaan, zoolang de onverlaten, die er de hoofd personen van waren, niet in handen der justitie gekomen, van hun misdaad overtuigd en onschade lijk gemaakt zijn. Op ons allen rust dus de plicht, met de bevoegde overheid de handen ineen te slaan ter bereiking van dat doel. En toch, wat zien wij gebeuren? Nadat de vermoedelijke daders reeds maanden lang in preventieve gevangenschap hebben doorgebracht en het waarschijnlijk nog aan genoegzame bewijzen ontbreekt om hen te veroordeelen vanwaar anders de trage voort gang der zaak? zijn er dezer dagen weder twee vrouwelijke getuigen opgetreden, wier ver zwarende verklaringen van dien aard zijn, dat zij die reeds terstond na het bekend worden der misdaad hadden kunnen afleggen. Beter ten halve gekeerd dan ten heele ge dwaald, mag het ook hier heeten. Hoogst afkeu renswaardig echter blijft het, dat er, waar het een zoo belangrijke, een volkszaak als het ware geldt, nog altijd personen worden gevonden, die een getuigenis, wellicht een belangrijk getuigenis achterhouden. Hetzelfde geldt van het thans voor het provin ciaal gerechtshof in Zuid-Holland aanhangige rechts geding betreffende den te Meerkerk gepleegden kindermoord. Onder de in die zaak gedagvaarde getuigen bevinden er zich, uit wier verklaringen blijkt, dat zij reeds vroeger een aan' zekerheid grenzend vermoeden hadden van het plegen eener misdaad, die thans aan het licht is gekomen. Hoe zullen zij te moede zijn, die nu het besef erlangen, dat zij, door de eerste maal van hun verdenking aan de bevoegde macht kennis te geven, het volvoeren der thans voor de tweede maal gepleegde misdaad hadden kunnen verhinderen? Er heerscht hij velen een zekere vrees om met de justitie in aanraking te komen. Moge men toch leeren inzien, dat men, dooi- haar in hare naspo ringen behulpzaam te zijn, althans waar het gruwelijke misdaden betreft als de hier besprokene, zal medewerken tot het verkrijgen van die veilig heid, welke het maatschappelijk tehuis zoo gezellig maakt. LEIDEIV, 13 Augustus. Tot nog toe, meldt het Utr. Dagbl.y is het den concessionarissen van den spoorweg Leiden Woerden niet mogen gelukken, het noodige kapitaal te krijgenook in het buitenland is dit tot nog toe niet gelukt. Men vreest dan ook, dat er daar door vooreerst van deze hoogst nuttige spoorlijn niets zal komen. Maandag 18 Aug. vertrekt van hier per spoor trein naar Rotterdam een processie van bede vaartgangers naar Kevelaar. Vooraf zal een mis in de Hartebrugskerk worden gelezen. Te 8 uren 10 min. vertrekken de pelgrims per stoomboot naar Nijmegen. Deelnemers zullen a fl retour- kaarten van hier naar Rotterdam kunnen beko men, die de directie der Hollandsche Spoorweg maatschappij geldig verklaart voor zes dagen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1873 | | pagina 1