LEIDSCH DAGBLAD. 'N°. 4128. Zaterdag A°. 1873. 26 Juli. STADS-BEKJLOHTEN. Een sewensclit onderzoek. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1. Franco per po?t1.40. Afzonderlijke Noromers0.02. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVERTENTIES Van 16 re-gelsf 1.05. Iedere regel meer0.171. Grootcrc letters naar plaatsruimte. PATENTBLADEN. De BURGEMEESTER, Hoofd van het Gemeentebestuur van Leiden, doet te weten, dat de ingevulde patentbladen, over het dienstjaar 1873 en 1874, voor de wijken 1, 2 en 3, bij het college van zetters, in eene der vertrekken van bet Raadhuis dezer gemeente, verkrijgbaar zijn, da delijks van des middags twaalf tot twee uren en wel tot en met den 2Gsten Juli eerstkomende, terwijl na het •verstrijken van dien tijd, de onafgehaalde patentbladen, van die wijken, aan de deurwaarders der directe belastin den alhier, ter uitreiking moeten worden afgegeven, die, voor hunne moeite, mogen eischen tien cents zonder meer. En wordt deze door plaatsing in de Leidsclie Courant afgekondigd. De Burgemeester voornoemd, v. D. BRANDELER. Lkiden, 2-2 Juli 1873. Onlangs deelden ons de dagbladen mede, dat de Italiaansche hoogleeraar Frederiei bij cholera- lijders gunstige resultaten verkrijgt van subcutane (onderhuidsche) inspuitingen met morphine; gene zing volgt onmiddellijk, werd er zelfs bijgevoegd. Zal dat bericht evenals zoovele nieuwstijdingen slechts vluchtig gelezen en even spoedig vergelen worden? Het zou te bejammeren zijn Wij leeken kunnen natuurlijk geen onderzoek instellen naar of een oordeel uitspreken over de meerdere of mindere waarde van een nieuw geneesmiddel, maar wal wel in onze macht staat isden wensch uit te spreken dat bevoegde mannen van het vak ons daarin voorlichten, ja, wat meer is, waar het een zoo algemeen belang, de bestrijding eener te recht zoo gevreesde en zoo verwoestende ziekte geldt, hebben wij het recht die voorlichting te eischen. Er is een tijd geweest dat de geneeskundigen een geheel anderen rang in de maatschappij be kleedden dan thans. Bij de Grieken en Romeinen waren zij slaven, en de tijd toen althans op het platteland de bediening van wondheeler en bar bier in éen en denzelfden persoon was vereenigd ligt niet zoo ontzettend ver achter ons als wij, den tegenwoordigen toestand in aanmerking ge nomen, oppervlakkig zouden zeggen. De genees kunde kwam tot haar recht, en haar werd de plaats aangewezen die haar toekwam als weten schap. En tocli zij behoort tot die wetenschappen, welke nog ver, zeer ver van de volmaaktheid zijn verwijderd. Dat ontwaart men vooral dan, wan neer een zoogenaamde acute ziekte, een ziekte met snel verloop, hare verwoestingen om zich heen verspreidt. Dan staat de geneeskundige vaak mach teloos daar, zoodat men de overtuiging bekomt dat zells de lijders die het geluk hebben te ge nezen, dat niet zoozeer aan zijn gewaardeerde hulp hebben te danken als wel aan hun mindere vatbaarheid, de hoogere veerkracht van hun gestel of aan welke andere omstandigheid ook. t Is waarlijk niet bemoedigend, het denkbeeld •dat de geneesheer, dien wij te hulp hebben ge roepen, in den blinde rondtast bij het kiezen der middelen die hij ter onzer genezing aanwendt. Wij weten het, de cholera woedt weder in menig gedeelte van Europa, vooral in Hongarije; "Weenen is er niet vrij van, en ook in Italië heerscht zij. Wie waarborgt ons dat de gevreesde ziekte ook ons land niet zal bezoeken? In Enge land heeft men het gevaar ingezien, en reeds zijn er van regeeringswege aldaar personen aangesteld om zooveel mogelijk te waken tegen het over- biengen der besmetting. Wij noemen dien maat regel loffelijk, daar hij getuigt van de goede zorg van het bestuur voor het welzijn des volks, maar overigens zouden wij verreweg de voorkeur geven aan het bezit van een afdoend geneesmiddel, vooral voor staten op het vasteland van Europa hij het tegenwoordig zoo drukke spoorwegver keer. Wij zeiden, dat wij het recht hebben van de geneeskunde te vernemen, welke waarde de mor phine als geneesmiddel tegen de cholera heeft. Of zou het niet waar zijn dat hij, die ter verkrijging zijner kundigheden gebruik maakt van een geheel of ten deele uit 's lands kas bekostigde inrichting, daardoor de verplichting op zich neemt, de door hem verworven bekwaamheden dienstbaar te ma ken aan het welz'yn der medeburgers, die door hunne gezamenlijke bijdragen de schatkist stijven? Nog daargelaten die hoogere verplichting van elk lid eener beschaafde maatschappij om zich zoo verdienstelijk mogelijk te maken jegens zijne mede- menschen in het algemeen en zijne landgenooten in het bijzonder. Er is geen vak, waarvan de beoefenaars meer aan critiek blootstaan dan dat der geneeskunde. Geen wonder voorzeker. Waarbij heeft men meer belang dan hij het behoud van de gezondheid, ja van het leven? Bovendien omhullen sommige ge neeskundigen zich, of liever hun vak, met een zeker waas van geheimzinnigheid, hetgeen zeker niet strekt om het vertrouwen te doen toenemen in een wetenschap, die, hoe weldadig ook, in menig geval toch slechts al te zeer blijkt tekort te schieten. Openbaarheid ligt op de weg der wetenschap, die juist daardoor meer en meer tot ontwikke ling komt. Daarom zou het naar onze meening wenschelijk zijn, dat autoriteiten in de geneeskunde een onderzoek instelden naar de werking der morphine tegen de cholera. Is de uitslag daarvan gunstig, zij zullen de voldoening smaken hunne landgenooten in staat te stellen de nadering van de gevreesde vijandin met meer gerustheid af te wachten dan quarantaine-maatregelen kunnen ver schaffen. Zijn integendeel de resultaten van het onderzoek ongunstig, wij zullen er toch de over tuiging door hekomen, dat de geneeskunde, moge zij ook al niet alles vinden, daarom toch blijft zoeken, en dat besef kan slechts strekken om ons vertrouwen op de mannen der wetenschap te doen toenemen. LEIDEN, 25 Juli. Door Curatoren van het Athenaeum te Amsterdam is aan den hoogleeraar Rosenstein te Leiden het hoogleeraarsambt in de kliniek te Amsterdam aangeboden. Door Curatoren der Leid- sche hoogeschool, door de medische faculteit en door de studenten dier school zijn deputation aan den hoogleeraar gezonden, om hem te verzoeken Leiden niet te verlaten. Tot hoofdonderwijzeres aan een der scholen voor uitgebreid lager onderwijs te Rotterdam is gisteren benoemd rnej. H. W. H. Hoitsema te Leiden. Wij vernemen dat Zondag-avond het tooneel- gezelschap onder directie van de heeren Stoete, Jacqui en C0., daar 't in de volgende week niet mag naspelen, in de Stads-Gehoorzaal, op de zelfde wijze als van de vereenigde tooneelisten uit Den Haag, eene voorstelling zal geven. Nu het blijkt dat zulke voorstellingen zeer in den smaak van het publiek vallen en inderdaad ook rnenig genoeglijk oogenblik verschaffen, zal ongetwijfeld door velen, voor wie het zoo moeilijk is van de kermis afscheid te nemen zonder een „napretje" te hebben, van die gelegenheid worden gebruik gemaakt. Onder de vermakelijkheden die de kermis dit jaar aanbiedt mogen niet onopgemerkt gelaten worden de buitengewone toeren van de heeren Henrici in het lokaal Zomerlust, die door hunne kracht, vlugheid en zekerheid hij het verrichten van hunne werkzaamheden de toeschouwers doen verbazen, zonder evenwel dat angstig gevoel van spanning en vrees voor ongelukken te verwekken, dat meestal bij het aanschouwen van dusdanige kunstverrichtingen ontslaat. Deze gymnasten wer ken zoo sierlijk en gemakkelijk, dat alleen kenners kunnen begrijpen, hoeveel tijd en oefening er noo- dig zijn om het tot op die hoogte te brengen. Gistermorgen omstreeks 14 uren heeft ze kere IC. D. onder Oegstgeest uit een sloot nabij het kanaal het lijkje opgehaald van een 4jarig knaapje, De V. genaamd. Het kind was waar schijnlijk spelende te water geraakt. De Staatscommissie voor de geneeskundige examens heeft gisteren tot arts bevorderd den heer P. Schijff. Volgens berichten uit de Kaapkolonie is de wet tot het vestigen van een Universiteit aan de Kaap er door, na levendige discussiën. President Brand, van den Vrijstaat, is volkomen hersteld, en zou den 41 den Juni de teugels van hel be wind weder in handen nemen, tot groote blijd schap van zijn volk en van gansch Zuid-Afrika, Naar aanleiding van de bezoldiging van den generaal Van Swieten wordt aan den Stan daard gemeld Velen heeft de groote som ver baasd doen staan, aan den vertrokken generaal Van Swieten toegestaan. Weinigen echter is be kend: 1°. dat het toegestaan tractement a ƒ36,000 't gewone bedrag is voor elk O. I. leger-com- mandant; 2°. dat de toelaag van 100 's daags strekt om de waardigheid der Regeering op te houden, en wordt toegestaan aan elk militair vertegenwoordiger van 't Gouvernement; waarbij dan 't bedrag verandert naar den rang van den vertegenwoordiger of commissaris; 3°. 't toestaan van een gratificatie is niet ongewoon, men be denke trouwens dat van de verleende ƒ40,000 het nieuwe legerhoofd zich zal moeten voorzien van een geheel nieuw equipement. Het eenigst pré, aan den generaal verleend, is het uitkeeren bij mogelijk overlijden, van zijn vol pensioen a 8000 aan zijne kinderen; niemand zal zulks echter wraken, daar de vertrekkende vader daar door de zekerheid erlangde dat hij niet ongerust behoefde te zijn over de opvoeding zijner kin deren. Blijkens het openbaar gemaakte verslag van de verrichtingen der Bischoffsheimvereeni- ging gedurende het jaar 1872, beantwoordt die Vereeniging bij voortduring uitstekend aan haar doel het leenen van kleine sommen geld tot vestiging of uitbreiding eener nering. In het ge noemde jaar is aan 265 personen te zamen eene som geleend van 38,625dat is 51 leeners en 8465 rneer dan in 1871. Terugbetaald is 34,203; dat is 8392 meer dan in 1871. Hel aantal dei- gebrekkige betalers was in beide jaren 15. Het aantal der leden nam niet toe. In de plaats van Mr. M. C. Van Hall, die bedankte, is tot lid van het bestuur benoemd Mr. Jozua Van Eik Jzn. Het kapitaal der Vereeniging onderging geene verandering van belang. Het programma van de feesten die, ter ge legenheid van het 13de Nederlandsch Taal- en Letterkundig Congres (van 16 tot 20 Augustus) te Antwerpen zullen worden gehouden, bevat liet volgende: Zaterdag 16 Augustus. Ontvangst der Con-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1873 | | pagina 1