LEIDSCl
DAGBLAD.
N°. 4126.
Donderdag
A0. 1873.
24 Juli.
STADS-BERICHTEN.
EEN LIEFHEBBERIJ.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenf 1.
Franco per post1-40.
Afzonderlijke Nommers0.02.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER ADVERTENTEEN
Van 1—6 regels1.05.
Iedere regel meern 0.171.
Groolcre letters naar plaatsruimte.
Zij, die zich met 1 Augustus op deze Cou
rant abonneeren, ontvangende nog verschijnende
nummers gratis. Van hel kwartaal Juni
Augustus wordt dan alleen de maand Augus
tus in rekening gebracht ad 33 cents.
PATENTBLADEN.
De BURGEMEESTER, Hoofd van het Gemeentebestuur
van Leiden, doet te weten, dat de ingevulde patentbladen,
over het dienstjaar 1873 en 1874, voor de wijken 1, 2 en
3, bij het college van zetters, in eene der vertrekken
van het Raadhuis dezer gemeente, verkrijgbaar zijn, da
delijks van des middags twaalf tot twee uren en wel
tot en met den 26sten Juli eerstkomende, terwijl na het
verstrijken van dien tijd, de onafgehaalde patentbladen,
van die wijken, aan de deurwaarders der directe belastin
den alhier, ter uitreiking moeten worden afgegeven, die,
voor hunne moeite, mogen eischen tien cents zonder
meer.
En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant
1 afgekondigd.
De Burgemeester voornoemd,
v. n. BRANDELER.
Leiden, 22 Juli 1873.
Wij leven in een tijd van uitvindingen of lie
ver: in de dagen dat men zich toelegt op de
toepassing daarvan. Dit r.u pleit juist niet tegen
het tegenwoordig geslacht. Immers het blijft altijd
de vraag, wie zich verdienstelijker maakt jegens
de maatschappij, hij die een nuttige zaak uitvindt
of hij die zijne medemenschen in staat stelt er
practisch partij van te trekken. De eerste toch
heeft niet zelden zijn vondst te danken aan een
bloot toevallige omstandigheid, men denke
slechts aan den ketel met kokend water, die het
eerst in een menschelijk brein het denkbeeld der
stoomkracht deed opkomen terwijl daarentegen
de laatste altijd met de grootste zwarigheden heeft
te kampen, eer hij de vruchten van die vondst
daadwerkelijk onder aller bereik heeft gebracht.
Het gevolg van al die uitvindingen is dit, dat
vele zaken, die in vroeger tijd schier onmisbaar
waren, thans geheel overbodig of zelfs onbruik
baar zijn geworden. Waar vindt men, nu gas en
petroleum algemeen zijn geworden, nog olielam
pen Alleen vooroordeel of wat men noemt lief
hebberij hebben sommige overigens geheel ver
ouderde zaken in wezen doen blijven.
Het laatste mag ongetwijfeld beschouwd wor
den als de reden waarom men riu en dan nog
eens hoort gewagen van duivenposten of, om
juister te spreken, van postduiven. Geregelde dui
venposten toch bestaan er niet meer, dood een
voudig omdat ze geheel overbodig zijn geworden,
sedert de telegraaf met de grootst mogelijke snel
heid ons een verlangd bericht overbrengt, zelfs
van de verst afgelegen plaatsen.
Eertijds echter was dat iets geheel anders.
Reeds in de vroegste oudheid bediende men zich
m het Oosten van duiven, bij voorkeur de zoo
genaamde Turksche duif, tot het overbrengen van
berichten. Plant zich heden ten dage de bescha
ving van het Westen naar het Oosten voort,
weleer had dat juist in tegenovergestelde richting
plaats, en zoo ook nam Europa de duivenpost van
Azië over. In ons werelddeel diende zij vooral op
groote handelsplaatsen tot snelle verspreiding van
belangrijke veranderingen in prijsnoteering enz.
Ook is het hekend welke groote diensten de dui
ven somtijds aan de in een stad of vesting inge
sloten belegerden hebben bewezen, en in dat op
zicht zouden zij ook thans nog misschien van
eenig nut kunnen zijn, altijd echter slechts onder
bepaalde, gunstige omstandigheden.
De duivenpost berust op de inderdaad merk
waardige eigenschap der duiven, dat zij zelfs op
zeer groote afstanden een pas verlaten verblyf-
plaats weten terug te vinden en daaraan zoo sterk
gehecht zijn, dat zij, uren ver van daar losgelaten,
er onmiddellijk weer heenvliegen. Den vogel, dien
men als overbrenger van een bericht wil bezigen,
vervoert men daarom van te voren naar de plaats,
van waar men tijding verlangtdaar wordt onder
zijne vleugels een gewoonlijk met was bestreken
briefje bevestigd en vervolgens het dier losge
laten, dat nu onmiddellijk naar de geliefkoosde
plek terugvliegt.
Het eerste werk van een belegeraar is in onzen
tijd, de middelen van gemeenschap, waarvan de
ingesloten vijand partij zou kunnen trekken, on
bruikbaar te maken. Telegrafische verbinding dus
baat in tijd van oorlog al heel weinig, zelfs al
heeft men die op bedekte wijze onder den grond
ingericht. De belegering van Parijs heeft ons ge
leerd dat de Noordduitschers maar al te wel achter
dat geheim wisten te komen en de onderaard-
sche telegraaflijn te vernielen. In zulk een geval
nu kunnen postduiven onberekenbare diensten be
wijzen, hoewel men daarbij de grootste bezwaren
heeft te overwinnen.
Vooreerst moet men vóór de geheele insluiting
middel hebben gevonden om in de belegerde plaats
thuis behoorende duiven naar elders over te bren
gen; zijn toevlucht te nemen tot luchtballons,
waarvan men zich in Frankrijks hoofdstad met
goed gevolg heeft bediend, zal wel niet altijd moge
lijk zijn.
In de tweede plaats, om zeker te zijn dat een
bericht het oord zijner bestemming bereikt, is
men verplicht meer dan éen duif met dezelfde
tijding af te zenden. Daardoor loopt men gevaar
dat éen of meer der poslvogels en daarmede de
hun toevertrouwde brief in handen des vijands
komt, vooral bij de thans zoo groote draagkracht
der vuurwapenen. In de meeste gevallen zullen
alsdan de vliegende brievenboden meer kwaad
dan goed doen.
Bovendien is men niet altijd even zeker van de
snelle aankomst der dieren. Zoo hebben de laatste
proefnemingen van de „Groene Olijftak'', een
vereeniging te Oosterhout, die zich uitsluitend
met het africhten van postduiven bezighoudt, tot
uitkomst gehad, dat van de negen te Amiens om
zes uur losgelaten duiven vier tusschen ruim tien
en twaalf uren waren teruggekeerd, terwijl de
overige eerst in den namiddag aankwamen.
Hoe nuttig in vroeger tijd de postduiven ook
waren, zijn zij naar onze meening heden ten dage
minder de aandacht waardig, en wij beschouwen
dan ook de oefeningen, die men er mede verricht,
meer als een zaak van liefhebberij dan van
practisch nut.
LEIDEN, 23 Juli.
De stafmuziek van het regiment grenadiers en
jagers, onder directie van den heer Dunkier,
verschafte gisteravond op Zomerzorgbegunstigd
door het heerlijkste zomerweder, aan een zeer
talrijk publiek een kunstgenot, zooals slechts zij
in staat is die te schenken. Het mocht dan ook
van den heer Couvée een gelukkig denkbeeld
genoemd worden, om, nu bijna alles wat eener
kermis nog eenige waarde geeft door afwezigheid
schittert, zijne stadgenooten daarvoor ruimschoots
schadeloos te stellen en voorzeker heeft hij daar
mede aan alle beminnaars van goede muziek een
grooten dienst bewezen. Van het even keurig
saamgestelde als voortreffel'yk uitgevoerde program
ma waren de Symphonie N°. 4 (B. dur) van Niels
W. Gade, het Engellied van Westmeijer en de
Ouverture Tannhauser van R. Wagner de licht
punten, terwijl de Turksche marsch na herhaald
applaus nogmaals werd ten beste gegeven. Met
de Volksliederen en den marsch der gren. en ja
gers werd de genotvolle avond besloten.
Naar wij van goederhand vernemen, is de
brand in de poffertjeskraam op de Bloemmarkt niet
veroorzaakt door een gasfitter, maar door een
ander persoon. Wel heeft iemand van de gasfabriek
den brand helpen blusschen.
Door Z. M. den Koning is bepaald dat door
al de troepen, welke in de volgende maand het
kamp te Milligen zullen betrekken, de groote tenue
zal worden medegenomen.
De Hooge Raad (kamer van vacantie) heeft
in zijn gisteren gehouden zitting veriuorpen het
beroep in cassatie door J. Willems te Oostburg
ingesteld tegen een arrest van het Hof in Zee
land, waarbij hij is schuldig verklaard aan moed-
willigen manslag en veroordeeld tot 5 jaren tuch-
huisstraf.
Op Donderdag 28 Augustus a. s. zal aan
het Ministerie van Binnenlandsche Zaken worden
aanbesteedhet maken van een Kanaal met
Keersluis en Voetbrug aan de westzijde van Am
sterdam en van een gedeelte van den spoorweg
van Nieuwediep naar Amsterdam.
Door den directeur van den Koninklijken
Franschen schouwburg in Den Haag is voor het
aanstaande tooneelseizoen als orkestmeester (Ier
chef d'orchestre) geëngageerd de heer Franz.
Na een bezoek te hebben gebracht aan de
Weener wereldtentoonstelling is in Den Haag
aangekomen de heer Ito, tweede Minister van
Financiën in Japan vergezeld van een tolk. Hij
is aan het Hótel de Bellevue afgestapt en voor
nemens acht dagen te vertoeven en eenige voor
name steden van ons land te bezoeken, zoomede
de groote waterwerken te bezichtigen. Het doel
van de reis is de noodige deskundigen voor de in
Japan uit te voeren kanaal- en andere werken te
engageeren en andere maatregelen in verband
daarmede te nemen. Hij was vergezeld van twee,
sedert eenige jaren hier te lande studeerende,
Japanners, waarvan de een te Delft, aan de Po
lytechnische school, de andere te Utrecht, onder
de leiding van prof. Donders, zijn opleiding ont
vangt.
Tien studenten aan de Theologische school
te Kampen hebben zich aangegeven voor het
litterarisch examen, de heeren M. V. d. Boom,
R. Breitsma, J. A. Goedbloed, S. De Jager, J.
W. Van der Kouwe, P. M. Ochtman, H. Dam,
J. A. De Waal, H. Stutvoet en J. J. Smit. De
6 eersten zijn toegelaten tot de theologische les
sen. Twaalf studenten hebben met goed gevolg
het theologisch examen afgelegd de heeren Broek
huizen, Van Asselt, G. Strik, J. Bult, O. Geerts,
J. Smith, Wessels, Wissink, Wisse, Hummelen,
Elffers, en Gezelle Meerburg.
De Officier van justitie en de rechter van
instructie bij de arrondissements-rechtbank te
Maastricht hebben zich Maandag naar de gemeen
ten Born en Nieuwstadt begeven, wegens eene
uit die gemeenten ingekomen klacht, als zoude
op 15 dezer, na afloop der gemeente-vei kiezing,
de met stembriefjes gevulde en verzegelde bus
geschonden en geopend zijn geworden.
Maandag-middag hadden in de Luthersche kerk
te Rotterdam het examen en de prijsuitdeeling
plaats voor der leerlingen det aldaar gevestigde
inrichting voor doofstommen. Het ruime kerkge-